'State of the Union' 2016 van Commissievoorzitter Juncker
Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker1 gaf woensdag 14 september de jaarlijkse 'State of the Union'2 toespraak. Het was de tweede 'State of the Union' van Juncker. De Commissievoorzitter geeft in de speech jaarlijks inzicht in het beleid dat de Europese Commissie3 het komende jaar voor ogen staat. In 2015 waren de hoofdpunten van de speech een gezamenlijke aanpak van de vluchtelingencrisis en versterking van het economisch bestuur van de eurozone.
De plenaire vergadering van het Europees Parlement4 opende op woensdag 14 september met de toespraak van Juncker. De toespraak en het debat na afloop zijn terug te kijken.
Hoofdpunten uit de speech waren brexit, vertrouwen in de EU, migratie, veiligheid en defensie en de Digitale Unie.
Brexit
Juncker riep op om brexit de Europese politieke agenda niet te laten domineren. Hoewel hij de keuze van het Britse volk betreurt, is volgens hem "het bestaan van de Europese Unie niet in gevaar". Juncker riep Groot-Brittannië nogmaals op om zo snel mogelijk het proces van het verlaten van de EU in gang te zetten. Twee dagen na Junckers speech, op vrijdag 16 september, komen 27 Europese regeringsleiders (de Britse premier Theresa May5 is niet uitgenodigd) in Bratislava bijeen om de gevolgen van het Britse vertrek voor de EU te bespreken.
Vertrouwen in de EU
Brexit toont volgens Juncker aan dat Europa meer moet samenwerken. Hij hekelde het eigenbelang van de lidstaten. In Brussel heerst het gevoel dat nationale overheden willen profiteren van de voordelen die de EU te bieden heeft, maar de Unie niet willen verdedigen. Juncker waarschuwt voor de opkomst van nationalisme en populisme dat volgens hem de oorzaak is van vele problemen van de EU. Hij meent dat de oplossing en de kracht van de Unie ligt in samenwerking.
Migratie
Om het vertrouwen van de burger te herwinnen, moet de EU de problemen als terrorisme en de migratiecrisis aanpakken, stelt Juncker.
Om de migratiecrisis aan te pakken, moeten er in oktober minstens 200 grenswachten en 50 voertuigen aan de Bulgaars-Turkse grens staan. Juncker meldde verder dat de EU bezig is om eind dit jaar een volledig operationele grens- en kustwacht gerealiseerd te hebben.
Daarnaast moet een investeringsplan voor Afrika de basisoorzaken van migratie wegnemen. Het investeringsplan zou tot 44 miljard euro aan investeringen kunnen genereren.
Juncker pleitte verder voor het uitbreiden van de bevoegdheden van EU-buitenlandchef10 Federica Mogherini11. De lidstaten zouden bevoegdheden aan haar af moeten staan opdat zij als een waardig Europese minister van Buitenlandse Zaken kan optreden, bijvoorbeeld bij de onderhandelingen over Syrië.
Veiligheid en defensie
In navolging van Merkel12 en Hollande13, sprak ook Juncker zich uit voor meer Europese samenwerking op het gebied van veiligheid en defensie. Hij pleitte voor een militair hoofdkwartier van de EU en deelde mee dat er een Europees Defensie Fonds in het leven geroepen wordt. Dit fonds moet onderzoek en ontwikkeling stimuleren. Volgens Juncker kost het gebrek aan samenwerking de EU momenteel miljarden euro's.
Naast het militaire hoofdkwartier en het nieuwe defensiefonds wil Juncker een Europese variant van de U.S. Peace Corps. Een zogenaamd 'European Solidarity Corps' moet jongeren aanmoedigen om te hulp te schieten bij humanitaire rampen. In 2020 zou het korps honderdduizend vrijwilligers moeten tellen.
