Hongaarse democratie en rechtsstaat onder druk
De Europese Commissie1 en het Europees Parlement2 zijn bezorgd over de staat van de rechtsstaat in Hongarije. Premier Viktor Orbán3 (Fidesz) bracht de media steeds meer onder zijn controle, legde de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht steeds verder aan banden, versterkte zijn grip op de centrale bank en liet na corruptie aan te pakken. Daarnaast nam hij de rechten van de lhbti-gemeenschap regelmatig onder vuur. Vanuit de Commissie is een aantal keer actie ondernomen om omstreden voorstellen van tafel te krijgen of besluiten terug te draaien, maar de Commissie boekte hierin weinig echte successen.
De mogelijkheden voor de Europese Unie om Hongarije te dwingen wetten en regels in lijn te brengen met de Europese waarden en normen zijn beperkt of politiek zo beladen dat er lang van af werd gezien. Na ruim zeven jaar van praten, waarschuwen en onderhandelen lanceerde de Commissie onder leiding van Frans Timmermans4 in 2018 de artikel 7-procedure5 tegen Hongarije. Die kan er in het uiterste geval toe leiden dat het land zijn stemrecht verliest in de Raad van de Europese Unie6. Met het koppelen van het uitkeren van subsidies aan hoe het in een land met de rechtsstaat staat - de rechtsstaattoets - in de meerjarenbegroting van 2021-2027 en het Coronaherstelfonds begon de Commissie in 2022 met het inhouden van gelden voor Hongarije. Het land loopt zo miljarden mis.
Het merendeel van het Europees Parlement steunt de Commissie in haar pogingen om veel hervormingen van Orbán ongedaan te maken en de rechtsstaat juist te versterken. De andere lidstaten van de EU keken vooral toe hoe de regering van Orbán iedere keer een stapje verder ging in het aantasten van de rechtsstaat. De lidstaten moeten nu besluiten of ze de subsidiestop van de Commissie steunt, iets wat ze tot nog toe uit de weg gingen.
Inhoudsopgave
Sinds zijn verkiezing in 2010 heeft Orbán verschillende wijzigingen doorgevoerd die tot stevige kritiek uit het buitenland leidden.
De hervormingen van 2011
Mediawet
In 2011 werd een mediawaakhond ingesteld die wordt bestuurd door partijgenoten. Deze mediawaakhond controleert de Hongaarse media en legt hoge boetes op als de media niet 'objectief' berichten. Deze wet zou in strijd zijn met Europese regelgeving, waarin wordt bepaald dat nieuws zonder censuur verspreid moet worden.
Neelie Kroes,7 de voormalig Nederlandse Eurocommissaris8 belast met de portefeuille Digitale Agenda, bereikte namens de Europese Commissie een akkoord met Hongarije over de aanpassing van de mediawet aan EU-wetten. Het Europees Parlement behield daarentegen grote zorgen over de Hongaarse persvrijheid.
Mede door de bezorgdheid over de persvrijheid in Hongarije presenteerde de Europese Commissie in september 2022 een Europese mediawet die persvrijheid, pluriformiteit en onafhankelijk mediatoezicht in de lidstaten moet garanderen. De nieuwe regels moeten journalisten en redacties beschermen tegen politieke inmenging en overheidscontrole.
Nieuwe grondwet
Op 19 april 2011 nam het Hongaarse parlement een nieuwe grondwet aan. De Europese Commissie liet weten dat de nieuwe Hongaarse grondwet in strijd was met Europese regelgeving. Het ging om de onafhankelijkheid van de nationale centrale bank, maatregelen om de zittende rechters al op de leeftijd van 62 (in plaats van 70) jaar met pensioen te sturen, en de bedreiging van de onafhankelijkheid van de nationale databeschermingsautoriteit. De Commissie startte daarom een inbreukprocedure.
Hongarije paste een aantal zaken aan, maar de Commissie bleef kritisch op de nieuwe regels voor rechters en voor de nieuwe toezichthouder voor de bescherming van data. Daarom daagde de Europese Commissie Hongarije voor het Europese Hof van Justitie. Het Hof verklaarde vervolgens dat de vervroegde pensionering van rechters ongrondwettelijk is.
De bankenwet
In een nieuwe wet vergrootte de regering haar greep op de centrale bank. Daarop besloten het IMF9 en de EU om gesprekken over financiële steun aan het toen noodlijdende land op te schorten. Zowel de EU als de IMF vonden dat centrale banken, net als de ECB, niet onder invloed van regeringen economische politiek mogen bedrijven.
In 2012 maakte de Hongaarse regering bekend dat zij de bankenwet nog op een paar punten zou wijzigen. Die wijzigingen waren gericht op het verminderen van de controle van de regering op de bank. De Europese Commissie was tevreden over de aanpassingen aan de wet.
Grondwet van 2013
De wijzigingen
Begin 2013 kreeg Orbán groen licht voor een nieuwe grondwetswijziging die de rechterlijke macht inperkt en eerdere uitspraken van het Constitutionele Hof negeert. Dankzij een twee-derde meerderheid in het parlement van zijn partij Fidesz was de oppositie onmachtig om de voorstellen tegen te houden.
Andere wijzigingen hebben te maken met het beperken van politieke campagnes via de media, het uitsluitend mogen afsluiten van een huwelijk tussen man en vrouw, en het opsluiten van rondzwervende daklozen. Daarnaast werden afgestudeerden verplicht om in de eerste jaren na het afstuderen in Hongarije te blijven werken.
Europese weerstand
José Manuel Barroso10, toenmalig voorzitter van de Europese Commissie, waarschuwde Orbán voorafgaand dat de wijzigingen tegen Europese regelgeving ingingen. Ook het Europees Parlement liet van zich horen, door middel van een resolutie in juni 2013 waarin Hongarije werd opgeroepen alle schendingen van Europese kernwaarden terug te draaien.
De Hongaarse regering paste in september 2013 de meest controversiële punten uit de nieuwe grondwet aan om zo te voldoen aan de eisen van de EU. Dit betekende onder meer dat de beperkingen op politieke mediacampagnes kwamen te vervallen.
De ministers van Buitenlandse Zaken uit Nederland, Duitsland, Finland en Denemarken drongen toen in een brief aan de Europese Commissie aan op financiële maatregelen tegen lidstaten die de democratische waarden van de Unie schenden. Zij noemden Hongarije niet bij naam, maar duidelijk was wel dat ze op dat land doelden.
Herinvoeren doodstraf
In april 2015 zei Orbán in gesprek te willen gaan met de EU-lidstaten over het herinvoeren van de doodstraf. Volgens Eurocommissaris Timmermans (toen belast met fundamentele rechten) was dit tegen de waarden van de Europese Unie. Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens heeft al vaker bepaald dat de doodstraf onacceptabel is.
Universiteitswet
Op 4 april 2017 ging het Hongaarse Parlement akkoord met een wet die het voortbestaan bedreigde van de door filantroop George Soros opgerichte Central European University (CEU) in Boedapest. In de wet moeten buitenlandse universiteiten aan nieuwe voorwaarden voldoen, zoals de aanwezigheid van een campus in het thuisland. Binnen de Europese Commissie wordt gevreesd voor de autonomie van academische instellingen in Hongarije.
Daarmee zorgt de wet voor een beperking op de vrijheid van onderwijs en een grotere afstand tussen Hongarije en de Europese waarden. De Central European University heeft inmiddels besloten zich vanaf september 2019 te gaan vestigen in Wenen (Oostenrijk).
Volgens de Europese Commissie is de universiteitswet in strijd met Europese wetgeving. De Commissie is daarom een juridische procedure tegen Hongarije begonnen, omdat de wet in strijd zou zijn met het recht op academische vrijheid en vrije vestiging. Orbán heeft op 26 april 2017 gereageerd op de bezwaren. Volgens hem zijn ze ongefundeerd en is de wet niet in strijd met Europese wetgeving.
Noodtoestand
In het begin van de coronacrisis riep de Hongaarse regering de noodtoestand uit. Deze is twee jaar lang van kracht geweest en toen wéér verlengd vanwege de oorlog in buurland Oekraïne. Hier is de nodige kritiek op gekomen omdat het de democratische controle op de regering vrijwel helemaal buiten spel zet, en de burgerrechten behoorlijk inperkt.
Anti-LHBTI-wet
Op 15 juni 2021 nam het Hongaarse parlement een wet aan die het scholen de facto verbiedt om onderwijs te geven over homo- en transseksualiteit. Volgens de regering van Hongarije dient het om kinderen te 'beschermen' tegen de 'promotie' van homoseksualiteit, geslachtsveranderingen en genderidentiteit, maar vanwege de vage wettekst maken tegenstanders zich zorgen dat de wet voornamelijk een inperking van de vrijheid van meningsuiting zal betekenen.
Als reactie op deze wet spraken 13 landen, waaronder Nederland, Hongarije op 22 juni 2021 scherp aan op de nieuwe wet. Daar voegden zich op 23 juni nog vier landen bij. De Europese Commissie, bij monde van Commissievoorzitter Von der Leyen11, noemde de wet een 'schande'. Op 15 juli 2021 is de Europese Commissie een strafprocedure gestart over de nieuwe wet. Hongarije moest binnen twee maanden opheldering verschaffen. Dat haalde weinig uit. Een jaar later begon de Commissie een rechtzaak tegen Hongarije bij het Europees Hof van Justitie12.
De Commissie is door de jaren verschillende inbreukprocedures opgestart als reactie op nieuwe wetten in Hongarije. In de Europese Unie is ook zelf een aantal keer het initiatief genomen om Hongarije onder druk te zetten om haar wetten aan te passen.
EP: onderzoek door Hongarije-rapporteur
In april 2017 sprak het Europees Parlement zijn zorgen uit over de vrijheid van wetenschappelijk onderzoek en andere Europese waarden in Hongarije. Daartoe werd in mei 2017 een resolutie aangenomen, die de verslechtering op het gebied van mensenrechten, democratische vrijheid en het functioneren van de rechtsstaat, sterk veroordeelt. Ook een meerderheid van de Europese Volkspartij13, de partij waartoe toen ook Orbáns eigen partij Fidesz behoorde, steunde de resolutie.
Het Europese Parlement verleende aan de commissie Burgerlijke Vrijheden het mandaat om te onderzoeken of Hongarije verdere maatregelen opgelegd moet krijgen. De Nederlandse Europarlementariër Judith Sargentini14 (GroenLinks15) leidde het onderzoek. In april 2018 presenteerde zij haar rapport. Ze concludeerde daarin dat er een risico is op schending van de Europese waarden door Hongarije en gaf het advies om de artikel 7-procedure te starten tegen Hongarije. Op 12 september 2018 stemde het Europees Parlement met een ruime twee derde meerderheid voor een artikel 7-procedure.
Artikel 7-procedure
Onder leiding van Frans Timmermans4 zette de Europese Commissie in 2018 de artikel 7-procedure5 in gang tegen Hongarije. De procedure begon met een lijst aan punten van kritiek en zorgen van de Commissie, en verzocht Hongarije daarop te reageren.
Hongarije heeft weerwoord gegeven in de Raad, en die discussie loopt daar door. Het is de Raad die moet besluiten over het wel of niet instellen van sancties onder artikel 7.
Meer druk
In januari 2020 riep een grote meerderheid van het EP de andere lidstaten op meer druk te leggen op de regering van Hongarije. Bovendien werd de Europese Commissie aangemaand om alle beschikbare instrumenten in te zetten om het land in het gareel te krijgen. Impliciet was dit een verzoek om de artikel 7-procedure af te ronden en nu echt sancties op te leggen.
Nederland
De Tweede Kamer benoemde op 14 november 2018 Stieneke van der Graaf16 (CU17) en Vicky Maeijer18 (PVV19) tot rapporteurs voor de "Rule of Law/rechtsstatelijke ontwikkelingen in de EU'. Zij hebben onderzoek gedaan naar de mogelijke aantasting van de rechtsstaat in onder andere Hongarije.
Het eindrapport liet zich niet uit over de situatie in Hongarije op dat moment, maar benadrukte dat er meer gedaan kan worden door de Tweede Kamer en de Nederlandse regering om ontwikkelingen op het gebied van de rechtsstaat en democratie in de EU te monitoren, en om dat onderwerp actiever te blijven aanstippen op het Europese niveau.
