Kabinetsformatie 2023-2024

Met dank overgenomen van Parlement.com.

De formatie van het kabinet-Schoof van PVV, VVD, NSC en BBB duurde 223 dagen. Na de formatie van 2021-2022 de langste formatie. Opvallend was dat noch de verkenner, noch de informateurs, noch de formateur uit één van de vier beoogde coalitiepartijen kwam en dat voor het eerst sinds 1973 de formateur geen minister-president werd. De formatie vond in grote beslotenheid plaats.

In de nacht van 16 mei 2024 bereikten PVV, VVD, NSC en BBB een hoofdlijnenakkoord dat de inhoudelijke basis moest vormen voor een nieuw kabinet. Het motto is: Hoop, lef en trots. Op 22 mei kreeg (oud-)informateur Richard van Zwol1 (CDA) formeel de opdracht binnen vijf weken een kabinet te formeren. Op 26 mei begon hij zijn gesprekken. Twee dagen later werd de partijloze Dick Schoof2 de beoogde premier. De partijen bereikten op 11 juni een akkoord over de verdeling van de posten. Op 17, 18 en 19 juni werden de kandidaat-bewindslieden ontvangen en daarna waren er in de Tweede Kamer hoorzittingen met de kandidaat-bewindspersonen.

Op 20 maart had de Tweede Kamer oud-SGP-Tweede Kamerlid Elbert Dijkgraaf3 en staatsraad Van Zwol aangewezen als informateurs. Zij hadden tot en met 15 mei de tijd om te onderhandelingen over de komst van een (als extraparlementair betiteld) 'programkabinet'. Dit was overeenkomstig de aanbeveling van de eerdere informateur Kim Putters4, die op 14 maart eindverslag uitbracht. De SER-voorzitter werd in februari informateur om te onderzoeken of er vruchtbare samenwerking mogelijk zou zijn in de vorm van een extraparlementair, gedoog- of minderheidskabinet. De Tweede Kamer had Putters als informateur aangewezen na een debat over het op 12 februari door de eerste informateur, Ronald Plasterk5 (PvdA), uitgebrachte eindverslag.

Inhoudsopgave

  1. Verloop verkenning
  2. Verloop informatie-Plasterk
  3. Verloop informatie-Putters
  4. Verloop informatie-Van Zwol/Dijkgraaf
  5. Zoeken premierskandidaat
  6. Bewindslieden
  7. Overzicht
  8. Parlementaire steun beoogde coalitie

1.

Verloop verkenning

Op woensdag 22 november 2023 vonden Tweede Kamerverkiezingen6 plaats. Op 24 november 2023 werd het PVV-Eerste Kamerlid Gom van Strien7 aangewezen als verkenner. 27 november 2023, nog voor de eerste verkennende gesprekken plaats hadden gevonden, stapte hij echter op vanwege twijfels rond zijn integriteit. De onrust ontstond naar aanleiding van berichtgeving in de media over de betrokkenheid van Van Strien bij een fraudezaak.

De Tweede Kamer wees een dag later, op 28 november 2023, oud-minister Ronald Plasterk (PvdA) aan als verkenner. Plasterk hield gedurende een periode van twee weken, van 29 november tot 7 december, verkennende gesprekken met de fractievoorzitters van PVV (Geert Wilders8), VVD (Dilan Yesilgöz9), NSC (Pieter Omtzigt10) en BBB (Caroline van der Plas11). De verkenner had niet genoeg aan één ronde gesprekken, waardoor hij geen verslag meer kon uitbrengen aan de Tweede Kamer in oude samenstelling.

Op 11 december bood verkenner Plasterk zijn advies aan aan de Kamervoorzitter. Hij adviseerde tot een korte informatieronde te komen, waarbij op verschillende punten naar overeenstemming moest worden gezocht tussen PVV, VVD, NSC en BBB. Daarbij moest er eerst gesproken worden over de Grondwet en de rechtsstaat en pas daarna over andere onderwerpen.

Op 13 december droeg Wilders, als fractievoorzitter van de grootste partij, Plasterk voor als informateur aan de Tweede Kamer. Een meerderheid van de Kamerleden stemde in met zijn benoeming en met de volgende stappen in de formatie. Een deel van de Kamerleden uitte tijdens het debat over het verkennersadvies wel zijn zorgen over de positie van de PVV en partijleider Wilders, en dan voornamelijk over uitingen in het verleden en delen uit het verkiezingsprogramma die ingaan tegen de Grondwet en internationale verdragen.

