Artikel III-79: Organisatie Europees Stelsel van Centrale Banken - Main contents
-
3.Het Europees Stelsel van Centrale Banken wordt bestuurd door de besluitvormende organen van de Europese Centrale Bank, te weten de Raad van bestuur en de directie.
-
4.De statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken zijn opgenomen in het protocol betreffende de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank.
-
5.Artikel 5, leden 1, 2 en 3, de artikelen 17 en 18, artikel 19, lid 1, de artikelen 22, 23, 24 en 26, artikel 32, lid 2, artikel 33, lid1, punt a) en artikel 36 van de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank kunnen bij Europese wet worden gewijzigd:
-
a)hetzij op voorstel van de Europese Commissie en na raadpleging van de Europese Centrale Bank;
-
b)hetzij op aanbeveling van de Europese Centrale Bank en na raadpleging van de Europese Commissie.
-
-
6.De in de artikelen artikel 4, artikel 5, lid 4, artikel 19, lid 2, artikel 20, artikel 28, lid 1, artikel 29, lid 2, artikel 30, lid 4, en artikel 34, lid 3,van de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank bedoelde maatregelen worden door de Raad bij Europese verordening of besluit vastgesteld. De Raad besluit na raadpleging van het Europees Parlement:
-
a)hetzij op voorstel van de Europese Commissie en na raadpleging van de Europese Centrale Bank;
-
b)hetzij op aanbeveling van de Europese Centrale Bank en na raadpleging van de Europese Commissie.
-
-
7.Artikel III-84 i, lid 1, en lid 2, onder a), van de Grondwet en de artikelen 10 tot en met 12 en artikel 43 van de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank kunnen worden gewijzigd bij wet van de Raad, die met eenparigheid van stemmen besluit, hetzij op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Europees Parlement en de Europese Centrale Bank, hetzij op aanbeveling van de Europese Centrale Bank en na raadpleging van het Europees Parlement en de Commissie. [*]
Toelichting PDC bij de ontbrekende leden 1 en 2
De werkgroep Juridische Deskundigen IGC heeft deze leden overgebracht naar Titel VI - De werking van de Unie (onderafdeling 5 bis - De Europese Centrale Bank).
Noot [*] PDC bij lid 7
Tijdens het ministerieel conclaaf in Napels is besloten om de mogelijkheid te openen de Europese Raad voor het Hof van Justitie te dagen, als deze nalaat een besluit te nemen (eerste alinea, document CIG 52/03).
Let op! Deze tekst is niet meer opgenomen in het slotdocument van het Italiaanse voorzitterschap (CIG 60/03).
-
1.Het Europees Stelsel van Centrale Banken bestaat uit de Europese Centrale Bank en de nationale centrale banken.
-
2.De Europese Centrale Bank bezit rechtspersoonlijkheid.
-
3.Het Europees Stelsel van Centrale Banken wordt bestuurd door de besluitvormende organen van de Europese Centrale Bank, te weten de Raad van bestuur en de directie.
-
4.De statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken zijn opgenomen in het protocol betreffende de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank.
-
5.De artikelen 5.1, 5.2, 5.3, 17, 18, 19.1, 22, 23, 24, 26, 32.2, 32.3, 32.4, 32.6, 33.1 a en 36 van de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken kunnen worden gewijzigd:
-
a)hetzij bij Europese wet die na raadpleging van de Europese Centrale Bank wordt vastgesteld;
-
b)hetzij bij Europese wet van de Raad die op aanbeveling van de Europese Centrale Bank wordt vastgesteld, na goedkeuring van het Europees Parlement en na raadpleging van de Commissie.
-
-
6.De in de artikelen 4, 5.4, 19.2, 20, 28.1, 29.2, 30.4 en 34.3 van de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Bank bedoelde maatregelen worden door de Raad vastgesteld. Hij besluit na raadpleging van het Europees Parlement:
-
a)hetzij op voorstel van de Commissie en na raadpleging van de Europese Centrale Bank
-
b)hetzij op aanbeveling van de Europese Centrale Bank en na raadpleging van de Commissie.
-
-
1.Het Europees Stelsel van Centrale Banken bestaat uit de Europese Centrale Bank en de nationale centrale banken.
-
2.De Europese Centrale Bank bezit rechtspersoonlijkheid.
-
3.Het Europees Stelsel van Centrale Banken wordt bestuurd door de besluitvormende organen van de Europese Centrale Bank, te weten de Raad van bestuur en de directie.
-
4.De statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken zijn opgenomen in het protocol betreffende de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank.
-
5.De artikelen 5.1, 5.2, 5.3, 17, 18, 19.1, 22, 23, 24, 26, 32.2, 32.3, 32.4, 32.6, 33.1 a en 36 van de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank kunnen bij Europese wet worden gewijzigd:
-
a)hetzij op voorstel van de Europese Commissie na raadpleging van de Europese Centrale Bank;
-
b)hetzij op aanbeveling van de Europese Centrale Bank na raadpleging van de Europese Commissie.
