Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) - Hoofdinhoud
Dit ministerie i draagt de zorg voor de volksgezondheid. Dit betreft onder andere het beleid met betrekking tot ziekenhuizen, geneesmiddelen, ziektekosten en huisartsen. Ook het welzijnsbeleid zoals de ouderenzorg, het jeugdbeleid, de verslaafdenzorg en de maatschappelijke dienstverlening behoren tot het taakveld. Daarnaast is het ministerie verantwoordelijk voor het beleid ten aanzien van de sport.
De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is Fleur Agema i (PVV). Er zijn twee staatssecretarissen, Vincent Karremans i (VVD), Vicky Maeijer i (PVV).
De ambtelijke leiding over het ministerie is in handen van een secretaris-generaal, Anita van den Ende i.
Inhoudsopgave
Diensten die onder het ministerie voor VWS vallen zijn:
-
-
De minister is verantwoordelijk voor onder andere de zorgverzekeringswet, genees- en hulpmiddelen, betaalbaar- en duurzaamheid van de zorg en infectieziektebestrijding.
Staatssecretaris Maeijer verantwoordelijk voor de WMO en mantelzorg, maatschappelijke opvang en beschermd wonen, langdurige zorg: ouderenzorg, gehandicaptenzorg, mensen met een beperking, wijkverpleegkundige zorg, paramedische zorg, kwaliteitsbeleid care, Persoonsgebonden budget, Verslavingszorg en Patiënten- en cliëntenorganisaties.
Staatssecretais Karremans is verantwoordelijk voor medisch-ethische vraagstukken, Oorlogsgetroffenen en herdenken Tweede Wereldoorlog, Jeugd, Preventie (incl. vaccinaties, bevolkingsonderzoeken) en gezondheidsbevordering, Drugs, Sport, GGZ, Corona en procescoördinatie verantwoording Covid-19 binnen VWS en interdepartementaal, Uitvoering rijksvaccinatieprogramma, jeugdgezondheidszorg en seksuele gezondheid, Suïcidepreventie, Duurzaamheid in de zorg en Gezondheidsbescherming: voedsel- en productveiligheid en toezicht daarop door NVWA
Het eerste afzonderlijke departement voor volksgezondheid werd opgericht in 1971 onder het kabinet-Biesheuvel i. Dit nieuwe ministerie ging Volksgezondheid en Milieuhygiëne (VoMil) heette. Voor 1971 werd volksgezondheid wisselend ondergebracht bij Arbeid, Binnenlandse Zaken en Sociale Zaken.
In 1952 kwam er een afzonderlijk ministerie van Maatschappelijk Werk. Daaronder viel onder meer armenzorg (vanaf 1963 bijstandzaken) en zorg voor bijzondere groepen (bijvoorbeeld Molukkers). In 1965 werd het departement van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (CRM) gevormd, waaronder zowel het welzijnswerk als onder meer het kunst- en mediabeleid vielen.
Het ministerie van Volksgezondheid en Milieuhygiëne werd in 1982 opgeheven, waarna CRM werd omgevormd tot Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur. Het bijstandsbeleid ging toen over naar Sociale Zaken.
Cultuur ging in 1994 over naar Onderwijs en Wetenschappen. De naam van het zorg- en welzijnsdepartement werd toen Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Onder welk(e) ministerie(s) vielen huidige taken eerder
Periode |
Naam |
|
---|---|---|
1994-heden |
Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
|
1982-1994 |
||
1971-1982 |
Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk |
|
1965-1971 |
Sociale Zaken en Volksgezondheid |
|
1952-1965 |
Sociale Zaken en Volksgezondheid |
|
1951-1952 |
Sociale Zaken en Volksgezondheid i |
|
1933-1951 |
||
Voor 1951 |
Geen specifiek departement, Volksgezondheid ondergebracht bij Arbeid (1918-1923), Arbeid, Handel en Nijverheid (1923-1932) en Binnenlandse Zaken (1813-1918 en 1932-1933) |
-
+In 2010 vond er in het vierde kabinet-Balkenende een wisseling plaats in de coalitie door het uittreden van de PvdA
-
*in bovenstaand overzicht zijn de ministers van Volksgezondheid en Milieuhygiëne en de ministers van Sociale Zaken en Volksgezondheid niet opgenomen.
Meer over