2.

Verloop informatie-Plasterk

Op 13 december 2023 ontving Ronald Plasterk zijn opdracht als informateur uit handen van de toen fungerend Kamervoorzitter Roelien Kamminga12. Een dag later begon hij de gesprekken met de fractievoorzitters van PVV, VVD, NSC en BBB samen. Die waren vaak vergezeld van secondanten. Hij kondigde een periode van radiostilte aan tot uiterlijk begin februari. Enkele keren werd in Hilversum overleg gevoerd. VVD-fractievoorzitter Yesilgöz had direct al laten weten alleen een (centrum-)rechts kabinet te willen gedogen.

Pas uit het verslag bleek dat er op 10 januari overeenstemming was bereikt over de rechtsstatelijkheid, al hield NSC twijfel over de toezegging van de PVV zich te matigen. Door de radiostilte bleef onduidelijk wat er werd besproken, maar via publieke uitingen bleken er wel soms irritaties te zijn. Zo bleek in een Tweede Kamerdebat dat BBB en NSC anders denken over het stikstofbeleid. Dit leidde tot een aanvaring tussen Van der Plas en NSC-woordvoerder Harm Holman13. Die laatste kreeg bovendien te maken met bedreigingen, waar de BBB slechts omfloerst afstand van nam. Bij de behandeling van de Defensiebegroting nam PVV-woordvoerder Joeri Pool14 afstand van het Oekraïnebeleid.

Op 6 februari liet NSC-fractievoorzitter Omtzigt weten de besprekingen als afgerond te beschouwen. Hij was ontstemd dat de informateur te laat rapporten over mogelijke financiële tegenvallers had gedeeld. De communicatie over de breuk verliep vreemd. De media was eerder op de hoogte dan informateur en gesprekpartners. Die kregen de melding via WhatsApp. Omtzigt erkende nadien dat dit niet chic was. De drie overgebleven fracties zetten de besprekingen nog wel voort, waarna Omtzigt concludeerde dat zij voorlopig gedrieën aan zet waren.

In het eindverslag werd geconcludeerd dat er, ondanks grote inhoudelijke verschillen, toch een basis was voor onderhandelingen tussen de vier partijen (onder leiding van iemand met politiek en bestuurlijk gezag). Wel diende daarbij het karakter van het kabinet (extraparlementair, gedoogconstructie) te worden betrokken.

Die conclusie werd op 14 februari in het Tweede Kamerdebat over het eindverslag gedeeld. De VVD zei nu ook bereid te zijn tot volwaardige deelname, mits daarbij de vier partijen betrokken zouden zijn. Omtzigt leek vast te houden aan het later aansluiten door NSC. De keuze voor nieuwe informateur viel op SER-voorzitter Kim Putters. Net als Plasterk een PvdA-lid. GroenLinks-PvdA, Volt, DENK en PvdD stemden tegen deze tussenronde en feitelijk vonden ook andere fracties die overbodig, al stemden ze voor de motie-Wilders over de volgende stap in de formatie.

3.

Verloop informatie-Putters

Op 14 februari wees de Tweede Kamer SER-voorzitter Kim Putters4 tot informateur aan. Hij moest onderzoeken of er vruchtbare samenwerking mogelijk is in de vorm van een extraparlementair, gedoog- of minderheids­kabinet. Vanwege een recesperiode begon de informateur met zich te oriënteren op mogelijke vormen voor een kabinet. Hij vroeg daarover advies van oud-informateurs, oud-politici en wetenschappers. Daarna voerde hij gesprekken met de fractievoorzitters van PVV, VVD, NSC en BBB, eerst afzonderlijk en later in koppels. In de afrondende fase kwamen zij weer gezamenlijk bijeen.

In het eindverslag werd voorgesteld te komen tot een programkabinet, met een extraparlementair karakter. Dat dient te worden bereikt doordat de politiek leiders buiten het kabinet blijven, de helft van de ministers van buiten de politiek komt (eventueel niet namens één van de coalitiepartijen) en er een hoofdlijnenakkoord komt, dat later door het nieuwe kabinet moet worden uitgewerkt. Gebieden waarover op hoofdlijnen afspraken dienden te worden gemaakt waren onder meer: zorg, buitenlands beleid, stikstof en criminaliteitsbestrijding. Er moest wel een gedegen financieel kader komen.

4.

