Grieks wanbeleid testcase voor eurozone in 2010
De eerste Europese Raad van 2010 is besloten met een onduidelijke verklaring over steun aan Griekenland mocht dat land over de kop gaan. De EcoFin2 ministers hebben Athene vervolgens onder druk gezet om extra te bezuinigen. Het Griekse wanbeleid en de enorme tekorten en schulden van Portugal, Italië en Spanje testen in 2010 de houdbaarheid van de eurozone3. EU2020 wordt de economische strategie voor de langere termijn.
Inhoudsopgave
De eerste Europese Raad van 2010 is besloten met een onduidelijke verklaring over steun aan Griekenland mocht dat land over de kop gaan. De ministers van de Eurogroep4 hebben Athene vervolgens onder druk gezet om nog extra te bezuinigen. De nieuwe Europese voorzitter Herman Van Rompuy5 wilde eigenlijk debatteren over de economische strategie tot 2020. Daarvan kwam door de Griekse perikelen op 11 februari in Brussel echter weinig terecht.
Het is de eerste keer sedert de introductie van de euromunt6 in 1999 dat de Europese Unie7 hierdoor in crisissfeer raakt. De staatshoofden en regeringsleiders schaarden zich achter een verklaring waarin zij ‘vastberaden en gecoördineerde actie’ aankondigen. Die actie komt er ‘indien nodig, teneinde de financiële stabiliteit van de eurozone te waarborgen’. De Griekse regering moet aanvullende maatregelen nemen opdat het overheidstekort nog dit jaar daalt met vier procent, aldus de Europese Raad.
Deze tekst is innerlijk eigenlijk tegenstrijdig. Als Griekenland zó krachtig bezuinigt als Europa eist - waarbij het gaat om maar liefst tien miljard nog dit jaar – is Europese steun niet nodig. De verklaring laat verder volledig in het duister wat voor maatregelen de zestien landen van de eurozone dan wel de EU desnoods willen nemen.
Griekenland zit met een overheidstekort van 12,7 procent, terwijl drie procent de limiet is krachtens het Stabiliteits- en Groeipact8. Griekenland torst bovendien een overheidsschuld van 113 procent van het bnp, ofwel bijna dubbel zo hoog als de toegelaten zestig procent. Bovendien moet Athene met een staatsschuld van 290 miljard nog dit jaar 50 tot 60 miljard euro lenen voor (her)financiering. Aangezien de beleggers het niet meer helemaal vertrouwen, betaalt het land voor deze leningen ongeveer het dubbele van Duitsland als meest vertrouwenwekkende economie.
Daar komt bij dat onlangs is gebleken dat Griekenland jarenlang veel te optimistische begrotingscijfers heeft doorgegeven aan Eurostat9. Bankiershuis Goldman Sachs kreeg honderden miljoenen dollars aan vergoedingen om de Griekse staatsschuld met gesjoemel weg te toveren. Griekenland is in 2001 op basis van vervalste begrotingscijfers tot de eurozone toegetreden. Grappig is de onthulling dat een van de transacties Aeolus heet, vrij vertaald de “God van de gebakken lucht’.
Hier wreekt zich dat de EU-landen10 zozeer hechten aan hun nationale soevereiniteit. Met behoud van zoveel mogelijk soevereiniteit introduceerde het Verdrag van Maastricht11 een gemeenschappelijke munt zonder bijpassend gemeenschappelijk economisch beleid, laat staan een Politieke Unie. De EU heeft daarom geen goede instrumenten om de Grieken te dwingen in de pas te lopen. Na de top waagde de Griekse premier Georgios Papandreou12 het ook nog te betreuren dat de EU geen maatregelen weet te nemen tegen de speculanten. Zij drijven momenteel de rente die Griekenland moet betalen op obligaties alsmaar verder op.
