Diverse dilemma’s zetten euro klem
De schuldencrisis is voor de Europese Unie2 de meest gevaarlijke uit haar bestaan. Noch de politieke leiders noch de Europese instellingen hebben ervaring met een dergelijke crisis. De verdragen en de spelregels van de Monetaire Unie voorzien hierin niet. Bovendien zitten de politieke leiders gevangen in een reeks dilemma’s. Die verklaren hun besluiteloosheid. Hieronder een overzicht gezien vanuit Brussel.
Inhoudsopgave
Pas in de eerste week van november lanceren de landen met de euro samen een pakket maatregelen tegen de schuldencrisis. Zij mikken op een ‘totaalpakket’. Deze intentie van kanselier Angela Merkel3 en president Nicolas Sarkozy4 van 9 oktober leidde tot uitstel van de traditionele oktobertop. De vergaderingen van de Europese Raad5 van 17 oktober en van de Euroraad op 18 oktober zijn verschoven naar zondag 23 oktober.
Zo’n ongebruikelijk uitstel leert dat Europa zonder Frans-Duits voorakkoord geen knopen kan doorhakken. Dat was altijd al zo. Maar zodra het aantal EU-landen6 rond het millennium bijna verdubbelde werd verwacht dat Frans-Duitse overheersing niet meer werkt in zo’n groot gezelschap. Inmiddels gaat het wel om een Duits-Franse combine dus met de kanselier aan het stuur, zo leert het verloop van de gebeurtenissen.
Na het onverwachte échec van het Belgisch-Franse Dexia wankelen andere grote banken. Over de aanpak daarvan bestaat een meningsverschil tussen Frankrijk en Duitsland. Sarkozy wil met steun van de landen met traditioneel een zwakke munt het noodfonds EFSF7 inzetten voor het redden van banken. Inmiddels heeft Parijs dat standpunt wel afgezwakt.
Merkel staat er op dat banken, hun obligatiehouders en hun aandeelhouders eerst bijdragen aan de sanering. Lukt het de banken zelf niet voldoende kapitaal te verzamelen dan wil de kanselier dat de landen zelf hun banken redden. Parijs moet dan diep in de nationale schatkist tasten. Frankrijk beseft in zo’n aanpak zijn AAA-status te verspelen. Dat kan Sarkozy vlak voor de presidentsverkiezingen helemaal niet hebben. Maar Duitsland als ‘Bezahlmeister Europa’ wil niet nog meer opdraaien voor de megaverliezen van banken elders.
Lukt het Frankrijk en Duitsland dit dilemma binnenkort te doorbreken? De druk komt inmiddels van alle kanten. In Washington vreest president Barack Obama8 anders een wereldwijde crisis, zo liet hij weten. Met de Britse premier David Cameron9 bepleit Obama het herkapitaliseren van de banken. Business Europe10 (met VNO NCW) en de European Round Table of Industrialists zien het hele bedrijfsleven in gevaar komen als Europa blijft voortmodderen.
In de loop van dit jaar heeft de storm na Griekenland vervolgens Ierland en Portugal en nu de bancaire sector bereikt. Vooral de hele grote banken zitten op zwart zaad omdat vooral zij een forse afschrijving op hun massa Griekse en andere rommelkredieten moeten verteren. ‘Of wij het leuk vinden of niet, de schuldencrisis is een bankencrisis aan het worden’ verklaarde José Manuel Barroso11, voorzitter van de Commissie, op 13 oktober. Dat is voor hem onverwacht.
Deze zomer kort na de banken stresstest waarschuwde IMF-topvrouw hoofddirecteur Christine Lagarde12 al dat de banken in Europa het megabedrag van 200 miljard euro nodig hebben voor risicodragend kapitaal. Haar waarschuwing werd in alle toonaarden door de Europese autoriteiten ontkend, met Barroso voorop.
‘De ECB13 is de kurk waarop het euroschip nu drijft’, concludeerde de Volkskrant onlangs. Tijdelijk voorkomt de ECB een crisis door massaal liquiditeit te verschaffen die banken nergens meer krijgen. Dat mag volgens de ECB-statuten niet lang duren. Over de noodzaak van herkapitalisatie van banken is vandaag iedereen het eens. ‘De eurocrisis moet nu echt krachtig worden aangepakt’, waarschuwt ECB president Jean-Claude Trichet14. Hij bepleit ‘gecoördineerde herkapitalisatie van de banken’. Hoe dat precies moet laat Trichet wijselijk over aan de politieke leiders.
