Rechtsinstrument
De Europese Unie1 gebruikt verschillende instrumenten om Europese wet- en regelgeving mee vast te leggen, om beleid van de lidstaten mee te coördineren of de lidstaten mee te adviseren. Rechtsinstrumenten zijn onder te verdelen in twee categorieën, bindende en niet-bindende rechtsinstrumenten. Uitvoerende rechtsinstrumenten vallen onder de bindende instrumenten, maar zijn als aparte categorie opgenomen.
Rechtsinstrumenten zijn altijd gericht aan partijen. In de meeste gevallen zijn dat de lidstaten2 van de EU. In sommige gevallen richt de EU zich tot individuele of groepen rechtspersonen. Dat kan een individu, organisatie of bedrijf zijn, maar ook een individuele lidstaat. Niet alle rechtsinstrumenten mogen gebruikt worden voor dit soort specifieke gevallen.
De Europese Unie kiest per voorstel wat voor rechtsinstrument zij wil gebruiken. Voor sommige beleidsterreinen worden er aparte en unieke rechtsinstrumenten gebruikt. Dat is in de verdragen3 zo vastgelegd.
Alle besluiten die de EU neemt moeten een rechtsbasis hebben. De rechtsbasis ligt in de verdragen of in eerdere regelgeving van de EU.
Inhoudsopgave
Bindende rechtsinstrumenten zijn alle soorten wet- en regelgeving waar partijen op wie die wet- en regelgeving van toepassing is, zich aan moeten houden. Houdt een partij zich niet aan de regel dan is deze in overtreding. De verschillende bindende rechtsinstrumenten verschillen niet in de mate waarin zij bindend zijn. De verschillen gaan over de reikwijdte van het instrument, de onderwerpen waar ze voor gebruikt kunnen worden en hoe ze worden aangenomen.
Overzicht bindende rechtsinstrumenten
-
Richtlijn
Dit bindende besluit van de Europese Unie bevat doelstellingen waar alle lidstaten2 van de Europese Unie1 aan moeten voldoen. De lidstaten zijn verplicht de doelstellingen te verwezenlijken; de wijze waarop staat de lidstaten vrij. Lidstaten zijn verantwoordelijk voor de juiste en tijdige implementatie4 van richtlijnen.
-
Verordening
Dit bindende besluit van de Europese Unie1 geldt rechtstreeks in alle lidstaten2 van de Europese Unie1. Hierdoor hebben verordeningen dezelfde werking als een nationale wet. In geval van strijdigheid gaat de verordening echter boven nationaal recht. Daarmee is een verordening het meest verstrekkende wetgevingsinstrument van de Europese Unie.
-
Besluit
Een besluit is verbindend in al zijn onderdelen. In beginsel geldt een besluit voor iedereen. Indien besluiten op specifieke personen of instanties zijn gericht, zijn ze alleen voor hen verbindend. Het besluit als rechtsinstrument vervangt sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon de beschikking en - samen met de richtlijn5 - in strikt juridische zin ook een aantal rechtsinstrumenten die onder de tweede (defensie en buitenlands beleid) en derde pijler6 (justitiële en politiële samenwerking) van het oude EU-verdrag vielen.
-
Begroting
De jaarlijkse begroting van de Europese Unie wordt vastgelegd met een bijzonder besluit. Het is een bindend besluit. In de praktijk wordt de begroting naarmate een jaar vordert aangepast aan veranderende omstandigheden en financiële mee- en tegenvallers.
-
Internationale overeenkomst
Internationale overeenkomsten, ook wel internationale akkoorden genoemd, zijn bindende afspraken die de Europese Unie1 sluit met derde landen7 of internationale organisaties.
Naast internationale overeenkomsten als algemeen rechtsinstrument zijn er een aantal specifieke varianten die apart in de verdragen genoemd staan. Deze specifiek soorten internationale overeenkomsten zijn:
-
Associatieovereenkomst
Associatieovereenkomsten (ook wel 'associatieverdragen' of 'associatie-akkoorden' genoemd) zijn bindende afspraken die de Europese Unie1 met derde landen7 sluit. Het is een specifiek soort internationale overeenkomst8, gericht op verregaande samenwerking tussen de EU en het betreffende land. De overeenkomsten zijn met name gericht op economische samenwerking en handel, maar raken vaak aan veel andere onderwerpen, zoals versterking van de rechtsstaat en bescherming van de mensenrechten.