Na de Europese Raad heeft zowel Jean-Claude Juncker13, namens de Eurogroep, als Olli Rehn14, de pas aangetreden commissaris voor economische en monetaire zaken, bij Griekenland aangedrongen op extra maatregelen en wel binnen een maand. Die maatregelen komen bovenop de rigoureuze bezuinigingsplannen die de Griekse regering eerder dit jaar heeft gepubliceerd .‘De Grieken moeten inzien dat de burgers in Duitsland, België, Nederland en Luxemburg niet willen bloeden voor de fouten in dat land gemaakt’, aldus Juncker.
De EcoFin ministers droegen op 16 februari in Brussel Griekenland gezamenlijk op tot budgettaire maatregelen tot 2012. Griekenland staat bekend om zijn fiscale fraude, bureaucratie en een te groot ambtenarenapparaat. Brussel wil behalve overheidsbezuiniging ook belastingverhogingen. Griekenland moet van de EcoFin tegen 16 maart een tijdschema inzake de overheidsbesnoeiingen in 2010 overleggen. Vervolgens wordt van Athene ieder kwartaal een verslag verwacht over de uitvoering van die maatregelen.
De verklaring van de EcoFin weerspiegelt het wantrouwen bij de noordelijke EU-landen. Zij vrezen dat Griekenland het bij fraaie beloften houdt. Komende maanden zal blijken of Griekenland ondanks de druk van de speculanten en de betogers in de straten van zijn steden erin slaagt overeind te blijven, dan wel een financieel infuus nodig heeft.
Achter genoemd wantrouwen ligt de vrees dat in een later stadium Portugal, Spanje en Italië met hun grote tekorten eveneens in de financiële problemen raken. Omdat hun economisch impact veel groter is zouden zij het functioneren van de gezamenlijke munt kunnen bedreigen. Duitsland en ook Nederland en andere landen met financiële reserves moeten dan wel bijspringen. De Tweede Kamer nam inmiddels unaniem een motie aan onder het motto ‘geen geld voor Griekenland’. In Duitsland is volgens opiniepeilingen tweederde van de ondervraagden tegen zulke steun.
Otmar Ising, voormalig bestuurslid van de ECB15 namens Duitsland, zegt dat een reddingsplan voor Griekenland rampzalig uitpakt voor Europa. ‘Onverantwoord gedrag wordt dan beloond’. Men spreekt hier van een noord-zuid verdeling in Europa waarbij de grens al bij Wuustwezel ligt. België moet mogelijk wegens zijn hoge schulden ook nog eens een beroep doen op hulp. België wil wél betalen voor Griekenland, zegt eerste minister Yves Leterme16. De premier van noordelijk Litouwen wees er dezer dagen op dat zijn land zonder daarover lawaai te maken dit jaar dubbel zoveel bezuinigt als Griekenland beoogt. Litouwen voelt er helemaal niets voor Griekenland financieel te gaan bijspijkeren.
Met bovenstaand compromis kiest Europa voor de middenweg tussen de zwakke broeders te straffen en ze te redden. Voorop staat dat de betrokken landen helemaal zelf verantwoordelijk blijven voor hun tekorten, ook als die uit de land zijn gelopen. Corrigeert Griekenland zich geloofwaardig dan gaat de huidige speculatie over en hoeft Europa niet bij te springen. Blijft Griekenland knoeien dan volgt de echte testcase. Een Europese gemeenschappelijke munt die haar geloofwaardigheid aldus verliest komt dan in stormachtig weer. Duitsland en Frankrijk hebben nu al aangeduid hun verantwoordelijkheid dan te nemen. Nederland kan dan niet achterblijven omdat onze welvaart rust op een stabiele euro.
Duidelijk werd in de eerste bijeenkomst met Herman Van Rompuy als voorzitter dat Duitsland en Frankrijk daar de komende jaren aan de touwtjes trekken. Genoemde verklaring over Griekenland kwam tot stand tijdens overleg van Van Rompuy met kanselier Angela Merkel17, president Nicolas Sarkozy18 en premier Papandreou12. Telefonisch werden ook de Europese ministers van Financiën geraadpleegd. Zij overlegden verder met de Luxemburgse premier Juncker als voorzitter van de Eurogroep, Jean-Claude Trichet19, president van de ECB, José Luis Zapatero20, Spaans premier en dit halfjaar EU-voorzitter en uiteraard Commissievoorzitter José M. Barroso21.
