Parlementaire enquête: Nederlandse koopvaardij (1874 - 1875)
Onder leiding van Tak van Poortvliet1 wierpen zes liberale Kamerleden de vraag op, wat de toestand van materieel en bemanning van de Nederlandse koopvaardijvloot was. Verder wilden zij weten wat de oorzaken waren van de afnemende sterkte en van haar verminderde aandeel in de scheepsbewegingen. Ten slotte moest worden onderzocht of er door de overheid geen maatregelen moesten worden getroffen om de Nederlandse scheepvaart van een krachtige ontwikkeling te verzekeren.
Aan de in 1874-1875 gehouden parlementaire enquête2 lag mede ten grondslag dat soortgelijke onderzoeken waren gehouden in Frankrijk en de Verenigde Staten.
De enquête werd geleid door de liberaal Mirandolle3. Ook Tak van Poortvliet maakte deel van uit van de enquêtecommissie.
De commissie deed 17 aanbevelingen, waaronder afschaffing van invoerrechten op ruwe en verwerkte grondstoffen, bevoordelen van particuliere werven bij aanbouw van marineschepen en verbetering van vaarwegen.
Leden
Fabius (conservatief)
Van Houten4 (liberaal)
Insinger5 (conservatief)
s'Jacob (conservatief)
Mackay6 (liberaal)
Mirandolle3 (liberaal)
Tak van Poortvliet1 (liberaal)
Meer over
- 1.Liberale Zeeuwse staatsman in de tweede helft van de negentiende eeuw. Begon als commies-griffier van de Tweede Kamer en was vanaf 1870 een actief Kamerlid, die onder andere de aanzet gaf tot twee enquêtes. Werd in het kabinet-Kappeyne van de Coppello minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid. Behoorde tot de vooruitstrevende liberalen en streefde in zijn tweede ministersperiode (van Binnenlandse Zaken) in het kabinet-Van Tienhoven naar kiesrechtuitbreiding. Ontbond in 1894 de Kamer vanwege het verzet tegen dat voorstel. De verkiezingen stonden geheel in het teken van zijn kiesrechtvoorstel. Was na zijn nederlaag een gebroken man, wiens rol was uitgespeeld. Hem werd wel eens gebrek aan tact en plooibaarheid verweten.
- 2.De Tweede Kamer, de Eerste Kamer en de Verenigde Vergadering hebben een grondwettelijk recht van enquête. Het recht houdt in dat Kamers een onderzoek kunnen instellen naar een specifiek onderwerp, om op die manier de regering te controleren. In de praktijk wordt het recht vooral door de Tweede Kamer gebruikt. De Eerste Kamer en de Verenigde Vergadering hebben het middel nog nooit gebruikt, hoewel er in de Eerste Kamer wel eens pogingen toe zijn gedaan.
- 3.In West-Indië geboren advocaat die met zijn rechtspraktijk in Nederlands-Indië fortuin maakte en daarna in Haarlem ging rentenieren. Werd in 1869 in het district Haarlem tot liberaal Tweede Kamerlid gekozen en was koloniaal specialist bij uitstek. Medestander en vriend van Kappeyne van de Coppello. Leidde de parlementaire enquête naar de toestand van de Nederlandse koopvaardijvloot. Werd in 1881 vrij onverwacht Kamervoorzitter als opvolger van Dullert, maar na een half jaar niet meer herkozen. Lange, tengere man, die zich nooit versprak en tamelijk onverstoorbaar was.
- 4.Onafhankelijk en individualistisch liberaal, die bijna veertig jaar een belangrijke rol in de Nederlandse politiek speelde. Advocaat in en afgevaardigde van Groningen. Gold bij binnenkomst in het parlement als uiterst progressief. Zette zich af tegen de leer van staatsonthouding van Thorbecke. Bracht in 1874 via een initiatiefvoorstel het bekende Kinderwetje tot stand. Kwam geleidelijk in conservatiever vaarwater en keerde zich tegen de plannen van Tak voor algemeen mannenkiesrecht. Bracht als bekwaam minister van Binnenlandse Zaken in het kabinet-Röell in 1896 wel zeer krachtdadig een belangrijke kiesrechtuitbreiding tot stand. Zijn rol was daarna grotendeels uitgespeeld, al bleef hij begin twintigste eeuw actief als tegenstander van de evenredige vertegenwoordiging. Beminnelijk man in de omgang met een brede belangstelling; cultuurminnend en erudiet.
- 5.Conservatief Tweede Kamerlid uit Amsterdam. Aanvankelijk afgevaardigde voor de hoofdstad en later voor het district Almelo. Als nazaat van een (Duitse) koopmansfamilie kwam hij vooral op voor de handelsbelangen en voerde hij vaak het woord over koloniale zaken. Warm voorstander van het cultuurstelsel. Moest in 1884 als één van de laatste conservatieve Kamerleden plaatsmaken voor een liberaal.
- 6.Liberaal Tweede Kamerlid uit Tiel die tot de ethische richting in de Hervormde kerk behoorde, maar overtuigd liberaal was. Zoon van de (latere) vicepresident van de Raad van State Aeneas Mackay. Was enige jaren diplomaat en ambtenaar en daarna zes jaar Kamerlid. Vertrok na zijn huwelijk naar Londen en werd als Schotse pair (Lord Reay) lid van het Britse Hogerhuis. Later Gouverneur van Bombay en onderminister voor Brits-Indië.
- 7.Het parlement heeft onder meer de taak de regering te controleren. De Eerste en Tweede Kamer hebben daarom het recht om een onderzoek naar een bepaalde zaak in te stellen. Dit kan sinds juli 2023 de vorm van een parlementair onderzoek, beknopte parlementaire enquete of een reguliere parlementaire enquête hebben.