Memorie van toelichting - Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) - Hoofdinhoud
Deze memorie van toelichting i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 35650 VII - Wijziging begroting Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2020 (Najaarsnota) i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota); Memorie van toelichting; Memorie van toelichting |
---|---|
Documentdatum | 30-11-2020 |
Publicatiedatum | 30-11-2020 |
Nummer | KST35650VII2 |
Kenmerk | 35650 VII, nr. 2 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2020
2021
35 650 VII
Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)
Nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING
Ontvangen 30 november 2020
INHOUDSOPGAVE
2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties 5
3.1 Artikel 1. Openbaar bestuur en democratie 9
3.2 Artikel 2. Nationale veiligheid 13
3.4 Artikel 4. Energietransitie gebouwde omgeving en
3.5 Artikel 5. Ruimtelijke ordening en omgevingswet 22
3.6 Artikel 6. Overheidsdienstverlening en
3.7 Artikel 7 Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid 34
3.8 Artikel 9. Uitvoering Rijksvastgoedbeleid 37
3.9 Artikel 10. Groningen versterken en perspectief 39
4.1 Artikel 11. Centraal apparaat 44
4.3 Artikel 13. Nog onverdeeld 48
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2020 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren
De tweede suppletoire begroting geeft een beeld van de uitvoering van de begroting 2020. De tweede suppletoire begroting is opgebouwd vanaf de stand ontwerpbegroting 2020 inclusief de twee nota's van wijziging. In de stand eerste suppletoire begroting zijn de eerste, tweede en derde incidentele suppletoire begrotingen (Kamerstukken II 2019/20, 35478, nr. 1; Kamerstukken II 2019/20, 35521, nr. 1 en Kamerstukken II 2019/20, 35553, nr.
-
1)verwerkt.
Uitgangspunt bij de tabel budgettaire gevolgen van beleid is dat per artikel de beleidsmatige en technische mutaties toegelicht worden, die groter dan of gelijk zijn aan de ondergrens zoals deze in de Rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) zijn opgenomen, de zogenaamde staffel. In het kader van transparantie of anderszins kan het voorkomen dat mutaties beneden deze ondergrenzen ook worden toegelicht.
Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV |
||
Artikel |
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in €) |
Technische mutaties (ondergrens in €) |
|
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln. |
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln. |
|
Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln. Ontvangsten: 1 mln. |
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln. Ontvangsten: 2 mln. |
|
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln. Ontvangsten: 5 mln. |
Verplichtingen/Uitgaven: 20 mln. Ontvangsten: 10 mln. |
|
Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln. Ontvangsten: 1 mln. |
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln. Ontvangsten: 2 mln. |
|
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 1 mln. |
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 2 mln. |
|
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 1 mln. |
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 2 mln. |
|
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln. |
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln. |
|
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln. |
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 4 mln. |
|
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln. |
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 4. mln. |
|
Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln. Ontvangsten: 1 mln. |
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln. Ontvangsten: 2 mln. |
|
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln. |
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln. |
|
Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln. |
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln. |
De in de tabel budgettaire gevolgen van beleid gepresenteerde budget-flexibiliteit (juridisch verplicht) is de stand per 11 november 2020.
2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties
Tabel 2 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2020 (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000) |
||
Artikelnummer Uitgaven 2020 |
||
Vastgestelde begroting 2020 |
6.195.972 |
|
Stand 1e suppletoire begroting 20201 |
6.757.607 |
|
Belangrijkste suppletoire mutaties |
||
|
3 |
33.860 |
|
4 |
|
|
4 |
|
|
5 |
4.167 |
|
6 |
10.618 |
|
9 |
5.928 |
|
10 en 11 |
356.000 |
|
10 |
|
|
10 |
|
|
|
|
Stand 2e suppletoire begroting 2020 |
6.989.488 |
|
1 In deze cijfers zijn ook de mutaties uit eerste, tweede en derde i II 2019/20, 35478, nr. 1, Kamerstukken II 2019/20, 35521 nr. 1 en |
ncidentele suppletoire begroting (Kamerstukken Kamerstukken II 2019/20, 35553, nr. 1) verwerkt. |
-
1)Afdracht Nationale Hypotheek Garantie (NHG)
De Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) betaalt jaarlijks een achtervangvergoeding voor de Nationale Hypotheek Garantie (NHG) aan het Rijk. De jaarlijkse vergoeding wordt gestort in de daarvoor bestemde risicovoorziening NHG. De afdracht over het boekjaar 2019 bedraagt afgerond € 33,9 mln.
-
2)Doorbouwplan Scholen
In 2020 zijn er middelen beschikbaar gesteld voor het verbeteren van het binnenklimaat van schoolgebouwen in het primair en voortgezet onderwijs. Op 1 oktober 2020 kwam het Landelijk Coördinatieteam Ventilatie op Scholen met de eindrapportage waarin de ventilatiesituatie op scholen in beeld is gebracht. Het kabinet heeft naar aanleiding van dit rapport € 60 mln. extra beschikbaar gesteld in 2021 om deze problematiek aan te pakken. De reeds beschikbaar gestelde € 40 mln. schuift ook door naar 2021. In totaal komt er via de regeling specifieke uitkering ventilatie in scholen (SUVIS) van het Ministerie van BZK in 2021 € 100 mln. beschikbaar voor de verbetering van het binnenklimaat in schoolgebouwen in het primair en voortgezet onderwijs.
-
3)Subsidieregeling energiebesparing eigen huis
Een deel van de Urgenda middelen voor de Subsidieregeling energiebesparing eigen huis (SEEH) zal dit jaar niet meer tot betaling komen. De bijbehorende middelen worden nu afgeboekt en bij 1e suppletoire begroting 2021 worden de middelen weer toegevoegd aan de begroting van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). De middelen worden daarmee in lijn gebracht met de uitputtingsprognose.
-
4)Omgevingswet
In 2019 is vertraging opgelopen waardoor een deel van de ontwikkel- en beheerkosten voor de omgevingswet in 2020 zijn gemaakt door Rijkswaterstaat (RWS). De afrekening 2019 met RWS wordt ingezet ter dekking van deze vertraagde kosten.
-
5)Bijdrage voor BRP
Verschillende departementen en de VNG dragen totaal circa € 10,6 mln. bij aan de budgetfinanciering van de Basisregistratie Personen (BRP).