-
Samenwerkingsovereenkomst
Partnerschaps - en samenwerkingsovereenkomsten (in het Engels partnership and cooperation agreements - PCA's) zijn bindende afspraken die de Europese Unie1 met derde landen7 sluit. Door middel van deze overeenkomsten tussen de EU-lidstaten2 en een ander land ondersteunt de Europese Unie dat land bij de bevordering van de democratie en bij de ontwikkeling van de economie.
-
Handelsovereenkomst
Handelsovereenkomsten (ook wel: vrijhandelsovereenkomsten) zijn bindende afspraken die de Europese Unie sluit met derde landen7 of internationale organisaties. Het is een specifiek soort internationale overeenkomst8, gericht op het bevorderen van de handel.
-
Interinstitutioneel akkoord
Met dit type akkoord stellen de Raad van Ministers9, het Europees Parlement10 en de Europese Commissie11 bestuurlijke kaders vast voor de Europese Unie1. Het doel is de efficiëntie te verhogen en conflicten tussen de instellingen te voorkomen of beperken. Een interinstitutioneel akkoord kan bindend zijn, maar dat hoeft niet.
-
Verdrag
Verdragen zijn in het algemeen overeenkomsten tussen landen over ieder mogelijk onderwerp. Voor verdragen geldt het internationaal recht. De belangrijkste regel in het internationaal recht is dat verdragen bindend zijn: landen moeten zich er aan houden.
-
Akte
Een akte is een geschrift dat wordt opgemaakt tot bewijs van een rechtshandeling. In de Europese Unie1 worden akten soms gebruikt bij het opstellen van later te sluiten verdragen12.
-
Protocol
Een protocol is een bijlage bij een verdrag12 die een specifiek onderdeel van dat verdrag verder in detail uitwerkt of wijzigt, bijvoorbeeld door uitzonderingen op een regel op te nemen. Ondertekenaars van een verdrag tekenen ook voor de bijgevoegde protocollen.
Overzicht opgeheven bindende rechtsinstrumenten
Met de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon13 heeft de EU een aantal rechtsinstrumenten geschrapt. Alle besluiten die een van deze rechtsinstrumenten als vorm hebben zijn - tenzij in individuele besluiten anders is aangegeven - nog steeds rechtsgeldig.
-
Beschikking
Dit type bindend besluit van de Europese Unie1, dat sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon13 niet meer wordt toegepast, bevatte regels voor individuele burgers, organisaties of lidstaten. Degenen voor wie de regels gelden, moesten afzonderlijk in de beschikking worden genoemd.
-
Besluit 'sui generis'
Dit type bindende besluit van de Europese Unie1, dat sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon13 niet meer wordt toegepast, werd gebruikt voor besluiten die niet als één van rechtsinstrumenten die verdragswege waren vastgesteld gebruikt kon worden. Kortom, het is een soort rest-categorie van besluiten, zoals het instellen van comités, benoemingen, interne reglementen en - in strikt juridische zin - werd ook de begroting14 vastgesteld per besluit sui generis.
-
Gemeenschappelijk optreden
Het gemeenschappelijk optreden is een gezamenlijk operationeel optreden van de lidstaten2 van de Europese Unie1 op het terrein van het Gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid. Daarin worden onder andere de doelstellingen, middelen en tijdsduur van het optreden vastgelegd. Een gemeenschappelijk optreden is bindend.
-
Gemeenschappelijke strategie
De gemeenschappelijke strategie heeft als doel het beleid van de lidstaten2 van de Europese Unie1 op het terrein van het Gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid af te stemmen en op één lijn te krijgen. De gemeenschappelijke strategie is bindend voor de lidstaten.
-
Gemeenschappelijk standpunt (JBZ/GBVB)
Het gemeenschappelijk standpunt is een gezamenlijke lijn die lidstaten2 van de Europese Unie1 vaststellen op een bepaald onderwerp op het terrein van het Gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid en - voor het Verdrag van Nice15 - ook het terrein van justitie en binnenlandse zaken. Een gemeenschappelijk standpunt is bindend.