De verklaring is in de Europese Raad vervolgens nauwelijks besproken. Aanvankelijk waren Merkel en Sarkozy van plan de leiding helemaal over te nemen door vlak voor de top begon samen de resultaten al voor de media toe te lichten. Dat wist Van Rompuy als ‘president’ echter te verhinderen. Hij mocht de korte verklaring de media voorlezen. Omdat dit door allerlei technische problemen pas de derde keer lukte, maakte het allemaal een nogal stuntelige indruk. De ‘rustige vastheid’, Van Rompuys’ levensmotto, was dus even zoek.
Merkel en Sarkozy gaven na afloop een ongebruikelijke strak geleide gezamenlijke persconferentie. Vragen over wat voor steun ‘indien nodig’ volgt werden afgewimpeld. Opties zijn o.a. een Duitse lening, een garantie, een reservefaciliteit, vervroegde uitbetaling van EU-steun of steun vanuit de eurozone als geheel. ‘Griekenland is lid van de eurozone en van de EU en verdient daarom onze steun’, zei Sarkozy. Merkel benadrukte dat Griekenland niet om financiële steun heeft gevraagd.
Juridisch ligt steunverlening ingewikkeld. De media melden regelmatig dat zulke steun krachtens artikel 125 Verdrag betreffende de Werking van de EU en ook krachtens het Stabiliteitspact helemaal niet kan. Geen enkel land draait op voor de schulden van een ander, ook niet in de eurozone, daar komt het op neer.
Echter krachtens artikel 122 van dat verdrag kan de Unie toch wel financiële bijstand geven ‘na buitengewone gebeurtenissen die deze lidstaat niet kan beheersen’. Dit artikel is eigenlijk bedoeld voor natuurrampen maar laat andere opties open. Het kan voor Griekenland vrijwel onmogelijk ingezet worden vanwege de precedentwerking. Andere landen die hun financiën niet op orde hebben kunnen er dan eveneens op terugvallen. Dat willen de noordelijke landen vermijden. Overigens kan de EU op basis van verdragsartikel 126.9 Griekenland saneringsmaatregelen opdringen. Geen van deze artikelen is ooit gebruikt.
Hulp vragen aan het IMF22, zoals Balkenende23 en minister van Financiën Wouter Bos24 adviseerden, sluit voorzitter Juncker namens de Eurogroep totaal uit. ‘Wij hebben onze eigen instrumenten’ zei de Luxemburger zelfbewust. Intussen is de waarde van de euro vergeleken met de dollar sedert 1 december gedaald van 1,50 naar 1,36. Geen probleem volgens Balkenende, ‘dat is goed voor onze export’. Merkwaardig is tenslotte een bericht van Agence France Presse van 16 februari als zou premier Vladimir Putin25 van Rusland een eventueel Grieks verzoek om steun ernstig willen overwegen.
De op 10 februari aangetreden nieuwe Commissie doet begin maart voorstellen voor een ‘EU 2020–strategie’ voor een sterke duurzame economie met volledige werkgelegenheid. De Europese Raad van 25 en 26 maart zal deze voorstellen bespreken waarna de vergadering van 17 en 18 juni het project moet vastleggen.
‘EU 2020’ volgt op de Lissabonstrategie van 2000 die van de EU per 2010 de meest concurrerende economie van de wereld moest maken. In een op 2 februari gepubliceerde evaluatie geeft de Europese Commissie toe dat genoemde Lissabonstrategie grotendeels mislukt is. Volgens Van Rompuy moet de nieuwe strategie via een economische groei van twee procent per jaar de ‘European way of life’ beveiligen. ‘Alle landen worden geconfronteerd met lage groei en werkloosheid. Laten wij dat probleem gezamenlijk aanpakken’, aldus Van Rompuy.
In vergelijking met de Lissabonstrategie, een Kerstboom vol goede bedoelingen, mikt EU2020 op maximaal vijf doelstellingen. Van Rompuy noemde onderwijs en de strijd tegen armoede. Barroso21 sprak van onderzoek en ontwikkeling (R&D), werkgelegenheid en een groene economische groei.
Nieuw is dat in EU2020 de taken kwantificeerbaar per land worden opgesteld. Het was de bedoeling om regeringen die komende jaren met EU2020 achterblijven bij hun planning aan de schandpaal te nagelen. Die intentie is meteen alweer losgelaten. Veel regeringen, Duitsland voorop, zien zoiets als een aanslag op hun autonomie. Een alternatief is om landen die hun huiswerk goed doen te belonen met extra geld uit de Europese fondsen. Een ander waarschijnlijk eveneens onhaalbaar voorstel van Van Rompuy is om hemzelf en Barroso namens Europa het woord te laten voeren bij de G2026 topconferenties. Nu hebben de leiders van de grote landen die rol.
Tegelijk deed Van Rompuy een oproep om met de EU2020-strategie te komen tot een ‘economische regering’ voor Europa. ‘De leden van de Europese Raad zijn in hun eigen land verantwoordelijk voor het economisch beleid. Laten zij die verantwoordelijkheid ook op EU-niveau gezamenlijk opnemen. Of je dat nu economische regering noemt, of meer gecoördineerd economisch beleid, alleen de Europese Raad kan een gezamenlijke strategie voor meer groei en banen dragen’, aldus de nieuwe Raadsvoorzitter.
Van Rompuy stelt daartoe maandelijkse vergaderingen van de Europese Raad voor. Dit zijn allemaal oude Franse plannen die elders altijd op verzet stuitten. Opmerkelijk is het wel dat kanselier Merkel de Europese Raad nu ook ziet als een soort van economische regering, zonder overigens maandelijkse bijeenkomsten te bepleiten.
Minister-president Jan Peter Balkenende vindt vier vergaderingen per jaar onder normale omstandigheden echt wel genoeg. ‘Anders loop je het gevaar het evenwicht tussen de Ministerraad, de Commissie en het Europees Parlement27 te gaan verstoren. Dat evenwicht luistert namelijk nauw. Concurrentie met de EcoFin moet eveneens worden vermeden’.
Van een ‘economische regering’ wil Nederland traditioneel niet horen. Nederland en ook Duitsland zien zo’n regering als bedreigend voor de onafhankelijkheid van de Europese Centrale Bank. Toch zou in de loop van 2010 kunnen blijken dat de Europese Raad zichzelf de toezichthoudende rol toebedeelt. In die optie trekken de staatshoofden en regeringsleiders dan nieuwe macht naar zich toe. Dit is een proces dat zich al jaren voortzet.
De Raad vergaderde deze keer niet in het gebouw van de Europese ministers. Van Rompuy verkoos de enigszins afgelegen mooi besneeuwde Solvay Bibliotheek, een architectonisch art nouveau pareltje. Als gevolg van de beperkte ruimte daar konden alleen de staatshoofden en regeringsleiders bijeen zitten. Elke deelnemer mocht maar één functionaris meebrengen. Normaal brengt elk land twintig m/v mee. Zelfs dat groepje uitverkorenen, waaronder de Nederlandse PV28/EU Tom de Bruijn29, moest in een apart zaaltje verblijven.
Van Rompuy wilde vertrouwelijk brainstormen ver van de media. Pas dan kunnen regeringsleiders vrijuit spreken, zo is zijn gedachte. Bijna veertig jaar geleden hielden kanselier Helmut Schmidt en president Valéry Giscard d’Estaing30 aldus hun befaamde Europese topberaad ‘rond het haardvuur’. De tien deelnemers van destijds zijn inmiddels echter verdrievoudigd. Dat maakt vertrouwelijk beraad moeilijk. Balkenende was niet onder de indruk van deze aanpak. ‘Ik zit graag tussen de boeken. Maar de vloer kraakt daar zo storend’, zei hij spottend. Door de Griekse crisis kwam van Van Rompuys ambitieuze bedoelingen kortom niks terecht.
Meer over ...
- 1.Jan Werts is sinds 1976 journalist en publicist in Brussel, waar hij eerder onder meer werkte als correspondent van de Haagsche Courant. Verder was hij zes jaar als journalist werkzaam in Washington. Hij promoveerde in 1991 aan de Vrije Universiteit Brussel in het Europees en internationaal recht op een dissertatie over de Europese Raad. In 2008 verscheen hiervan een herziene versie. Schrijft analyses over Europese Toppen, gebundeld in het document Hoe Europa al tien jaar lang crises bevecht - 100 plus analyses van Jan Werts (link opent in nieuw venster).
- 2.De raadsformatie Economische en Financiële Zaken (ECOFIN) bestaat uit de ministers (of staatssecretarissen) van economische zaken en/of financiën. Deze raad vergadert formeel één keer per maand, ook informele bijeenkomsten zijn mogelijk. Namens Nederland sluit doorgaans minister van Financiën Eelco Heinen (VVD) aan.
- 3.De eurozone bestaat uit de 20 EU-lidstaten die de euro hebben ingevoerd als wettig betaalmiddel. Deze lidstaten voeren gezamenlijk het eurobeleid. De landen waar de euro wel als betaalmiddel geaccepteerd wordt maar die geen lid zijn van de EU behoren niet tot de eurozone.
- 4.De Eurogroep bestaat uit de ministers van Financiën van de landen die de euro als nationale munteenheid hebben ingevoerd (de eurozone). Dit samenwerkingsverband heeft als doel de coördinatie van economisch beleid binnen de muntunie te versterken en de financiële stabiliteit van de eurolanden te bevorderen. Het is strikt genomen een informeel orgaan en geen formatie van de Raad.
- 5.Herman Van Rompuy (1947) was van 1 december 2009 tot 1 december 2014 vaste voorzitter van de Europese Raad. Hij begon zijn werkzaamheden op 1 januari 2010. Hij werd op 19 november 2009 in die functie voor tweeënhalf jaar gekozen door de Europese Raad en op 1 maart 2012 herbenoemd. Van 30 december 2008 tot 25 november 2009 was Van Rompuy minister-president van België. Hij begon zijn loopbaan bij de Nationale Bank en vervulde daarna diverse politieke functies. Zo was hij staatssecretaris, senator, voorzitter van de CVP, viceminister-president en minister van Begroting, en Kamervoorzitter. Van Rompuy is lid van de Vlaamse christendemocratische partij CD&V. Hij leidde in 2008-2009 een kabinet van christendemocraten, liberalen en Waalse socialisten. Sinds 1 september 2015 is hij voorzitter van het European Policy Centre.
- 6.De Euro is de naam van de gemeenschappelijke Europese munt die op 4 januari 1999 is ingevoerd. Vanaf die datum voeren de nationale centrale banken en het gehele bankwezen in de eurozone onderlinge transacties in euro’s uit en worden nieuwe overheidsschulden in euro’s uitgegeven. Vanaf 1 januari 2002 zijn de euromunten en -biljetten in circulatie gebracht en verloopt het geldverkeer nog uitsluitend in euro’s. Er zijn op dit moment 20 landen lid van de Eurozone.
- 7.De Europese Unie (EU) is het belangrijkste samenwerkingsverband in Europa. De deelnemende landen hebben voor deze Unie een aantal organisaties opgericht waaraan zij een deel van hun eigen bevoegdheden hebben overgedragen. Dit zijn onder meer het Europees Parlement, de Europese Commissie, de Raad en het Europese Hof van Justitie.
- 8.In het Stabiliteits- en Groeipact spreken de landen die lid zijn van de Europese Unie af dat hun begrotingen in evenwicht zijn of een overschot hebben. Dat betekent dat de regeringen niet meer geld uitgeven dan ze ontvangen. Dat doel hoeft nog niet meteen bereikt te worden, maar de EU-landen moeten er wel naartoe werken. De afspraken zijn gemaakt in 1997.
- 9.De taak van dit directoraat-generaal is de Europese Unie te voorzien van goede statistische informatie. Eurostat draagt ook bij aan het harmoniseren van statistieken, zodat gegevens vergelijkbaar worden.
- 10.Momenteel zijn 27 landen lid van de Europese Unie. De meest recente uitbreiding van de Unie vond plaats op 1 juli 2013, met de toetreding van Kroatië. Er wordt verder over uitbreiding gesproken met verschillende landen in Oost-Europa. Het Verenigd Koninkrijk is sinds 31 januari 2020 middernacht geen lid meer van de Europese Unie. Dat was het eerste land dat de EU verliet.
- 11.In dit verdrag staan de waarden waar de Europese Unie en alle lidstaten zich aan moeten houden, en de belangrijkste doelstellingen van de Europese Unie. Dit verdrag vormt samen met het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie de basis van de Europese Unie.
- 12.Giorgos Papandréou (1952) was van 7 oktober 2009 tot 11 november 2011 minister-president van Griekenland. Hij groeide op in de VS en in Zweden en studeerde daar sociologie. In 1974 kwam hij naar Griekenland en in 1981 werd hij lid van het Griekse parlement. Daarna bekleedde Papandréou diverse kabinetsposten. Zo was hij minister van Onderwijs en Religieuze Zaken en viceminister van Buitenlandse Zaken. In het kabinet-Simitis (1999-2004) was hij minister van Buitenlandse Zaken. Papandréou werd in februari 2004 gekozen tot leider van PASOK. Hij brak in 2012 met die partij en heeft in 2015 een nieuwe sociaaldemocratische partij gelanceerd.
- 13.Jean-Claude Juncker (1954) was van 1 november 2014 tot 1 december 2019 voorzitter van de Europese Commissie. Hij werd op 15 juli 2014 gekozen. Juncker was in 1995-2013 minister-president van Luxemburg. Eerder was hij staatssecretaris en minister onder meer van financiën. Hij bekleedde daarnaast functies bij de Wereldbank en het IMF. In 2005-2013 was hij voorzitter van de eurogroep. Juncker is lid van de Christelijke Volkspartij en leidde een coalitie van christendemocraten en sociaaldemocraten. Hij is diverse malen onderscheiden met internationale prijzen, zoals de Walter Hallsteinprijs en de Karelsprijs.
- 14.De Fin Olli Rehn (1962) was van juli 2004 tot juni 2014 lid van de Europese Commissie. In de Commissie-Barroso II was hij belast met economische en monetaire zaken. In de commissie-Barroso I (2004-2010) was hij verantwoordelijk voor de betrekkingen met de kandidaat-lidstaten en zaken betreffende de uitbreiding van de Europese Unie. Eerder was hij lid van het Finse parlement en werkte hij bij de Europese Commissie in Brussel. Na zijn aftreden als Eurocommissaris was hij lid van het Europees Parlement en van de Riksdag en minister van Economische Zaken (2015-2017). Sinds 12 juli 2018 is hij president van de Finse centrale bank.
- 15.De Europese Centrale Bank (ECB) is verantwoordelijk voor het monetaire beleid van de Unie. De basisdoelstelling van de ECB is het handhaven van de prijsstabiliteit binnen de eurozone en daarmee het bewaken van de koopkracht en het beheersen van de inflatie.