-
6)Definitieve afrekening 2019 RVB
Op artikel 9 wordt deels met een voorschotsystematiek gewerkt, waarbij volgens wet- en regelgeving nabetalingen en terugbetalingen via de begroting moeten lopen. De ontvangsten uit de definitieve afrekening 2019 worden ingezet voor nabetaling Rijkshuisvesting (€ 0,5 mln.), bijdrage moederdepartement (€ 0,2 mln.) en onderhoud- en beheerkosten (€ 1,5 mln.). Tot slot wordt het gebruikt ter dekking van tegenvallers op het Rijkshuisvestingsbudget (€ 0,7 mln.) en het budget voor de Hoge Colleges van Staat (€ 3 mln.).
-
7)Versterkingsoperatie Groningen
Dit betreft de uitgaven die tot en met het derde kwartaal 2020 gemaakt zijn in het kader van de versterkingsopgave in Groningen en de raming voor de kosten die in het vierde kwartaal 2020 gemaakt worden. Het gaat hier om zowel de kosten direct gerelateerd aan de versterkingsopgave als de uitvoeringskosten van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG). Deze uitgaven zijn in rekening gebracht bij de NAM. Het betreft ook de BTW-component van de uitgaven die tot en met het derde kwartaal 2020 gemaakt zijn en de raming voor de BTW-component van de kosten die in het vierde kwartaal 2020 gemaakt worden. Op grond van het Akkoord op Hoofdlijnen (Kamerstukken II 2017/18, 33529, nr. 493) is de BTW-component voor rekening van de Staat, deze kosten kunnen dan ook niet worden doorbelast aan de NAM.
-
8)Nationaal Programma Groningen
De uitvoering van het Nationaal programma Groningen (NPG) heeft onder andere door de coronacrisis vertraging opgelopen. Het betreft de projecten 'Toukomst' (door en voor de Groningers zelf) en de programmaplannen van de gemeenten en de provincie. De projecten en programmaplannen zijn reeds ingediend. De toekenning zal begin 2021 plaatsvinden. Van het NPG-budget zal € 59,8 mln. in 2020 niet meer tot betaling komen. In 2021 worden de middelen uit het NPG-budget opnieuw beschikbaar gesteld.
-
9)Energiebesparing woningen bouwkunding versterkingsprogramma Middels de subsidieregeling 'energiebesparing woningen bouwkundig versterkingsprogramma Groningenveld' kan per woning € 7000 subsidie aangevraagd worden om een woning, die versterkt wordt, gelijktijdig te verduurzamen. De versterkingsoperatie heeft nog niet geleid tot grote aantallen versterkte woningen, waardoor er tot nu toe beperkt gebruik is gemaakt van de subsidieregeling. In 2020 zal circa € 27,2 mln. niet tot besteding komen. Nu de versterkingsoperatie op stoom komt en het aantal gerealiseerde versterkingen gaat toenemen, zal het beroep op de subsidie in 2021 toenemen. De middelen voor de subsidie komen in 2021 weer beschikbaar op de begroting van BZK.
Tabel 3 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2020 (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000) |
||
Artikelnummer |
Ontvangsten 2020 |
|
Vastgestelde begroting 2020 |
729.449 |
|
Stand 1e suppletoire begroting 20201 |
724.339 |
|
Belangrijkste suppletoire mutaties |
||
Hypotheekgarantie |
3 |
33.860 |
|
5 |
4.167 |
|
6 |
3.982 |
|
9 |
44.263 |
|
9 |
12.378 |
|
10 en 11 |
179.000 |
|
11 |
7.000 |
|
10.860 |
|
Stand 2e suppletoire begroting 2020 |
1.019.849 |
1 In deze cijfers zijn ook de mutaties uit eerste, tweede en derde incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2019/20, 35478, nr. 1, Kamerstukken II 2019/20, 35521 nr. 1 en Kamerstukken II 2019/20, 35553, nr. 1) verwerkt.
-
1)Achtervangvergoeding nationale hypotheekgarantie
De Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) betaalt jaarlijks een achtervangvergoeding voor de Nationale Hypotheek Garantie (NHG) aan het Rijk. De jaarlijkse vergoeding wordt gestort in de daarvoor bestemde risicovoorziening NHG. De afdracht over het boekjaar 2019 bedraagt afgerond € 33,9 mln.
-
2)Omgevingswet
In 2019 is vertraging opgelopen waardoor een deel van de ontwikkel- en beheerkosten voor de omgevingswet in 2020 zijn gemaakt door RWS. De afrekening 2019 met RWS wordt ingezet ter dekking van deze vertraagde kosten.
-
3)Bijdrage voor BRP
Het Ministerie van BZK ontvangt circa € 4 mln. van de VNG voor de budgetfinanciering van de Basisregistratie Personen (BRP).
-
4)Meeropbrengsten benzineveilingen 2020
Recent zijn een aantal locaties van benzinestations langs Rijkswegen geveild. Deze hebben meer opgebracht dan geraamd.
-
5)Definitieve afrekening 2019 RVB
Dit betreft de definitieve afrekening van de bevoorschotting in 2019 aan het Rijksvastgoedbedrijf, waaronder ook generale meerontvangsten voor benzineveilingen en bodemmaterialen.
-
6)Versterkingsoperatie Groningen
Dit betreft de ontvangsten voor uitgaven die in rekening zijn gebracht bij de NAM. Het gaat om uitgaven die tot en met het derde kwartaal van 2020 gemaakt zijn in het kader van de versterkingsopgave in Groningen. Het zijn zowel de kosten direct gerelateerd aan de versterkingsopgave als de uitvoeringskosten van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG). De bijdragen van de NAM voor het eerste en tweede kwartaal zijn reeds ontvangen en de bijdrage van de NAM voor het derde kwartaal wordt voor eind 2020 verwacht.
-
7)DVA's baten-lastenagentschappen
Dit betreft een bijstelling van de raming op de Dienstverleningsovereen-komsten (DVA's) over de dienstverlening tussen de baten-lastenagentschappen die via het kerndepartement lopen.