De Europese Commissie15 en bankentoezichthouder EBA16 willen het risicodragend kapitaal van de systeembanken optrekken naar negen procent van het balanstotaal. In veel gevallen betekent dat een verdubbeling. Een systeembank is een bank die bij faillissement ernstige schade toebrengt aan de hele economie, zoals bijvoorbeeld ING.
Genoemde negen procent kapitaal moet bovendien bereikt worden na afwaardering van de obligaties tegen hun marktwaarde. De operatie kost de reuzensom van 275 miljard euro. ‘Zo nee, dan krijgen wij een spillover effect met gevaar voor een echte bankencrisis’, waarschuwt Barroso. Er komen daartoe van zijn kant voorstellen.
Nu Frankrijk en Duitsland hierover van mening verschillen, springt de Commissievoorzitter in het gat met een compromis. Op 12 oktober zei Barroso in het Europees Parlement dat eerst de banken zelf individueel aanspreekbaar zijn voor hun reservebuffer. Vervolgens moeten de landen waartoe die banken gerekend worden bijspringen. ‘Maar in bepaalde gevallen moet er meer worden gedaan’, aldus Barroso. Hij duidde naar verluidt op inzet van het EFSF als extra steunbeer.
Op 10 oktober meldde de Financial Times Deutschland dat Merkel een Grieks loskoppelen van de euro in de pen heeft. Het zou gaan om een ‘begeleid faillissement’ van dat land. Er zou tegelijk een nieuw reddingsplan komen waarbij Griekenland na loskoppeling toch blijft behoren tot de eurozone17. Dezelfde dag meldde persbureau DPA dat Berlijn Griekse staatsobligaties dan tot 60 procent wil afstempelen. Dit ten laste van banken en obligatiehouders.
De ECB waarschuwde in het verleden herhaaldelijk dat zulk afstempelen een fatale bankencrisis kan uitlokken. Maar wellicht hebben de Duitsers hiervoor iets bedacht. ‘Wil Merkel een slachting voorkomen dan moet zij tegelijk accepteren dat het EFSF banken tot een bepaald niveau van nieuw kapitaal voorziet’, zegt Peter Vanden Houten, hoofdeconoom bij ING.
Het grote voordeel van zo’n afstempeling is dat het probleem Griekenland dan grotendeel is opgelost. Het land kan zijn nationale economie blijven saneren en tegelijk economisch weer groeien. Dat laatste zal met de lopende gigantische bezuinigingen nog jaren uitblijven. Bovendien brengt zo’n gedurfde maatregel de beoogde rust in de door speculanten en kredietbeoordelaars geteisterde eurozone.
Hét enorme nadeel van zo’n schuldkwijtschelding is dat ze Griekenland beloont voor zijn wangedrag. De helft van de schulden kwijtschelden en toch lid mogen blijven van de eurozone! Reken maar dat andere zwakke landen dit zullen onthouden. Anderzijds hangt alles af van de formule waarin zulk een ongekende operatie vorm krijgt. Merkel beseft dat het ‘belonen’ van Griekenland voor haarzelf eindigt in een afstraffing door de Duitse kiezer.
Mogelijk besluit de Euroraad op 23 oktober dat Griekenland een nieuwe lening van acht miljard euro krijgt. Maar hernieuwd uitstel ligt meer voor de hand. Het gaat om een schijf van de 110 miljard noodhulp die vorig jaar is beloofd. Athene zit ter financiering van lopende staatsuitgaven daarom te springen.
Eerst moeten de ministers van financiën in de Eurogroep18 en het IMF-bestuur hierover besluiten. Zij baseren zich op de trojka van EU/IMF/ECB die naging of Griekenland de beloofde saneringsmaatregelen wel uitvoert. Daarover bestaat enige twijfel. De Griekse samenleving ligt dwars voor belastingverhogingen en saneringen. De experts hebben vastgesteld dat de staatsschuld nog altijd verder oploopt. Intussen verdiept de recessie zich. Toch adviseerde de trojka in een verklaring van 11 oktober de beloofde acht miljard begin november vrij te geven.
