Veel onzekerheid over reddingsplan euro
Een taboe is gebroken nu het noodfonds ESM2 wankele banken gaat financieren. Kanselier Angela Merkel3 moest dit wel slikken. Zij verwacht dat de crisis nog jaren zal duren. De uitwerking van het reddingsplan voor de banken houdt Brussel nog wel een jaar bezig. Voorzitter Van Rompuy4 staat voor een onmogelijke opgave. “De verdeeldheid tussen de regeringsleiders is enorm”, aldus een hooggeplaatste bron in Brussel.
Inhoudsopgave
Kanselier Merkel zegt dat de eurocrisis alleen stap voor stap kan worden aangepakt. De kanselier maakte haar prognose bij de Europese Raad5 en de Euroraad6 in Brussel op 29 en 30 juni. De landen met de euro zetten daar een stap naar verregaande financiële integratie met als einddoel een bankenunie. Tegelijk blijft de Europese aanpak van de staatsschuldencrisis een zaak van maand na maand moeizaam doormodderen. Deze benadering heeft overigens als voordeel dat er volop druk blijft tot hervormen op de regeringen met te hoge staatsschulden.
Opmerkelijk was het ontbreken van Duits-Franse leiding. Na jaren “Merkozy” bleek de Europese Raad voor één keer zonder die aansturing te kunnen functioneren. President Hollande7 opereerde samen met de Italiaanse premier Mario Monti8 en diens Spaanse collega Mariano Rajoy Brey9. “Europa heeft een nieuwe “balance of power” juichte oud-Commissievoorzitter Romano Prodi10 vanuit Rome.
Maar analist Wolfgang Münchau beschreef in de Financial Times van 2 juli waarom Merkel volgens hem heeft gewonnen. De zwakke eurolanden propageren de invoering van euro-obligaties. Dat plan is van tafel. “Invoering van euro-obligaties, dat maak ik in mijn leven niet meer mee” zei Merkel. Zij maakte de “eurobonds” aldus tot een onbespreekbaar taboe.
In Duitsland is de kanselier niettemin met kritiek overladen. Op 5 juli zei de President van de Bundesbank Jens Weidmann dat het samen financieren van buitenlandse bankschulden echt niet kan. Op 10 juli doet het Duitse Constitutionele Hof uitspraak over klachten hiertegen. “Europa greift nach unserem Geld”, aldus de kop in dagblad Die Welt.
De nuchtere Frankfurter Allgemeine Zeitung signaleert in Brussel Zentralwahn ofwel algemene gekte. Merkels coalitiepartners CSU en FDP dreigen de regering op te blazen als de kanselier nog eens toegeeft.
Het was verrassend dat de politieke leiders besloten over te gaan tot het rechtstreeks steunen (herkapitaliseren) van omvallende banken. Dit verloopt vanuit de noodfondsen EFSF11 (dat binnenkort stopt) en het ESM2 (dat vervolgens blijvend zal opereren). De herkapitalisatie begint in Spanje waar de nood hoog is. Dergelijke operaties verlopen via de ECB12 die aldus haar rol in het beheer van de EMU13 weer versterkt ziet.
Voor Duitsland, Nederland, Finland en Slovenië was rechtstreekse Europese steun aan banken tot voor kort echt onbespreekbaar. Tot nu toe steunt Europa (net als het IMF14) alleen landen die anders failliet gaan, maar nooit banken. Dat de tegenstanders overstag gaan komt mede doordat hun bankwezen meer dan 200 miljard in wankele Spaanse banken heeft zitten.
Italië en Spanje betalen momenteel torenhoge rentes op nieuwe staatsleningen. De beleggers vertrouwen die landen niet meer. Om die last te drukken overwegen de noodfondsen om naast banken te herkapitaliseren bovendien extra schuldpapieren (staatsobligaties) van die landen op te kopen.
Verder is besloten dat regeringen voortaan zonder specifiek memorandum (zoals Griekenland, Portugal en Ierland moesten ondertekenen) een beroep kunnen doen op EFSF/ESM-steun. Deze landen moeten wel het Stabiliteitspact15, het Europees Semester16 en de beleidsaanbevelingen van de Commissie strikt naleven.
Tot nu toe financieren de nationale overheden zelf het redden van “hun” banken. Voordeel van directe miljardeninjecties vanuit de noodfondsen is dat de staatsschuld van de betrokken landen dan niet stijgt. Dat laatste zou ze internationaal stigmatiseren. Het trotse Spanje wil bovendien niet onder de curatele komen van EU of IMF. De weinig coulante houding van Spanje en Italië blijkt hieruit dat zij het ESM-verdrag nog niet hebben geratificeerd. De Duitse Bondsdag deed dat wel.
