Artikel 113: Interinstitutionele bepalingen

    • Top VEG
    • Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (VEG) - geconsolideerde versie 2002
    • Derde deel - Het beleid van de Gemeenschap
    • Titel VII - Economisch en monetair beleid
    • Hoofdstuk 3 - Institutionele bepalingen
112
Artikel 113
114
  • 1. 
    De voorzitter van de Raad en een lid van de Commissie mogen zonder stemrecht aan de vergaderingen van de Raad van bestuur van de ECB deelnemen.

    De voorzitter van de Raad kan aan de Raad van bestuur van de ECB een motie ter bespreking voorleggen.

  • 2. 
    De president van de ECB wordt uitgenodigd om aan de vergaderingen van de Raad deel te nemen wanneer deze aangelegenheden bespreekt met betrekking tot de doelstellingen en de taken van het ESCB.
  • 3. 
    De ECB stelt een jaarverslag over de werkzaamheden van het ESCB en over het monetair beleid in het afgelopen jaar en het lopende jaar op voor het Europees Parlement, de Raad en de Commissie, alsmede voor de Europese Raad. De president van de ECB legt dit verslag voor aan de Raad en aan het Europees Parlement dat op die basis een algemeen debat kan houden.

    De president van de ECB en de overige leden van de directie kunnen op verzoek van het Europees Parlement of op eigen initiatief worden gehoord door de bevoegde commissies van het Europees Parlement.