-
Kaderbesluit
Dit type bindende besluit van de Europese Unie1, dat sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon13 niet meer wordt toegepast, regelde dat nationale lidstaten wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen onderling konden aanpassen, maar het eindresultaat werd vastgesteld. Het kaderbesluit werd alleen gebruikt op het terrein van justitie en binnenlandse zaken of - later - politiële en justitiële samenwerking in strafzaken.
-
Besluit (JBZ / PJSS)
Dit type bindend besluit van de Europese Unie1, dat sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon13 niet meer wordt toegepast, werd gebruikt om regels vast te leggen op het terrein van justitie en binnenlandse zaken of - vanaf 2003 - politiële en justitiële samenwerking in strafzaken.
-
Overeenkomst tussen lidstaten
Met deze bindende overeenkomst konden de lidstaten2 van de Europese Unie1 vastleggen dat zij op viertal terreinen, waarop de Europese Unie geen of zeer beperkte bevoegdheid had, onderling samen te werken.
Niet-bindende rechtsinstrumenten zijn alle soorten besluiten waar geen juridische consequenties aan verbonden zijn. Deze rechtsinstrumenten hebben vooral politieke betekenis, en worden gebruikt om coördinerend of sturend op te treden, bestaand beleid te beoordelen of nieuw beleid voor te bereiden.
Overzicht niet-bindende rechtsinstrumenten
-
Aanbeveling
Aanbevelingen zijn niet-bindende besluiten waarmee de Europese Unie1 iets wil bereiken zonder dat zij verplichtingen oplegt. Aanbevelingen kunnen over beleid voor de hele Unie gaan of zijn gericht aan individuele lidstaten.
-
Advies
Adviezen zijn niet-bindende besluiten waarmee de Europese Unie1 een oordeel geeft over een bepaalde situatie zonder dat zij verplichtingen oplegt. Een advies is meestal gericht tot een lidstaat of betreft een heel specifiek onderwerp.
-
Richtsnoer
Richtsnoeren zijn niet-bindende besluiten die de grote lijnen op een bepaald beleidsterrein in de Europese Unie1 uitzetten. Richtsnoeren zijn zelf weliswaar niet bindend, maar zijn vaak het kader waarin vervolgens wel bindende besluiten worden genomen. De EU voorziet in richtsnoeren op de terreinen van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, het werkgelegenheidsbeleid, macro-economisch beleid, en meer praktisch, trans-Europese netwerken.
-
Mededeling
De Europese Commissie11 gebruikt mededelingen voor diverse zaken zoals beleidsevaluaties, het toelichten van actieprogramma's, discussiestukken voor mogelijk nieuw beleid of verdere invulling van beleid. Een mededeling bevat geen concrete voorstellen voor nieuw beleid.
-
Verklaring
Met een verklaring geven de instellingen van de Europese Unie16 hun standpunt weer over een bepaald onderwerp. Een verklaring leidt niet tot regelgeving en er worden ook geen concrete programma's mee bekend gemaakt. De EU maakt zelden gebruik van verklaringen.
-
Groenboek
Een groenboek (green paper) is een document van de Europese Commissie11 dat moet uitnodigen tot verdere discussie over mogelijk te ontwikkelen beleid. Groenboeken zijn in een later stadium vaak een aanzet tot concrete voorstellen.
-
Witboek
Een witboek (white paper) is een document van de Europese Commissie11 waarin zij voorstellen voor nieuw beleid doet waar de Commissie verdere discussie over wil voeren. Witboeken zijn vaak een aanzet tot concrete wetsvoorstellen.
-
Verslag
Verslagen van de Europese Commissie11 rapporteren en evalueren het huidige beleid. Een evaluatieverslag kan echter ook dienen als voorbereiding voor concrete regelgeving.
-
Werkdocument Europese Commissie
Werkdocumenten van de Europese Commissie11 betreffen veel verschillende zaken, maar hebben allemaal het doel informatie te verstrekken over bepaald beleid, actieprogramma's en beleidsvoornemens of om besluitvorming te ondersteunen. Werkdocumenten bevatten geen regelgeving of acties.