Genoemde tegenstanders met Duitsland voorop kregen (na langdurig nachtelijk touwtrekken) voor elkaar dat er eerst één enkel toezichthoudend orgaan komt op de banken. “Wij bevestigen dat de vicieuze cirkel tussen de banken en de overheden absoluut moet worden doorbroken”, zo motiveren de leiders van de landen met de euro hun besluit in de slotverklaring. Premier Mark Rutte17: de overheden worden losgekoppeld van de banken. Zodat je niet meer de situatie hebt dat de Kerk of de burgemeester ergens in Spanje een bank runt die wij vervolgens moeten redden.
Premier Rutte en zijn Finse collega Jyrki Kaitanen18 hebben - ongetwijfeld met de stilzwijgende goedkeuring van Merkel - geprobeerd zo veel mogelijk voorwaarden te stellen. Rutte benadrukte na afloop dat bedreigde banken pas kunnen tappen uit de noodfondsen nadat
-
1.het bankentoezichtmechanisme overeengekomen is
-
2.per aanvragend land een aanvullende overeenkomst met specifieke voorwaarden is overeengekomen
-
3.alle zeventien eurolanden19 unaniem met een aanvraag instemmen
-
4.Mogelijk nog een aanvullende wijziging van het ESM-verdrag vereist is.
Ondertussen lijken deze voorwaarden echter onhoudbaar. Een bankentoezichtmechanisme lanceren vraagt maanden overleg. Belangrijke (politiek geladen) vraag is of de beoogde toezichthouder de banken kan verhinderen bepaalde riskante beleggingen te doen. Wordt de ECB12 zelf de toezichthouder? Zo ja, wat is dan nog de rol van de nationale autoriteiten? De bedreigde banken kunnen niet maandenlang op steun wachten. Men speculeert daarom inmiddels op een voorlopige tijdelijke regeling.
Volgens voorzitter Herman Van Rompuy4 kan Nederland noch Finland eisen dat elk voorstel tot steun aan de banken hun instemming vereist. Alleen Duitsland, Frankrijk en Italië hebben vetorecht. Maar die opvatting wordt bestreden door minister van Financiën Jan Kees de Jager20. Hij wees er op 4 juli in de Kamer op dat unanimiteit voor iedere steunaanvraag aan het ESM de regel is. Alleen in een noodsituatie hebben de kleinere landen geen vetorecht.
Op 9 juni had Spanje van de Eurogroep21 voor zijn bankwereld al 100 miljard toegezegd gekregen uit het ESM. Maar de beleggers gaven vervolgens niet thuis. Ze hadden ontdekt dat ingeval een bank op de fles gaat, het ESM de bevoorrechte schuldeiser is. Dat voorrecht hebben Merkel, Rutte c.s. voor Spanje inmiddels moeten inslikken.
De landen met de euro doen een beroep op artikel 127 lid 622 van het verdrag VWEU23. Daar staat dat de Raad van Ministers kan besluiten de ECB nieuwe taken op te dragen. De Commissie komt hierover met gedetailleerde voorstellen. Die ECB krijgt de hoofdrol bij de installatie en de uitvoering van “een doelmatig en enkelvoudig toezichtmechanisme”.
Het Europees Parlement24 dringt in een resolutie van 4 juli aan op tempo. Het Parlement is verheugd dat de vicieuze cirkel tussen banken en staatsschuld wordt doorbroken. Het verwelkomt het streven naar groeivriendelijke begrotingsconsolidatie. De conclusies van de top worden omschreven als "een belangrijke stap op weg naar een volwaardige bankenunie".
Het akkoord betekent een stap op de weg naar uitholling van de befaamde “no bail out clausule” in het verdrag VWEU. Artikel 12525 zegt dat landen nooit aansprakelijk zijn voor elkaars staatsschulden De creatie van de noodfondsen EFSF (in 2010) en ESM (2012) was een belangrijke stap naar gezamenlijke schulden. Dat komt doordat de middelen van die fondsen door de landen met de euro worden opgebracht.
Het massaal inzetten van de ECB voor het opkopen van onverkoopbare obligaties was vorig jaar een tweede stap naar gezamenlijke schulden. Het openstellen van de noodfondsen betekent een derde stap richting gezamenlijke schulden. Ombouw van het ESM naar een EU-bank, zodat de ECB wat meer op afstand komt staan, is wat de zwakkere landen later beogen.