3.1 Artikel 1. Openbaar bestuur en democratieBudgettaire gevolgen van beleid
Tabel 4 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 1. Openbaar bestuur en democratie (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting (1)
Stand 1e suppletoire begroting (2)1
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Mutaties Miljoenennota
Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3)
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
Verplichtingen |
68.387 |
81.498 |
|
|
76.661 |
Uitgaven |
68.387 |
80.613 |
|
|
75.776 |
Waarvan juridisch verplicht |
82% |
86% |
|||
1.1 Bestuur en regio |
10.202 |
19.427 |
1.577 |
725 |
21.729 |
Subsidies(regelingen) |
4.538 |
4.638 |
67 |
377 |
5.082 |
Bestuur en regio |
1.124 |
1.224 |
67 |
290 |
1.581 |
Oorlogsgravenstichting (OGS) |
3.414 |
3.414 |
0 |
87 |
3.501 |
Opdrachten |
3.969 |
5.094 |
|
|
4.514 |
Bestuur en regio |
3.969 |
5.094 |
|
|
4.514 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
1.660 |
1.660 |
|
700 |
2.060 |
Diverse bijdragen |
1.660 |
1.660 |
|
700 |
2.060 |
Bijdrage aan medeoverheden |
0 |
8.000 |
2.000 |
0 |
10.000 |
Compensatiepakket Zeeland |
0 |
0 |
2.000 |
0 |
2.000 |
Lokale culturele voorzieningen |
0 |
8.000 |
0 |
0 |
8.000 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
35 |
35 |
0 |
0 |
35 |
Bijdragen internationaal |
35 |
35 |
0 |
0 |
35 |
Bijdrage aan agentschappen |
0 |
0 |
0 |
38 |
38 |
RVB |
0 |
0 |
0 |
38 |
38 |
1.2 Democratie |
58.185 |
61.186 |
|
|
54.047 |
Subsidies(regelingen) |
41.152 |
42.2752 |
|
|
40.763 |
Verbinding inwoner en overheid |
2.507 |
3.1072 |
2.011 |
0 |
5.118 |
Toerusting en ondersteuning politieke ambtdragers |
3.021 |
3.021 |
350 |
|
3.051 |
Weerbaar bestuur |
974 |
974 |
0 |
205 |
1.179 |
Politieke partijen |
27211 |
27.734 |
|
|
23.789 |
ProDemos |
7.326 |
7.326 |
184 |
0 |
7.510 |
Comité 4/5 mei |
113 |
113 |
3 |
0 |
116 |
Opdrachten |
7.568 |
8.5492 |
|
|
4.437 |
Verbinding inwoner en overheid |
4.715 |
6.0432 |
|
|
1.981 |
Toerusting en ondersteuning politieke ambtdragers |
1.098 |
1.084 |
0 |
|
764 |
Weerbaar bestuur |
1.755 |
1.422 |
|
370 |
1.692 |
Inkomensoverdrachten |
7.781 |
7.796 |
|
|
6.246 |
Toerusting en ondersteuning politieke ambtdragers |
7.781 |
7.781 |
|
|
6.231 |
Vergoeding rouwvervoer |
0 |
15 |
0 |
0 |
15 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
400 |
1.478 |
500 |
0 |
1.978 |
Diverse bijdragen |
400 |
1.478 |
500 |
0 |
1.978 |
Bijdrage aan medeoverheden |
0 |
0 |
0 |
30 |
30 |
Diverse bijdragen |
0 |
0 |
0 |
30 |
30 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
68 |
68 |
100 |
0 |
168 |
Bijdragen internationaal |
68 |
68 |
100 |
0 |
168 |
Bijdrage aan agentschappen |
400 |
400 |
0 |
25 |
425 |
Dienst Publiek en Communicatie |
400 |
400 |
0 |
25 |
425 |
Stand 1e suppletoire begroting (2)1 |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) |
Stand 2e |
||||
Vastgestelde begroting (1) |
Mutaties Miljoenennota |
Overige mutaties 2e suppletoire begroting |
suppletoire begroting (4)=(2+3) |
|||
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken |
816 |
620 |
28 |
|
0 |
|
Gemeentefonds (H50) |
616 |
616 |
30 |
|
0 |
|
Provinciefonds (H51) |
200 |
4 |
|
|
0 |
|
Ontvangsten |
21.965 |
21.965 |
2.800 |
|
23.265 |
1 In deze cijfers zijn ook de mutaties uit eerste en derde incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2019/20, 35478, nr. 1 en Kamerstukken II 2019/20, 35553, nr. 1) verwerkt.
2 Per abuis is per derde incidentele suppletoire begorting (Kamerstukken II, 2019/20, 35553 nr. 2) gecommuniceerd dat er circa € 0,5 mln. gerealloceerd is naar de regeling «Verbinding inwoner en overheid» onder Subsidies (regelingen), deze middelen zijn echter naar de gelijknamige regeling onder het instrument Opdrachten gerealloceerd. Vandaar dat de hier gecommuniceerde standen afwijken van de derde incidentele suppletoire begroting.
Mutaties Miljoenennota Schadevergoeding Vlissingen
Als onderdeel van de totale compensatiepakket Vlissingen en Zeeland, keert het Ministerie van BZK namens de Staat der Nederlanden een schadevergoeding van € 2 mln. uit aan de gemeente Vlissingen voor gederfde inkomsten uit onroerende zaakbelasting (OZB). Deze bijdrage wordt gedekt uit het budget voor de subsidies politieke partijen én het budget voor de pensioenen en uitkeringen politieke ambtsdragers. De dekking uit deze budgetten is mogelijk omdat deze budgetten dit jaar niet volledig worden uitgeput.
Betreft een reallocatie binnen het instrument subsidies voor diverse subsidies ten behoeve van de versterking van de (lokale) democratie, waaronder een subsidie van circa € 2 mln. aan de VNG in het kader van het samenwerkingsprogramma Democratie in Actie.
Digitaal hulpmiddel uitslagvaststelling
Dit betreft een aanpassing van het kasritme van de middelen die bij de eerste suppletoire begroting 2020 beschikbaar zijn gesteld voor het digitaal hulpmiddel om de verkiezingsuitslag te berekenen.
De Waterschapsverkiezingen worden één keer in de vier jaar georganiseerd door de gemeenten. De kosten die de gemeenten maken worden vergoed door de Waterschappen. Met ingang van 2020 gebeurt dat via een structurele toevoeging aan de algemene uitkering van het gemeentefonds van € 2,8 mln. per jaar. Dit bedrag wordt overgeheveld vanuit de begroting van BZK. Daar tegenover incasseert BZK jaarlijks eenzelfde bedrag via de Rijksfactuur bij de Waterschappen. Dit te factureren bedrag wordt elke 4 jaar geïndexeerd.