Overzicht in onbruik geraakte niet-bindende rechtsinstrumenten
Met de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon en eerdere verdragen heeft de Europese Unie steeds nauwer omschreven welke rechtsinstrumenten gebruikt dienen te worden om verschillende soorten besluiten vorm te geven. Als gevolg daarvan kunnen rechtsinstrumenten in onbruik geraken.
-
Resolutie (raad)
In dit niet-bindende besluit van de Europese Unie1 beoordeelt de Raad van Ministers9 een bepaalde ontwikkeling en/of stelt de Raad in algemene termen een doel. De resolutie heeft politieke betekenis, maar in een resolutie staat niet hoe dat doel moet worden bereikt.
Europese regelgeving wordt in sommige gevallen aangevuld of uitgewerkt door gedelegeerde of uitvoeringshandelingen. Deze zijn erop gericht om ervoor te zorgen dat Europese regelgeving in alle lidstaten langs dezelfde lijnen wordt geïmplementeerd. Daarnaast worden via deze instrumenten vaak technische details uitgewerkt.
Voor zowel gedelegeerde als uitvoeringshandelingen gelden beperkingen in wat er in geregeld mag worden; ze mogen niet buiten de reikwijdte van het stuk regelgeving waarop ze gebaseerd zijn gaan en er mogen geen 'essentiële' zaken in worden geregeld.
-
Gedelegeerd besluit
Dit bindende besluit van de Europese Unie bevat uitgewerkte regels en voorschriften en is verbindend in al zijn onderdelen. In beginsel geldt een gedelegeerd besluit voor iedereen. Indien gedelegeerde besluiten op specifieke personen of instanties zijn gericht, zijn ze alleen voor hen verbindend.
-
Gedelegeerde richtlijn
Dit bindende besluit van de Europese Unie bevat uitgewerkte doelstellingen waar alle lidstaten2 van de Europese Unie1 aan moeten voldoen. De lidstaten zijn verplicht de doelstellingen te verwezenlijken; de wijze waarop staat de lidstaten vrij. Zo kunnen ze rekening houden met de specifieke situatie in hun eigen land. Lidstaten zijn verantwoordelijk voor de juiste en tijdige implementatie4 van gedelegeerde richtlijnen.
-
Gedelegeerde verordening
Dit bindende besluit van de Europese Unie1 geldt rechtstreeks in alle lidstaten2 van de Europese Unie1. Hierdoor hebben gedelegeerde verordeningen dezelfde werking als een nationale wet. In geval van strijdigheid staat de gedelegeerde verordening boven nationaal recht.
-
Uitvoeringsbesluit
Een uitvoeringsbesluit is verbindend in al zijn onderdelen. In beginsel geldt een uitvoeringsbesluit voor iedereen. Indien uitvoeringsbesluiten op specifieke personen of instanties zijn gericht, zijn ze alleen voor hen verbindend.
-
Uitvoeringsrichtlijn
Dit bindende besluit van de Europese Unie bevat bepalingen waar alle lidstaten2 van de Europese Unie1 aan moeten voldoen. De lidstaten zijn verplicht de doelstellingen te verwezenlijken; de wijze waarop staat de lidstaten vrij, al zijn uitvoeringsmaatregelen vaak nauwgezet beschreven en is de ruimte voor eigen invulling gering. Lidstaten zijn verantwoordelijk voor de juiste en tijdige implementatie4 van uitvoeringsrichtlijnen.
-
Uitvoeringsverordening
Dit bindende besluit van de Europese Unie1 geldt rechtstreeks in alle lidstaten2 van de Europese Unie1. Hierdoor hebben uitvoeringsverordeningen dezelfde werking als een nationale wet. In geval van strijdigheid gaat de uitvoeringsverordening echter boven nationaal recht.
- 1.De Europese Unie (EU) is het belangrijkste samenwerkingsverband in Europa. De deelnemende landen hebben voor deze Unie een aantal organisaties opgericht waaraan zij een deel van hun eigen bevoegdheden hebben overgedragen. Dit zijn onder meer het Europees Parlement, de Europese Commissie, de Raad en het Europese Hof van Justitie.