- 16.Yves Leterme (1960) was in maart-december 2008 en van 25 november 2009 tot 6 december 2011 minister-president van België. De op de taalgrens geboren West-Vlaming Yves Leterme studeerde rechten en werd daarna actief bij de christendemocratische partij CVP. In 1997 werd hij parlementslid en in 2001 fractievoorzitter van CD&V (de Vlaamse 'opvolger' van de CVP). In 2004-2007 was hij minister-president van Vlaanderen en daarna federaal vice-eerste minister. Hij keerde in juli 2009 terug in het kabinet als minister van Buitenlandse Zaken en volgde later Van Rompuy op als eerste minister. Vanaf 2012 is hij adjunct-secretaris-generaal van de OESO.
- 17.Angela Merkel (1954) was van 22 november 2005 tot 8 december 2021 bondskanselier van Duitsland. Zij leidde sinds 2018 een coalitie van CDU/CSU met de SPD. Zij is scheikundige en werkte als wetenschapper in de DDR. In 1990 werd zij voor de CDU lid van de Bondsdag. In 1991-1994 was Angela Merkel minister voor vrouwen- en jeugdzaken en in 1994-1998 minister van milieu. In 2000 volgde zij Helmut Kohl op als voorzitter van de CDU.
- 18.Nicolas Sarkozy (1955) was in 2007-2012 president van Frankrijk. Hij was advocaat, burgemeester en Kamerlid en onder president Chirac enkele keren minister (van Binnenlandse Zaken en van financiën en Economische Zaken). Hij was politiek leider van de conservatief-liberale partij UMP.
- 19.Jean-Claude Trichet (1942) was in 2003-2011 president van de Europese Centrale Bank. Eerder was hij onder meer kabinetschef van minister Balladur van Economische en financiële Zaken en Gouverneur van de Franse Centrale Bank.
- 20.José Luis Rodriguez Zapatero (1960) was van 17 april 2004 tot 20 december 2011 minister-president van Spanje. Hij werkte als wetenschapper en is sinds 1986 lid van de Spaanse Volksvertegenwoordiging. In 2000 werd Zapatero partijleider van de sociaaldemocratische PSOE.
- 21.De Portugees José Manuel Durao Barroso (1956) was van 18 november 2004 tot 1 november 2014 voorzitter van de Europese Commissie. Hij leidde twee periodes de Europese Commissie. Daarvoor was Barroso staatssecretaris, minister van Buitenlandse Zaken (1992-1995), en ten slotte premier van Portugal (2000-2004). Hij is doctor in de politieke wetenschappen en werkte als wetenschapper. Barrosso is lid van de centrumrechtse PSD (Partido Social Democrata), een partij die is aangesloten bij de Europese Volkspartij. Sinds 2016 is hij non-executive president van de bank Goldman Sachs.
- 22.Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) is de VN-organisatie, dat de stabiliteit van het internationale monetaire systeem in de gaten houdt. Om deze stabiliteit te behouden en financiële crises te voorkomen, analyseert het IMF nationale, regionale en mondiale economische en financiële ontwikkelingen. Ook biedt het IMF hulp bij het beteugelen van economische crises.
- 23.Zeeuwse CDA-politicus die negen jaar partijleider en acht jaar premier was. Afkomstig uit de wetenschap en partijideoloog, die eigen verantwoordelijkheid van burgers voorstond. Als Tweede Kamerlid financieel woordvoerder. Werd in 2001 onverwacht lijsttrekker van het CDA na de machtstrijd tussen De Hoop Scheffer en Van Rij. Leidde vanaf 2002 als premier kabinetten van wisselende samenstelling in een na de moord op Fortuyn politiek instabiele periode. Probeerde terugkeer van 'normen en waarden' op de politieke agenda te zetten. Nadat zijn tweede kabinet diverse hervormingen had doorgevoerd, was zijn vierde kabinet op dat punt minder daadkrachtig. Een bankencrisis werd wel bezworen. In zijn publieke optredens soms wat onhandig, maar niettemin - of juist daardoor - lange tijd populair en succesvol. De verkiezingen van 2010 verliepen voor zijn partij echter desastreus, waarna hij de politiek verliet. Sinds 2022 minister van staat.