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020
1.1 Bestuur en regio Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Diverse bijdragen
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) ontvangt een bijdrage om gemeenten te ondersteunen bij het uitvoeren van Covid-19 gerelateerde maatregelen in de openbare ruimte. Hiervoor zijn binnen het artikel middelen herschikt om deze op het juiste instrument te verantwoorden.
Politieke partijen
In de follow up van de Werkgroep Sociale Impact Coronacrisis is opdracht gegeven aan het Instituut voor Publieke Waarde (IPW) voor het Nationaal Doorbraakprogramma. De betrokken departementen zullen hiervoor in totaal € 6 mln. bijdragen, waarvan het Ministerie van BZK € 1,2 mln. voor haar rekening neemt.
Verbinding inwoner en overheid
Het gaat hier om diverse mutaties, waaronder een reallocatie voor de bijdragen aan de gemeente Den Haag voor de kosten in verband met de invoering van een digitaal vervangend briefstembewijs voor kiezers in het buitenland (circa € 0,5 mln.) en de extra kosten voor het tellen van stemmen in verband met de afbouw van stembureaus bij de Nederlandse vertegenwoordigingen in het buitenland (€ 0,3 mln.). Daarnaast worden middelen binnen het instrument herschikt voor weerbaar bestuur (€ 0,3 mln.).
Diverse bijdragen
De € 30.000 wordt aan de gemeente Den Haag uitgekeerd middels een specifieke uitkering voor de kosten die zij maken met betrekking tot het Europees burgerinitiatief.
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Gemeentefonds
De gemeente Den Haag is conform de Kieswet verantwoordelijk voor de permanente registratie van Nederlanders die in het buitenland wonen en mogen stemmen. Voor de kosten van de permanente registratie én organisatie van de verkiezingen voor de Tweede Kamer en het Europees Parlement voor de kiezers in het buitenland, ontvangt de gemeente circa € 0,6 mln. in 2020 bovenop de reeds bestaande uitkering uit het Gemeentefonds. Daarnaast worden middelen herschikt om de specifieke uitkering aan de gemeente Den Haag voor de kosten van het Europees burgerinitiatief op het juiste instrument te verantwoorden.
Het Rijk en de Unie van Waterschappen (UvW) zijn overeengekomen dat de bijdrage van de Waterschappen in de kosten van de Wet waardering onroerende zaken (WOZ) in 2020 met € 2 mln. neerwaarts wordt bijgesteld. Dat betekent lagere ontvangsten voor BZK. Deze worden voor € 0,5 mln. gedekt uit extra ontvangsten op artikel 1 op de BZK begroting. De resterende € 1,5 mln. wordt opgebracht door het ministerie van Financiën.
3.2 Artikel 2. Nationale veiligheid
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 5 Budgettaire gevolgen van x € 1.000) |
beleidsartikel 2. Nationale veiligheid (Tweede suppletoire begroting) (bedragen |
|||||
Stand 1e suppletoire begroting (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) |
Stand 2e |
||||
Vastgestelde begroting (1) |
Mutaties Miljoenennota |
Overige mutaties 2e suppletoire begroting |
suppletoire begroting (4)=(2+3) |
|||
Verplichtingen |
297.861 |
302.076 |
14.562 |
2.341 |
318.979 |
|
Uitgaven |
297.861 |
302.076 |
14.562 |
2.341 |
318.979 |
|
Waarvan juridisch verplicht |
100% |
100% |
||||
2.1 AIVD apparaat |
282.116 |
286.331 |
14.245 |
5.341 |
305.917 |
|
2.2 AIVD geheim |
15.745 |
15.745 |
317 |
|
13.062 |
|
Ontvangsten |
14.714 |
14.714 |
0 |
|
12.514 |
Mutaties Miljoenennota Loon- en prijsbijstelling
Dit betreft de toedeling van de loon- en prijsbijstelling van 2020 en de IKB-middelen.
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020
AIVD apparaat
Dit betreft voor het merendeel overboekingen van het Ministerie van Defensie voor onderwerpen waarop wordt samengewerkt, waaronder op het gebied van cyber, UVO en de bedrijfsvoering.
Daarnaast vallen de ontvangsten in het kader van veiligheidsonderzoeken vanwege corona naar verwachting lager uit dan eerder geraamd. Hier staan ook lagere kosten tegenover. Zowel de uitgaven als ontvangstenraming wordt daarom naar beneden bijgesteld.
Ten slotte heeft er een reallocatie van middelen plaatsgevonden van Geheim naar Apparaat.
AIVD geheim
Dit betreft een reallocatie van middelen naar artikel 2.1 AIVD apparaat.
De ontvangsten in het kader van veiligheidsonderzoeken vallen vanwege corona naar verwachting lager uit dan eerder geraamd. Hier staan ook lagere kosten tegenover. Zowel de uitgaven als ontvangstenraming wordt daarom naar beneden bijgesteld.
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 6 Budgettaire gevolgen van € 1.000) |
beleidsartikel 3. Woningmarkt (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x |
||||||
Vastgestelde sSutapnpdle1toire suppletoire begroting (1) 1 begroting (2)1 |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) Stand 2e Overige mutaties suppletoire Mutatites Miljoe- 2= suppletoire begroting nennota begroting (4)=(2+3) |
||||||
Verplichtingen |
4.297.396 |
4.581.831 |
78.168 |
|
4.653.138 |
||
Uitgaven |
4.297.396 |
4.532.349 |
38.168 |
|
4.563.641 |
||
Waarvan juridisch verplicht |
100% |
100% |
|||||
3.1 Woningmarkt |
4.297.396 |
4.212.349 |
32.868 |
|
4.242.959 |
||
Subsidies(regelingen) |
14.374 |
14.409 |
|
676 |
11.566 |
||
Woningmarkt |
3.641 |
6.864 |
|
676 |
7.259 |
||
Bevordering eigen woningbezit |
6.239 |
5.253 |
|
0 |
4.000 |
||
Huisvestingsvoorziening statushouders |
4.494 |
2.292 |
|
0 |
307 |
||
Opdrachten |
2.019 |
2.537 |
37.109 |
295 |
39.941 |
||
Woningmarkt |
2.019 |
2.019 |
2.736 |
73 |
4.828 |
||
WSW risicovoorziening |
0 |
518 |
513 |
222 |
1.253 |
||
NHG risicovoorziening |
0 |
0 |
33.860 |
0 |
33.860 |
||
Inkomensoverdrachten |
4.269.200 |
4.179.900 |
|
|
4.177.584 |
||
Huurtoeslag |
4.269.200 |
4.179.900 |
|
|
4.177.584 |
||
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
2.857 |
3.757 |
|
0 |
1.224 |
||
Woningmarkt |
2.857 |
3.757 |
|
0 |
1.224 |
||
Bijdrage aan medeoverheden |
0 |
2.800 |
0 |
|
2.670 |
||
Woningmarkt |
0 |
2.800 |
0 |
|
2.670 |
||
Bijdrage aan agentschappen |
7.406 |
7.406 |
4.204 |
|
9.412 |
||
Dienst van de Huurcommissie |
7.066 |
7.066 |
3.071 |
|
7.939 |
||
ILT (Autoriteit Woningcorporaties) |
340 |
340 |
833 |
0 |
1.173 |
||
RVO.nl (uitvoeringskosten BEW) |
0 |
0 |
300 |
0 |
300 |
||
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken |
1.540 |
1.540 |
|
0 |
562 |
||
Financien en Nationale Schuld (H9) |
1.540 |
1.540 |
|
0 |
562 |
||
3.3 Woningbouw |
0 |
320.000 |
5.300 |
|
320.682 |
||
Opdrachten |
0 |
0 |
250 |
0 |
250 |
||
Woningbouwimpuls |
0 |
0 |
250 |
0 |
250 |
||
Bijdrage aan medeoverheden |
0 |
320.000 |
4.800 |
|
320.432 |
||
Woningbouwimpuls |
0 |
320.000 |
4.800 |
|
320.432 |
||
Bijdrage aan agentschappen |
0 |
0 |
250 |
|
0 |
||
Woningbouwimpuls |
0 |
0 |
250 |
|
0 |
||
Ontvangsten |
472.000 |
416.418 |
31.491 |
222 |
448.131 |
1 In deze cijfers zijn ook de mutaties uit eerste en derde incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2019/20, 35478, nr. 1 en Kamerstukken II 2019/20, 35553, nr. 1) verwerkt.
Afdracht Nationale Hypotheek Garantie (NHG)
De Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) betaalt jaarlijks een achtervangvergoeding voor de Nationale Hypotheek Garantie (NHG) aan het Rijk. De jaarlijkse vergoeding wordt gestort in de daarvoor bestemde risicovoorziening NHG. De afdracht over het boekjaar 2019 bedraagt afgerond € 33,9 mln.
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020
3.1 Woningmarkt Subsidies (regelingen)
Woningmarkt
Op grond van artikel 91 van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (hierna: Wet FinBES) kan een bijzondere uitkering worden verstrekt. Gelet op artikel 92, lid 2, onderdeel c van de Wet FinBES kan aan Bonaire, Sint Eustatius en Saba voor het kalenderjaar 2020 een bijdrage worden toegekend in de kosten van de verhuurdersubsidie van respectievelijk maximaal 698.324 USD (€ 0,6 mln.), 216.000 USD (€ 0,2 mln.) en 95.000 USD (€ 0,1 mln.).
Huurtoeslag
Op grond van de Wet FinBES wordt een bijzondere uitkering verstrekt aan de Caribische openbare lichamen. Deze uitkering bedraagt voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba in 2020 respectievelijk 698.324 USD (€ 0,6 mln.), 216.000 USD (€ 0,2 mln.) en 95.000 USD (€ 0,1 mln.) en wordt toegekend in het kader van de kosten van de verhuurdersubsidie. De uitgaven voor de verhuurdersubsidie BES worden verantwoord op het instrument subsidies.
Dienst van de Huurcommissie
De Huurcommissie moet in de tweede helft van 2021 kosten maken als gevolg van de wetswijziging die huurverlaging mogelijk maakt. Circa € 2,2 mln. worden dit jaar niet benut en daarom via de eindejaarsmarge meegenomen naar volgend jaar.
Woningbouwimpuls
Gemeenten ontvangen een bijdrage ter ondersteuning van de woningbouw. Hiervoor wordt de BTW-component overgeheveld naar het BTW-compensatiefonds.
Bij de sanering van Vestia is destijds tussen het Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting en Vestia afgesproken dat 40% van de kosten die worden gemaakt voor het onderzoek naar de aansprakelijkheid van banken wordt vergoed uit de risicovoorziening voor sanerings- en projectsteun woningcorporaties. Voor de bankkosten in het eerste kwartaal van 2020 heeft Vestia hiervoor een bijdrage van afgerond € 0,2 mln. ontvangen. Deze bijdrage wordt onttrokken aan de risicovoorziening.