Verloop informatie-Van Zwol/Dijkgraaf

De werkzaamheden van de informateurs Richard van Zwol en Elbert Dijkgraaf bestonden uit een afwisseling van gesprekken met deskundigen, onder meer over migratie, één-op-één of bilaterale gesprekken met fractievoorzitters en gezamenlijke overleg met hen. Aan het Centraal Planbureau werd gevraagd voorstellen door te rekenen. Tussen 28 april en 6 mei was er een onderbreking van de gesprekken.

Doordat PVV-Kamerlid Gidi Markuszower15 zich met een concepttekst liet fotograferen, was bekend dat er een streng asielbeleid en lastenverlichting voor de middeninkomens zou komen. Verdere informatie over het verloop bleef achterwege. Wel waren er soms irritaties door berichten op social media.

Pas twee uur na het verstrijken van de deadline (middernacht 15 mei) was er een akkoord over een hoofdlijnenprogramma. De fracties van PVV, NSC en BBB stemden daarmee vlot in. Bij de VVD duurde het iets langer.

5.

Zoeken premierskandidaat

Op 14 mei leek PVV-Kamerlid Fleur Agema te bevestigen dat Ronald Plasterk de door de PVV beoogde premier was. Zij deelde (met instemming) een bericht van een nep-PVV-account op X (om het daarna snel te verwijderen). De kandidatuur werd bevestigd door een ingezonden brief van Plasterk in De Telegraaf op 17 mei waarin hij Pieter Omtzigt excuses aanbood voor een opmerking in de Tweede Kamer over het gebruik door Omtzigt van de dienstauto van de informateur. Daarna vond een gesprek tussen beiden plaats.

Publicaties in maart in NRC en aangifte door een advocaat vanwege onder meer valsheid in geschrifte zorgden voor twijfel over de kandidatuur van Plasterk. Het betrof de winst die hij maakte met verkoop van een bedrijf waar patenten waren ondergebracht die van belang waren voor een behandelmethode. Het Amsterdam UMC en een medewerker daarvan hadden niet geprofiteerd, hoewel de AUMC-medewerker een belangrijke rol had speelde bij de gepatenteerde methode.

De affaire leidde tot twijfel bij de beoogde coalitiepartijen. In een talkshow adviseerde VVD-kopstuk Johan Remkes16 aan Plasterk om zich terug te trekken. Die deed dat op 20 mei.

In een interview in Trouw op 28 juni meldde staatssecretaris Marnix van Rij17 (CDA) dat Wilders hem eerder had benaderd als informateur (na het verslag van Plasterk) en als kandidaat-premier. Hij had geweigerd. Ook Kim Putters en oud-CDA-minister Jan Kees de Jager18 zouden gevraagd zijn voor het premierschap.

6.

Bewindslieden

Het verdelen van de posten kostte meer tijd dan verwacht. De gesprekken tussen formateur, beoogd premier en fractievoorzitters begonnen op 30 mei en leidden pas op 13 juni tot resultaat.

Na de verdeling van de posten werden wel snel de namen van de beoogde ministers en staatssecretarissen bekend. De kandidatuur van de door de PVV beoogde vicepremier en minister van Asiel en Migratie Gidi Markuszower werd op 13 juni ingetrokken, nadat uit naslag (onderzoek door de AIVD) bleek dat zijn benoeming een veiligheidsrisico zou opleveren. Wilders schoof daarop Tweede Kamerlid Marjolein Faber19 naar voren.

VVD-leider Dilan Yesilgöz uitte een dag later zorgen over die kandidatuur, vanwege eerdere door Faber als fractievoorzitter in de Eerste Kamer gedane uitlatingen. Zo had zij gesproken over omvolking en in 2021 het kabinet een vijfde colonne genoemd. Na spoedoverleg tussen de vier fractievoorzitter, kandidaat-premier Schoof en formateur Van Zwol bleek dat er geen blokkade was tegen de kandidatuur.

Onder de kandidaten van NSC kwam er één uit de ChristenUnie; deze kandidaat, oud-Kamerlid Eppo Bruins20, mocht het lidmaatschap van CU niet combineren met kabinetsdeelname en sloot zich aan bij NSC. De kandidaat-staatssecretaris voor rechtsbescherming, Teun Struycken21, meldde partijloos te blijven. Voor de PVV werd oud-VVD-Tweede Kamerlid Zsolt Szabó22 kandidaat-staatssecretaris. De kandidaat-staatssecretaris voor Justitie kwam uit Leefbaar Rotterdam.