Het Europees schulddelgingsfonds (stroppenpot), waarover Herman Van Rompuy spreekt, volgt daarna. Gezamenlijke financiering van het garantiestelsel voor particuliere banktegoeden waar de Europese Commissie26 heen wil, zal een verdere stap zijn. Euro-obligaties zoals voorgesteld door de zwakke eurolanden, de Commissie en het Europees Parlement maken tenslotte de staatsschulden gemeenschappelijk. Commissievoorzitter José M. Barroso27 waarschuwde op 26 juni dat voor dit laatste een verdragswijziging nodig is.
Zodra wankele banken zich rechtstreeks goedkoop uit het ESM gaan financieren, zal dat fonds snel uitgeput raken. Het ziet er naar uit dat na Griekenland, Ierland, Portugal, Spanje en Cyprus later het bankwezen in Italië, Slovenië, Oostenrijk en België (Dexia) aan het infuus moeten.
De inhoud van het ESM (500 miljard euro waarvan een kwart al is weggezet) voldoet totaal niet aan deze ambities. Wellicht gaan de financiële markten deze zomer dit manco aan het ESM testen. Moeten Duitsland, Nederland en Finland dan wéér zwichten en het noodfonds bijvoorbeeld verdrievoudigen naar 1500 miljard euro? Oud-Bankpresident Nout Wellink28 heeft dat eerder al voorspeld.
Verrassenderwijs blokkeerden de eerste dag - terwijl de Duitse Mannschaft op dat moment door Italië werd gewipt - Monti en Rajoy urenlang het beraad. Dat deden zij niet om stiekem naar het voetballen te gaan kijken (zoals de Britse premier Blair destijds deed). Spanje en Italië wilden pas over het Pact voor Groei en Banen beslissen als eerst hun omvallende banken waren gestut. Zij vreesden anders een bloedbad op de beurzen. Daartoe moest de Euroraad verschoven worden van vrijdagmiddag naar de nacht daarvoor.
Het was Hollande die bij het overbruggen tussen Spanje en Italië en anderzijds Duitsland, Nederland en Finland de bemiddelende rol speelde. “Frankrijk hoort niet bij het zuiden, noch bij het noorden” aldus de president na afloop. Toch rijst de vraag of het onder controle houden van de eurocrisis lukt als Frankrijk en Duitsland verschillend blijven opereren.
Premier Mario Monti heeft volgens de Italiaanse media de sleutelrol gespeeld. Maar volgens andere analisten heeft “super Mario” daarbij een berg goodwill verspeeld. Feit is dat Italië er in slaagde het schrikbeeld weg te werken waarbij het na Spanje eveneens op de financiële markten aangeschoten wild wordt.
Zodra Spanje aan het infuus moet (althans de banken) vreest Italië de volgende te zijn. Gaat de derde grootste economie van het continent onderuit, dan ondervindt zelfs president Barack Obama29 in Washington de vervelende gevolgen. Monti wilde al eerder dat de ECB of de noodfondsen zouden bijspringen. Hij dacht het slim te spelen door op 18 juni bij de G2030 top in Los Cabos (Mexico) die optie in de slotverklaring te zetten. Obama vond dat prachtig. Maar Merkel verslikte zich volgens een insider toen zij het concept las. Dat ging dus niet door.
Tijdens de voorbereidende top van Duitsland, Frankrijk, Italië en Spanje op 22 juni in Rome speelde Monti nogmaals blufpoker. Op het eerste gezicht stond Merkel alleen in haar verzet. Maar bankpresident Draghi31 toonde karakter. De Italiaan steunde Merkel en niet landgenoot Monti. Merkel verraste in Rome door uiteindelijk in te stemmen met het aftappen van de noodfondsen voor herkapitalisatie van banken.
Dit echter op uitdrukkelijke voorwaarde van EU-toezicht op die banken. Dat akkoord is in de Euroraad nader uitgewerkt. Monti betaalt met zijn herhaalde solo-optreden volgens insiders wel de prijs van een verlies aan vertrouwen bij kanselier Merkel.
Opmerkelijk is het wel dat Spanje en Italië in de Euroraad soepeler behandeld worden dan “kleintjes” zoals Griekenland, Ierland en Portugal. De kleinere landen moeten hun leningen namelijk altijd wél optellen bij hun staatsschuld. “De kleinere landen worden stelselmatig gediscrimineerd door de vier grote landen”, zo concludeert monetair econoom Edin Mujagic in de Volkskrant van 2 juli. Zijn analyse leert dat dit al tien jaar zo is. Uit Ierland, Hongarije en Tsjechië kwamen vergelijkbare reacties.