- 24.Uit het bedrijfsleven afkomstige partijleider van de PvdA in de jaren 2002-2010. Werkte na zijn studie economie en politicologie ruim negen jaar in binnen- en buitenland voor Shell. Werd daarna Tweede Kamerlid en spoedig staatssecretaris van Financiën. In 2002 de eerste direct gekozen lijsttrekker van de PvdA. Leidde in 2003 zijn partij naar electoraal herstel, maar zag onderhandelingen met het CDA mislukken. Na vier jaar oppositie in 2007 vicepremier en minister van Financiën. Oogstte waardering voor de wijze waarop hij de gevolgen van de internationale financiële crisis aanpakte. Niet lang na de breuk in het kabinet-Balkenende IV koos hij voor zijn jonge gezin en verliet hij de politiek. Goed debater, die echter soms aarzelde over de koers van zijn partij. Tegenstanders betichtten hem daarom wel van 'draaien'. Was bestuursvoorzitter van VU Medisch Centrum en is nu voorzitter van het bestuur van Menzis.
- 25.Vladimir Poetin (1952) is sinds 7 mei 2012 president van de Russische Federatie. Eerder was hij dat in de periode 1999-2008. In de jaren 2008-2012 was hij premier. Poetin begon zijn loopbaan bij de Russische geheime dienst en werkte met name in de DDR. Vanaf 1991 kreeg hij bestuurlijke en administratieve functies in Sint Petersburg en was hij een naaste medewerker van president Jeltsin. Ook leidde hij nog enige tijd de nieuwe geheime dienst van Rusland.
- 26.Dit internationale forum bestaat uit de 19 grootste nationale economieën plus de Europese Unie. De officiële naam van de G20 is de 'Groep van Twintig Ministers van Financiën en Voorzitters van Centrale Banken'. De G20 heeft tot doel bij te dragen aan wereldwijde economische groei en ontwikkeling.
- 27.Het Europees Parlement (EP) vertegenwoordigt ruim 450 miljoen Europeanen en bestaat momenteel uit 720 afgevaardigden (inclusief voorzitter). Nederland heeft 31 zetels in het Europees Parlement. Het Europees Parlement wordt geacht een stem te geven aan de volkeren van de 27 landen die aan de Unie deelnemen, en vooral te letten op het belang van de Unie in zijn geheel.
- 28.De Permanente Vertegenwoordiging van Nederland bij de Europese Unie is een afvaardiging van ambtenaren die de belangen van Nederland behartigt. De lidstaten van de Europese Unie hebben elk een Permanente Vertegenwoordiging in Brussel. Op dit moment is Robert de Groot de Permanente Vertegenwoordiger van Nederland in Brussel.
- 29.Tom de Bruijn (1948) was van 10 augustus 2021 tot 10 januari 2022 minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. In 2003-2011 was hij de Nederlandse permanent vertegenwoordiger bij de Europese Unie in Brussel. Eerder was hij onder meer directeur-generaal Europese samenwerking op het ministerie van Buitenlandse Zaken. De heer De Bruijn was van 25 juni 2014 tot 7 juni 2018 wethouder van 's-Gravenhage voor D66. In 2011-2014 had hij zitting in de Afdeling advisering van de Raad van State.
- 30.Valéry Giscard d'Estaing (1926-2020) leidde de Europese Conventie voor de Toekomst van Europa van maart 2002 tot juli 2003. Van 1974 tot 1981 was hij president van Frankrijk. In deze hoedanigheid speelde hij een doorslaggevende rol bij de instelling van de Europese Raad, waarin regeringsleiders uit alle EU-lidstaten regelmatig bijeenkomen (vanaf 1976); de invoering van rechtstreekse verkiezingen voor het Europees Parlement (vanaf 1979); en de oprichting van het Europees Monetair Stelsel (vanaf 1979).