3.4 Artikel 4. Energietransitie gebouwde omgeving en bouwkwaliteit
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 4. Energietransitie gebouwde omgeving en bouwkwaliteit (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) |
||||||
Vastgestelde begroting (1) |
Stand 1e suppletoire begroting (2)1 |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) Stand 2e Overige mutaties suppletoire Mutaties Miljoe- 2e suppletoire begroting nennota begroting (4)=(2+3) |
||||
Verplichtingen |
344.942 |
428.233 |
23.416 |
|
370.292 |
|
Uitgaven |
540.942 |
643.932 |
|
|
506.841 |
|
Waarvan juridisch verplicht |
99% |
99% |
||||
4.1 Energietransitie en duurzaamheid |
535.204 |
636.994 |
|
|
492.023 |
|
Subsidies(regelingen) |
352.221 |
396.164 |
|
|
259.052 |
|
Energietransitie en duurzaamheid |
33.421 |
65.721 |
2.840 |
|
13.860 |
|
Energiebesparing Koopsector |
74.000 |
85.743 |
0 |
|
45.743 |
|
Energiebesparing Huursector |
139.000 |
128.900 |
|
0 |
100.449 |
|
SAH |
48.800 |
48.800 |
0 |
|
32.000 |
|
Warmtefonds |
57.000 |
67.000 |
0 |
0 |
67.000 |
|
Opdrachten |
5.602 |
3.732 |
|
0 |
2.837 |
|
Energietransitie en duurzaamheid |
5.602 |
3.732 |
|
0 |
2.837 |
|
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
4.300 |
4.571 |
139 |
0 |
4.710 |
|
Energietransitie en duurzaamheid |
4.300 |
4.571 |
139 |
0 |
4.710 |
|
Bijdrage aan medeoverheden |
0 |
104.160 |
|
87.821 |
188.981 |
|
Programma reductie energieverbruik |
0 |
104.160 |
|
2.190 |
103.350 |
|
Aardgasvrije wijken |
0 |
0 |
0 |
77.631 |
77.631 |
|
Ontzorging maatschappelijk vastgoed |
0 |
0 |
0 |
8.000 |
8.000 |
|
Bijdrage aan agentschappen |
36.432 |
41.988 |
2.945 |
|
36.273 |
|
Dienst Publiek en Communicatie |
0 |
70 |
0 |
0 |
70 |
|
Diverse Agentschappen |
0 |
1.500 |
0 |
0 |
1.500 |
|
ILT (Handhaving Energielabel) |
515 |
515 |
17 |
|
32 |
|
RVO.nl (Energietransitie en Duurzaamheid) |
11.709 |
27.345 |
5.341 |
1.940 |
34.626 |
|
RVO.nl (Uitvoering Energieakkoord) |
24.208 |
12.558 |
|
|
45 |
|
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken |
136.649 |
86.379 |
|
|
170 |
|
Gemeentefonds (H50) |
112.400 |
83.486 |
|
|
0 |
|
EGO |
24.249 |
2.893 |
1.658 |
|
170 |
4.2 Bouwregelgeving en bouwkwaliteit |
5.738 |
6.938 |
8.030 |
|
14.818 |
Subsidies(regelingen) |
3.491 |
3.491 |
10.095 |
|
13.491 |
Bouwregelgeving en bouwkwaliteit |
3.491 |
3.491 |
10.095 |
|
13.491 |
Opdrachten |
1.350 |
1.350 |
|
0 |
1.219 |
Bouwregelgeving en bouwkwaliteit |
1.350 |
1.350 |
|
0 |
1.219 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
516 |
1.716 |
|
0 |
50 |
Toelatingsorganisatie |
516 |
1.716 |
|
0 |
0 |
Overige bijdragen |
0 |
0 |
50 |
0 |
50 |
Bijdrage aan medeoverheden |
0 |
0 |
50 |
0 |
50 |
Diverse bijdragen bouwregelgeving |
0 |
0 |
50 |
0 |
50 |
Bijdrage aan agentschappen |
53 |
53 |
2 |
|
0 |
ILT (toezicht EU-bouwregelgeving) |
53 |
53 |
2 |
|
0 |
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken |
328 |
328 |
|
0 |
8 |
Infrastructuur en Waterstaat (H12) |
328 |
328 |
|
0 |
8 |
Stand 1e suppletoire begroting (2)1 |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) |
Stand 2e |
|||
Vastgestelde begroting (1) |
Overige mutaties Mutaties Milioe- 2e suppletoire nennota begroting |
suppletoire begroting (4)=(2+3) |
|||
Ontvangsten |
91 |
CO O O |
91 |
1 In deze cijfers zijn ook de mutaties uit eerste en tweede incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2019/20, 35478, nr. 1 en Kamerstukken II 2019/20, 35521 nr. 1) verwerkt.
Stimuleringsregeling Energieprestatie Huursector (STEP)
Met de corona-uitbraak zijn meerdere verzoeken tot uitstel van 24 maanden binnen gekomen. Aanvragers krijgen zonnepanelen niet op tijd geleverd en het op tijd in een woning opnemen van de energie index gaat moeizaam, omdat huurders nu EnergiePrestatie-Advieseur voor Woningen (EPA-W adviseurs) minder binnen laten. Aanvragers hebben een half jaar uitstel gekregen. Daarom is het budget van circa € 28,5 mln. in een ander kasritme gezet.
Verbetering van de Informatie Voorziening van de EnergieTransitie (VIVET) Het Ministerie van BZK draagt bij aan het programma Verbetering van de Informatie Voorziening van de EnergieTransitie (VIVET). De bijdrage richt zich met name op de Regionale Energiestrategieën en de Warmtetransitie. Daarnaast worden middelen herschikt om de subsidie voor het programma Uptempo! in het kader van de regeling De Renovatieversneller op het juiste instrument te verantwoorden.
BTW-compensatie Regeling Reductie Energieverbruik (RRE)
In het kader van het Urgenda-vonnis wordt € 51 mln. beschikbaar gesteld aan gemeenten voor de Regeling Reductie Energiegebruik (RRE). De uitvoering hiervan loopt via een specifieke uitkering aan gemeenten, zodat zij zelf activiteiten kunnen uitvoeren. Gemeenten kunnen er ook voor kiezen om (een deel van) de activiteiten externe partijen in te huren, de BTW die zij hierover afdragen kunnen zij terugvragen. Het BTW compensabele bedrag wordt middels deze mutatie op het juiste instrument verantwoord.
Om invulling te geven aan het Urgenda-vonnis voor de reductie van energieverbruik worden de middelen beschikbaar gesteld voor het Midden-en Kleinbedrijf en voor een subsidie aan Natuur en Milieu ten behoeve van het opleidingsprogramma en de bewustwordingscampagne voor monteurs en doe het zelvers voor installatie en onderhoud hybride warmtepompen.
Verduurzaming maatschappelijk vastgoed
Middelen van circa € 20 mln. worden gebruikt voor de verduurzaming van maatschappelijk vastgoed en het financieel stimuleren van het aansluiten van koopwoningen op warmtenetten. Dit bedrag wordt daarom gereallo-ceerd naar het juiste instrument.
De middelen voor de MOOI-regeling kunnen pas beschikt worden vanaf 2021 in plaats van 2020 en worden daarom teruggeboekt naar BZK. In 2021 worden de middelen weer overgeheveld naar EZK vanuit de bestaande innovatiemiddelen op artikel 4.1
Er worden middelen ingezet ten behoeve van de Nederlandse Norm voor de herziening van NPR9998 Nederlandse Praktijkrichtlijn Aardbevingen.
Toelatingsorganisatie in de bouw
Voor het budget van de ZBO Toelatingsorganisatie in de bouw worden middelen gerealloceerd van artikel 4 naar artikel 11.
Dit betreft de toedeling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2020.
