Pools voorzitterschap Europese Unie 2e helft 2011
Van 1 juli tot en met 31 december 2011 vervulde Polen het voorzitterschap1 van de Raad van de Europese Unie2. Polen nam het stokje over van Hongarije3. Tijdens het voorzitterschap werkte Polen nauw samen in trojka4 met Denemarken en Cyprus, die na Polen het voorzitterschap van de EU bekleedden.
Denemarken5 nam op 1 januari 2012 het voorzitterschap van Polen over.
Inhoudsopgave
Het voorzitterschap van Polen speelde tegen de achtergrond van aanhoudende bezorgdheid over het ongelijke economische herstel. In de context hiervan betekende dit dat het voorzitterschap zich richtte op coördinatie tussen de EU-landen voor extra economische groei en banen.
Europese integratie bron van groei
Veel aandacht ging uit naar de verdere versterking van de interne markt6, waarbij er onder andere stil werd gestaan bij de 20e verjaardag van de Europese interne markt.
Openheid naar buurlanden
Het voorzetten van de uitbreiding van de EU was de tweede grote prioriteit van het Poolse voorzitterschap. Zo is de toetreding van Kroatië onder het voorzitterschap van Polen afgerond. Hiernaast maakte Polen zich hard voor de versterking van het Oostelijk Partnerschap7, dat in 2010 het licht zag door een Zweeds-Pools initiatief. Polen steunde het uitbouwen van diepgaande en complete vrijhandelszones met Moldavië en Oekraïne. De plannen van de diverse lidstaten die het vrij verkeer van personen kunnen belemmeren, werden door de Polen met argusogen gevolgd. Gezien het grote aantal Polen dat in andere EU-landen aan het werk is, wilde Polen niet dat er aan Schengen en andere maatregelen op dat terrein getoornd zou worden.
Zekerder Europa
Zorgdragen voor het behoud van de concurrentiepositie van de Europese energiesector, waarbij de nadruk lag op de veranderingen die plaatsvonden op de externe energiemarkt en de daardoor noodzakelijke aanpassing van het energiebeleid. Ook werd er werk gemaakt van de verdere ontwikkeling van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid naar aanleiding van de nieuwe mogelijkheden die zijn gecreëerd onder het Verdrag van Lissabon8.
Toekomstige begroting werpt schaduw vooruit
De onderhandelingen over het Europees financieel kader 2014-20209 waren in juni 2011 van start gegaan en men hoopte in de eerste helft van 2012, tijdens het Deense voorzitterschap, een akkoord te kunnen sluiten. De begroting moest worden gemoderniseerd, en daarmee de economische groei beter kunnen ondersteunen. Dit was één van de belangrijkste taken van het Pools voorzitterschap.
Het debat over het meerjarig financieel kader was al voor het begin van het Pools voorzitterschap feller van toon geworden. Polen zelf was groot voorstander van een ruimer budget. De verwachting was dat Polen dat standpunt als voorzitter extra kracht zou bijzetten.
Onvoorziene onderwerpen
Het voorzitterschap heeft ook de nodige aandacht moeten geven aan de onrust in de Arabische wereld, en het helpen van het vinden van een goed Europees antwoord op de ontwikkelingen in die regio.
Polen vormde samen met de latere voorzitters Denemarken en Cyprus een 'trojka4'. Dat betekent dat deze landen naast een eigen programma en de eigen prioriteiten ook een aantal zaken samen hebben aangepakt.
Het hoofddoel van het gezamenlijk beleidsprogramma van de landen was de invulling van de meerjarenbegroting 2014-20209. Hiernaast had het trio zich tot doel gesteld om uiterlijk in 2012 een gezamenlijk Europees asielbeleid tot stand te brengen en de bescherming van de Europese buitengrenzen te versterken.
Zowel de Europese Commissie10 als het Europees Parlement11 zijn over het algemeen lovend over het voorzitterschap. Het afronden van de toetredingsonderhandelingen met Kroatië, het begin van het opstellen van een gezamenlijk Europees energiebeleid naar landen buiten de EU toe en het verder aanhalen van de banden met de landen in het Oostelijk Partnerschap worden als de voornaamste successen gezien. Ook het optreden in de eurocrisis lijkt te worden gewaardeerd. Als land dat zelf de euro niet als munt heeft bleef Polen op de achtergrond, maar zorgde het er wel voor dat de stem van de landen zonder de euro gehoord werd.
Polen kreeg uit de hoek van milieuorganisaties en groene politici wel de nodige kritiek op haar inzet bij de onderhandelingen over een nieuw klimaatakkoord. Het zou daar de eigen kolenindustrie belangrijker hebben gevonden dan het streven van de EU naar harde en verregaande afspraken te maken.