Onder de 29 kandidaat-bewindspersonen waren 14 zittende Tweede Kamerleden, 4 oud-Tweede Kamerleden en 2 kandidaat-Tweede Kamerleden. Alleen Mariëlle Paul23 (die staatssecretaris wordt) en Mona Keijzer24 hebben kabinetservaring. Voor het eerst sinds 1905 is er onder de ministers niemand die eerder dat ambt had bekleed. Schoof is de eerste premier sinds 1959 zonder parlementaire ervaring1). Net als Balkenende25 heeft hij geen kabinetservaring.

De door de Tweede Kamer voor het eerste georganiseerde hoorzittingen leverden weinig bijzonders op. Wel waren er vragen over de rol van beoogd minister Dirk Beljaarts26 bij een faillissement van een BV en namen enkele kandidaten afstand van eerdere uitlatingen (onder meer over omvolking). Anderen wensten toekomstige collega's echter niet de 'recenseren'.

7.

Overzicht

Datum

Wat

Wie

Tot en met

Dagen

22 november 2023

Tweede Kamerverkiezingen6

     

24 november 2023

Benoeming verkenner

Gom van Strien7 (PVV)

27 november 2023

3

28 november 2023

Benoeming nieuwe verkenner

Ronald Plasterk5 (PvdA)

13 december 2023

14

13 december 2023

Benoeming informateur

Ronald Plaskerk (PvdA)

14 februari 2024

31

10 januari

Verklaring vier partijen over rechtsstaat

     

12 februari

eindverslag informateur

     

14 februari 2024

Benoeming informateur

Kim Putters4 (PvdA)

20 maart 2024

34

14 maart 2024

eindverslag informateur

     

20 maart 2024

Benoeming informateurs

Elbert Dijkgraaf3 (SGP) en Richard van Zwol1 (CDA)

16 mei 2024

56

16 mei 2024

eindverslag informateurs / hoofdlijnenakkoord

     

22 mei 2024

Benoeming formateur

Richard van Zwol (CDA)

1 juni 2024

40

11 juni 2024

Akkoord over verdeling posten

     

1 juli 2024

eindverslag formateur

     

1 juli 2024

constituerend beraad

     

2 juli 2024

beëdiging nieuwe kabinet

   

221*

  • * 
    De totale duur is berekend vanaf de dag na de verkiezingen tot de beëdiging.

8.

Parlementaire steun beoogde coalitie

Voor een meerderheid zijn 76 van 150 zetels nodig in de Tweede Kamer. In de Eerste Kamer zijn 38 van 75 zetels nodig voor een meerderheid. NSC is niet vertegenwoordigd in de Eerste Kamer.

 

Kamer

Partijen in coalitie

Aantal zetels TK

Niet in de coalitie

TK

PVV, VVD, NSC, BBB

88

GL-PvdA, D66, CDA, SP, PvdD, CU, FVD, DENK, SGP, Volt, JA21

EK

PVV, VVD, NSC, BBB

30

GL-PvdA, D66, CDA, SP, PvdD, CU, Volt, FVD, SGP, JA21, OPNL, 50PLUS

 

Meer over

  • Kabinetsformatie27
  • Tweede Kamerverkiezingen 20236

  • 1. 
    Richard van Zwol (1965) is sinds 1 oktober 2017 staatsraad bij de afdeling advisering. Hij was 2013-2017 secretaris-generaal van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. In 2007-2011 bekleedde hij die functie op het ministerie van Algemene Zaken en in 2011-2013 op het ministerie van Financiën. Daarvoor was hij ambtenaar op de ministeries van financiën, Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Algemene Zaken. Hij was onder meer sociaal-economisch en financieel raadadviseur en raadadviseur staatsrechtelijke-constitutionele zaken. Hij was (in)formateur van het kabinet-Schoof.
     
  • 2. 
    Dick Schoof (1957) is sinds 2 juli 2024 minister-president en minister van Algemene Zaken. Hij is partijloos. De heer Schoof was van 1 maart 2020 tot 29 juni 2024 secretaris-generaal van het ministerie van Justitie en Veiligheid. Eerder werkte hij onder meer als ambtenaar op het ministerie van Onderwijs en was directeur Politie, hoofddirecteur van de IND, directeur-generaal Openbare Orde en Veiligheid en Politie, Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid en directeur-generaal van de AIVD.
     