Teneinde de enorme jeugdwerkloosheid in de zuidelijke landen aan te pakken, sloten de politieke leiders een “Pact voor Groei en Banen”. Daarvoor komt 120 miljard euro beschikbaar. Het gaat voornamelijk om ongebruikte middelen uit de diverse fondsen van de Unie. Het pact kost de EU dus eigenlijk niets extra. Het gaat om een niet-verbindende tekst die aan de conclusies van de Europese Raad5 is gehecht.
Het enige nieuwe element is het verhogen van het kapitaal van de EIB32 met tien miljard euro. Statutair kan de bank daarmee als AAA-bank 60 miljard lenen. Dat stelt haar in staat om ruwweg tot 180 miljard nieuwe leningen te verstrekken. Zo doende zal dit zeker banen creëren. Tevergeefs bepleitte Monti dat landen zoals Italië met een megagroot tekort voortaan bij de EIB mogen lenen zonder dat hun staatsschuld statistisch stijgt.
Het is aan Frankrijk te danken dat dit pact van de grond komt. Daarmee is de Duitse nadruk op saneren doorbroken. President François Hollande7 had tijdens de recente verkiezingsstrijd dit project beloofd. In ruil voor het groeipact ratificeert de Franse Republiek het Begrotingspact33 (Fiscal Compact) dat alle EU-landen behalve het VK en Zweden dit voorjaar hadden getekend.
Hollande had aanvankelijk heronderhandeling van dit verdrag geëist. De landen verbinden zich hier blijvend tot een staatsbegroting zonder tekort. Met zijn instemming onderwerpt Hollande zich aan de strenge Duitse begrotingsdiscipline, althans op termijn.
Verder heeft de Europese Raad ingestemd met de waslijst van landenspecifieke aanbevelingen van de Commissie voor economische coördinatie. Naar verluidt hebben België, Bulgarije, Cyprus, Frankrijk, Hongarije, Luxemburg en Malta aangegeven niet akkoord te gaan met zo’n ingreep in hun economisch beleid. Dit is echter niet naar buiten gebracht.
Heeft Rutte met zijn instemming in Brussel een bocht gemaakt? Daar lijkt het wel op. De premier was altijd tegen het rechtstreeks steunen van banken. Wellicht daarom begon Rutte zijn persconferentie in Brussel na afloop met een ongebruikelijke opsomming van wat hij allemaal had kunnen tegenhouden. “Geen eurobonds, noch een Europees deposito en garantiestelsel. Zodat Nederlanders niet garant moeten staan voor de Franse staatsschuld.
Wij hebben de positie gekozen dat de problemen in Zuid-Europa alleen zijn op te lossen met bezuinigen en met hervormen om daar weer economische groei te krijgen. Dit gaat via een langdurig proces dat jaren zal duren. Zuid-Europa moet zelf door die zure appel heen bijten”, aldus Rutte.
“Er is niet besloten tot mutualisatie van overheidsschuld op termijn”, zo benadrukt de premier in zijn verslag van 2 juli aan de Tweede Kamer. Hij wijst er verder op dat Nederland al vanaf 2008 pleit voor één Europees bankentoezicht. De premier heeft op 5 juli toegezegd het fiat te vragen van beide Kamers der Staten-Generaal alvorens de werkingsfeer van het ESM te verruimen.
In de marge van de vergadering werden de leiders het eens over één uniform Europees octrooi. Tot nu toe moet een uitvinding alle afzonderlijke nationale stelsels passeren, wat extreem geldverslindend is. Tegenover één patentaanvraag in de EU staan er daardoor drie in de Verenigde Staten. Sedert de zestiger jaren is touwgetrokken over de ontwikkeling van een uniform Europees octrooisysteem.
De laatste statie was de vestigingsplaats van het Hof dat op de regeling toeziet. De vijf grote landen bleven hierover bekvechten. Drie van hen krijgen nu een onderdeel. Het patentenhof komt in Parijs met bijkantoren in München en Londen. Een Fransman (m/v) wordt president van het Hof. Spanje en Italië doen niet mee aan de octrooiregeling omdat hun taal geen voertaal wordt.
De vreugde over dit akkoord was echter van korte duur. Op 3 juli verwierp het Europees Parlement in Straatsburg het compromis. Het parlement, dat hierover mede beslist, wil dat het EU-Hof in Luxemburg de hoofdrol krijgt.
