Reactie op aanpassing Embryowet: ook bij nieuwe ontwikkelingen beschermwaardigheid waarborgen - Hoofdinhoud
Er is niets zo wonderlijk als het begin van het leven. En er is niets zo kwetsbaar als het begin van het leven. Blijdschap of verdriet, geschenk of gemis, het ligt soms heel dicht bij elkaar. En dat besef ik goed bij het schrijven van deze blog. Bij alle beleid en wetgeving die over het begin van het leven gaat, past die verwondering, past zorgvuldigheid en ook het besef dat dit veel mensen raakt in de mooiste of juist moeilijkste momenten van het leven.
Vandaag doet het kabinet voorstellen om de huidige ’Embryowet’ aan te passen. In de Embryowet staan regels om ervoor te zorgen dat artsen en laboranten zorgvuldig omgaan met eicellen, zaadcellen en embryo's. Omdat het gaat om menselijk leven, verdient een embryo bescherming.
Vanaf de eerste cellen heeft het alles in zich om verder uit te groeien tot een uniek mens. De medische wetenschap heeft zich de afgelopen decennia op indrukwekkende wijze ontwikkeld en ons veel gebracht. Toch stelt ze onze samenleving voor nieuwe dilemma’s: over de maakbaarheid van het leven en over menselijke waardigheid.
Dit zijn ook waarden die spelen bij de vragen die opkomen naar aanleiding van de evaluatie van de embryowet. Ook hier gaan ontwikkelingen snel en kan er steeds meer. Door selectie en onderzoek kunnen de kansen op genetische afwijkingen worden beperkt en erfelijke ziektes voorkomen. Maar moet alles wat kan, ook toegestaan worden? Voor de ChristenUnie is het belangrijk dat in de Embryowet ook bij nieuwe ontwikkelingen telkens de beschermwaardigheid van het menselijk leven blijft waarborgen. Nieuwe ontwikkelingen vragen daarnaast ook voortdurend om ethische bezinning en maatschappelijke reflectie.
In de beoordeling van medische technologie voelt de ChristenUnie zich thuis bij een ‘ethiek van voorzichtigheid’. Dat betekent niet dat we per definitie alles afwijzen wat op dit terrein speelt, maar wel dat we uitgaan van het principe ‘bij twijfel niet inhalen’ en kijken naar alternatieven die minder vergaand zijn, die minder inbreuk maken. We vinden het belangrijk dat beslissingen die impact hebben op de hele samenleving niet in de beslotenheid van laboratoria of wetenschappelijke congressen worden genomen. De ethische bezinning over het leven, over de intrinsieke waarde van elke mens moet leidend zijn en de technologische ontwikkeling moet zo telkens bevraagd worden.
Het kabinet stelt vandaag een aanpassing van de Embryowet voor. Om de bescherming te laten toenemen bij nieuwe technologische ontwikkelingen die nog niet onder deze wet vielen. Waar moet je dan aan denken? Op dit moment is er steeds meer mogelijk als het gaat om het nabootsen van embryo-achtige structuren. Daar waren nog geen regels over. Als deze structuren op een ‘intact embryo’ lijken dan geldt dezelfde bescherming als voor andere embryo’s. Daarmee spreekt de wetgever uit dat elk menselijk leven in de knop dezelfde bescherming verdient.
Een andere ontwikkeling is kiembaanmodificatie. Het kabinet zal hier geen wijzigingen in de wet voorstellen. Er is een verbod en dat blijft zo. Waar gaat dit over? In het kort het veranderen van genen in de geslachtscellen of in het eerste stadium van een embryo. Dat is heel ingrijpend, want de aangebrachte aanpassingen in het menselijk DNA werken door in alle volgende cellen. Dit ingrijpen in de kiembaan zorgt voor aanpassingen van het erfelijk materiaal die overdraagbaar zijn en hun doorwerking zullen hebben in alle nakomelingen van het behandelde embryo. Het gaat dus ook om toekomstige generaties. Over die doorwerking is nog heel weinig bekend. Voor de ChristenUnie speelt naast de zorg om die komende generaties en wat dit betekent voor het embryo zelf, ook het aspect dat je hier steeds meer de ontwikkeling naar een ‘maakbare mens’ ziet. Omdat we geloven dat ieder menselijk leven bezield is, zijn we uiterst voorzichtig. Wereldwijd is er ook grote terughoudendheid bij ontwikkelingen richting - wat soms wordt genoemd - ‘designbabies’. En die terughoudendheid delen wij.
Het begin van het leven blijft onuitsprekelijk veel verwondering geven. De wetenschappelijke ontwikkelingen plaatsen ons telkens weer voor de vraag: wie is de mens? Daarin worden knappe ontdekkingen gedaan, maar ook technieken ontwikkeld die te gemakkelijk voorbij gaan aan de intrinsieke waarde van elk menselijk leven. Dat vraagt daarom om wetgeving, die grenzen stelt, die bescherming biedt, ook omdat we nog zoveel niet weten.
Vanuit mijn geloof wil ik blijven zeggen dat we vanaf het eerste begin zijn gekend door onze Schepper, en dat geeft het leven zin. Dat blijft reden tot verwondering, tot voorzichtigheid en tot bescherming van het hele kwetsbare begin van menselijk leven. In een tijd waarin technisch steeds meer kan, moeten we ook de vragen stellen over wat het goede is, hoe voorzichtigheid ook kan betekenen dat je grenzen stelt en dat de wet regels brengt.