Rapportage over de staat van de rechtsstaat
In 2020 kwam de Commissie voor het eerst met jaarrapportages over de staat van de rechtsstaat in de lidstaten. De Commissie moet mogelijke misstanden signaleren vóór het nodig is om lidstaten via procedures aan te pakken. Het hoofdstuk over Hongarije was echter vooral een opsomming van alle kritieken die al eerder tegen het land zijn geuit. De rapportage van 2022 was zo nodig nog somberder, omdat de verlenging van de noodmaatregelen uit de COVID-periode aan de lijst klachten werd toegevoegd terwijl er op alle andere vlakken niet of nauwelijks sprake was van enige verbetering.
Het resultaat van alle afzonderlijke maatregelen jegens de media, de rechterlijke macht, NGO's en het ontbreken van een gedegen aanpak tegen corruptie resulteren in een enorme druk op de Hongaarse samenleving en met name het maatschappelijk middenveld. In een interview na het eerste rapport in 2020 noemde Eurocommissaris Jourová20 de rechtsstaat in Hongarije 'ziek'.
Inhouden subsidie
In het meerjarig financieel kader voor 2021-202721 is een clausule opgenomen dat de Commissie subsidies en betalingen aan lidstaten mag opschorten als er sprake is van bijvoorbeeld fraude, corruptie en mismanagement van EU-gelden in een land. Hongarije was geen voorstander van dit 'conditionaliteitsmechanisme' en stapte samen met Polen naar het Europees Hof. Daar kreeg Hongarije het deksel op de neus. De Commissie, overtuigd dat er sprake is van fraude en corruptie met EU-subsidies in Hongarije, zette op 5 april 2022 de procedure in werking om betalingen aan Hongarije te stoppen.
Op 18 september 2022 dreigde de Commissie dat het in totaal 7,5 miljard euro aan EU-subsidies voor Hongarije wil opschorten. Hongarije kreeg drie maanden om te bewijzen dat het de gevraagde hervormingen en wetswijzigingen had doorgevoerd. Op 13 december kwamen de Commissie en Hongarije tot een compromis. Er is nu afgesproken dat er 6,3 van de 7,5 miljard euro wordt achtergehouden in ruil voor Hongarije's meewerking aan een steunpakket van 18 miljard euro voor Oekraïne en steun voor een minimumtarief voor winstbelasting.
Eind 2022 stelde de Commissie dat de Hongaarse herstelplannen om aanspraak te maken op het coronaherstelfonds22 op zich in orde zijn, maar dat de rechtsstatelijke voorwaarden ontbreken. Uit bezorgdheid over de rechtsstaat en corruptie wilde de Commissie de plannen van Hongarije in eerste instantie niet goedkeuren. Maar in een compromis gaf de Commissie op 13 december 2022 goedkeuring voor de 5,8 miljard euro uit het herstelfonds, die pas overgemaakt zal worden als Hongarije aan de voorwaarden voldoet.
- 1.Deze instelling van de Europese Unie kan worden beschouwd als het 'dagelijks bestuur' van de EU. De leden van de Europese Commissie worden 'Eurocommissarissen' genoemd. Elke Eurocommissaris is verantwoordelijk voor één of meerdere beleidsgebieden.
- 2.Het Europees Parlement (EP) vertegenwoordigt ruim 450 miljoen Europeanen en bestaat momenteel uit 720 afgevaardigden (inclusief voorzitter). Nederland heeft 31 zetels in het Europees Parlement. Het Europees Parlement wordt geacht een stem te geven aan de volkeren van de 27 landen die aan de Unie deelnemen, en vooral te letten op het belang van de Unie in zijn geheel.
- 3.Viktor Orbán (1963) is sinds 29 mei 2010 minister-president van Hongarije. Hij is leider van de centrumrechtse/christendemocratische partij Fidesz. Orbán speelde een belangrijke rol bij de overgang van Hongarije van het communisme naar de democratie. Hij was oprichter van Fidesz, aanvankelijk een liberale jongerenbeweging. In 1990 werd hij lid van het Hongaarse parlement. Als leider van Fidesz-Hongaarse Volksparij werd hij in 1998 premier, tot 2002. Daarna was hij tot 2010 oppositieleider.
- 4.Frans Timmermans (1961) is sinds 23 november 2023 fractievoorzitter van GroenLinks-PvdA in de Tweede Kamer. Sinds 6 december 2023 is hij Tweede Kamerlid en eerder was hij dat in 1998-2007 en 2010-2012 voor de PvdA. Van 1 november 2014 tot 22 augustus 2023 was de heer Timmermans vicevoorzitter van de Europese Commissie. In de Commissie-Juncker was hij verantwoordelijk voor 'betere regulering' en duurzame ontwikkeling en in de Commissie-Von der Leyen voor de Europese Green Deal. De heer Timmermans was in 2012-2014 minister van Buitenlandse Zaken in het kabinet-Rutte II. Daarvoor was hij staatssecretaris van Buitenlandse Zaken (belast met Europese samenwerking) in het kabinet-Balkenende IV. Eerder was hij adviseur en particulier secretaris van dr. M. van der Stoel, Hoge Commissaris nationale minderheden van de OVSE.
- 5.De rechtsstaat is een belangrijke waarde waarop de Europese Unie is gebaseerd, en dit is vastgelegd in Artikel 2 van Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU). In een rechtsstaat worden burgers tegen de macht van de staat en tegen medeburgers beschermd. De rechtsstaat is essentieel voor het vertrouwen van de burgers in de
overheidsinstellingen maar ook voor wederzijds vertrouwen tussen lidstaten. De lidstaten van de Europese Unie mogen de rechtsstaat in eigen land daarom niet in gevaar brengen. De Europese Commissie ziet erop toe dat de lidstaten de waarden van de Unie naleven.
- 6.In deze instelling van de Europese Unie (kortweg 'de Raad van Ministers' of nog korter 'de Raad' genoemd) zijn de regeringen van de 27 lidstaten van de EU vertegenwoordigd. De Raad oefent samen met het Europees Parlement de wetgevings- en begrotingstaak uit.
- 7.Neelie Kroes, dochter van een Rotterdamse vervoersondernemer, was tussen 1971 en 2014 als VVD-politica in vele functies actief. Zij werd in 1971 Tweede Kamerlid en was toen woordvoerster vervoer en onderwijs. In het eerste kabinet-Van Agt (1977-1981) was zij staatssecretaris van vervoerszaken en PTT-zaken. Daarna was mevrouw Kroes minister van Verkeer en Waterstaat in het kabinet-Lubbers I (1982-1986) en kabinet-Lubbers II (1986-1989). In die functie was zij onder meer verantwoordelijk voor de spreiding van de PTT (hoofddirectie naar Groningen) en voor de verzelfstandiging van de PTT. Na haar ministerschap werd zij onder meer president van Universiteit Nijenrode en had zij vele functies in het bedrijfsleven. In 2004-2010 was mevrouw Kroes als Europees commissaris belast met mededinging. In de Commissie-Barroso II (2010-2014) had zij de portefeuille digitale agenda en was zij tevens vicevoorzitter van de Europese Commissie.
- 8.Een Eurocommissaris is één van de 27 leden van de Europese Commissie en heeft als taak het behartigen van het algemeen belang van de Europese Unie. Iedere commissaris heeft een eigen portefeuille. Een aantal Eurocommissarissen zijn tevens vicevoorzitter van de Commissie.
- 9.Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) is de VN-organisatie, dat de stabiliteit van het internationale monetaire systeem in de gaten houdt. Om deze stabiliteit te behouden en financiële crises te voorkomen, analyseert het IMF nationale, regionale en mondiale economische en financiële ontwikkelingen. Ook biedt het IMF hulp bij het beteugelen van economische crises.
- 10.De Portugees José Manuel Durao Barroso (1956) was van 18 november 2004 tot 1 november 2014 voorzitter van de Europese Commissie. Hij leidde twee periodes de Europese Commissie. Daarvoor was Barroso staatssecretaris, minister van Buitenlandse Zaken (1992-1995), en ten slotte premier van Portugal (2000-2004). Hij is doctor in de politieke wetenschappen en werkte als wetenschapper. Barrosso is lid van de centrumrechtse PSD (Partido Social Democrata), een partij die is aangesloten bij de Europese Volkspartij. Sinds 2016 is hij non-executive president van de bank Goldman Sachs.
- 11.Dr. Ursula von der Leyen (1958) is vanaf 1 december 2019 voorzitter van de Europese Commissie. Zij is opgeleid tot arts en was werkzaam in een Vrouwenkliniek en als docent. Namens de CDU begon zij haar politieke loopbaan in de Landsdag en regering van Neder-Saksen. In 2009 werd zij Bondsdaglid en minister in het kabinet-Merkel. Achtereenvolgens was zij minister van Gezin en Jeugd, Arbeid en Sociale Zaken, en sinds 2013, van Defensie.
- 12.Het in 1952 opgerichte Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ-EU) moet ervoor zorgen dat de wetten en regels die in Europa gemaakt worden, goed worden toegepast. De Europese wetten - het gemeenschapsrecht - moeten in alle lidstaten hetzelfde worden uitgevoerd. Het Hof van Justitie ziet er verder op toe dat het EU-recht in alle lidstaten op dezelfde manier wordt toegepast.
- 13.De Europese Volkspartij (EVP) is de partij van christendemocratische stromingen in de Europese Unie en in enkele buurlanden van de EU. Het Nederlandse CDA en de ChristenUnie zijn aangesloten bij de EVP, evenals bijvoorbeeld de Christlich Demokratische Union Deutschlands (CDU) en de Christlich-Soziale Union in Bayern (CSU) uit Duitsland, het Franse Les Républicains, de Spaanse Partido Popular en het Italiaanse Forza Italia.
- 14.Judith Sargentini (1974) was van 14 juli 2009 tot 2 juli 2019 lid van het Europees Parlement. Zij maakte namens GroenLinks deel uit van de fractie-De Groenen/Vrije Europese Alliantie. Mevrouw Sargentini was fractievoorzitter van GroenLinks in de gemeenteraad van Amsterdam. Verder was zij actief in de Landelijke Studentenvakbond en in organisaties op het gebied van internationale samenwerking. Zij was lobbyist voor eerlijke handel en mensenrechten en actief op voorlichtingsgebied. Mevrouw Sargentini was lijsttrekker van GroenLinks bij de Europese Verkiezingen van 2009. In het Europees Parlement hield zij zich voornamelijk bezig met burgerlijke vrijheden. Als rapporteur drong zij met succes aan op het activeren van de artikel-7-procedure tegen Hongarije. Zij was adjunct-directeur van Artsen zonder Grenzen Nederland en is sinds 2024 wethouder van Gouda.
- 15.GroenLinks is een progressieve partij, die duurzaamheid hoog in het vaandel heeft. De partij werd opgericht op 24 november 1990 als fusie van de Communistische Partij van Nederland (CPN), de Evangelische Volkspartij (EVP), de Politieke Partij Radikalen (PPR) en de Pacifistisch-Socialistische Partij (PSP). GroenLinks trok samen met de PvdA op en deed met een gezamenlijke lijst mee aan de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november 2023. Frans Timmermans leidt de gezamenlijke fractie in de Tweede Kamer.
- 16.Veelzijdig en vasthoudend Tweede Kamerlid van de ChristenUnie in de jaren 2017-2021 en 2022-2023. Zette zich als Groningse onder meer in voor de gedupeerden van de aardbevingen en zat in de parlementaire enquêtecommissie naar de aardgaswinning. Was voor zij Kamerlid werd Statenlid (fractievoorzitter) in Groningen en juridisch adviseur bij Capital Tool Company, een bedrijf dat zich richt op financiering van kleine en middelgrote bedrijven in o.a. ontwikkelingslanden en opkomende economieën. Eerder deed zij onderzoek bij Kenniscentrum Europa Decentraal. Woordvoerder op diverse terreinen, zoals regiobeleid, infrastructuur, milieu, mediabeleid, binnenlandse zaken (constitutionele zaken), Koninkrijksrelaties, justitie en veiligheid en Europa.