  • 3. 
    Wetenschapper die acht jaar Tweede Kamerlid was voor de SGP. In 1999-2003 was hij voorzitter van de SGP-jongeren. Promoveerde in 2004 op een studie over afvalverwerking. Was daarna onderzoeker aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en verbonden aan daaraan gelieerde onderzoeksinstituten. Bijzonder hoogleraar empirische economie van de publieke sector in Rotterdam. Als Kamerlid hield hij zich onder meer bezig met financiën, sociale zaken, economische zaken, landbouw, defensie, milieu en ontwikkelingssamenwerking. Kon als lid van een kleine fractie het nodige bereiken en genoot van het parlementaire werk, maar zag zich vanwege privéomstandigheden genoodzaakt de politiek te verlaten.
     
  • 4. 
    Kim Putters (1973) is sinds 16 september 2022 voorzitter van de Sociaal Economische Raad (SER). Daarvoor was hij van 15 juni 2013 tot 1 juni 2022 directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau. De heer Putters was van 11 juni 2003 tot 15 juni 2013 Eerste Kamerlid voor de PvdA en hield zich toen onder meer bezig met milieu, zorg en binnenlandse zaken. Hij was onder meer universitair docent en hoogleraar management van instellingen in de gezondheidszorg aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en is universiteitshoogleraar in Tilburg. Tevens was hij raadslid in Hardinxveld-Giessendam. Verder was hij vicevoorzitter van de PvdA-senaatsfractie en eerste ondervoorzitter van de Eerste Kamer.
     
  • 5. 
    Gerenommeerd wetenschapper en libertair politiek commentator, die in 2007 als PvdA'er de overstap maakte naar de landspolitiek. Hij werd toen, in het kabinet-Balkenende IV, minister van OCW. Enigszins flamboyante bewindsman, die een koerswijziging in het onderwijs nastreefde, maar die allereerst onvrede onder leerkrachten en afnemend onderwijspeil moest aanpakken. Als Tweede Kamerlid financieel woordvoerder. Dong in 2012 mee naar het partijleiderschap en werd in Rutte II minister van BZK. Kreeg onvoldoende steun voor de vorming van landsdelen, maar bracht wel een nieuwe wet op de inlichtingen- en veiligheidsdienst tot stand. Voor hij minister werd, was hij directeur van de onderzoekschool van het Nederlands Kanker Instituut en hoogleraar ontwikkelingsgenetica. Sinds 2017 is hij actief in de farmacie en in 2018 werd hij hoogleraar Novel Strategies to Access to Therapeutics aan de UvA. Was columnist van de De Telegraaf.
     
  • 6. 
    Op 22 november 2023 waren er Tweede Kamerverkiezingen. Het ging om een vervroegde verkiezing na de val het kabinet-Rutte IV op 7 juli 2023. Tevens lag een voorstel voor over opneming van het correctief referendum in de Grondwet. Oorspronkelijk stonden de volgende verkiezingen gepland voor het voorjaar van 2025.
     
  • 7. 
    Gom van Strien (1951) is sinds 7 juni 2011 Eerste Kamerlid voor de PVV. Hij was directeur van de faculteit diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht en algemeen directeur van Universiteit Utrecht Holding BV. Hij is voorzitter van de Eerste Kamercommissie voor de Verzoekschriften. De heer Van Strien is financieel woordvoerder van de PVV-fractie. In november 2023 was hij twee dagen 'verkenner' in de kabinetsformatie.
     
  • 8. 
    Geert Wilders (1963) is sinds november 2006 politiek leider van de PVV. Hij is sinds 25 augustus 1998 (met een korte onderbreking in 2002) Tweede Kamerlid. Aanvankelijk was hij dat voor de VVD, maar op 2 september 2004 werd hij een onafhankelijk Kamerlid. In 2023 was hij voor de zesde keer lijsttrekker. De heer Wilders was medewerker van de afdeling Verdragen bij de Ziekenfondsraad, wetstechnisch medewerker van de Sociale Verzekeringsraad en beleidsmedewerker en speechschrijver van de VVD-Tweede Kamerfractie. In 2010 zat hij enige tijd in de gemeenteraad van Den Haag.
     