De top was aanvankelijk bedoeld voor overleg over de toekomst op langere termijn van de euro. Door tijdgebrek en onderlinge verdeeldheid kwam het er niet van. Van Rompuy had samen met Barroso, Draghi en Jean-Claude Juncker34 (Eurogroep21) een masterplan van zeven kantjes tekst opgesteld. De media hadden in de loop van juni de verwachtingen hierover nogal opgezweept. Uiteindelijk bleef het weliswaar ambitieuze plan “Naar een echte Economische en Monetaire Unie” vaag. Het is bedoeld voor tien jaar overleg, inclusief mogelijke verdragswijziging, aldus Van Rompuy.
Het plan resulteert in een bankenunie (met Europees toezicht), een begrotingsunie (misschien met euro-obligaties), een economische unie (bijvoorbeeld dwingende pensioenleeftijden) en uiteindelijk in een democratisch gelegitimeerde Europese Politieke Unie. In oktober komt Van Rompuy c.s. met een verdere uitwerking.
- 1.Jan Werts is sinds 1976 journalist en publicist in Brussel, waar hij eerder onder meer werkte als correspondent van de Haagsche Courant. Verder was hij zes jaar als journalist werkzaam in Washington. Hij promoveerde in 1991 aan de Vrije Universiteit Brussel in het Europees en internationaal recht op een dissertatie over de Europese Raad. In 2008 verscheen hiervan een herziene versie. Schrijft analyses over Europese Toppen, gebundeld in het document Hoe Europa al tien jaar lang crises bevecht - 100 plus analyses van Jan Werts (link opent in nieuw venster).
- 2.Het European Stability Mechanism (ESM) is een permanent financieel noodfonds dat leningen verstrekt aan EU-lidstaten die in financiële problemen verkeren. Het fonds bestaat uit een deel direct gestort geld, dat lidstaten zelf hebben ingebracht, en kredietgaranties. Het uiteindelijke doel van deze steun is het bewaken van de economische en financiële stabiliteit van de EU om zo de waarde van de euro te waarborgen.
- 3.Angela Merkel (1954) was van 22 november 2005 tot 8 december 2021 bondskanselier van Duitsland. Zij leidde sinds 2018 een coalitie van CDU/CSU met de SPD. Zij is scheikundige en werkte als wetenschapper in de DDR. In 1990 werd zij voor de CDU lid van de Bondsdag. In 1991-1994 was Angela Merkel minister voor vrouwen- en jeugdzaken en in 1994-1998 minister van milieu. In 2000 volgde zij Helmut Kohl op als voorzitter van de CDU.
- 4.Herman Van Rompuy (1947) was van 1 december 2009 tot 1 december 2014 vaste voorzitter van de Europese Raad. Hij begon zijn werkzaamheden op 1 januari 2010. Hij werd op 19 november 2009 in die functie voor tweeënhalf jaar gekozen door de Europese Raad en op 1 maart 2012 herbenoemd. Van 30 december 2008 tot 25 november 2009 was Van Rompuy minister-president van België. Hij begon zijn loopbaan bij de Nationale Bank en vervulde daarna diverse politieke functies. Zo was hij staatssecretaris, senator, voorzitter van de CVP, viceminister-president en minister van Begroting, en Kamervoorzitter. Van Rompuy is lid van de Vlaamse christendemocratische partij CD&V. Hij leidde in 2008-2009 een kabinet van christendemocraten, liberalen en Waalse socialisten. Sinds 1 september 2015 is hij voorzitter van het European Policy Centre.
- 5.De Europese Raad bestaat uit de regeringsleiders of staatshoofden van de 27 lidstaten van de Europese Unie, de vaste voorzitter en de voorzitter van de Europese Commissie. Alleen de regeringsleiders of staatshoofden hebben stemrecht tijdens de vergaderingen. De Europese Raad heeft geen wetgevingstaak, maar stelt wel de politieke richting van de EU vast.
- 6.De Eurotop bestaat uit de staatshoofden en regeringsleiders van de landen die de Euro als nationale munteenheid hebben ingevoerd en de voorzitter van de Europese Commissie. Zij komen minimaal twee keer per jaar bijeen en stellen de strategische richtsnoeren vast voor het economisch beleid, voor een beter concurrentievermogen en voor meer convergentie (naar elkaar toe groeien) in de eurozone.
- 7.François Hollande (1954) was in 2012-2017 president van Frankrijk. Hij werd als kandidaat van de socialisten en radicalen op 6 mei 2012 gekozen. Hij was parlementslid en elf jaar secretaris-generaal van de Parti Socialiste, de Franse sociaaldemocratische partij. Verder was hij president van het regionaal bestuur in Corrèze en burgemeester van Tulle. François Hollande is econoom.
- 8.Mario Monti (1943) was van 16 november 2011 tot 28 april 2013 minister-president van Italië. Hij leidde een kabinet van technocraten en was tevens minister van Financiën en Economische Zaken. Monti was van 1995 tot 2004 lid van de Europese Commissie. Van 1995 tot 1999 was hij belast met interne markt, en van 1999 tot 2004 met mededinging. Eerder was hij hoogleraar economie aan de universiteiten van Turijn en Milaan en werkzaam in diversie Italiaanse overheidscommissies inzake economische vraagstukken. Als EU-commissaris kreeg hij bekendheid door zijn strijd met Microsoft over schending van de mededingingsregels. Hij is president van de Bocconi-universiteit in Milaan.
- 9.Mariano Rajoy Brey (1955) was van 20 december 2011 tot 1 juni 2018 minister-president van Spanje. Hij was in 2004-2018 voorzitter van de centrumrechtse Volkspartij (Partido Popular). Eerder was hij onder meer viceminister-president, minister van Binnenlandse Zaken en minister van Onderwijs en Cultuur in de kabinetten-Aznar. Hij begon zijn loopbaan als lokaal en regionaal bestuurder in Galicië.
- 10.Romano Prodi (1939) was van 1999 tot 2004 voorzitter van de Europese Commissie. Hij is van huis uit wetenschapper en was onder meer hoogleraar in Bologna, Trento en Harvard. In 1995 werd hij voorman van de centrumlinkse Olijf-coalitie, waarna hij in 1996-1998 premier was. Ook in 2006-2008 was hij minister-president van Italië. Prodi is nu voorzitter van de centrumlinkse Democratische Partij van Italië. Behalve met de invoering van de euro kreeg hij als commissievoorzitter te maken met onder meer de dienstenrichtlijn, de onderhandelingen over toetreding van Turkije en de aanpak van de klimaatproblematiek.
- 11.De Europese Faciliteit voor financiële stabiliteit (EFSF) was een tijdelijk noodfonds, dat inmiddels is vervangen door het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM). Het EFSF werd opgericht in 2010, toen sprake was van het dieptepunt van de crisis. Het doel was de financiële stabiliteit in de eurozone te bewaren. Eurolanden die in financiële problemen verkeerden, konden bij het EFSF een lening aanvragen. Sinds 1 juli 2013 kan er geen aanspraak meer worden gedaan op het EFSF. Steun loopt sindsdien altijd via het permanente ESM. Het ESM is sinds oktober 2012 operationeel.
- 12.De Europese Centrale Bank (ECB) is verantwoordelijk voor het monetaire beleid van de Unie. De basisdoelstelling van de ECB is het handhaven van de prijsstabiliteit binnen de eurozone en daarmee het bewaken van de koopkracht en het beheersen van de inflatie.
- 13.De Economische en Monetaire Unie (EMU) is in 1991 opgericht door de Europese regeringsleiders. Het doel was een gezamenlijk economische politiek op te zetten, de prijsstabiliteit te bevorderen en de werking van de interne markt te verbeteren.
- 14.Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) is de VN-organisatie, dat de stabiliteit van het internationale monetaire systeem in de gaten houdt. Om deze stabiliteit te behouden en financiële crises te voorkomen, analyseert het IMF nationale, regionale en mondiale economische en financiële ontwikkelingen. Ook biedt het IMF hulp bij het beteugelen van economische crises.
- 15.In het Stabiliteits- en Groeipact spreken de landen die lid zijn van de Europese Unie af dat hun begrotingen in evenwicht zijn of een overschot hebben. Dat betekent dat de regeringen niet meer geld uitgeven dan ze ontvangen. Dat doel hoeft nog niet meteen bereikt te worden, maar de EU-landen moeten er wel naartoe werken. De afspraken zijn gemaakt in 1997.
- 16.Het Europees semester is de jaarlijkse cyclus voor de afstemming van het economisch en begrotingsbeleid van de lidstaten van de Europese Unie. Binnen het kader van het semester analyseert de Europese Commissie de nationale begrotingen van EU-landen en geeft de landen vervolgens aanbevelingen, waarmee de lidstaten rekening moeten houden als zij hun nationale begroting voor het komende jaar opstellen.
- 17.Mark Rutte (1967) is sinds 1 oktober 2024 secretaris-generaal van de NAVO. Hij was van 14 oktober 2010 tot 2 juli 2024 minister-president en minister van Algemene Zaken. Sinds 2006 was hij politiek leider van de VVD. In 2006-2010 was de heer Rutte fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer. Hij was van 17 juni 2004 tot 28 juni 2006 staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap belast met wetenschapsbeleid, beroepsonderwijs en studiefinanciering. Daarvoor was hij bijna twee jaar staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid belast met onder andere volksverzekeringen, bijstand en arbeidsomstandigheden. De heer Rutte was eerder voorzitter van de JOVD en manager bij een werkmaatschappij van Unilever.