-
-
6.De in de artikelen 4, 5.4, 19.2, 20, 28.1, 29.2, 30.4 en 34.3 van de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank bedoelde maatregelen worden door de Raad van Ministers bij Europese verordening of besluit vastgesteld. De Raad van Ministers besluit na raadpleging van het Europees Parlement:
-
a)hetzij op voorstel van de Europese Commissie en na raadpleging van de Europese Centrale Bank;
-
b)hetzij op aanbeveling van de Europese Centrale Bank en na raadpleging van de Europese Commissie.
-
-
3.Het Europees Stelsel van Centrale Banken wordt bestuurd door de besluitvormende organen van de Europese Centrale Bank, te weten de Raad van bestuur en de directie.
-
4.De statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken zijn opgenomen in het protocol betreffende de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank.
-
5.Artikel 5, leden 1, 2 en 3, de artikelen 17 en 18, artikel 19, lid 1, de artikelen 22, 23, 24 en 26, artikel 32, lid 2, artikel 33, lid1, punt a) en artikel 36 van de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank kunnen bij Europese wet worden gewijzigd:
-
a)hetzij op voorstel van de Europese Commissie en na raadpleging van de Europese Centrale Bank;
-
b)hetzij op aanbeveling van de Europese Centrale Bank en na raadpleging van de Europese Commissie.
-
-
6.De in de artikelen artikel 4, artikel 5, lid 4, artikel 19, lid 2, artikel 20, artikel 28, lid 1, artikel 29, lid 2, artikel 30, lid 4, en artikel 34, lid 3,van de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank bedoelde maatregelen worden door de Raad bij Europese verordening of besluit vastgesteld. De Raad besluit na raadpleging van het Europees Parlement:
-
a)hetzij op voorstel van de Europese Commissie en na raadpleging van de Europese Centrale Bank;
-
b)hetzij op aanbeveling van de Europese Centrale Bank en na raadpleging van de Europese Commissie.
-
-
7.Artikel III-84 i, lid 1, en lid 2, onder a), van de Grondwet en de artikelen 10 tot en met 12 en artikel 43 van de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank kunnen worden gewijzigd bij wet van de Raad, die met eenparigheid van stemmen besluit, hetzij op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Europees Parlement en de Europese Centrale Bank, hetzij op aanbeveling van de Europese Centrale Bank en na raadpleging van het Europees Parlement en de Commissie. [*]
Toelichting PDC bij de ontbrekende leden 1 en 2
De werkgroep Juridische Deskundigen IGC heeft deze leden overgebracht naar Titel VI - De werking van de Unie (onderafdeling 5 bis - De Europese Centrale Bank).
Noot [*] PDC bij lid 7
Tijdens het ministerieel conclaaf in Napels is besloten om de mogelijkheid te openen de Europese Raad voor het Hof van Justitie te dagen, als deze nalaat een besluit te nemen (eerste alinea, document CIG 52/03).
Let op! Deze tekst is niet meer opgenomen in het slotdocument van het Italiaanse voorzitterschap (CIG 60/03).
-
1.Het Europees Stelsel van Centrale Banken wordt bestuurd door de besluitvormende organen van de Europese Centrale Bank, te weten de Raad van bestuur en de directie.
-
2.Het statuut van het Europees Stelsel van Centrale Banken is opgenomen in het protocol tot vaststelling van het statuut van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank.
-
3.Artikel 5, leden 1, 2 en 3 i, de artikelen 17 en 18, artikel 19, lid 1, de artikelen 22, 23, 24 en 26, artikel 32, leden 2, 3, 4 en 6, artikel 33, lid 1, onder a), en artikel 36 i van het statuut van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank kunnen bij Europese wet worden gewijzigd:
-
a)hetzij op voorstel van de Commissie en na raadpleging van de Europese Centrale Bank;
-
b)hetzij op aanbeveling van de Europese Centrale Bank en na raadpleging van de Commissie.
-
-
4.De in artikel 4 i, artikel 5, lid 4 i, artikel 19, lid 2 i, artikel 20 i, artikel 28, lid 1 i, artikel 29, lid 2 i, artikel 30, lid 4 i, en artikel 34, lid 3 i, van het statuut van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank bedoelde maatregelen worden door de Raad bij Europese verordening of Europees besluit vastgesteld. De Raad besluit na raadpleging van het Europees Parlement:
-
a)hetzij op voorstel van de Commissie en na raadpleging van de Europese Centrale Bank;
-
b)hetzij op aanbeveling van de Europese Centrale Bank en na raadpleging van de Commissie.
-