Vragen PvdD over geweld tegen anti-Zwarte Piet demonstranten in Volendam
Kamer | Tweede Kamer |
---|---|
Kamerleden | E.M. (Eva) van Esch2 F.P. (Frank) Wassenberg1 |
partijen | Partij voor de Dieren3 |
gevraagd aan | Justitie en Veiligheid4 Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties5 |
beantwoord door | Justitie en Veiligheid4 Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties5 |
status beantwoording | beantwoord |
---|---|
vraag datum | 7 december 2021 |
antwoord datum | 25 januari 2022 |
antwoordduur in dagen | 49 |
aantal dagen overtijd | 28 |
Vergaderjaar 2021-2022 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden
1455
Vragen van de leden Wassenberg en Van Esch (beiden PvdD) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over geweld tegen anti-Zwarte Piet demonstranten in Volendam (ingezonden 7 december 2021).
Antwoord van Minister Yesilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelatie (ontvangen 25 januari 2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021-2022, nr. 1217.
Vraag 1
Waarom heeft u na demonstratie tegen Zwarte Piet en racisme in Volendam op 4 december jongstleden geen statement uit gedaan waarin u namens het kabinet de bedreigingen en het geweld tegen de demonstranten ten strengste veroordeeld en hun recht om te protesteren benadrukt? Bent u bereid dat alsnog te doen?
Antwoord 1
Het kabinet keurt dit geweld af, alsmede het feit dat daarmee werd geprobeerd de uitoefening van het grondwettelijk beschermde demonstratierecht te voorkomen. Het faciliteren en in goede banen leiden van demonstraties is aan de burgemeester, die daarover verantwoording aflegt aan de gemeenteraad.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het onaanvaardbaar is dat geweldplegers zich tegen vreedzame demonstranten keren, hen het recht op demonstreren ontnemen, en daarmee ongestraft wegkomen?
Antwoord 2
Zoals gezegd keurt het kabinet dit geweld af. De vraag of hier vervolging zou moeten worden ingesteld is echter aan het OM. Wanneer tot vervolging wordt overgegaan, is het aan de rechter om te beoordelen of dit geweld bestraft moet worden.
ah-tk-20212022-1455 ISSN 0921 - 7398 's-Gravenhage 2022
Vraag 3
Kunt u een uitgebreide reactie geven op het artikel «Opinie: Geweld in Volendam tegen Kick Out Zwarte Piet rechtvaardigt strafvervolging»?1
Antwoord 3
Zie antwoord op vraag 2.
Vraag 4
Hoe oordeelt u over de uitspraak van de burgemeester van Volendam dat een onaangekondigde demonstratie «niet mag»?2
Antwoord 4
Het is niet aan mij om een oordeel te geven over het optreden van de burgemeester of over diens uitspraken. De burgemeester legt hierover verantwoording af aan de gemeenteraad.
Zie verder het antwoord op vraag 6.
Vraag 5
Erkent u dat er vooraf gesprekken zijn geweest tussen de betogers en de lokale driehoek over een demonstratie bij de intocht van Sinterklaas in Volendam, maar dat deze intocht op het laatste moment werd afgeblazen? Begrijpt u dat de betogers alsnog wilden demonstreren toen bleek dat er toch een intocht was met Zwarte Pieten waar de gemeente steun aan gaf?3
Antwoord 5
Het is niet aan mij om dit al dan niet te erkennen, omdat de verantwoordelijkheid voor het in goede banen leiden van demonstraties belegd is bij de burgemeester, die daarvoor verantwoording aflegt aan de gemeenteraad.
Vraag 6
Erkent u dat het een grondrecht is om te demonstreren, ook als een demonstratie niet vooraf is aangekondigd?
Antwoord 6
Het recht om te demonstreren is een groot goed. Van iedere demonstratie moet tevoren een kennisgeving worden gedaan aan de gemeente. Een kennisgeving stelt het lokaal gezag in staat om tijdig maatregelen te nemen als dat noodzakelijk is om demonstranten te beschermen tegen tegenacties en om wanordelijkheden te voorkomen. Niettemin geldt dat een demonstratie die niet is aangemeld evengoed wordt beschermd door het demonstratie-recht. Het niet doen van een kennisgeving kan er echter in voorkomende gevallen wel toe leiden dat het eerder gerechtvaardigd is om in te grijpen, omdat er onvoldoende tijd is geweest om (tevoren) passende maatregelen te nemen en de veiligheid (daardoor) niet gegarandeerd kan worden.
