Tweede Kamerleden willen beter geïnformeerd worden over EU-wetgeving

vrijdag 15 april 2022, 11:45

DEN HAAG (PDC) - De rapporteur informatievoorziening van de Tweede Kamercommissie Europese Zaken, Roelien Kamminga1, heeft in een verslag aanbevelingen gepresenteerd aan de Kamercommissies2 om de behandeling van EU-dossiers te versterken en de informatievoorziening te verbeteren. De voorzitter van de commissie Europese Zaken, Laura Bromet3, stuurde dat verslag gisteren rond. Een belangrijk punt uit het verslag is dat Kamerleden graag eerder en vollediger geïnformeerd willen worden over mogelijke toekomstige Europese wetgeving en hoe het kabinet hiermee omgaat.

Volgens Kamminga hebben Kamerleden behoefte aan beter inzicht in hoe de Kamer invloed op de besluitvorming kan uitoefenen. Daarnaast komt uit gesprekken met Kamerleden naar voren dat zij een gebrek aan informatie en betrokkenheid ervaren tijdens enkele fases van het EU-wetgevingsproces.

De rapporteur beveelt aan gerichter gebruik te maken van bestaande instrumenten, zoals het rapporteurschap, het behandelvoorbehoud4 en contacten met Europese gesprekspartners. Ten tweede worden commissies aanbevolen om op belangrijke dossiers al actief te worden voor publicatie van voorstellen. Verder beveelt de rapporteur commissies aan om op belangrijke Europese dossiers gerichte informatie-afspraken te maken met het kabinet. Het parlementair behandelvoorbehoud leent zich voor aanvullingen op de informatieafspraken.

Het rapporteursverslag is eerder besproken in een commissiedebat met minister van Buitenlandse Zaken Hoekstra op 10 februari. Toen zegde Hoekstra toe de Tweede Kamer beter te informeren over het EU-beleid van het kabinet. Uit het debat bleek dat het kabinet en de Kamer zich pro-actiever willen opstellen in het zoeken en delen van informatie over voorstellen van de Europese Commissie en stemmingen in het Europees Parlement.

  • Download het verslag van de rapporteur EU-werkwijze en informatievoorziening

Bron: Tweede Kamer

Verwant nieuws

  • Tweede Kamer wil EU-monitor om Europees beleid beter te controleren (22 februari 2022)
  • Nederlands kabinet wil Kamer beter informeren over Europees beleid (11 februari 2022)

Meer over ...

  • Nederlandse politiek en de Europese Unie

  • 1. 
    Roelien Kamminga (1978) was van 31 maart 2021 tot 4 juni 2025 Tweede Kamerlid voor de VVD. Zij was daarvoor haar gehele carrière werkzaam bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), onder meer als adviseur van minister Plasterk en Ollongren. Zij was woordvoerder buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking en regionale knelpunten en regionale deals en eerder hield zij zich bezig met Europese zaken. Sinds juli 2022 was mevrouw Kamminga fractiesecretaris en ondervoorzitter van de Kamer. In april 2025 werd zij voorgedragen als burgemeester van Groningen.
     
  • 2. 
    De Tweede Kamerleden doen hun werk vooral in commissies. In een commissie houdt een groep Kamerleden zich bezig met een beleidsterrein of met een specifiek onderwerp. Vrijwel alle Kamerleden zijn lid van een of meer commissies. Voor specifieke onderwerpen stellen commissies soms werkgroepen in.
     
  • 3. 
    Laura Bromet (1970) is sinds 7 juni 2018 Tweede Kamerlid. Tot 27 oktober 2023 was dat voor GroenLinks en sindsdien is zij lid van de Tweede Kamerfractie van GroenLinks-PvdA. Zij was wethouder van de gemeente Waterland. Eerder was zij beleidsmedewerker van de Tweede Kamerfractie van GroenLinks en raadslid in Waterland. Verder was zij jarenlang werkzaam in journalistiek en media, onder andere bij het bedrijf van haar vader, de bekende programmamaker Frans Bromet. Als Tweede Kamerlid houdt mevrouw Bromet zich bezig met landbouw, natuur, voedselkwaliteit, stikstofbeleid, visserij en koninklijk huis. Zij is voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
     
  • 4. 
    Als het parlement (de Eerste en/of Tweede Kamer) een voorstel dat in de Raad van Ministers besproken wordt erg belangrijk vindt voor Nederland, kan het parlement de regering vragen om niet met het voorstel in te stemmen voordat het hierover een debat met de regering heeft gevoerd. Na zo'n parlementair voorbehoud (ook wel behandelvoorbehoud genoemd) moet de regering de Kamer(s) informeren over de voortgang.