Akkoordprocedure (ACC)

Deze procedure is één van de bijzondere wetgevingsprocedures i die in de Europese Unie gebruikt worden. De akkoordprocedure wordt gebruikt bij het sluiten van veel internationale overeenkomsten i. De akkoordprocedure slaat op de rol die de wetgevende instellingen van de EU, het Europees Parlement i en de Raad van Ministers i, spelen; die keuren een overeenkomst goed of af, maar hebben verder geen invloed op hoe een overeenkomst er uiteindelijk uit komt te zien.

In het kort verloopt de procedure als volgt. De Europese Commissie i legt een internationale overeenkomst voor aan de Raad van Ministers (Raad) en het Europees Parlement (EP). Die stemmen over het voorstel. Wanneer Raad en EP vóór stemmen, kan de internationale overeenkomst, voor zover het de Europese Unie betreft, van kracht worden.

Deze procedure vertoont veel overeenkomsten met de instemmingsprocedure i.

1.

Schema

akkoordprocedure

2.

De akkoordprocedure in detail

Stap 1: initiatief

De Europese Commissie, of als het gaat om overeenkomsten op het terrein van het buitenlands en veiligheidsbeleid, de Hoge Vertegenwoordiger i, doet een voorstel aan de Raad van Ministers om onderhandelingen te voeren over een internationale overeenkomst.

Stap 2: aanstellen onderhandelaars

De Raad van Ministers stelt richtsnoeren op voor de te voeren onderhandelingen. De Raad bepaalt ook wie namens de EU de onderhandelingen zal gaan voeren.

Bij het aanstellen van de onderhandelaar houdt de Raad van Ministers rekening met de inhoud van de onderhandelingen. In de praktijk gaat het vaak over zaken waar de EU veel over te zeggen heeft. En daarom wordt in de praktijk vaak de Europese Commissie aangewezen als onderhandelaar. Bij gevoelige kwesties stelt de Raad vaak een speciaal comité in, vaak met afgevaardigden van de lidstaten.

Stap 3: voorlopige ondertekening

De onderhandelaar stelt een voorlopige overeenkomst op. De Raad van Ministers kan vervolgens besluiten om de onderhandelaar te machtigen om de voorlopige overeenkomst namens de EU te ondertekenen.

Stap 4: sluiten overeenkomst

De onderhandelaars leggen de overeenkomst in alle gevallen ter goedkeuring voor aan de Raad van Ministers. Het verschil met de ondertekening (stap 3) is dat het Europees Parlement ook betrokken is bij de goedkeuring van een overeenkomst. Dat gaat op drie manieren:

  • 1) 
    Het Europees Parlement keurt het voorgestelde akkoord goed- of af. Dit geldt voor de volgende onderwerpen:
  • overeenkomsten over beleidsterreinen waarover binnen de Europese Unie wordt besloten met de gewone wetgevingsprocedure i of bijzondere wetgevingsprocedures waarbij het Europees Parlement goedkeuring moet geven
  • overeenkomsten voor samenwerking die tot eigen structuren (bijvoorbeeld een nieuwe organisatie) leiden
  • overeenkomsten die de begroting van de EU beïnvloeden
  • 2) 
    Bij andere internationale overeenkomsten wordt het EP alleen om advies gevraagd.
  • 3) 
    Bij voorstellen op het terrein van het buitenlands en veiligheidsbeleid is alleen goedkeuring door de Raad vereist, en speelt het Europees Parlement geen rol.

Bij het besluit over een overeenkomst keuren de Raad van Ministers en het Europees Parlement deze alleen goed- of af. Ze mogen geen wijzigingen voorstellen.

Stemwijze

De Raad van Ministers neemt in alle hierboven beschreven stappen besluiten met gekwalificeerde meerderheid van stemmen i.

Het Europees Parlement neemt besluiten met meerderheid van uitgebrachte stemmen i.