  • 9. 
    Dilan Yeşilgöz (1977) is sinds 23 november 2023 fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer. Sinds 6 december 2023 is zij Tweede Kamerlid. Eerder was zij lid van 23 maart 2017 tot 3 september 2021. Van 10 januari 2022 tot 2 juli 2024 was mevrouw Yesigöz minister van Justitie en Veiligheid in het kabinet-Rutte IV. In het (demissionaire) kabinet-Rutte III was zij van 25 mei 2021 tot 10 januari 2022 staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat. Mevrouw Yeşilgöz was eigenaar/senior adviseur van Bureau DenW in Amsterdam en daar raadslid. Eerder was zij bestuursadviseur veiligheid en zorg van het college van B&W van Amsterdam. Zij was lijsttrekker bij de Tweede Kamerverkiezingen 2023.
     
  • 10. 
    Pieter Omtzigt (1974) was met korte onderbreking vanaf 3 juni 2003 tot en met 13 mei 2025 lid van de Tweede Kamer. Vanaf 2023 was hij partijleider van het door hem opgerichte Nieuw Sociaal Contract, waarmee hij twintig zetels haalde. Voordien was hij lid van de CDA-fractie, die hij verliet na langdurig aanhoudende frictie. Stond bekend als 'dossiervreter', vooral in de toeslagenaffaire. Zette zich als econometrist verder veel in voor onderwerpen als pensioenen en belastingen. Was daarnaast actief in de Raad van Europa, namens welke hij een schandaal in Malta blootlegde. Trad in 2025 terug, nadat het na meerdere pauzes niet gelukt was te herstellen van een burn-out.
     
  • 11. 
    Caroline van der Plas (1967) is sinds 31 maart 2021 lid en voorzitter van de Tweede Kamerfractie van BoerBurgerBeweging (BBB). Zij komt uit Deventer en was werkzaam als journalist voor tijdschriften in de agrarische sector. Omschreef zichzelf als 'boerin zonder boerderij'. Behalve met het algemene regeringsbeleid houdt mevrouw Van der Plas zich als Kamerlid bezig met landbouw, natuur, visserij, voedselzekerheid, praktijk- en beroepsonderwijs, arbeidsmigratie en regio. Sinds 2024 is zij voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken.
     
  • 12. 
    Roelien Kamminga (1978) is sinds 31 maart 2021 lid van de Tweede Kamerfractie van de VVD. Ze was daarvoor haar gehele carrière werkzaam bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), onder meer als adviseur van minister Plasterk en Ollongren. Zij is woordvoerster buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking en regionale knelpunten en regionale deals. Sinds juli 2022 was zij fractiesecretaris en ondervoorzitter van de Kamer. In april 2025 werd zij voorgedragen als burgemeester van Groningen.
     
  • 13. 
    Harm Holman (1957) is sinds 6 december 2023 lid van de Tweede Kamerfractie van Nieuw Sociaal Contract. Hij was melkveehouder in Noord-Drenthe. Verder was hij voor het CDA lid van Provinciale Staten van Drenthe, waterschapsbestuurder en lid van de raad van de gemeente Noordenveld. De heer Holman is woordvoerder landbouw, integrale aanpak stikstof, landelijk gebied, dierenwelzijn en herstel Groningen.
     
  • 14. 
    Joeri Pool (1993) is sinds 6 december 2023 Tweede Kamerlid voor de PVV. Hij was daarvoor beleidsmedewerker van de PVV-Tweede Kamerfractie en werkte eerder onder andere als ICT-specialist. Hij was Statenlid in Overijssel. De heer Pool is defensiewoordvoerder van de PVV-fractie. Verder is de heer Pool voorzitter van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid.
     
  • 15. 
    Gidi Markuszower (1977) is sinds 23 maart 2017 lid van de Tweede Kamerfractie van de PVV. In 2015-2017 was hij Eerste Kamerlid. De heer Markuszower was directeur van VAT-it, een internationale onderneming op het gebied van teruggave van b.t.w. Eerder was hij adviseur van de VVD en woordvoerder van Likoed Nederland. In de Eerste Kamer was hij voorzitter van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel en JBZ-zaken. Als Tweede Kamerlid houdt de heer Markuszower zich voornamelijk bezig met europese zaken. Hij is verder fractiesecretaris en lid van het Presidium.
     
