Toegankelijkheid de norm, ontoegankelijkheid de uitzondering - Hoofdinhoud
Iedereen in ons land verdient een eerlijke kans om volwaardig mee te kunnen doen. Maar dan moet de samenleving wel toegankelijk zijn. Voor iedereen. Met of zonder beperking. Dat moet wat mij betreft wettelijk worden vastgelegd. Voor veel mensen die een handicap hebben, en bijvoorbeeld blind zijn of in een rolstoel zitten, is toegankelijkheid alles behalve een vanzelfsprekendheid. Veel mensen met een handicap worden elke dag geconfronteerd met diverse - voor de meeste mensen onzichtbare - obstakels. Daarom heb ik een voorstel gedaan om de wet aan te passen zodat toegankelijkheid de norm wordt, en ontoegankelijkheid de uitzondering.
Tijdens deze nationale Week van de Toegankelijkheid is een radicale keuze nodig: leg wettelijk vast dat onze samenleving voor iedereen toegankelijk is. Met of zonder beperking.
Het is onbegrijpelijk dat we nog steeds niet hebben geregeld dat iemand met een handicap net zo volwaardig mee kan doen, en dezelfde kansen heeft, als iemand zonder beperking. In het buitenland zien we hoe het wel kan. In Amerika was toegankelijkheid 25 jaar geleden al wettelijk geregeld. Met resultaat. Binnen een paar jaar hadden de meeste publieke gebouwen, restaurants, hotels, musea, parken, openbaar vervoer, zich moeiteloos omgeschakeld naar toegankelijkheid voor iedereen.
Ook in ons land moet toegankelijkheid voor iedereen over een aantal jaren vanzelfsprekend zijn. Zodat we mensen, als dat niet nodig is, geen aparte behandeling meer hoeven te geven. Dat moet de standaard worden. Wetgeving is nodig om een andere manier van denken en doen te bewerkstelligen. Met toegankelijkheid als uitgangspunt. De ophanden zijnde ratificatie van het VN-verdrag voor mensen met een beperking geeft ons een prachtige en noodzakelijke kans om dit wettelijk vast te leggen. Daarom heeft mijn voorstel als doel dat toegankelijkheid straks niet alleen moet van de wet, maar dat het de normaalste zaak van de wereld is.