- 17.De ChristenUnie is een christelijke partij, met op sociaal en ecologisch gebied progressieve en op ethisch gebied behoudender standpunten. Politiek leider van de ChristenUnie is sinds januari 2023 Mirjam Bikker. De partij ontstond in januari 2000 als samenwerkingsverband tussen het Gereformeerd Politiek Verbond (GPV) en de Reformatorische Politieke Federatie (RPF). Per 22 januari 2000 zijn de partijen gefuseerd.
- 18.Vicky Maeijer (1986) is sinds 2 juli 2024 staatssecretaris voor langdurige en maatschappelijke zorg. Zij was van 23 maart 2017 tot 2 juli 2024 Tweede Kamerlid voor de PVV. In 2014 -2017 was zij lid van het Europees Parlement. Mevrouw Maeijer was in het EP lid van de commissies burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken en rechten van de vrouw en gendergelijkheid. Eerder was zij beleidsmedewerker bij de PVV-fractie in de Tweede Kamer en fractievoorzitter van de PVV in de Staten van Zuid-Holland. Mevrouw Maeijer hield zich als Tweede Kamerlid bezig met medisch-ethische kwesties, sport en oorlogsgetroffenen.
- 19.De Partij voor de Vrijheid (PVV) is een populistische partij, met zowel conservatieve, 'rechtse' als 'linkse' standpunten. De PVV is op 22 februari 2006 geregistreerd bij de Kiesraad door Geert Wilders, na zijn vertrek bij de VVD. Hij is sindsdien ook de politiek leider.
- 20.De Tsjechische Vera Jourová (1964) is sinds 1 november 2014 lid van de Europese Commissie. In de Commissie-Von der Leyen is zij belast met waarden en transparantie. In de Commissie-Juncker was zij belast met justitie, consumentenrechten en gendergelijkheid. Mevrouw Jourová is lid van de liberaal-populistische partij ANO 2011 (Burgeractie). Sinds januari 2014 was zij minister voor regionale ontwikkeling, daarvoor was zij onderminister
- 21.Het Meerjarig Financieel Kader 2021-2027 (MFK) is het akkoord waarin de begroting van de Europese Unie voor een periode van zeven jaar op hoofdlijnen wordt vastgesteld. De EU legt in deze meerjarenbegroting vast wat de hoogte van het budget van de EU is, waar het geld aan uitgegeven wordt en hoeveel iedere lidstaat moet bijdragen. Het MFK voor 2021-2027 komt uit op 1.074,3 miljard euro. Om de economische gevolgen van de coronacrisis op te vangen is afgesproken dat er boven op de normale begroting een coronaherstelfonds komt van 750 miljard euro. In juni 2023 heeft de Commissie de lidstaten gevraagd om 66 miljard euro extra aan de meerjarenbegroting bij te dragen. Dit bedrag zou vooral nodig zijn om Oekraïne de komende jaren financieel te blijven steunen. Daarnaast zou het geld gebruikt worden voor het asiel- en migratiebeleid en voor subsidies aan Europese industrieën en technologieën.
- 22.Met het Europees Herstelfonds - door de Europese Commissie 'NextGenerationEU' genoemd - wil de Europese Unie de economische klap van de uitbraak van het COVID-19-virus opvangen. Het herstelfonds heeft een omvang van 807 miljard euro (prijspeil 2022, onderhevig aan inflatie), bestaande uit 338 miljard euro aan subsidies, 386 miljard aan leningen en 83 miljard voorzien voor andere Europese steunprogramma's. Italië en Spanje, de zwaarst getroffen lidstaten, ontvangen het meeste geld uit het herstelfonds.
- 23.De Europese Unie ziet het waarborgen van de rechtsstaat als een van haar belangrijkste taken. Het begrip rechtsstaat wordt gedefinieerd op basis van de beginselen die zijn vastgesteld door het Europees Hof, het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, en EU-verdragen. Enkele componenten daarvan zijn de gelijkheid voor de wet, de eerbiediging van de grondrechten, het beginsel doeltreffende rechterlijke bescherming door een onafhankelijke gerecht, het beginsel van de scheiding der machten, het verbod van willekeur, het rechtszekerheidsbeginsel, en het legaliteitsbeginsel.