- 2.Momenteel zijn 27 landen lid van de Europese Unie. De meest recente uitbreiding van de Unie vond plaats op 1 juli 2013, met de toetreding van Kroatië. Er wordt verder over uitbreiding gesproken met verschillende landen in Oost-Europa. Het Verenigd Koninkrijk is sinds 31 januari 2020 middernacht geen lid meer van de Europese Unie. Dat was het eerste land dat de EU verliet.
- 3.De geschiedenis van de Europese verdragen begint bij de oprichting van de eerste "Gemeenschap", de Europese Gemeenschap voor kolen en staal (de EGKS). Tussen 1952 (EGKS) en 2007 ("Lissabon") zijn negentien verdragen gesloten tussen een steeds toenemend aantal lidstaten.
- 4.Europese regels en wetten moeten soms omgezet (geïmplementeerd) worden in Nederlandse wetgeving voordat ze in Nederland geldig zijn.
- 5.Dit bindende besluit van de Europese Unie bevat doelstellingen waar alle lidstaten van de Europese Unie aan moeten voldoen. De lidstaten zijn verplicht de doelstellingen te verwezenlijken; de wijze waarop staat de lidstaten vrij. Lidstaten zijn verantwoordelijk voor de juiste en tijdige implementatie van richtlijnen.
- 6.Tot de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon in december 2009 kende de Europese Unie drie 'pijlers'. Die pijlers omvatten clusters van beleidsterreinen die een eigen besluitvormingsprocedure hadden.
- 7.Dit zijn landen die geen lid zijn van de Europese Unie. De term 'derde landen' wordt vaak gebruikt als het gaat om afspraken tussen twee of meer EU-lidstaten en een ander land.
- 8.Internationale overeenkomsten, ook wel internationale akkoorden genoemd, zijn bindende afspraken die de Europese Unie sluit met derde landen of internationale organisaties.
- 9.In deze instelling van de Europese Unie (kortweg 'de Raad van Ministers' of nog korter 'de Raad' genoemd) zijn de regeringen van de 27 lidstaten van de EU vertegenwoordigd. De Raad oefent samen met het Europees Parlement de wetgevings- en begrotingstaak uit.
- 10.Het Europees Parlement (EP) vertegenwoordigt ruim 450 miljoen Europeanen en bestaat momenteel uit 720 afgevaardigden (inclusief voorzitter). Nederland heeft 31 zetels in het Europees Parlement. Het Europees Parlement wordt geacht een stem te geven aan de volkeren van de 27 landen die aan de Unie deelnemen, en vooral te letten op het belang van de Unie in zijn geheel.
- 11.Deze instelling van de Europese Unie kan worden beschouwd als het 'dagelijks bestuur' van de EU. De leden van de Europese Commissie worden 'Eurocommissarissen' genoemd. Elke Eurocommissaris is verantwoordelijk voor één of meerdere beleidsgebieden.
- 12.Verdragen zijn in het algemeen overeenkomsten tussen landen over ieder mogelijk onderwerp. Voor verdragen geldt het internationaal recht. De belangrijkste regel in het internationaal recht is dat verdragen bindend zijn: landen moeten zich er aan houden.
- 13.Dit Europese verdrag voerde een aantal hervormingen door om de Europese Unie democratischer en beter bestuurbaar te maken nadat in 2004 en 2007 twaalf nieuwe landen lid zijn geworden van de Europese Unie. Het Verdrag van Lissabon is op 1 december 2009 in werking getreden.
- 14.De jaarlijkse begroting van de Europese Unie wordt vastgelegd met een bijzonder besluit. Het is een bindend besluit. In de praktijk wordt de begroting naarmate een jaar vordert aangepast aan veranderende omstandigheden en financiële mee- en tegenvallers.
- 15.Dit Europese verdrag heeft institutionele hervormingen mogelijk gemaakt die met het oog op de uitbreiding van de Europese Unie met de tien landen in het oosten en zuiden van Europa noodzakelijk waren. Het Verdrag van Nice is op 1 februari 2003 in werking getreden.
- 16.De Europese Unie (EU) is het belangrijkste samenwerkingsverband in Europa. De deelnemende landen hebben voor deze Unie een aantal organisaties opgericht waaraan zij een deel van hun eigen bevoegdheden hebben overgedragen, zoals de Europese Commissie en het Europese Hof van Justitie. De bevoegdheden van de EU-instellingen zijn vastgelegd in het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VwEU)