Artikel 9: Benoeming Raad van Gouverneurs, mandaat - Hoofdinhoud
-
1.De Raad van Gouverneurs bestaat uit de door de Lid-Staten aangewezen Ministers.
-
2.De Raad van Gouverneurs stelt de algemene richtlijnen vast met betrekking tot de kredietpolitiek van de Bank, met name wat betreft de doelstellingen welke, naarmate de verwezenlijking van de gemeenschappelijke markt voortschrijdt, als leidraad moeten dienen.
Hij ziet erop toe dat deze richtlijnen worden opgevolgd.
-
3.Bovendien geldt voor de Raad van Gouverneurs het volgende:
-
a)hij besluit tot verhoging van het geplaatste kapitaal in overeenstemming met artikel 4, lid 3 i;
-
b)hij oefent de bevoegdheden uit welke in artikel 6 i inzake de bijzondere leningen zijn genoemd;
-
c)hij oefent de bevoegdheden uit welke in de artikelen 11 i en 13 i voor de benoeming en het ambtshalve ontslaan der leden van de Raad van Bewind en van de Directie zijn genoemd;
-
d)hij staat de in artikel 18, lid 1 i, genoemde afwijking toe;
-
e)hij keurt het door de Raad van Bewind opgestelde jaarverslag goed;
-
f)hij keurt de jaarbalans alsmede de winst- en verliesrekening goed;
-
g)
-
h)hij keurt het reglement van orde van de Bank goed.
-
-
4.De Raad van Gouverneurs is bevoegd om met eenparigheid van stemmen, in het kader van het Verdrag en van deze Statuten, alle besluiten te nemen met betrekking tot de schorsing van de werkzaamheden van de Bank en met betrekking tot haar eventuele liquidatie.
Het toporgaan van de Bank is de Raad van Gouverneurs. In deze Raad zullen Ministers van de aangesloten landen zitting hebben.
In dit artikel wordt een aantal taken en bevoegdheden van de Raad van Gouverneurs opgesomd.
Wellicht ten overvloede zij erop gewezen, dat de Raad van Gouverneurs zich niet met individuele gevallen van kredietverlening bezighoudt, doch alleen de algemene richtlijnen, die daarbij in acht genomen moeten worden, aangeeft.