Digitale Unie
In 2020 moet tevens elke stad in de Europese Unie gratis wifi aanbieden in het centrum, zei Juncker. Daarnaast moeten alle Europeanen in 2025 toegang hebben tot supersnel internet via een 5G-netwerk. Juncker verwacht dat met deze projecten twee miljoen banen gecreëerd kunnen worden. Hij herhaalde ook zijn belofte dat vanaf juni 2017 voor roaming in lidstaten buiten eigen land geen extra kosten in rekening gebracht zullen worden.
- 1.Jean-Claude Juncker (1954) was van 1 november 2014 tot 1 december 2019 voorzitter van de Europese Commissie. Hij werd op 15 juli 2014 gekozen. Juncker was in 1995-2013 minister-president van Luxemburg. Eerder was hij staatssecretaris en minister onder meer van financiën. Hij bekleedde daarnaast functies bij de Wereldbank en het IMF. In 2005-2013 was hij voorzitter van de eurogroep. Juncker is lid van de Christelijke Volkspartij en leidde een coalitie van christendemocraten en sociaaldemocraten. Hij is diverse malen onderscheiden met internationale prijzen, zoals de Walter Hallsteinprijs en de Karelsprijs.
- 2.De 'State of the Union' (SOTEU) is de jaarlijkse toespraak van de voorzitter van de Europese Commissie waarin de balans wordt opgemaakt over hoe de Europese Unie ervoor staat. Ook worden de belangrijkste plannen van de Commissie voor het komende jaar uiteen gezet.
- 3.Deze instelling van de Europese Unie kan worden beschouwd als het 'dagelijks bestuur' van de EU. De leden van de Europese Commissie worden 'Eurocommissarissen' genoemd. Elke Eurocommissaris is verantwoordelijk voor één of meerdere beleidsgebieden.
- 4.Het Europees Parlement (EP) vertegenwoordigt ruim 450 miljoen Europeanen en bestaat momenteel uit 720 afgevaardigden (inclusief voorzitter). Nederland heeft 31 zetels in het Europees Parlement. Het Europees Parlement wordt geacht een stem te geven aan de volkeren van de 27 landen die aan de Unie deelnemen, en vooral te letten op het belang van de Unie in zijn geheel.
- 5.Theresa May (1956) was van 13 juli 2016 tot 24 juli 2019 minister-president van het Verenigd Koninkrijk en tot 7 juni 2019 leider van de Britse Conservatieven. Na haar studie in Oxford werkte zij in het bankwezen en zij is sinds 1997 lid van het Lagerhuis. Daar klom zij als staatssecretaris en minister in de schaduwkabinetten van Duncan Smith, Howard, Hague en Cameron op tot een vooraanstaand lid van de Conservatieve fractie. In 2002 werd Theresa May partijvoorzitter en in 2005 vicefractievoorzitter. Bij het aantreden van het kabinet-Cameron in 2010 werd zij minister van Binnenlandse Zaken (onder belast met asielbeleid en veiligheid). In het Brexit-referendum was May voorstander van voortzetting van het EU-lidmaatschap.
- 6.Het Verenigd Koninkrijk verliet op 31 januari 2020 de Europese Unie. Het is daarmee het eerste land ooit dat uit de Europese Unie stapte. Het vertrek van de Britten ('brexit') was de uitkomst van een referendum over het lidmaatschap van de EU in het Verenigd Koninkrijk in 2016. Nadien volgden lange onderhandelingen over de scheidingsvoorwaarden en de overgangsperiode na de brexit, die op 31 december 2020 afliep. Eind december 2020 bereikten de onderhandelaars van de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk een handels- en samenwerkingsovereenkomst. Die overeenkomst regelt vanaf 1 januari 2021 de relatie tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk.
- 7.Lidstaten kunnen besluiten om de Europese Unie te verlaten. In artikel 50 van het Verdrag betreffende de Europese Unie zijn bepalingen opgenomen als een lidstaat zich uit de Europese Unie wil terugtrekken. Deze bepaling is opgenomen bij de totstandkoming van het Verdrag van Lissabon; daarvoor was er niets geregeld over het uittreden uit de EU. De artikel 50-procedure is de enige officiële manier waarop een lidstaat zijn lidmaatschap kan beëindigen.
- 8.Op 16 september 2016 kwamen de regeringsleiders van 27 EU-lidstaten, de vaste voorzitter, de voorzitter van de Europese Commissie en de Hoge Vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid bijeen in Bratislava, om te spreken over de toekomst van de Europese Unie na de 'brexit'. Ook het herstel van het gebutste vertrouwen van de burger in de Europese samenwerking stond hoog op de agenda. Premier May van het Verenigd Koninkrijk was niet uitgenodigd. Het was dan ook geen officiële Europese Raad, maar een informele top.
- 9.'Euroscepsis' is een kritische houding van burgers en politici tegenover de Europese Unie en Europese integratie. Euroscepsis komt voor in verschillende gradaties. Zo is er een onderscheid tussen harde euroscepsis (volledig tegen Europese economische en politieke integratie) en zachte euroscepsis (slechts gedeeltelijk tegen deze integratie).
- 10.De Hoge Vertegenwoordiger (HV) geeft de Europese Unie internationaal gezien één gezicht en één stem op het terrein van het buitenlands en veiligheidsbeleid. Zo moet er meer samenhang in het externe optreden en het buitenlandse beleid van de Europese Unie komen. De HV deelt het podium met de Vaste voorzitter van de Europese Raad. Deze onderhoudt namens de EU de contacten op het niveau van staatshoofden en regeringsleiders.
- 11.Federica Mogherini (1973) was van 1 november 2014 tot 1 december 2019 Hoge vertegenwoordiger voor het buitenlands en defensiebeleid van de EU en lid van de Commissie-Juncker. Zij was in 2014 minister van Buitenlandse Zaken van Italiė. Mevrouw Mogherini is lid van de Democratische Partij (DP) en werd in 2008 Kamerlid. Zowel in de Kamer als in de staf van DP-voorzitter Renzi hield zij zich bezig met buitenlands beleid, Europese zaken en defensie. Sinds 2020 is zij rector van het College of Europe.
- 12.Angela Merkel (1954) was van 22 november 2005 tot 8 december 2021 bondskanselier van Duitsland. Zij leidde sinds 2018 een coalitie van CDU/CSU met de SPD. Zij is scheikundige en werkte als wetenschapper in de DDR. In 1990 werd zij voor de CDU lid van de Bondsdag. In 1991-1994 was Angela Merkel minister voor vrouwen- en jeugdzaken en in 1994-1998 minister van milieu. In 2000 volgde zij Helmut Kohl op als voorzitter van de CDU.
- 13.François Hollande (1954) was in 2012-2017 president van Frankrijk. Hij werd als kandidaat van de socialisten en radicalen op 6 mei 2012 gekozen. Hij was parlementslid en elf jaar secretaris-generaal van de Parti Socialiste, de Franse sociaaldemocratische partij. Verder was hij president van het regionaal bestuur in Corrèze en burgemeester van Tulle. François Hollande is econoom.
- 14.Het Europees Grenswachtagentschap (Frontex) ondersteunt en coördineert de bewaking van de buitengrenzen van de Europese Unie. Lidstaten zijn in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor de bewaking van buitengrenzen. Het agentschap vult de lidstaten waar nodig aan.
- 15.In juni 2017 werden de extra kosten voor internetten, bellen en sms'en vanuit een ander EU-land, die vroeger door telecombedrijven werden gerekend, afgeschaft door de EU. Vanaf 2008 werden de tarieven stapsgewijs verlaagd. In mei 2019 is het maximumtarief voor bellen vanuit het eigen land naar een ander EU-land vastgesteld op 19 eurocent per minuut. Een sms mag in die situatie niet meer dan 6 eurocent kosten.