Uitzonderingen met andere besluitvorming in de Raad van Ministers

De Raad van Ministers neemt in onderstaande gevallen in alle hierboven beschreven stappen besluiten met eenparigheid van stemmen i:

  • alle onderwerpen waar de Raad van Ministers bij het vaststellen van regelgeving binnen de Europese Unie besluiten neemt met eenparigheid van stemmen
  • associatieovereenkomsten
  • verdragen met economisch ontwikkelde landen over financiële hulp en samenwerking

Overeenkomsten die vallen onder de gemeenschappelijke handelspolitiek

Het gaat hier alleen over de besluitvorming over specifieke handelsakkoorden. De algemene kaders van het handelsbeleid worden vastgesteld middels de gewone wetgevingsprocedure i.

Stap 1: initiatief

De Europese Commissie doet een voorstel aan de Raad van Ministers om onderhandelingen te voeren over een handelsovereenkomst.

Stap 2: aanstellen onderhandelaars

De Raad van Ministers machtigt de Commissie om te kunnen onderhandelen.

Stap 3: onderhandelingen

De Commissie voert de onderhandelingen. Zij wordt ondersteund door een door de Raad aangewezen speciaal comité. In de praktijk is dat altijd het Comité van artikel 133, waar afgevaardigden van de lidstaten i in zitten. De Commissie stuurt het Europees Parlement regelmatig verslagen over de stand van zaken van de onderhandelingen.

Stap 4: sluiten overeenkomst

De onderhandelaars leggen de overeenkomst ter goedkeuring voor aan de Raad van Ministers.

De Raad van Ministers kan een overeenkomst alleen goed- of afkeuren. Ze mogen geen wijzigingen voorstellen.

Het Europees Parlement speelt geen rol bij het goedkeuren van afzonderlijke handelsovereenkomsten.

Stemwijze

In principe neemt de Raad van Ministers besluiten met gekwalificeerde meerderheid van stemmen.

Voor een aantal beleidsterreinen is een uitzondering gemaakt, daar geldt voor besluitvorming in de Raad van Ministers eenparigheid van stemmen. Het betreft overeenkomsten over:

  • intellectueel eigendom
  • directe buitenlandse investeringen
  • culturele en audiovisuele diensten, waarbij de diversiteit in de EU op deze terreinen gevaar kan lopen
  • onderwijs, als ze nationale systemen kunnen verstoren of de zeggenschap van een lidstaat kunnen aantasten
  • zorg, als ze nationale systemen kunnen verstoren of de zeggenschap van een lidstaat kunnen aantasten
  • diensten op sociaal terrein, als ze nationale systemen kunnen verstoren of de zeggenschap van een lidstaat kunnen aantasten

3.

Toepassing akkoordprocedure

De EU mag internationale overeenkomsten sluiten voor zover het nodig is om het beleid van de EU mogelijk te maken of wanneer in de Europese verdragen staat dat de EU dat moet of mag. Dat kan met andere landen zijn, maar ook met internationale organisaties.

Voor de meeste internationale overeenkomsten geldt de akkoordprocedure. Voor overeenkomsten over de wisselkoers van de euro geldt de raadplegingsprocedure i.

4.

Procedure vóór inwerkingtreding Lissabon-verdrag

Met de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon i is de rol van het Europees Parlement iets belangrijker geworden. Ook voor associatieovereenkomsten is nu een akkoord van het EP een vereiste. Verder is de procedure gelijk gebleven.

5.

Juridisch kader

De akkoordprocedure vindt zijn basis in het Verdrag betreffende de Europese Unie i en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie i:

  • reikwijdte (algemeen) VEU titel V art. 21 i, vijfde deel VwEU (art. 205 t/m 219). Naast dit algemene kader wordt in enkele specifieke gevallen bij een beleidsterrein verwezen naar het kunnen sluiten van internationale overeenkomsten (gemeenschappelijk buitenlands- en veiligheidsbeleid, immigratie, buurlanden, milieu, onderzoeksprogramma's)
  • procedure: internationale overeenkomsten: vijfde deel VwEU titel V art. 218 i
  • procedure: handelsbeleid: vijfde deel VwEU titel II art. 207 i, lid 3, 4

6.

Meer informatie