  • 16. 
    Johan Remkes (1951) begon zijn politieke loopbaan als voorzitter van de JOVD en werd later lid van Gedeputeerde Staten van Groningen. In de perioden oktober 1993-augustus 1998 en november 2006-juni 2010 was hij Tweede Kamerlid voor de VVD. Hij hield zich als Kamerlid onder meer bezig met economische zaken, binnenlandse zaken, belastingen en mediabeleid. In het tweede kabinet-Kok was hij staatssecretaris van Volkshuisvesting. Van 22 juli 2002 tot 22 februari 2007 was hij minister van Binnenlandse Zaken. In het kabinet-Balkenende I (2002-2003) was hij tevens vicepremier. In de periode 2019-2020 was hij waarnemend burgemeester van 's-Gravenhage en daarvoor van 1 juli 2010 tot 1 januari 2019 Commissaris van de Koning(in) in Noord-Holland. In 2017-2018 was hij voorzitter van de Staatscommissie parlementair stelsel. Van 19 april tot 1 december 2021 was de heer Remkes waarnemend commissaris van de Koning in Limburg.
     
  • 17. 
    Marnix van Rij (1960) was van 10 januari 2022 tot 2 juli 2024 staatssecretaris Fiscaliteit en Belastingdienst in het kabinet-Rutte IV. In de periode 2015-2019 was hij Eerste Kamerlid voor het CDA. Hij werd in 1999 na functies in de Wassenaarse gemeentepolitiek voorzitter van het CDA. Was werkzaam in het bedrijfsleven en sinds 1998 senior partner van Ernst & Young. Hield zich als Eerste Kamerlid vooral bezig met belastingwetgeving. In 2020-2021 was hij regeringscommissaris in Sint Eustatius en in 2021 interimvoorzitter van het CDA. Sinds 1 november 2024 is de heer Van Rij plaatsvervangend bewindvoerder bij het IMF.
     
  • 18. 
    Uit de ICT-wereld afkomstige CDA-bewindspersoon, die als plaatsgenoot van premier Balkenende tot diens getrouwen behoorde. Werd, na penningmeester van het CDA te zijn geweest, in 2007 staatssecretaris van fiscale zaken in het kabinet-Balkenende IV. Toen de PvdA-bewindslieden in 2010 opstapten, werd hij minister van Financiën en hij bleef dat tot november 2012 in het kabinet-Rutte I. Had veel bemoeienis met de grote problemen in de eurozone en met name de Griekse schuldenkwestie. Stelde zich pragmatisch op. In het voorjaar van 2012 bracht hij, na de val van het kabinet het Lenteakkoord tot stand, zodat ons land aan EU-begrotingsregels voldeed. Van augustus 2014 tot maart 2020 bekleedde hij een topfunctie bij KPN. Zakelijke, nuchtere en populaire minister. Liefhebber van mooie auto's.
     
  • 19. 
    Marjolein Faber (1960) is sinds 2 juli 2024 minister van Asiel en Migratie in het kabinet-Schoof. Van 6 december 2023 tot 2 juli 2024 was zij Tweede Kamerlid voor de PVV. Daarvoor was zij van 7 juni 2011 tot 6 december 2023 Eerste Kamerlid voor de PVV en vanaf juni 2014 fractievoorzitter. Zij was tevens lid (en PVV-fractievoorzitter) van Provinciale Staten van Gelderland. Zij was eerder laborante en werkzaam als IT-specialist. Als Tweede Kamerlid hield mevrouw Faber zich bezig met strafrecht en beleid mensenhandel.
     
  • 20. 
    Eppo Bruins (1969) is sinds 2 juli 2024 namens NSC minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in het kabinet-Schoof. Hij maakte vijf jaar deel uit van de Tweede Kamerfractie van de ChristenUnie. Was voor hij Kamerlid werd directeur van de Technologiestichting STW, voorzitter van ForumC, het christelijk forum voor geloof, wetenschap en samenleving, en tot 2016, hoofdredacteur van het blad van het wetenschappelijk instituut van de ChristenUnie. In de Kamer was de heer Bruins woordvoerder financiën, economische zaken, sociale zaken, onderwijs en luchtvaart. Na zijn Kamerlidmaatschap onder meer zelfstandig adviseur en voorzitter van Adviesraad voor Wetenschap, Technologie en Innovatie.
     
  • 21. 
    Teun Struycken (1969) is sinds 2 juli 2024 staatssecretaris voor rechtsbescherming namens NSC (hij is partijloos) in het kabinet-Schoof. Hij was hoogleraar Europees goederenrecht (gespecialiseerd in het bank- en effectenrecht) in Utrecht. Tevens was hij advocaat in Amsterdam. Als staatssecretaris is hij onder meer belast met onder meer de rechtspraak, rechterlijke organisatie, bestuursrecht, rechtsbijstand, justitieel jeugdbeleid, jeugdbescherming, privaatrecht en kansspelen.
     