- 18.De Fin Jyrki Katainen (1971) was van 16 juli 2014 tot 1 december 2019 lid van de Europese Commissie. In de Commissie-Juncker had hij de portefeuille banen, groei, investeringen en concurrentievermogen en was hij vicevoorzitter. In 2014 was hij in de Commissie-Barroso II tijdelijk belast met economische en monetaire zaken. Katainen was in 2011-2014 minister-president van Finland en leider van de conservatief-nationale Nationale Coalitiepartij (Kokoomus). In de periode 2007-2011 was hij minister van Financiën en vicepremier.
- 19.De eurozone bestaat uit de 20 EU-lidstaten die de euro hebben ingevoerd als wettig betaalmiddel. Deze lidstaten voeren gezamenlijk het eurobeleid. De landen waar de euro wel als betaalmiddel geaccepteerd wordt maar die geen lid zijn van de EU behoren niet tot de eurozone.
- 20.Uit de ICT-wereld afkomstige CDA-bewindspersoon, die als plaatsgenoot van premier Balkenende tot diens getrouwen behoorde. Werd, na penningmeester van het CDA te zijn geweest, in 2007 staatssecretaris van fiscale zaken in het kabinet-Balkenende IV. Toen de PvdA-bewindslieden in 2010 opstapten, werd hij minister van Financiën en hij bleef dat tot november 2012 in het kabinet-Rutte I. Had veel bemoeienis met de grote problemen in de eurozone en met name de Griekse schuldenkwestie. Stelde zich pragmatisch op. In het voorjaar van 2012 bracht hij, na de val van het kabinet het Lenteakkoord tot stand, zodat ons land aan EU-begrotingsregels voldeed. Van augustus 2014 tot maart 2020 bekleedde hij een topfunctie bij KPN. Zakelijke, nuchtere en populaire minister. Liefhebber van mooie auto's.
- 21.De Eurogroep bestaat uit de ministers van Financiën van de landen die de euro als nationale munteenheid hebben ingevoerd (de eurozone). Dit samenwerkingsverband heeft als doel de coördinatie van economisch beleid binnen de muntunie te versterken en de financiële stabiliteit van de eurolanden te bevorderen. Het is strikt genomen een informeel orgaan en geen formatie van de Raad.
- 22.1. Het hoofddoel van het Europees Stelsel van Centrale Banken (hierna "ESCB" te noemen), is het handhaven van prijsstabiliteit. Onverminderd het doel van prijsstabiliteit ondersteunt het ESCB het algemene economische beleid in de Unie teneinde bij te dragen tot de verwezenlijking van de in artikel 3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie omschreven doelstellingen van de Unie. Het ESCB handelt in overeenstemming met het beginsel van een open-markteconomie met vrije mededinging, waarbij een doelmatige allocatie van middelen wordt bevorderd, en met inachtneming van de beginselen die zijn neergelegd in artikel 119.
- 23.Het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VwEU) is een gewijzigde versie van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (EG). De gewijzigde versie is in 2009 van kracht geworden. In het VwEU staat wat de bevoegdheden zijn van de Europese Unie, en op welke manier de Europese Unie die bevoegdheden kan uitoefenen. Dit verdrag vormt samen met het Verdrag betreffende de Europese Unie de basis van de Europese Unie.
- 24.Het Europees Parlement (EP) vertegenwoordigt ruim 450 miljoen Europeanen en bestaat momenteel uit 720 afgevaardigden (inclusief voorzitter). Nederland heeft 31 zetels in het Europees Parlement. Het Europees Parlement wordt geacht een stem te geven aan de volkeren van de 27 landen die aan de Unie deelnemen, en vooral te letten op het belang van de Unie in zijn geheel.
- 25.1. De Unie is niet aansprakelijk voor de verbintenissen van centrale overheden, regionale, lokale of andere overheden, andere publiekrechtelijke lichamen of openbare bedrijven van de lidstaten en neemt deze verbintenissen niet over, onverminderd de wederzijdse financiële garanties voor de gemeenschappelijke uitvoering van een specifiek project. De lidstaten zijn niet aansprakelijk voor de verbintenissen van centrale overheden, regionale, lokale of andere overheden, andere publiekrechtelijke lichamen of openbare bedrijven van een andere lidstaat en nemen deze verbintenissen niet over, onverminderd de wederzijdse financiële garanties voor de gemeenschappelijke uitvoering van een specifiek project.