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020
4.1 Energietransitie en duurzaamheid Subsidies (regelingen)
Energietransitie en duurzaamheid
De regeling Specifieke uitkering ventilatie in scholen (SUVIS) is gericht op de verbetering van het binnenklimaat in schoolgebouwen in het primair en voortgezet onderwijs in verband met de uitbraak van Covid-19. Dit betreft de oorspronkelijke € 40 mln. voor het doorbouwplan die nu onderdeel uitmaakt van SUVIS. De middelen worden in 2021 ingezet. Daarnaast worden budgetten herschikt voor het ontzorgingsprogramma maatschappelijk vastgoed en de Regeling Reductie Energieverbruik Woningen (RREW) van het instrument subsidies naar bijdrage aan medeoverheden binnen het artikel.
Energiebesparing Koopsector
Een deel van de Urgenda middelen voor de Subsidieregeling energiebesparing eigen huis (SEEH) zal dit jaar niet meer tot betaling komen. De bijbehorende middelen worden doorgeschoven naar 2021 en hiermee in lijn gebracht met de uitputtingsprognose.
SAH
Een deel van de middelen voor de Stimuleringsregeling Aardgasvrije Huurwoningen (SAH) komt dit jaar niet tot uitputting door vertraging in de aanvragen, onder andere door Covid-19. Deze middelen worden ingezet voor het programma aardgasvrije wijken. Hiervoor wordt gerealloceerd naar het instrument bijdrage aan medeoverheden. In 2021 worden de middelen vanuit het budget Programma Aardgasvrije Wijken weer toegevoegd aan SAH.
Aardgasvrije wijken
De totale tweede tranche proeftuinen van het meerjarig Programma Aardgasvrije Wijken (PAW) bedraagt € 98,7 mln. Voor dit bedrag wordt ook de verplichtingen aangegaan. Aan de onderstaande gemeenten wordt dit jaar beschikbaar gesteld het beschikbare budget van € 79,8 mln. Het restant aan € 18,9 mln. wordt in 2021 uitgekeerd.
Hiervoor wordt binnen het artikel herschikt vanuit het instrument bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken om dit op het juiste instrument te verantwoorden. Daarnaast worden de middelen SAH voor het PAW ingezet.
Deze middelen worden eveneens herschikt om op het juiste instrument verantwoord te worden. De verplichtingen worden opgehoogd met € 19 mln.
Tabel 8 Specifieke uitkering proeftu €) |
inen aardgasvrije wijken (bedragen in |
Gemeente naam |
Maximale uitkering |
Gemeente Amsterdam |
7.740.462 |
Gemeente Apeldoorn |
7.301.302 |
Gemeente Arnhem |
6.077.672 |
Gemeente De Wolden |
2.398.400 |
Gemeente Deventer |
4.871.831 |
Gemeente Doesburg |
4.020.607 |
Gemeente Goeree-Overflakkee |
5.600.000 |
Gemeente Groningen |
4.000.000 |
Gemeente Hilversum |
4.574.041 |
Gemeente Hoogeveen |
4.375.749 |
Gemeente Lingewaard |
4.154.495 |
Gemeente Nijmegen |
4.735.000 |
Gemeente Opsterland |
4.291.196 |
Gemeente Pijnacker-Nootdorp |
7.587.716 |
Gemeente Roermond |
4.969.000 |
Gemeente Rotterdam |
4.927.278 |
Gemeente 's-Hertogenbosch |
5.411.000 |
Gemeente Venlo |
7.607.237 |
Gemeente Zwolle |
4.041.000 |
De Algemene Rekenkamer heeft erop gewezen dat van belang is een zekere sturing te geven op toegekende budgetten. Voor de tweede tranche proeftuinen wordt daarom gekozen voor een specifieke uitkering. Tegelijkertijd vindt het kabinet nog steeds van groot belang dat partijen ervaring op doen met experimenten. Daarom is gekozen voor een specifiek e uitkering met ruime beleids- en bestedingsvrijheid. De eenmalige uitkering wordt verstrekt voor de in de aanvraag genoemde activiteiten die tot doel hebben om via een wijkgerichte aanpak bestaande woningen en andere gebouwen aardgasvrij of aardgasvrij-ready te maken met het oog op leren hoe de wijkgerichte aanpak kan worden ingericht en opgeschaald. Onder aardgasvrij-ready wordt in dit verband verstaan de situatie waarin de gebouwen gereed zijn om van het aardgas af te gaan maar definitieve aansluiting van de wijk op de duurzame warmtebron plaatsvindt na 2028. Een wijk is een aaneengesloten geografisch gebied waarbinnen alle gebouwen deel uitmaken van de aanpak. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft besloten over de selectie van aanvragen van gemeenten die een specifieke uitkering ontvangen op basis van het advies van de Adviescommissie van het Programma Aardgasvrije Wijken. Deze adviescommissie heeft een weging gemaakt op basis van kwaliteit en spreiding over de portefeuille. De namen van de organisaties en hoogleraren die deel uitmaken van de Adviescommissie staan op www.aardgasvrijewijken.nl.
Ontzorging maatschappelijk vastgoed
Voor het ontzorgingsprogramma maatschappelijk vastgoed wordt via een specifieke uitkering budget verstrekt aan provincies. Om dit op het juiste instrument te verantwoorden worden binnen het artikel middelen gereal-loceerd vanuit het instrument subsidies.
RVO.nl (Energietransitie en duurzaamheid)
Voor de jaaropdracht van RVO wordt herschikt binnen het instrument. RVO.nl (Uitvoering Energieakkoord)
Een deel van de middelen voor de subsidie hybride opties en de SEEH zullen dit jaar niet meer tot betaling komen en wordt met een kasschuif in lijn gebracht met de uitputtingsprognose. Daarnaast wordt het budget voor de Renovatieversneller dit jaar niet uitgeput. Deze middelen worden meegenomen naar 2020 via de eindejaarsmarge. Tot slot worden middelen gerealloceerd voor de uitvoeringskosten jaaropdracht RVO binnen het instrument.
Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken
Gemeentefonds (H50)
Voor de tweede tranche van het PAW wordt gerealloceerd naar het instrument bijdrage aan medeoverheden.
EGO
Dit betreft verschillende mutaties, waaronder een bijdrage van het Ministerie van BZK aan programmalijn twee van de Nationale Wetenschaps-agenda (NWA) voor de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), het versnellen van de duurzaamheidsaanpak van het Rijksvastgoedbedrijf en het innovatieproject van TNO in het kader van Kennis- en Innovatieplatform Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed.
