Artikel III-150: Ruimteonderzoek - Main contents
Contents
-
1.Om de wetenschappelijke en technische vooruitgang, het industriële concurrentievermogen en de uitvoering van haar beleid te bevorderen, stippelt de Unie een Europees ruimtebeleid uit. Daartoe kan zij gemeenschappelijke initiatieven bevorderen, onderzoek en technologische ontwikkeling steunen en de noodzakelijke inspanningen coördineren voor de verkenning en het gebruik van de ruimte.
-
2.Om bij te dragen aan de verwezenlijking van de in lid 1 bedoelde doelstellingen, worden bij Europese wet of kaderwet de noodzakelijke maatregelen vastgesteld, die de vorm kunnen hebben van een speciaal Europees ruimteprogramma.
Lid 1 geeft de algemene doelstelling en de verschillende richtsnoeren van dit beleid, die betrekking hebben op de dimensies van het onderzoek en de technologische ontwikkeling, maar ook de dimensie van het industriële concurrentievermogen en eventueel van de andere beleidsgebieden van de Unie.
Lid 2 geeft de aard en de inhoud van de acties van de Unie op dit gebied aan, zoals de opstelling en uitvoering van een Europees ruimtevaartprogramma, zonder dat andere vormen van actie bijvoorbeeld internationale samenwerking) worden uitgesloten.
-
1.Om de wetenschappelijke en technische vooruitgang, het industriële concurrentievermogen en de uitvoering van haar beleid te bevorderen, stippelt de Unie een Europees ruimtebeleid uit. Daartoe kan zij gemeenschappelijke initiatieven bevorderen, onderzoek en technologische ontwikkeling steunen en de noodzakelijke inspanningen coördineren voor de verkenning en het gebruik van de ruimte.
-
2.Om bij te dragen aan de verwezenlijking van de in lid 1 bedoelde doelstellingen, worden bij Europese wet of kaderwet de noodzakelijke maatregelen vastgesteld, die de vorm kunnen hebben van een speciaal Europees ruimteprogramma.
Lid 1 geeft de algemene doelstelling en de verschillende richtsnoeren van dit beleid, die betrekking hebben op de dimensies van het onderzoek en de technologische ontwikkeling, maar ook de dimensie van het industriële concurrentievermogen en eventueel van de andere beleidsgebieden van de Unie.
Lid 2 geeft de aard en de inhoud van de acties van de Unie op dit gebied aan, zoals de opstelling en uitvoering van een Europees ruimtevaartprogramma, zonder dat andere vormen van actie bijvoorbeeld internationale samenwerking) worden uitgesloten.
-
1.Om de wetenschappelijke en technische vooruitgang, het industriële concurrentievermogen en de uitvoering van haar beleid te bevorderen, stippelt de Unie een Europees ruimtevaartbeleid uit. Daartoe kan zij gemeenschappelijke initiatieven bevorderen, onderzoek en technologische ontwikkeling steunen en de nodige inspanningen coördineren voor de verkenning en het gebruik van de ruimte.
-
2.Om bij te dragen aan de verwezenlijking van de in lid 1 bedoelde doelstellingen, worden bij Europese wet of kaderwet maatregelen vastgesteld, die de vorm kunnen hebben van een speciaal Europees ruimtevaartprogramma.
-
1.Om de wetenschappelijke en technische vooruitgang, het industriële concurrentievermogen en de uitvoering van haar beleid te bevorderen, stippelt de Unie een Europees ruimtevaartbeleid uit. Daartoe kan zij gemeenschappelijke initiatieven bevorderen, onderzoek en technologische ontwikkeling steunen en de nodige inspanningen coördineren voor de verkenning en het gebruik van de ruimte.
-
2.Om bij te dragen tot de verwezenlijking van de in lid 1 bedoelde doelstellingen, worden bij Europese wet of kaderwet maatregelen vastgesteld, die de vorm kunnen hebben van een speciaal Europees ruimtevaartprogramma.
-
3.De Unie gaat elke nuttige relatie aan met het Europees Ruimteagentschap.
-
1.Om de wetenschappelijke en technische vooruitgang, het industriële concurrentievermogen en de uitvoering van haar beleid te bevorderen, stippelt de Unie een Europees ruimtevaartbeleid uit. Daartoe kan zij gemeenschappelijke initiatieven bevorderen, onderzoek en technologische ontwikkeling steunen en de nodige inspanningen coördineren voor de verkenning en het gebruik van de ruimte.
-
2.Om bij te dragen tot de verwezenlijking van de in lid 1 bedoelde doelstellingen, worden bij Europese wet of kaderwet maatregelen vastgesteld, die de vorm kunnen hebben van een speciaal Europees ruimtevaartprogramma.
-
3.De Unie gaat elke nuttige relatie aan met het Europees Ruimteagentschap.