Onduidelijkheid financiering decentrale politiek blijft!

Source: Onafhankelijke Senaatsfractie (OSF) i, published on Wednesday, August 21 2024.

Onderzoek Wetenschappelijk Bureau OPNL

Het Wetenschappelijk Bureau van OPNL (Onafhankelijke Politiek Nederland) heeft een wetenschappelijk onderzoek laten uitvoeren naar de ontwikkeling in de financiering van decentrale politieke partijen. Het onderzoek is uitgevoerd door Necker. Het is een uitgebreide analyse geworden van het nieuwe voorstel voor een Wet op de politieke partijen (Wpp), de Wet financiering politieke partijen (Wfpp) en de adviezen die in 2018 zijn aangereikt door de staatscommissies Remkes en Veling. Het onderzoek met conclusies is uitgewerkt in een handzaam boekwerkje in de zogenaamde WB Boekenreeks van OPNL.

Ongelijk speelveld

Decentrale politieke partijen hebben al lange tijd een prominente plek in de lokale en provinciale politiek. Bij elkaar weten ze sinds 2010 de meeste kiezers aan zich te binden; bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2022 stemden 36% van de kiezers op een lokale partij.

Desondanks kunnen decentrale partijen geen aanspraak maken op overheidssubsidies, in tegenstelling tot landelijke politieke partijen. Omdat overheidswetgeving zich richt op partijen die in de Eerste en/of Tweede Kamer zijn vertegenwoordigd zijn, kunnen uitsluitend landelijke partijen aanspraak maken op subsidie.

Lokale afdelingen van landelijke partijen delen via afdrachten van de landelijke partijen deels mee in deze subsidiegelden; decentrale partijen dus niet.

Er blijft daarmee sprake van een ongelijk speelveld.In het maatschappelijke debat klinkt al enige tijd de roep om dit te veranderen en de financiering van decentrale partijen wettelijk mogelijk te maken binnen de bestaande regelgeving.

Staatscommissies Veling en Remkes

De Commissie Veling evalueerde de Wet financiering politieke partijen (Wfpp) in 2018 en adviseerde onder andere om ook decentrale politieke partijen in aanmerking te laten komen voor subsidie en om de transparantieregels ook voor decentrale partijen te laten gelden. De Wfpp is recent gewijzigd, deels in het voordeel van decentrale politieke partijen. Maar is de financiering van decentrale partijen nog steeds niet geregeld.

Verder is ook een nieuwe Wet op de politieke partijen (Wpp) in voorbereiding. Die ligt momenteel voor advies bij de Raad van State. Het is de bedoeling dat de Wfpp integraal wordt opgenomen in de nieuwe Wpp. Het voorstel voor de Wpp is tot stand gekomen na advies van de Commissie Remkes die het parlementaire stelsel onder de loep nam, maar expliciet de decentrale democratie buiten beschouwing liet.

Inmiddels is de tweede internetconsultatieronde van het wetsvoorstel afgerond en is het wachten op het advies van de Raad van State. Daarna kan het wetsvoorstel in de Tweede en Eerste Kamer worden behandeld.

Conclusie

Het onderzoek van Necker komt tot de conclusie dat de nieuwe Wpp de deur naar subsidiëring van decentrale politieke partijen lijkt te openen. Dit na een uiterst lange en moeizame weg.

Toch is de deur voor subsidiëring van decentrale partijen in dit wetsvoorstel nog niet helemaal open. De Wpp bevat namelijk nog geen uitgewerkte regeling voor deze subsidiëring. De minister van BZK dient later, via een algemene maatregel van bestuur, een complete regeling in te stellen. Er blijft dus nog veel onduidelijk.

Zo weet niemand hoeveel geld decentrale partijen gaan ontvangen en het geld dat hiervoor is gereserveerd bestaat vooralsnog volledig uit incidentele middelen. Dit bedrag van ruim 8 miljoen voor drie jaar lijkt veel, maar zonder verdeelsleutel weet niemand waar men straks aan toe is. Ook is voorlopig nog onduidelijk wat er na de eerste drie jaar gaat gebeuren en of er dan reguliere middelen beschikbaar zijn.

Coalitie

Het is raadzaam om op korte termijn gezamenlijk op te trekken met alle voorstanders van een gedegen en eerlijke financiering van decentrale politieke partijen. Deze nog te vormen coalitie zal in zijn communicatie de nadruk leggen op de wenselijkheid van een gedegen en eerlijke regeling. Communicatie die uiteindelijk ook de landelijke partijen in Tweede en Eerste Kamer zal moeten overtuigen.

Platformstructuur

OPNL is een platform van onafhankelijke provinciale partijen. Binnen het platform wordt nauw samengewerkt en leert men van elkaar. De provinciale partijen op hun beurt werken ook als platform in hun provincie, waarbij de eigen identiteit van de lokale en regionale partijen voorop staat. Er wordt gewerkt vanuit het principe “Van Onderop!”

Het platform van onafhankelijke provinciale partijen OPNL bestaat uit de volgende zelfstandige leden:

Lokaal Brabant, Fryske Nasjonale Partij, Lokaal-Limburg, Groninger Belang, Partij voor Zeeland, Provinciaal Belang Friesland, Sterk Lokaal Drenthe, Sterk Lokaal Flevoland, Onafhankelijke Politiek Noord-Holland, Onafhankelijke Politiek Zuid-Holland, Lokale Partijen Gelderland en U26 gemeenten (Utrecht).

.stk-0mefrsh .stk-img-wrapper{filter:drop-shadow(0px 0px 2px var(--stk-global-color-73979,#707070)) !important}