- 1.Elk half jaar (van januari t/m juni en van juli t/m december) wordt de Europese Unie afwisselend voorgezeten door een lidstaat. Het land dat voorzitter is, leidt de vergaderingen van de Raad van de Europese Unie. Het Voorzitterschap van de Raad speelt een essentiële rol bij de sturing van het wetgevend en politiek besluitvormingsproces.
- 2.In deze instelling van de Europese Unie (kortweg 'de Raad van Ministers' of nog korter 'de Raad' genoemd) zijn de regeringen van de 27 lidstaten van de EU vertegenwoordigd. De Raad oefent samen met het Europees Parlement de wetgevings- en begrotingstaak uit.
- 3.Van 1 januari tot en met 30 juni 2011 vervulde Hongarije het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie. Hongarije nam het stokje over van België. Tijdens het voorzitterschap werkte Hongarije nauw samen in een trojka met België en Spanje, die Hongarije vooraf gingen.
- 4.De drie achtereenvolgende EU-voorzitterschappen Polen, Denemarken en Cyprus werkten samen als Trojka. Ze hadden een gezamenlijk beleidsprogramma opgesteld waar zij als voorzittende landen aan werkten.
- 5.Van 1 januari tot en met 30 juni 2012 vervulde Denemarken het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie. Denemarken had het stokje overgenomen van Polen. Tijdens het voorzitterschap werkte Denemarken nauw samen in een trojka met Polen en Cyprus, die voor en respectievelijk na Denemarken het voorzitterschap bekleedden.
- 6.De interne markt is de ruimte zonder binnengrenzen waarin het vrij verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal in de Europese Unie is gewaarborgd. Het begrip interne markt heeft alleen betrekking op het vrij verkeer binnen de Unie en niet op de handel met derde landen. Voor de import van goederen van buiten de Europese Unie hanteren de lidstaten een gemeenschappelijk importtarief.
- 7.Het Oostelijk Partnerschap is een samenwerkingsverband van de Europese Unie met Armenië, Azerbeidzjan, Georgië, Moldavië, Oekraïne en Belarus. Onderwerpen die aan de orde komen zijn onder meer vrijhandelsakkoorden, financiële hulp, garanties over de energievoorziening en visumvrij reizen. Het Oostelijk Partnerschap, opgericht in Praag op 7 mei 2009, is ook bedoeld om het controversiële onderwerp van toetreding tot de EU te vermijden. Op 28 juni 2021 heeft president Loekasjenko van Belarus aangekondigd de deelname van Belarus aan het Oostelijk Partnerschap te willen opschorten.
- 8.Dit Europese verdrag voerde een aantal hervormingen door om de Europese Unie democratischer en beter bestuurbaar te maken nadat in 2004 en 2007 twaalf nieuwe landen lid zijn geworden van de Europese Unie. Het Verdrag van Lissabon is op 1 december 2009 in werking getreden.
- 9.Het Europees financieel kader 2014-2020 is het akkoord waarin de maxima voor de begrotingen van de Europese Unie zijn vastgelegd voor de periode 2014-2020. In het meerjarig financieel kader worden eisen vastgelegd waaraan de Europese begroting moet voldoen, om ervoor te zorgen dat de begroting van de EU op orde blijft. Daarnaast zorgt het vaststellen van deze kaders voor een soepeler verloop van de EU-begrotingsprocedure en sterkere samenwerking tussen EU-instellingen op budgettair gebied. De meerjarenbegroting wordt uitgewerkt in jaarlijkse begrotingen. Voor de volledige zeven jaar kwam de meerjarenbegroting uit op een bedrag van 960 miljard euro. Dat is 1 procent van het BNP van alle EU-lidstaten bij elkaar. Daar is nog 10 miljard euro bijgekomen vanwege de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie op 1 juli 2013.
- 10.Deze instelling van de Europese Unie kan worden beschouwd als het 'dagelijks bestuur' van de EU. De leden van de Europese Commissie worden 'Eurocommissarissen' genoemd. Elke Eurocommissaris is verantwoordelijk voor één of meerdere beleidsgebieden.
- 11.Het Europees Parlement (EP) vertegenwoordigt ruim 450 miljoen Europeanen en bestaat momenteel uit 720 afgevaardigden (inclusief voorzitter). Nederland heeft 31 zetels in het Europees Parlement. Het Europees Parlement wordt geacht een stem te geven aan de volkeren van de 27 landen die aan de Unie deelnemen, en vooral te letten op het belang van de Unie in zijn geheel.