- 26.Deze instelling van de Europese Unie kan worden beschouwd als het 'dagelijks bestuur' van de EU. De leden van de Europese Commissie worden 'Eurocommissarissen' genoemd. Elke Eurocommissaris is verantwoordelijk voor één of meerdere beleidsgebieden.
- 27.De Portugees José Manuel Durao Barroso (1956) was van 18 november 2004 tot 1 november 2014 voorzitter van de Europese Commissie. Hij leidde twee periodes de Europese Commissie. Daarvoor was Barroso staatssecretaris, minister van Buitenlandse Zaken (1992-1995), en ten slotte premier van Portugal (2000-2004). Hij is doctor in de politieke wetenschappen en werkte als wetenschapper. Barrosso is lid van de centrumrechtse PSD (Partido Social Democrata), een partij die is aangesloten bij de Europese Volkspartij. Sinds 2016 is hij non-executive president van de bank Goldman Sachs.
- 28.Nout Wellink (1943) was in 1997-2011 president van De Nederlandsche Bank (DNB). Daardoor speelde hij een centrale rol bij het bepalen van het Nederlandse en Europese financiële en monetaire beleid. De CDA'er Wellink kreeg gedurende zijn rechtenstudie, tijdens een langdurig ziekbed, belangstelling voor economie. Hij promoveerde in 1975 in Rotterdam en doorliep een succesvolle ambtelijke loopbaan bij het ministerie van Financiën. In 1982 kwam hij in dienst van de DNB. Als opvolger van Duisenberg speelde hij een belangrijke rol bij de introductie van de euro. Nout Wellink bekleedde functies bij enkele financiële instellingen en had diverse nevenfuncties op cultureel gebied.
- 29.Barack Obama (1961) was van 20 januari 2009 tot 20 januari 2017 de 44e president van de Verenigde Staten. Hij werd op 4 november 2008 gekozen. Obama, zoon van een Keniaanse immigrant en deels opgegroeid op Hawaï, was onder meer werkzaam bij een kerkelijke organisatie voor sociaal werk en op advocatenkantoren. Hij was lector (hoogleraar) aan de rechtenfaculteit van de Universiteit van Chicago. In 2005 werd Obama senator voor Illinois. Bij de voorverkiezingen van de Democratische Partij in 2007-2008 versloeg hij Hillary Clinton.
- 30.Dit internationale forum bestaat uit de 19 grootste nationale economieën plus de Europese Unie. De officiële naam van de G20 is de 'Groep van Twintig Ministers van Financiën en Voorzitters van Centrale Banken'. De G20 heeft tot doel bij te dragen aan wereldwijde economische groei en ontwikkeling.
- 31.De Italiaan Mario Draghi (1947) was van 13 februari 2021 tot 22 oktober 2022 minister-president van Italië. Hij was van 1 november 2011 tot 1 november 2019 president van de Europese Centrale Bank. De heer Draghi was in 2006-2011 lid van de directie van Nationale Bank van Italië. Eerder was hij onder meer hoogleraar aan diverse Italiaanse universiteiten, lid van de directie van de Wereldbank, thesaurier-generaal en voorzitter van het Economisch en Financieel Comité van de EU. Sinds 2009 is hij president van de Financial Stability Board.
- 32.Dit orgaan financiert projecten waarmee de doelstellingen van de Europese Unie kunnen worden gerealiseerd. De EIB leent goedkoop geld en leent dat op haar beurt tegen gunstige voorwaarden uit aan banken en bedrijven.
- 33.Dit verdrag is in januari 2012 gesloten tussen het merendeel van de lidstaten van de Europese Unie. Lidstaten die de euro als munt hebben moesten dit verdrag ondertekenen, lidstaten zonder de euro konden zich bij het verdrag aansluiten.
- 34.Jean-Claude Juncker (1954) was van 1 november 2014 tot 1 december 2019 voorzitter van de Europese Commissie. Hij werd op 15 juli 2014 gekozen. Juncker was in 1995-2013 minister-president van Luxemburg. Eerder was hij staatssecretaris en minister onder meer van financiën. Hij bekleedde daarnaast functies bij de Wereldbank en het IMF. In 2005-2013 was hij voorzitter van de eurogroep. Juncker is lid van de Christelijke Volkspartij en leidde een coalitie van christendemocraten en sociaaldemocraten. Hij is diverse malen onderscheiden met internationale prijzen, zoals de Walter Hallsteinprijs en de Karelsprijs.