Inmiddels hebben alle landen met de euro ingestemd met het pakket maatregelen waartoe zij op 21 juli in de Euroraad besloten. Het EFSF kan nu massaal Griekse en andere onverkoopbare obligaties uit de markt nemen. Het EFSF wil bovendien IMF-style kredietlijnen openen.
Onder ‘buitengewone omstandigheden’ kunnen eurolanden (mits zij saneren) tijdelijk van cash worden voorzien. Momenteel pleegt de ECB tijdelijk massaal zulke interventies. Die zijn er op gericht de rente die zwakke eurolanden betalen, tot vijf procent te beperken.
In Slowakije leidt het besluit om het EFSF op te tuigen tot het aftreden van de regering. In Duitsland, Nederland, Finland lokte het voorstel heftige politieke discussies uit. Daardoor heeft de procedure bijna drie maanden aangesleept. De bezwaren zijn overal dezelfde.
Waarom een land steunen dat jarenlang boven zijn stand leefde; dat gedrag verborg in valse statistieken en nu zelfs niet tot inkeer komt? Ierland en Portugal ondergaan een vergelijkbare sanering met voor de bevolking loodzware maatregelen. Over de uitvoering daarvan zijn EU/IMF/ECB wel tevreden.
Een heidens karwei is overeenstemming te bereiken over de omvang van het EFSF. Dat noodfonds is de qua taken verruimde faciliteit voor zwakke eurolanden om goedkoop geld te lenen. De bestaande capaciteit van circa 440 miljard euro is inmiddels onvoldoende.
Ruwweg de helft daarvan is al besteed. Maar een capaciteitsverruiming is onbespreekbaar. De regeringen die het noodfonds hun parlement zojuist door de keel hebben gestampt, willen niet om verdergaande kapitaalgaranties vragen. Bovendien verspeelt Frankrijk als het extra garanties afgeeft zijn AAA-status. Parijs moet dan voortaan meer rente betalen op zijn leningen.
Toch willen ECB en andere experts de 440 miljard aan vuurkracht vervijfvoudigen naar bijvoorbeeld circa 2200 miljard. Zo’n megafonds ontmoedigt de speculanten totaal en brengt eindelijk rust op de woelige financiële markten, is hun redenering.
Het is volgens de experts technisch perfect mogelijk het EFSF via garanties (dus geen leningen) van eurolanden in een pennenstreek een vijfvoudige hefboomwerking te geven. Die experts werken daarvoor momenteel aan verschillende opties. Daarbij blazen zij de vuurkracht van het EFSF massaal op via een kredietverzekering van obligaties. Daarvoor is dan geen nationale ratificatie nodig, aldus de juristen van de Commissie.
Het dilemma blijft echter om de landen die financiële risico’s vrezen (Duitsland, Nederland, e.a) en bovendien zelf niet van het EFSF zullen trekken, mee te krijgen. Kanselier Merkel zegt niet aan verruiming van de EFSF middelen te denken.
Inmiddels is voor minister Jan Kees de Jager19 (Financiën) een groter noodfonds via hefboomwerking kennelijk toch bespreekbaar. Voorwaarde is meer begrotingsdiscipline van de geldleners. Een interessante voetnoot genaamd ‘kiezersbedrog’ plaatste Maarten Koning, voorzitter van de Jonge Democraten20, in het FD van 11 oktober. ‘De belastingbetaler krijgt dan precies het risico van een vergroot noodfonds op zijn bordje geschoven, maar dan via de democratische achterdeur’.
Een groot dilemma blijft de verdeeldheid over de aanpak van de crisis. De meeste landen prefereren de intergouvernementele weg via de Euroraad en de Europese Raad. In dezelfde sfeer ligt het gegeven het noodfonds EFSF, gevestigd in Luxemburg, te financieren uit individuele landenbijdragen. De Commissie speelt daarbij een ondergeschikte rol.
Een andere route is de communautaire weg, dus een benadering met de Commissie als initiator en met inschakeling van het Europees Parlement. In die aanpak verloopt de financiering communautair. Dit laatste bepleiten tien voormalige minister-presidenten samen met megabelegger George Soros. In een recente open brief waarschuwen zij dat de crisis uit de hand dreigt te lopen.
Zij bepleiten
-
1.een gemeenschappelijke Europese schatkist die uitleent en toeziet dat lidstaten de budgettaire discipline naleven
-
2.binnen de eurozone een gemeenschappelijke controle, regelgeving en kredietverzekering
-
3.een strategie waarin economische groei meer centraal staat. Want anders zullen de schuldenlanden in hun eigen sanering omkomen. In deze aanpak kunnen de landen in nood via Europees gedekte obligaties ‘bijna kosteloos’ lenen in plaats van tegen hoge rentetarieven, aldus de vooraanstaande ondertekenaars.
Een meer communautaire aanpak via de Europese instellingen bepleit eveneens premier Mark Rutte21. Hij ging afgelopen weken de boer op voor een supercommissaris die landen kan sanctioneren. Europa bereikte in september een definitief akkoord over het ‘sixpack’: zes communautaire regelingen die het beheer van de euro via het Stabiliteits- en Groeipact22 aanscherpen. Lidstaten worden in de toekomst sneller tot discipline gedwongen.
Het kabinet gaat dit nog niet ver genoeg. De beoogde supercommissaris opereert zoals voorheen Neelie Kroes23 als toezichthouder op eerlijke concurrentie. Kroes kon desnoods miljardenboetes opleggen en zelfs nationale besluiten verbieden. Die weg wil Nederland op bij het beheer van de euro. Inmiddels verwierf premier Rutte in Berlijn de steun van Merkel en in Brussel van Barroso.
Nederland beseft niettemin dat diverse andere regeringsleiders hierover minder enthousiast zijn. Zij leveren niet graag nationale manoeuvreerruimte in. Rutte mikt als eerste stap nu op een meer vrijblijvend politiek besluit tot versterking van de commissaris voor het monetair beleid (momenteel de Fin Olli Rehn24). “Zo’n besluit van de staatshoofden en regeringsleiders heeft vertrouwenwekkende effecten. Het versterkt de positie van de euro als gezamenlijke munt”, zegt een insider.
Tenslotte hebben Merkel en Sarkozy onlangs aangeduid de Euroraad te willen opwaarderen en meer onderscheiden van de Europese Raad waarin alle 27 EU-landen zitten. Wéér een stap naar een intergouvernementele Unie. Want zo’n Euroraad wordt gezien als de nucleus van een toekomstige Europese Economische Regering.
Tegen deze aanpak is zojuist heftige kritiek gekomen van zowel het Europees Parlement als de Commissie. Voorzitter Barroso kreeg op 28 september in Straatsburg het verwijt over zich te laten lopen. ‘Wij zien alsmaar meer nationalisatie van de besluitvorming’, aldus Martin Schulz25 namens de sociaal-democraten. Dergelijke kritiek klonk van alle kanten. Barroso antwoordde instemmend.
Hij vindt dat ‘de Europese Commissie de economische regering van de Unie is; wij hebben geen nieuwe instelling nodig’. Aanvankelijk zou de vraag ‘supercommissaris of euroregering’ op 17 of 18 oktober besproken worden. Nu de bijeenkomst is bekort tot een dag komt men daaraan waarschijnlijk niet toe. Het is ook meer een probleem voor de langere termijn.
Brussel verwacht niet dat op 23 oktober de Euroraad het beoogde ‘totaalpakket’ oplevert. Wel moet daar minimaal een gezamenlijke opstelling tot stand komen van de EU-landen voor de belangrijke top van de G2026 op 3 en 4 november in het Franse Cannes, onder leiding van Sarkozy.
Volgens ingewijden in Brussel zal Europa daar aankondigen het kapitaal van zijn grootste banken met tientallen miljarden euro’s te versterken. Dat wordt gefinancierd door, zoals hiervoor beschreven, de spanwijdte van het EFSF fors te verhogen.
Meer over ...
- 1.Jan Werts is sinds 1976 journalist en publicist in Brussel, waar hij eerder onder meer werkte als correspondent van de Haagsche Courant. Verder was hij zes jaar als journalist werkzaam in Washington. Hij promoveerde in 1991 aan de Vrije Universiteit Brussel in het Europees en internationaal recht op een dissertatie over de Europese Raad. In 2008 verscheen hiervan een herziene versie. Schrijft analyses over Europese Toppen, gebundeld in het document Hoe Europa al tien jaar lang crises bevecht - 100 plus analyses van Jan Werts (link opent in nieuw venster).
- 2.De Europese Unie (EU) is het belangrijkste samenwerkingsverband in Europa. De deelnemende landen hebben voor deze Unie een aantal organisaties opgericht waaraan zij een deel van hun eigen bevoegdheden hebben overgedragen. Dit zijn onder meer het Europees Parlement, de Europese Commissie, de Raad en het Europese Hof van Justitie.
- 3.Angela Merkel (1954) was van 22 november 2005 tot 8 december 2021 bondskanselier van Duitsland. Zij leidde sinds 2018 een coalitie van CDU/CSU met de SPD. Zij is scheikundige en werkte als wetenschapper in de DDR. In 1990 werd zij voor de CDU lid van de Bondsdag. In 1991-1994 was Angela Merkel minister voor vrouwen- en jeugdzaken en in 1994-1998 minister van milieu. In 2000 volgde zij Helmut Kohl op als voorzitter van de CDU.
- 4.Nicolas Sarkozy (1955) was in 2007-2012 president van Frankrijk. Hij was advocaat, burgemeester en Kamerlid en onder president Chirac enkele keren minister (van Binnenlandse Zaken en van financiën en Economische Zaken). Hij was politiek leider van de conservatief-liberale partij UMP.
- 5.De Europese Raad bestaat uit de regeringsleiders of staatshoofden van de 27 lidstaten van de Europese Unie, de vaste voorzitter en de voorzitter van de Europese Commissie. Alleen de regeringsleiders of staatshoofden hebben stemrecht tijdens de vergaderingen. De Europese Raad heeft geen wetgevingstaak, maar stelt wel de politieke richting van de EU vast.
- 6.Momenteel zijn 27 landen lid van de Europese Unie. De meest recente uitbreiding van de Unie vond plaats op 1 juli 2013, met de toetreding van Kroatië. Er wordt verder over uitbreiding gesproken met verschillende landen in Oost-Europa. Het Verenigd Koninkrijk is sinds 31 januari 2020 middernacht geen lid meer van de Europese Unie. Dat was het eerste land dat de EU verliet.
- 7.De Europese Faciliteit voor financiële stabiliteit (EFSF) was een tijdelijk noodfonds, dat inmiddels is vervangen door het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM). Het EFSF werd opgericht in 2010, toen sprake was van het dieptepunt van de crisis. Het doel was de financiële stabiliteit in de eurozone te bewaren. Eurolanden die in financiële problemen verkeerden, konden bij het EFSF een lening aanvragen. Sinds 1 juli 2013 kan er geen aanspraak meer worden gedaan op het EFSF. Steun loopt sindsdien altijd via het permanente ESM. Het ESM is sinds oktober 2012 operationeel.
- 8.Barack Obama (1961) was van 20 januari 2009 tot 20 januari 2017 de 44e president van de Verenigde Staten. Hij werd op 4 november 2008 gekozen. Obama, zoon van een Keniaanse immigrant en deels opgegroeid op Hawaï, was onder meer werkzaam bij een kerkelijke organisatie voor sociaal werk en op advocatenkantoren. Hij was lector (hoogleraar) aan de rechtenfaculteit van de Universiteit van Chicago. In 2005 werd Obama senator voor Illinois. Bij de voorverkiezingen van de Democratische Partij in 2007-2008 versloeg hij Hillary Clinton.
- 9.David Cameron (1966) was van 11 mei 2010 tot 13 juli 2016 minister-president van het Verenigd Koninkrijk. Hij was sinds 2005 leider van de Conservatieven. De heer Cameron studeerde in Oxford en werkte enige tijd bij de Conservatieve Partij, onder meer als adviseur van de ministers van financiën en Binnenlandse Zaken. Later werkte hij bij een mediaconcern. In 2001 werd de heer Cameron lid van het Lagerhuis en in 2004 kwam hij in het schaduwkabinet. Hij leidde in 2010-2015 een coalitie van Conservatieven en Liberaal-Democraten. Na het verloren Brexit-referendum maakte hij zijn vertrek bekend.
- 10.Dit verbond van het Europese bedrijfsleven vertegenwoordigt meer dan twintig miljoen bedrijven, van klein tot zeer groot. De leden van BusinessEuropeE zijn 40 ondernemingsorganisaties uit 35 landen, die samenwerken om economische groei en een toename van het concurrentievermogen in Europa tot stand te brengen. Namens Nederland is VNO-NCW lid. De naam BusinessEuropeE is sinds 2007 in gebruik. Voorheen heette de organisatie Union des Industries de la Communauté européenne (UNICE).
- 11.De Portugees José Manuel Durao Barroso (1956) was van 18 november 2004 tot 1 november 2014 voorzitter van de Europese Commissie. Hij leidde twee periodes de Europese Commissie. Daarvoor was Barroso staatssecretaris, minister van Buitenlandse Zaken (1992-1995), en ten slotte premier van Portugal (2000-2004). Hij is doctor in de politieke wetenschappen en werkte als wetenschapper. Barrosso is lid van de centrumrechtse PSD (Partido Social Democrata), een partij die is aangesloten bij de Europese Volkspartij. Sinds 2016 is hij non-executive president van de bank Goldman Sachs.
- 12.Christine Lagarde (1956) is sinds 1 november 2019 president van de ECB. Daarvoor was zij van 2011 tot 2019 directeur van het IMF. In Frankrijk diende zij van 2007-2011 als minister van Economische Zaken, financiën en Industrie in het centrumrechtse kabinet-Fillon. In 2005-2007 was zij onderminister voor Buitenlandse Handel. Eerder was zij lange tijd advocaat bij het internationale advocatenkantoor Baker & McKenzie.
- 13.De Europese Centrale Bank (ECB) is verantwoordelijk voor het monetaire beleid van de Unie. De basisdoelstelling van de ECB is het handhaven van de prijsstabiliteit binnen de eurozone en daarmee het bewaken van de koopkracht en het beheersen van de inflatie.
- 14.Jean-Claude Trichet (1942) was in 2003-2011 president van de Europese Centrale Bank. Eerder was hij onder meer kabinetschef van minister Balladur van Economische en financiële Zaken en Gouverneur van de Franse Centrale Bank.
- 15.Deze instelling van de Europese Unie kan worden beschouwd als het 'dagelijks bestuur' van de EU. De leden van de Europese Commissie worden 'Eurocommissarissen' genoemd. Elke Eurocommissaris is verantwoordelijk voor één of meerdere beleidsgebieden.
- 16.De Europese Bankenautoriteit (EBA) is een EU-agentschap dat als zelfstandige EU-autoriteit is belast met het toezicht op de banken in de Europese Unie. Zij is een van de financiële toezichthouders die in 2010 zijn ingesteld naar aanleiding van de economische crisis en de grote begrotingstekorten van een aantal EU-lidstaten.
- 17.De eurozone bestaat uit de 20 EU-lidstaten die de euro hebben ingevoerd als wettig betaalmiddel. Deze lidstaten voeren gezamenlijk het eurobeleid. De landen waar de euro wel als betaalmiddel geaccepteerd wordt maar die geen lid zijn van de EU behoren niet tot de eurozone.
- 18.De Eurogroep bestaat uit de ministers van Financiën van de landen die de euro als nationale munteenheid hebben ingevoerd (de eurozone). Dit samenwerkingsverband heeft als doel de coördinatie van economisch beleid binnen de muntunie te versterken en de financiële stabiliteit van de eurolanden te bevorderen. Het is strikt genomen een informeel orgaan en geen formatie van de Raad.
- 19.Uit de ICT-wereld afkomstige CDA-bewindspersoon, die als plaatsgenoot van premier Balkenende tot diens getrouwen behoorde. Werd, na penningmeester van het CDA te zijn geweest, in 2007 staatssecretaris van fiscale zaken in het kabinet-Balkenende IV. Toen de PvdA-bewindslieden in 2010 opstapten, werd hij minister van Financiën en hij bleef dat tot november 2012 in het kabinet-Rutte I. Had veel bemoeienis met de grote problemen in de eurozone en met name de Griekse schuldenkwestie. Stelde zich pragmatisch op. In het voorjaar van 2012 bracht hij, na de val van het kabinet het Lenteakkoord tot stand, zodat ons land aan EU-begrotingsregels voldeed. Van augustus 2014 tot maart 2020 bekleedde hij een topfunctie bij KPN. Zakelijke, nuchtere en populaire minister. Liefhebber van mooie auto's.
