Mark Rutte in de Europese Raad: Nederlandse invloed groter dan ooit
Het ging in 2020 hard tegen hard in de Europese Raad3. Er stond dan ook veel op het spel, van het coronaherstelfonds en de meerjarenbegroting tot de klimaataanpak, brexit en de relatie met Rusland en de VS. Premier Rutte hield zich in dit geweld niet alleen staande, maar speelde zelfs een sleutelrol in de Europese besluitvorming. Eerst als voorman van de frugal four in de begrotingsonderhandelingen, waarbij Rutte door Orbán4 gekscherend Mr. No werd genoemd, en later als hoeder van de rechtsstaat in onderhandeling met Polen en Hongarije. Rutte heeft in zijn tienjarig premierschap een sterke reputatie opgebouwd in Brussel. Dit heeft hij te danken aan zijn leiderschapsstijl, maar ook de omstandigheden zitten hem mee. Daarmee staat hij in een rijke traditie van Nederlandse invloed in Europa.
Sinds de oprichting van de Europese Raad in 1974 hebben er zes Nederlandse premiers deelgenomen aan de vergaderingen, door Jan Werts allen van nabij gevolgd als correspondent sinds 1975. Allemaal hebben zij boven het politiek soortgewicht van lidstaat Nederland gebokst. Nederland, als grootste van de kleine lidstaten, heeft weinig zetels in het Europees Parlement5, maar altijd een grote inbreng in de Europese Raad. Van Joop den Uyl tot Balkenende, alle voorgangers van Rutte presteerden bovengemiddeld goed.
Toch valt Rutte vergeleken bij zijn voorgangers uit de toon. Nooit eerder speelde een Nederlandse premier zo’n belangrijke rol in Europa. Zoals bekend spelen de Duitse kanselier en de Franse president (wie het ook zijn) de baas in de Europese Raad van regeringsleiders. In talrijke internationale persverslagen wordt Rutte tegenwoordig echter als de derde leidende figuur genoemd. Exemplarisch hiervoor zijn de persconferenties na afloop van de Europese Toppen. Het is traditie dat elke regeringsleider zijn eigen persconferentie geeft, waar de nationale pers van die lidstaat bij aanwezig is. Bij de persconferenties van Rutte is in toenemende mate ook internationale pers aanwezig. Dat is een teken aan de wand.
Op minstens drie beslissende momenten, in uiteenlopende crises, speelde de Nederlandse premier afgelopen vijf jaar een doorslaggevende rol. Voor geen enkele van de leiders van de andere 21 kleinere EU-landen was zo’n rol weggelegd. Evenmin heeft een andere Nederlandse regeringsleider voorheen in de Europese Raad zó vaak ‘gescoord’. De beslissende momenten waren achtereen volgens:
-
1.In maart 2016 hebben Bondskanselier Merkel, de Turkse premier Davutoglu en premier Rutte tijdens nachtelijk beraad de befaamde EU-Turkije-deal in elkaar gezet. Zelfs de toenmalige voorzitters Tusk (Europese Raad) en Juncker (Europese Commissie) waren daarbij niet aanwezig. Daags daarna nam de Europese Raad die deal unaniem over. In een week tijd daalde daarop het aantal migranten vervolgens met maar liefst 98 procent, van tienduizend naar enkele tientallen per dag.
-
2.In juli 2015 stond de eurozone op springen. Het failliete Griekenland weigerde extra te bezuinigen en het land economisch te hervormen. Kanselier Merkel, president Macron, voorzitter Tusk, de Griekse premier Tsipras en premier Rutte hebben toen, alweer in nachtelijk beraad, het alsnog verlossende akkoord voorbereid.
-
3.In 2020 leidde Rutte de groep van vijf zuinige landen (met Denemarken, Finland, Oostenrijk en Zweden). Het waren er eigenlijk vier, maar zij hadden constant de steun van Finland. Die groep was in juli tegen 500 miljard voorgestelde giften aan zuidelijke landen in de coronacrisis. Zij slaagden er, onder leiding van Rutte, in dit voorstel te verlagen naar 390 miljard en die giften om te bouwen tot strikt aan voorwaarden gebonden subsidies. Zonder het dwarsliggen van Rutte was dit niet gelukt. Rutte wist bovendien de Nederlandse korting op de Europese afdracht te behouden in de begrotingsonderhandelingen.
Voor deze positie zijn drie verklaringen. Ten eerste ligt Rutte vanwege zijn persoonlijkheid goed in de Europese Raad. Hij spreekt vloeiend Engels, heeft goede dossierkennis, is toegankelijk, pragmatisch en bovendien een goede netwerker. Met die capaciteiten is hij erin geslaagd een goede verstandhouding op te bouwen met zijn collega’s. Vooral de kleinere landen verschuilen zich graag achter hem. Het mag dan ook geen wonder zijn dat Rutte in 2019 met klem genoemd werd voor een topfunctie als voorzitter van de Europese Raad, hoewel hij dat zelf altijd ontkende. In 2020 is hier nog bijgekomen dat hij één van de meest ervaren leden van de Europese Raad is, een persoonlijk feit dat zijn positie alleen maar versterkt.
Een tweede verklaring is de tactische houding van Nederland in Europa onder leiding van Rutte. Aanvankelijk schaarde Rutte zich in 2010 bij zijn komst achter de Britten. Later was hij zo verstandig meer consequent voor bondskanselier Angela Merkel te kiezen. De verstandhouding van Nederland met Duitsland is een belangrijke voorwaarde voor een sterke positie van Nederland in Europa.
