Verdrag
Verdragen zijn in het algemeen overeenkomsten tussen landen over ieder mogelijk onderwerp. Voor verdragen geldt het internationaal recht. De belangrijkste regel in het internationaal recht is dat verdragen bindend zijn: landen moeten zich er aan houden.
Met een verdrag wordt in dit geval gedoeld op verdragen tussen de EU-lidstaten1 waarin wordt vastgelegd hoe de Europese Unie2 functioneert en welke bevoegdheden de Europese Unie heeft.
Inhoudsopgave
Toepassingsgebied
Europese verdragen kunnen zowel onderdelen bevatten die direct van toepassing zijn op lidstaten en burgers als onderdelen die regelen op welke manier er besluiten genomen worden over bepaald beleid.
De grote en bekende Europese verdragen bestrijken een heel breed terrein (de oprichtingsverdragen en de wijzigingsverdragen) of de toetreding van nieuwe lidstaten (toetredingsverdragen). Er zijn ook 'kleinere' verdragen die gericht zijn op bestuurlijke bepalingen. Voor bestuurlijke afspraken op praktisch niveau wordt gebruik gemaakt van het interinstitutioneel akkoord3.
Vaststellen van een Europees verdrag
Verdragen worden vastgesteld via de verschillende procedures voor het wijzigen van verdragen4.
Opvallend is dat de verdragen die gesloten zijn niet in de gewone wetgevingsoverzichten van de EU terug te vinden zijn.
Verdragen vinden hun basis in het Verdrag betreffende de Europese Unie5 (VEU).
- 1.Momenteel zijn 27 landen lid van de Europese Unie. De meest recente uitbreiding van de Unie vond plaats op 1 juli 2013, met de toetreding van Kroatië. Er wordt verder over uitbreiding gesproken met verschillende landen in Oost-Europa. Het Verenigd Koninkrijk is sinds 31 januari 2020 middernacht geen lid meer van de Europese Unie. Dat was het eerste land dat de EU verliet.
- 2.De Europese Unie (EU) is het belangrijkste samenwerkingsverband in Europa. De deelnemende landen hebben voor deze Unie een aantal organisaties opgericht waaraan zij een deel van hun eigen bevoegdheden hebben overgedragen. Dit zijn onder meer het Europees Parlement, de Europese Commissie, de Raad en het Europese Hof van Justitie.
- 3.Met dit type akkoord stellen de Raad van Ministers, het Europees Parlement en de Europese Commissie bestuurlijke kaders vast voor de Europese Unie. Het doel is de efficiëntie te verhogen en conflicten tussen de instellingen te voorkomen of beperken. Een interinstitutioneel akkoord kan bindend zijn, maar dat hoeft niet.
- 4.De Europese verdragen kunnen middels drie verschillende procedures gewijzigd worden. Deze procedures worden zelden gebruikt, maar zijn van groot belang voor het functioneren van de Europese Unie en de manier waarop er in de Europese Unie besluiten worden genomen.
- 5.In dit verdrag staan de waarden waar de Europese Unie en alle lidstaten zich aan moeten houden, en de belangrijkste doelstellingen van de Europese Unie. Dit verdrag vormt samen met het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie de basis van de Europese Unie.
- 6.Bij dit Verdrag richten de HOGE VERDRAGSLUITENDE PARTIJEN tezamen een EUROPESE UNIE op, hierna "Unie" te noemen, waaraan de lidstaten bevoegdheden toedelen om hun gemeenschappelijke doelstellingen te bereiken.
- 7.1. De Verdragen kunnen worden gewijzigd volgens een gewone herzieningsprocedure. Zij kunnen ook worden gewijzigd volgens vereenvoudigde herzieningsprocedures.
- 8.De Europese Unie gebruikt verschillende instrumenten om Europese wet- en regelgeving mee vast te leggen, om beleid van de lidstaten mee te coördineren of de lidstaten mee te adviseren. Rechtsinstrumenten zijn onder te verdelen in twee categorieën, bindende en niet-bindende rechtsinstrumenten. Uitvoerende rechtsinstrumenten vallen onder de bindende instrumenten, maar zijn als aparte categorie opgenomen.
- 9.De geschiedenis van de Europese verdragen begint bij de oprichting van de eerste "Gemeenschap", de Europese Gemeenschap voor kolen en staal (de EGKS). Tussen 1952 (EGKS) en 2007 ("Lissabon") zijn negentien verdragen gesloten tussen een steeds toenemend aantal lidstaten.