- 20.Deze politieke jongerenorganisatie is verbonden aan D66 en heeft als doel bij te dragen aan de individuele ontplooiing van alle mensen. De JD is opgericht in 1984 en bestaat uit jongeren tussen de 12 en 30 jaar oud. Met ongeveer 3500 leden is JD één van de grotere politieke jongerenorganisaties in Nederland. De JD heeft tien lokale afdelingen in het land.
- 21.Mark Rutte (1967) is sinds 1 oktober 2024 secretaris-generaal van de NAVO. Hij was van 14 oktober 2010 tot 2 juli 2024 minister-president en minister van Algemene Zaken. Sinds 2006 was hij politiek leider van de VVD. In 2006-2010 was de heer Rutte fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer. Hij was van 17 juni 2004 tot 28 juni 2006 staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap belast met wetenschapsbeleid, beroepsonderwijs en studiefinanciering. Daarvoor was hij bijna twee jaar staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid belast met onder andere volksverzekeringen, bijstand en arbeidsomstandigheden. De heer Rutte was eerder voorzitter van de JOVD en manager bij een werkmaatschappij van Unilever.
- 22.In het Stabiliteits- en Groeipact spreken de landen die lid zijn van de Europese Unie af dat hun begrotingen in evenwicht zijn of een overschot hebben. Dat betekent dat de regeringen niet meer geld uitgeven dan ze ontvangen. Dat doel hoeft nog niet meteen bereikt te worden, maar de EU-landen moeten er wel naartoe werken. De afspraken zijn gemaakt in 1997.
- 23.Neelie Kroes, dochter van een Rotterdamse vervoersondernemer, was tussen 1971 en 2014 als VVD-politica in vele functies actief. Zij werd in 1971 Tweede Kamerlid en was toen woordvoerster vervoer en onderwijs. In het eerste kabinet-Van Agt (1977-1981) was zij staatssecretaris van vervoerszaken en PTT-zaken. Daarna was mevrouw Kroes minister van Verkeer en Waterstaat in het kabinet-Lubbers I (1982-1986) en kabinet-Lubbers II (1986-1989). In die functie was zij onder meer verantwoordelijk voor de spreiding van de PTT (hoofddirectie naar Groningen) en voor de verzelfstandiging van de PTT. Na haar ministerschap werd zij onder meer president van Universiteit Nijenrode en had zij vele functies in het bedrijfsleven. In 2004-2010 was mevrouw Kroes als Europees commissaris belast met mededinging. In de Commissie-Barroso II (2010-2014) had zij de portefeuille digitale agenda en was zij tevens vicevoorzitter van de Europese Commissie.
- 24.De Fin Olli Rehn (1962) was van juli 2004 tot juni 2014 lid van de Europese Commissie. In de Commissie-Barroso II was hij belast met economische en monetaire zaken. In de commissie-Barroso I (2004-2010) was hij verantwoordelijk voor de betrekkingen met de kandidaat-lidstaten en zaken betreffende de uitbreiding van de Europese Unie. Eerder was hij lid van het Finse parlement en werkte hij bij de Europese Commissie in Brussel. Na zijn aftreden als Eurocommissaris was hij lid van het Europees Parlement en van de Riksdag en minister van Economische Zaken (2015-2017). Sinds 12 juli 2018 is hij president van de Finse centrale bank.
- 25.De Duitser Martin Schulz (1955) was van 17 januari 2012 tot 17 januari 2017 voorzitter van het Europees Parlement. In 2014 werd hij herkozen. Als leider van de SPD was hij in 2017 lijsttrekker en onderhandelaar bij de formatie, maar in februari 2018 trad hij terug. Schulz was in 2004-2011 fractievoorzitter van de sociaaldemocratische fractie in het Europees Parlement. De heer Schulz was aanvankelijk boekverkoper en werd later raadslid en burgemeester van Würselen (Noordrijn-Westfalen). In 1994 werd hij lid van het Europees Parlement voor de SPD.
- 26.Dit internationale forum bestaat uit de 19 grootste nationale economieën plus de Europese Unie. De officiële naam van de G20 is de 'Groep van Twintig Ministers van Financiën en Voorzitters van Centrale Banken'. De G20 heeft tot doel bij te dragen aan wereldwijde economische groei en ontwikkeling.