Vraag 7, 8
Wat vindt u van het standpunt van de burgemeester van Volendam dat de demonstratie niet was geëscaleerd, aangezien er «geen doden en gewonden waren gevallen»?4
Vindt u dat de lokale driehoek voldoende heeft gedaan om de demonstratie van Anti-Zwarte Piet betogers in Volendam te faciliteren en hen te beschermen tegen bedreiging en geweld?
Antwoord 7, 8
Zoals reeds aangegeven in antwoord op bovenstaande vragen geef ik daarover geen oordeel. Dat is aan de burgemeester en wordt desgevraagd verantwoord richting de gemeenteraad.
Vraag 9
Bent u bereid de burgemeester van Volendam aan te spreken op haar uitlatingen en het handboek «Demonstreren bijkans heilig» onder de aandacht van de lokale driehoek in Volendam te brengen?
Antwoord 9
Het handboek «Demonstreren bijkans heilig», uitgegeven door de gemeente Amsterdam, de politie en het Openbaar Ministerie, is bij het verschijnen daarvan breed onder de aandacht gebracht en dat blijft het kabinet ook doen.
Tweede Kamer, vergaderjaar 2021-2022, Aanhangsel 3
De Volkskrant, 6 december 2021, «Opinie: Geweld in Volendam tegen Kick Out Zwarte Piet rechtvaardigt strafvervolging», https://www.volkskrant.nl/columns-opinie/opinie-geweld-in-volendam-tegen-kick-out-zwarte-piet-rechtvaardigt-strafvervolging~bbfb5ae4/
NOS, 4 december 2021, «Demonstratie Kick Out Zwarte Piet in Volendam, betogers weg onder politiebegeleiding», https://nos.nl/artikel/2408169-demonstratie-kick-out-zwarte-piet-in-volendam-betogers-weg-onder-politiebegeleiding
Gemeente Edam-Volendam via Facebook, 14 november 2021, https://www.facebook.com/ edamvolendamgemeente/posts/258890676271381
NH Nieuws, 4 december 2021, «burgemeester Volendam: «Demonstratie niet geëscaleerd, er zijn geen doden of gewonden»», https://www.nhnieuws.nl/nieuws/295738/burgemeester-volendam-demonstratie-niet-geescaleerd-er-zijn-geen-doden-of-gewonden
- 1.Limburgs Tweede Kamerlid voor de Partij voor de Dieren. Had zesenhalf jaar zitting in de Kamer, na eerder al een klein jaar als vervanger te zijn opgetreden. Was voor zijn Kamerlidmaatschap medewerker van de Sophia-Vereeniging tot Bescherming van Dieren. In 2007-2011 en 2015-2019 Statenlid in Limburg. Als Kamerlid onder meer woordvoerder water, justitie en veiligheid, Koninkrijksrelaties en leenstelsel en voor een aantal dierenwelzijnsdossiers. Sprak verder over de aardgasproblematiek in Groningen en was tevens lid van het Presidium.
- 2.Eva van Esch (1986) was van 9 oktober 2019 tot 6 december 2023 lid van de Tweede Kamerfractie van de Partij voor de Dieren. Zij begon bij de Partij voor de Dieren als communicatiemedewerker en social media manager op het partijbureau. Verder was zij manager van de internationale stichting van de partij, de Animal Politics Foundation, en fractievoorzitter in de Utrechtse gemeenteraad. Als Kamerlid hield mevrouw Van Esch zich onder meer bezig met wonen, preventie, milieu, circulaire economie, vuurwerk, burgerrechten, racisme en discriminatie. Sinds februari 2025 is zij wethouder in Arnhem.
- 3.De Partij voor de Dieren (PvdD) beschouwt dieren als de allerzwaksten in de samenleving en wil dierenwelzijn terugbrengen op de politieke agenda. Politiek leider van de Partij voor de Dieren is Esther Ouwehand . De partij werd opgericht in 2002.
- 4.Dit ministerie houdt zich bezig met rechtspleging en rechtshandhaving, jeugd en sanctietoepassing, de politie en terrorismebestrijding en veiligheid. Het ministerie is belast met wetgeving op het gebied van privaatrecht, straf- en sanctierecht, administratief recht en bestuursrecht en met het bewaken van de kwaliteit van de wetgeving.
- 5.Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) heeft zorg voor het goed functioneren van het openbaar bestuur van ons land. De hoofdtaken zijn het bevorderen van de democratische rechtstaat, slagvaardig bestuur, zorg voor betaalbare woningen en een goede leefomgeving. Sinds 2017 behoort ook de ruimtelijke ontwikkeling tot het taakveld. Met Koninkrijksrelaties worden de relaties tussen de vier landen van het Koninkrijk bedoeld, namelijk Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten.