Prof.Dr. F. (Rick) van der Ploeg
Vooraanstaande internationaal georiënteerde econoom in de PvdA, die als Tweede Kamerlid en staatssecretaris een opvallende rol speelde. Was al op jonge leeftijd hoogleraar zowel in eigen land als in het buitenland. In de PvdA-fractie tijdens Paars I1 financieel woordvoerder en woordvoerder studiefinanciering. Werd in het kabinet-Kok II2 vrij verrassend staatssecretaris voor cultuur en media. Bracht belangrijke mediawetgeving tot stand, maar zijn cultuurbeleid leidde tot kritiek. Geldt als zeer intelligent, maar ook als tamelijk eigengereid. Keerde in 2002 terug naar de wetenschap.
PvdA
functie(s) in de periode 1994-2002: lid Tweede Kamer, staatssecretaris
Inhoudsopgave
Frederick (Rick)
geboorteplaats en -datum
Rotterdam, 28 april 1956 partij(en)
PvdA (Partij van de Arbeid)
-
-junior research officer, Universiteit van Cambridge, van 1979 tot 1983
-
-fellow Darwin College te Cambridge, van 1982 tot 1984
-
-universitair docent, Londen School for Economics and Political Science, van 1983 tot 1988
-
-research hoogleraar kwantitatieve economie en directielid Center, Katholieke Universiteit Brabant, van 1985 tot 1991
-
-research fellow, Centre for Economic Policy Research te Londen, 1986
-
-founding director Nationale Netwerk voor de Opleiding van Promovendi in de kwantitatieve economie, Universiteit te Florence, 1988
-
-hoogleraar macro-economie, Universiteit van Amsterdam, van 1 september 1991 tot 1 augustus 1998
-
-lid directie onderzoekschool Tinbergen Instituut, Erasmus Universiteit, Vrije Universiteit en Universiteit van Amsterdam, van 1992 tot 1994
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 17 mei 1994 tot 3 augustus 1998
-
-staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (belast met cultuur-, kunst- en mediabeleid), van 3 augustus 1998 tot 22 juli 2002
-
-visiting professor aan de Universiteit van München, de London School of Economics, en de Humboldtuniversiteit te Berlijn (najaar 2002)
-
-hoogleraar internationaal economisch beleid, Robert Schuman Centrum van het Europese Universiteit te Florence, van 2003 tot 2007
-
-hoogleraar politieke economie, Universiteit van Amsterdam, van 23 januari 2003 tot 1 januari 2008 (op persoonlijke titel)
-
-hoogleraar economie, University of Oxford, vanaf 2007
-
-co-directeur OXCARRA (Oxford Centre for the Analysis of Resource Rich Economies), vanaf 2007
-
-hoogleraar politieke economie, Amsterdam School of Economics, Universiteit van Amsterdam, van 1 januari 2008 tot 1 januari 2011 (1 dag per week)
-
-hoogleraar economie, Vrije Universiteit te Amsterdam, van 1 mei 2011 tot 1 november 2020 (1,5 dag per week)
-
-bijzonder hoogleraar environmental economics, Universiteit van Amsterdam, vanaf 1 november 2020
-
-lid discussiegroep sociaal-economisch beleid, WBS (Wiardi Beckman Stichting) (voor Kamerlidmaatschap)
-
-lid PvdA-commissie-Wolfson "Niemand aan de kant" (voor Kamerlidmaatschap)
-
-lid curatorium WBS (Wiardi Beckman Stichting)
-
-lid partijbestuur PvdA, vanaf 1992
-
-lid fractiebestuur PvdA Tweede Kamer der Staten-Generaal, van september 1994 tot 1998
-
-voorzitter wetenschappelijke raad CESifo", Universiteit van München
-
-lid Raad van Toezicht, "The Max Planck Institute on Tax and Public Finance", München
-
-research fellow "Centre for Economic Policy Research", London
-
-research fellow, "Tinbergen Instituut", Amsterdam en Rotterdam
-
-lid International Growth Centre
vorige (20/36)
-
-lid redactie "New Economy" (nog in 1998)
-
-lid Raad van Advies Amsterdam University Press
-
-lid Raad van Advies, Centre for Policy Research Copenhagen Business School (nog in 1998)
-
-research fellow CEPR (Centre for Economic Polias Research) te Londen
-
-bijzonder hoogleraar staatshuishoudkunde, Universiteit van Amsterdam, van 1994 tot augustus 1998 (één dag per week)
-
-lid wetenschappelijke raad, International Center for Economic growth te San Francisco (VS)
-
-panellid Economic Policy a European Forum
-
-lid adviescommissie beleggingsfonds van de ASN (Algemene Spaarbank Nederland)
-
-lid bestuur Theatergroep "Mug met de Gouden Tanden"
-
-lid Raad van Commissarissen Pakhoed-concern, van mei 1996 tot augustus 1998
-
-redacteur/presentator televisieprogramma "Grenzeloze economie"
-
-columnist wekelijkse economie-bijlage "Algemeen Dagblad"
-
-lid werelderfgoedcomité van de UNESCO, van oktober 2003 tot 2007
-
-voorzitter "De Appel", centrum voor beeldende kunst te Amsterdam
-
-columnist 'Het Financieele Dagblad'
-
-presentator nationale wetenschapskwis, 24 december 2005
-
-lid bestuur Rietveld Academie
-
-voorzitter Raad van Toezicht ASN Microkredietfonds
-
-lid Smith School for Enterprise and Environment, Oxford
-
-gasthoogleraar Complexity Science, Universiteit Utrecht
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
voortgezet onderwijs-
-atheneum-b
academische studie
-
-studie Universiteit van Sussex (Bachelor of Science), tot 1977
promotie
-
-economie (Ph.D.), King's College, Universiteit van Cambridge, 1981
cursussen
-
-praktijkdiploma en staatspraktijkdiploma boekhouden I, 1976
-
-Was financieel woordvoerder van de PvdA-Tweede Kamerfractie. Voerde in de jaren 1994-1997 steeds het woord bij de algemene financiële beschouwingen. Hield zich ook bezig met studiefinanciering. Hield zich ook bezig met economische zaken (mededinging) en studiefinanciering.
als bewindspersoon (beleidsmatig)
-
-Bracht in 1999 de Nota 'Cultuur als confrontatie - uitgangspunten voor het cultuurbeleid in de periode 2001-2004 uit. Een rijk cultureel leven moet tegenwicht bieden aan verzakelijking, economisering en digitalisering. Als beste toekomstscenario voor het cultuurbeleid wordt gekozen voor een wisselwerking tussen aanbod en publiek. Niet verkoop- en publiekscijfers, maar uit confrontatie van ideeën met het publiek moet worden afgemeten wat van culturele waarde is. Het gaat dan om confrontaties tussen bijvoorbeeld amateurs en professionals en tussen allochtone en autochtone kunstenaars. Het beste aanbod in de kunsten en het erfgoed moet populair worden gemaakt en het populaire (in bijvoorbeeld de jongerencultuur) beter. Op basis van dit uitgangspunt is een andere subsidiëringsbeoordeling door de Raad voor de Kunst nodig. Criteria zijn: kwaliteit, maatschappelijk bereik, subsidie-per-bezoek en positie in het bestel. Culturele instellingen moeten minimaal drie procent van hun subsidies aan het bereiken van nieuwe publieksgroepen besteden. Instellingen met een hoge subsidie-per-bezoek moeten aantonen, dat die subsidie redelijk is. Er komt meer aandacht voor cultuur via nieuwe media. De ondernemersgeest in de cultuursector (cultureel ondernemerschap) moet worden versterkt. Er komt een Actieplan cultuurbereik, waarin acties staan gericht op het vergroten van culturele diversiteit, op jeugdactiviteiten en op toegankelijkheid (zichtbaarheid van collecties, digitalisering). (26.591)
-
-Bracht in 1999 samen met staatssecretarissen Remkes, Faber en J.M. de Vries de Nota Belvédère uit. Daarin wordt beleid uiteengezet voor het behoud van cultuurhistorische waarden door een kwalitatief hoogwaardige ruimtelijke inrichting. (26.663)
-
-Bracht in 2000 samen met minister Jorritsma en staatssecretaris De Vries van Verkeer en Waterstaat de Nota "Kabel en consument: marktwerking en digitalisering" uit. Deze nota gaat in op de gevolgen van de overgang van een monopolistische naar een concurerende en dynamische markt op het gebied van kabelomroep. Ingespeeld moet worden op plannen van kabelexploitanten voor pakketsegmentatie en digitalisering. Het huidige niveau van consumentenbescherming en keuzevrijheid dient daarbij gehandhaafd te worden. Daarnaast moet een aantrekkelijk dienstenaanbod (via decoders) verzekerd zijn, evenals de doorgifte van publieke zenders (op grond van de 'de must-carry-bepaling in de Mediawet). Aan de orde komen tevens aspecten als auteursrecht en privacy. (27.088)
als bewindspersoon (wetgeving)
-
-Bracht in 1999 een wet inzake de privatisering van het Nederlands Omroepproductie bedrijf (NOB) in het Staatsblad (Stb. 146). Het wetsvoorstel was in 1997 ingediend en in 1998 in de Tweede Kamer verdedigd door staatssecretaris Nuis. (25.312)
-
-Bracht in 1999 samen met minister Zalm de Wet afschaffing van de omroepbijdrage (Stb. 574) tot stand. De financiering van de omroep zal geschieden via de algemene middelen. (26.707)
-
-Bracht in 2000 een wijziging van de Mediawet (Stb. 139) tot stand in verband met invoering van een vernieuwd concessiestelsel voor de landelijke publieke omroep. Hierdoor krijgen de omroeporganisaties niet langer afzonderlijk een concessie, maar wordt één concessie verleend aan de publieke omroep als geheel, in casu de NOS. Aan de concessie is een taakopdracht verbonden. De positie van de raad van bestuur van de NOS wordt versterkt. Er wordt een einde gemaakt aan de statusverschillen tussen omroepverenigingen en niet langer zal de hoeveelheid zendtijd die omroepverenigingen krijgen afhankelijk zijn van hun ledental. (26.660)
-
-Bracht in 2000 een wet tot wijziging (Stb. 252) van de Mediawet tot stand. De wet zorgt voor implementatie van de richtlijn 'televisie zonder grenzen' en regelt het vrij verkeer van televisie-omroepactiviteiten in de Europese Unie. De ontvangst en doorgifte van programma's, die voldoen aan de wettelijke voorschriften van een lidstaat, mogen niet belemmerd worden in andere lidstaten. Er komt een nationale evenementenlijst, waardoor Nederlandse kijkers gewaarborgd zijn van uitzending via de publieke omroep van bepaalde belangrijke sportevenementen. (26.256)
-
-Bracht in 2000 samen met staatssecretaris Vliegenthart een wijziging (Stb. 586) van de Mediawet tot stand. Er komen wettelijke regels om jongeren beter te beschermen tegen tabakreclame en tegen geweld op televsie, video en film. Uitgangspunt is zelfregulering van de sector. De Wet op de filmvertoningen wordt ingetrokken. (26.841)
-
-Nederlandse vader en Engelse moeder. Is tweetalig opgevoed in Engeland.
-
-Mark Duursma, "Altijd op zoek naar tegenstand", NRC Handelsblad, 12 november 2001
-
-Toof Brader en Marja Vuijsje, "Haagse portretten. Tweede-Kamerleden, ministers, staatssecretarissen" (1995, 1999)
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.
- 1.Aan dit eerste 'paarse' kabinet namen PvdA, VVD en D66 deel. Het werd op 22 augustus 1994 gevormd na de Tweede Kamerverkiezingen van 1994. De kleur paars refereerde aan de vermenging van het rood van de PvdA en het blauw van de VVD. PvdA-leider Wim Kok, minister van financiën en vicepremier in het voorgaande kabinet-Lubbers III, werd premier.
- 2.Dit kabinet, in de wandelgangen veelal 'Paars II' genoemd, was een voortzetting van het kabinet-Kok I. Hoewel het kabinet het bijna de volle vier jaar uithield, verliep de samenwerking tussen PvdA, VVD en D66 minder soepel dan in de vorige kabinetsperiode. PvdA-leider Wim Kok werd voor de tweede keer premier.