  • 22. 
    Zsolt Szabó (1961) is sinds 2 juli 2024 voor de PVV staatssecretaris Koninkrijksrelaties en Digitalisering. Hij was in de periode 2003-2006 Tweede Kamerlid voor de VVD en toen woordvoerder defensie en ontwikkelingssamenwerking. Had speciale belangstelling voor het ict-beleid. Was voor hij Tweede Kamerlid werd lid van de Raad van Bestuur van Openet Telecom Ltd. te Dublin en senior vicepresident van Strategic Relations CP3 Group te Dublin. Sinds 2010 was de heer Szabó vicepresident van Capgemnini. Hij heeft Hongaarse roots.
     
  • 23. 
    Mariëlle Paul (1966) is sinds 2 juli 2024 staatssecretaris voor primair en voortgezet onderwijs en emancipatie. Zij was van 23 juli 2023 tot 2 juli 2024 minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs in het demissionaire kabinet-Rutte IV. Van 31 maart 2021 tot 21 juli 2023 en van 6 december 2023 tot 2 juli 2024 was mevrouw Paul Tweede Kamerlid voor de VVD. Daarvoor was zij werkzaam als communicatiedirecteur bij Royal BAM Group NV, was zij vicevoorzitter van de VVD Amsterdam en maakte zij deel uit van het gemeentelijke permanente campagneteam.
     
  • 24. 
    Mona Keijzer (1968) is sinds 2 juli 2024 minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en (vierde) vicepremier in het kabinet-Schoof. Zij was van 6 december 2023 tot 2 juli 2024 Tweede Kamerlid voor BBB. Van 26 oktober 2017 tot en met 25 september 2021 was zij staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat in het kabinet-Rutte III. Mevrouw Keijzer was in de periode 2012-2017 en van 31 maart tot 27 september 2021 Tweede Kamerlid voor het CDA en toen woordvoerder zorg en asiel-, migratie- en integratiebeleid. Tevens was zij vicefractievoorzitter. Zij was tweemaal kandidaat-lijsttrekker van het CDA. Voor zij Kamerlid werd, was mevrouw Keijzer advocaat en mediator en in 2007-2012 wethouder van Purmerend. In de Kamer hield zij namens BBB zich bezig met sociale zaken, asiel, migratie en integratie, binnenlandse zaken, digitale zaken en media.
     
  • 25. 
    Zeeuwse CDA-politicus die negen jaar partijleider en acht jaar premier was. Afkomstig uit de wetenschap en partijideoloog, die eigen verantwoordelijkheid van burgers voorstond. Als Tweede Kamerlid financieel woordvoerder. Werd in 2001 onverwacht lijsttrekker van het CDA na de machtstrijd tussen De Hoop Scheffer en Van Rij. Leidde vanaf 2002 als premier kabinetten van wisselende samenstelling in een na de moord op Fortuyn politiek instabiele periode. Probeerde terugkeer van 'normen en waarden' op de politieke agenda te zetten. Nadat zijn tweede kabinet diverse hervormingen had doorgevoerd, was zijn vierde kabinet op dat punt minder daadkrachtig. Een bankencrisis werd wel bezworen. In zijn publieke optredens soms wat onhandig, maar niettemin - of juist daardoor - lange tijd populair en succesvol. De verkiezingen van 2010 verliepen voor zijn partij echter desastreus, waarna hij de politiek verliet. Sinds 2022 minister van staat.
     
  • 26. 
    Dirk Beljaarts (1978) is sinds 2 juli 2024 namens de PVV minister van Economische Zaken in het kabinet-Schoof. Hij was in 2019-2024 algemeen directeur van Koninklijke Horeca Nederland (KHN) en kondigde eind maart 2024 zijn vertrek aan. Daarvoor was hij lid van het landelijke bestuur van KNH. Hij werkte in de hotelbranche, onder andere bij Golden Tulip, Accorhotels en Novotel.
     
  • 27. 
    Na elke Tweede Kamerverkiezing, of soms na de val van een kabinet, begint het proces van de formatie van een nieuw kabinet. Doel van de kabinetsformatie is een kabinet te vormen dat enerzijds kan rekenen op steun van de meerderheid van de Tweede Kamer en anderzijds tot een gezamenlijk beleid kan komen. De Grondwet is vrij bescheiden wat betreft de kabinetsformatie. Slechts de artikelen 43 en 48 van de Grondwet spreken over de vorming van een kabinet: ministers en staatssecretarissen worden bij koninklijk besluit benoemd.