Als laatste geldt, en dat is niet per se de verdienste van Rutte zelf, dat de omstandigheden Nederland mee zitten om een sterke positie in te nemen. Een belangrijke verklaring hiervoor is het vertrek van de Britten, vanaf het brexit-referendum in 2016 tot het uiteindelijke vertrek in 2020. Voorheen had Nederland de neiging om zich te verschuilen achter de sterke Britse positie, maar dat kon niet meer. Nederland moest zelf coalities gaan kiezen en dat pakte niet slecht uit. Kanttekening hierbij is wel dat Nederland door de brexit kwetsbaarder is geworden in Europa, omdat de sterke partner verdwenen is: Rutte zal in 2021 meer wind moeten vangen, dat bleek al uit de EU-Toppen van 2020.
Zijdelings spelen bovendien de nationale omstandigheden spelen ook wel een rol, maar veel minder dan de internationale dimensie. Er is in de opstelling van Rutte in Europa geen fundamenteel verschil tussen de jaren waarin hij een coalitie vormde met gedoogsteun van de anti-Europese PVV, of met het meer pro-Europese D66. Voor Rutte is de EU altijd ons bread and butter geweest, zoals hij zelf zegt: de lucratieve Europese interne markt is hem heilig. Coalitiepartners zorgen slechts voor accentverschillen. Dat is opmerkelijk, omdat de Tweede Kamer wel een steeds grotere rol voor zichzelf opeist in de voorbereidingen van de Europese Raad: waar Den Uyl, Van Agt en Lubbers nauwelijks iets te vrezen hadden van het nationale parlement op EU-gebied, begon de Kamer zich bij Kok en Balkenende al meer te mengen: onder Rutte is dit verder toegenomen. Kamerdebatten voorafgaand aan de EU-Toppen zijn daarom beladen, hoewel Rutte zich flexibel genoeg opstelt om niet met een al te lastig mandaat naar Brussel te hoeven vertrekken.
Al met al bleef de visie van Rutte in Europa in het stormachtige 2020 overeind. Nog steeds blijft hij met vooral een economische bril naar de EU kijken. Hij ziet weinig in een politieke unie met een Europees leger, Europese belasting en Europese grensbewaking. Een gemeenschappelijke schuld moest hij wel slikken in het coronaherstelfonds, maar dat was een voorwaarde om een deel van het fonds uit leningen aan lidstaten te laten bestaan, en niet in zijn geheel uit giften.
Mark Rutte is de sterkste regeringsleider die Nederland in de Europese Raad heeft gehad, en dat zal hij ook in 2021 laten zien. Mocht hij na de verkiezingen van maart aanblijven als premier, zal hij dat in een volgende termijn ongetwijfeld voortzetten, onafhankelijk van de coalitiesamenstelling.
Jan Werts is journalist en publicist en promoveerde in 1991 op een dissertatie over de Europese Raad. Hij is voor het Montesquieu Instituut de vaste correspondent in Brussel.
Verwant nieuws
Meer over ...
- 1.Jan Werts is sinds 1976 journalist en publicist in Brussel, waar hij eerder onder meer werkte als correspondent van de Haagsche Courant. Verder was hij zes jaar als journalist werkzaam in Washington. Hij promoveerde in 1991 aan de Vrije Universiteit Brussel in het Europees en internationaal recht op een dissertatie over de Europese Raad. In 2008 verscheen hiervan een herziene versie. Schrijft analyses over Europese Toppen, gebundeld in het document Hoe Europa al tien jaar lang crises bevecht - 100 plus analyses van Jan Werts (link opent in nieuw venster).
- 2.Edgar Hoedemaker is historicus. Hij was in de periode 2018-2023 eindredacteur voor Europa-Nu.nl, Parlement.com en het Montesquieu Instituut. Hij houdt zich bezig met de Europese Unie, de relatie Nederland-Europa, Nederlandse politiek en politieke geschiedenis
- 3.De Europese Raad bestaat uit de regeringsleiders of staatshoofden van de 27 lidstaten van de Europese Unie, de vaste voorzitter en de voorzitter van de Europese Commissie. Alleen de regeringsleiders of staatshoofden hebben stemrecht tijdens de vergaderingen. De Europese Raad heeft geen wetgevingstaak, maar stelt wel de politieke richting van de EU vast.
- 4.Viktor Orbán (1963) is sinds 29 mei 2010 minister-president van Hongarije. Hij is leider van de centrumrechtse/christendemocratische partij Fidesz. Orbán speelde een belangrijke rol bij de overgang van Hongarije van het communisme naar de democratie. Hij was oprichter van Fidesz, aanvankelijk een liberale jongerenbeweging. In 1990 werd hij lid van het Hongaarse parlement. Als leider van Fidesz-Hongaarse Volksparij werd hij in 1998 premier, tot 2002. Daarna was hij tot 2010 oppositieleider.
- 5.Het Europees Parlement (EP) vertegenwoordigt ruim 450 miljoen Europeanen en bestaat momenteel uit 720 afgevaardigden (inclusief voorzitter). Nederland heeft 31 zetels in het Europees Parlement. Het Europees Parlement wordt geacht een stem te geven aan de volkeren van de 27 landen die aan de Unie deelnemen, en vooral te letten op het belang van de Unie in zijn geheel.