Interne markt
De interne markt is de ruimte zonder binnengrenzen waarin het vrij verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal1 in de Europese Unie2 is gewaarborgd. Het begrip interne markt heeft alleen betrekking op het vrij verkeer binnen de Unie en niet op de handel met derde landen. Voor de import van goederen van buiten de Europese Unie hanteren de lidstaten3 een gemeenschappelijk importtarief4.
De interne markt is in werking getreden op 1 januari 1993. Voorheen bestond er binnen de Europese Gemeenschap5 een vrijhandelszone6 en later een douane-unie7. Op het gebied van het vrij verkeer van personen is met het Verdrag van Amsterdam8, waarin het Akkoord van Schengen9 werd opgenomen, de laatste belemmering weggenomen.
Binnen de interne markt bestaat een vergevorderde harmonisatie10 van btw11-tarieven en accijnzen en zijn handelsbarrières12 of maatregelen van gelijke werking verboden. De Europese Commissie13 ziet streng toe op een gelijk speelveld voor alle Europese ondernemingen en op gelijke rechten voor consumenten. Naast barrières kunnen verschillen in nationale regelgeving van technische aard de werking van de interne markt belemmeren. Om deze reden moet dergelijke regelgeving worden gemeld bij de Commissie, die optreedt als hoeder van de mededingingsregels.
- 1.In de verdragen van de Europese Unie is altijd het recht van vrij verkeer opgenomen geweest. Dit recht zorgt ervoor dat voor de inwoners van lidstaten van de Europese Unie de landsgrenzen zo open mogelijk zijn. Daardoor worden onder andere handel tussen de lidstaten en het werken in andere landen in Europa bevorderd.
- 2.De Europese Unie (EU) is het belangrijkste samenwerkingsverband in Europa. De deelnemende landen hebben voor deze Unie een aantal organisaties opgericht waaraan zij een deel van hun eigen bevoegdheden hebben overgedragen. Dit zijn onder meer het Europees Parlement, de Europese Commissie, de Raad en het Europese Hof van Justitie.
- 3.Momenteel zijn 27 landen lid van de Europese Unie. De meest recente uitbreiding van de Unie vond plaats op 1 juli 2013, met de toetreding van Kroatië. Er wordt verder over uitbreiding gesproken met verschillende landen in Oost-Europa. Het Verenigd Koninkrijk is sinds 31 januari 2020 middernacht geen lid meer van de Europese Unie. Dat was het eerste land dat de EU verliet.
- 4.Een gemeenschappelijk buitentarief wil zeggen dat alle landen van een douane-unie een gelijk tarief heffen op invoer uit derde landen. Het gemeenschappelijk buitentarief is daarmee één van de belangrijkste kenmerken van de Europese douane-unie. Ook de Europese Unie kent een gemeenschappelijk buitentarief.
- 5.Na het in werking treden van het Verdrag van Maastricht in 1993 volgde de Europese Gemeenschap (EG) de Europese Economische Gemeenschap (EEG) op. De Europese Gemeenschap vormde samen met EURATOM en tot 2002 de EGKS de eerste van de drie pijlers van de Europese Unie. Samen stonden zij bekend als de Europese Gemeenschappen.
- 6.Een vrijhandelszone is een samenwerkingsvorm waarbij een groep landen besluit om de onderlinge handelsbelemmeringen, zoals in- en uitvoerrechten, af te schaffen. Dit heeft als voordeel dat het voor bedrijven aantrekkelijker wordt om zich binnen deze groep landen te vestigen en grensoverschrijdende handel te drijven. Ook worden bedrijven hierdoor aangemoedigd om in deze landen investeringen te doen.
- 7.De douane-unie is een samenwerking op het gebied van douanetarieven. De douane-unie werd in 1968 tot stand gebracht tussen de zes oorspronkelijke lidstaten van de Europese Economische Gemeenschap (EEG). Dat was anderhalf jaar eerder dan in het EEG-Verdrag was bepaald. De douane-unie vormt de grondslag van de interne markt. Sinds de inwerkingtreding van de douane-unie worden in het goederenverkeer tussen de EU-lidstaten onderling geen invoerrechten meer geheven. Bovendien geldt in de gehele EU een gemeenschappelijk douanetarief (GDT) voor goederen uit derde landen. De inkomsten uit douanerechten maken deel uit van de eigen middelen van de Gemeenschap.
- 8.Dit Europese verdrag, waarover de Europese Raad het in juni 1997 eens werd na twee jaar onderhandelen, maakte de weg vrij voor de start van het uitbreidingsproces van de Europese Unie.
- 9.Het Akkoord van Schengen heeft tot doel de geleidelijke afschaffing van controles aan de gemeenschappelijke grenzen tussen de 26 deelnemende landen. Daarnaast voorziet het akkoord in de instelling van een regeling voor vrij verkeer van alle burgers uit de deelnemende staten, de overige staten van de Europese Unie en een aantal derde landen. De naam komt van het Luxemburgse plaatsje Schengen waar het akkoord op 14 juni 1985 is ondertekend.
- 10.Dit is een van de meest voorkomende begrippen in het Europese jargon. In EU-verband heeft de term betrekking op de pogingen van de Europese Commissie en de lidstaten om de nationale wetgeving, regelgeving en tarieven, zoals die van accijnzen en btw, beter op elkaar af te stemmen en waar nodig gelijk te trekken. Elke EU-lidstaat is in de eerste plaats zelf verantwoordelijk voor het uitvoeren van de wetgeving binnen het eigen grondgebied en heeft daarom haar eigen wetten. De EU streeft naar een bepaalde mate van uniformiteit in de wetten van alle EU-lidstaten om zo vrije handel te faciliteren en burgers binnen de EU te beschermen. In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, betekent harmonisatie niet dat voor alles Europese normen worden voorgeschreven. Het is dan ook niet hetzelfde als unificatie waarbij gestreefd wordt naar het vervangen van meerdere systemen in één gedeeld systeem.
- 11.De btw is een door de nationale overheid geheven vorm van belasting op de verkoop van producten of diensten.
- 12.Landen kunnen door maatregelen de handel van en naar andere landen beïnvloeden. Als de handel met een land moeilijker wordt gemaakt, is sprake van een handelsbarrière. Manieren om de handel te beïnvloeden zijn bijvoorbeeld:
- 13.Deze instelling van de Europese Unie kan worden beschouwd als het 'dagelijks bestuur' van de EU. De leden van de Europese Commissie worden 'Eurocommissarissen' genoemd. Elke Eurocommissaris is verantwoordelijk voor één of meerdere beleidsgebieden.
- 14.De Europese lidstaten besloten hun markten samen te voegen om economische voordelen te creëren. Dit betekende dat een groot deel van de handelsobstakels die er vroeger waren, verdwenen. De gezamenlijke markt die ontstond, staat bekend als de interne markt.