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 9 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 5. Ruimtelijke ordening en omgevingswet (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting (1)
Stand 1e suppletoire begroting (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Mutaties Miljoenennota
Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3)
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
Verplichtingen |
122.524 |
112.138 |
|
12.087 |
120.612 |
Uitgaven |
124.755 |
114.369 |
|
12.087 |
122.843 |
Waarvan juridisch verplicht |
80% |
82% |
|||
5.1 Ruimtelijke ordening |
65.788 |
66.124 |
|
|
60.178 |
Subsidies(regelingen) |
1.613 |
2.363 |
69 |
|
1.944 |
Basisregistraties |
380 |
830 |
50 |
|
810 |
Programma Ruimtelijk Ontwerp |
1.233 |
1.233 |
0 |
|
815 |
Ruimtelijk instrumentarium (diversen) |
0 |
300 |
|
0 |
280 |
Basisregistraties Ondergrond (BRO) |
0 |
0 |
39 |
0 |
39 |
Opdrachten |
7.724 |
7.799 |
145 |
|
7.277 |
Basisregistraties Ondergrond (BRO) |
1.369 |
2.369 |
|
|
1.922 |
Gebiedsontwikkeling |
1.461 |
895 |
121 |
92 |
1.108 |
Programma Ruimtelijk Ontwerp |
2.241 |
2.182 |
64 |
207 |
2.453 |
Ruimtegebruik bodem (diversen) |
265 |
265 |
5 |
|
72 |
Ruimtelijk instrumentarium (diversen) |
2.108 |
1.808 |
|
|
1.672 |
Geo-informatie |
0 |
0 |
34 |
16 |
50 |
Windenergie op zee |
280 |
280 |
5 |
|
0 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
37.706 |
32.779 |
635 |
|
33.188 |
Basisregistraties Ondergrond (BRO) |
8.443 |
2.508 |
|
0 |
0 |
Geo-informatie |
2.622 |
3.597 |
1.366 |
|
4.515 |
Diverse bijdragen |
280 |
313 |
2.767 |
|
2.902 |
Kadaster (Basisregistraties) |
26.361 |
26.361 |
|
400 |
25.771 |
Bijdrage aan medeoverheden |
9.498 |
9.300 |
90 |
|
7.868 |
Diversen projecten ruimtelijke kwaliteit |
188 |
6.750 |
0 |
|
5.200 |
Diverse bijdragen |
0 |
0 |
90 |
0 |
90 |
Gebiedsontwikkeling |
0 |
0 |
0 |
28 |
28 |
Projecten Nota Ruimte |
5.789 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Gemeenten |
3.521 |
2.550 |
0 |
0 |
2.550 |
Bijdrage aan agentschappen |
9.247 |
9.373 |
184 |
344 |
9.901 |
RVB |
2.413 |
2.413 |
83 |
587 |
3.083 |
RWS (Leefomgeving) |
6.384 |
6.384 |
45 |
|
6.211 |
Basisregistraties Ondergrond (BRO) |
450 |
450 |
0 |
0 |
450 |
RIVM |
0 |
126 |
56 |
|
157 |
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken |
0 |
4.5101 |
|
|
0 |
Economische Zaken (H13) |
0 |
4.0702 |
|
0 |
0 |
Ministerie van Landbouw, Natuur en voedselkwaliteit (H14) |
0 |
2602 |
|
|
0 |
Infrastructuur en Waterstaat (H12) |
0 |
1802 |
|
0 |
0 |
5.2 Omgevingswet |
58.967 |
48.245 |
|
14.652 |
62.665 |
Subsidies (regelingen) |
0 |
0 |
0 |
912 |
912 |
Eenvoudig Beter |
0 |
0 |
0 |
912 |
912 |
Opdrachten |
35.206 |
6.085 |
|
|
2.749 |
Eenvoudig Beter |
840 |
1.142 |
|
0 |
742 |
Stand 1e suppletoire begroting (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) Stand 2e |
||||
Vastgestelde begroting (1) |
Mutaties Miljoenennota |
Overige mutaties suppletoire 2e suppletoire begroting begroting (4)=(2+3) |
|||
Aan de Slag |
34.366 |
4.943 |
|
|
2.007 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
19.553 |
23.013 |
1.128 |
7.523 |
31.664 |
Kadaster |
19.053 |
20.522 |
|
5.872 |
26.325 |
Geonovum |
500 |
1.091 |
596 |
1.689 |
3.376 |
ICTU |
0 |
700 |
113 |
0 |
813 |
Aan de Slag |
0 |
700 |
88 |
|
750 |
Diverse bijdragen |
0 |
0 |
400 |
0 |
400 |
Bijdrage aan medeoverheden |
0 |
580 |
|
|
155 |
Aan de Slag |
0 |
580 |
|
|
0 |
Eenvoudig Beter |
0 |
0 |
155 |
0 |
155 |
Bijdrage aan agentschappen |
4.208 |
18.567 |
359 |
8.259 |
27.185 |
Aan de Slag |
3.608 |
14.882 |
359 |
8.259 |
23.500 |
RWS (Eenvoudig beter) |
600 |
2.355 |
545 |
0 |
2.900 |
Diverse agentschappen |
0 |
1.330 |
|
0 |
785 |
Ontvangsten |
3.824 |
3.824 |
4.455 |
5.350 |
13.629 |
1 Per abuis is bij eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2019/20, 35 450-VII, nr. 1) niet gecommuniceerd dat er middelen zijn gezet op dit instrument terwijl dit wel gedaan is. Vandaar dat de hier gecommuniceerde standen afwijken van eerste suppletoire begroting.
2 Per abuis is bij eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2019/20, 35 450-VII, nr. 1) niet gecommuniceerd dat er middelen zijn gezet op deze regeling terwijl dit wel gedaan is. Vandaar dat de hier gecommuniceerde standen afwijken van eerste suppletoire begroting.
Mutaties Miljoenennota Kasschuif Omgevingswet
De combinatie van een stevige implementatieopgave en de maatregelen rond het coronavirus heeft grote impact op alle partijen die werken aan de Omgevingswet. Dit vraagt extra tijd, de Kamer is daarover in het voorjaar 2020 geïnformeerd (Kamerstukken II 2019/2020, 33118, nr. 139). Het Rijk en de koepels van gemeenten, provincies en waterschappen hebben overeenstemming bereikt over een uitstelperiode van één jaar (Kamerstukken II 2019/2020, 33118, nr. 145), wat inhoudt dat de nieuwe ingangsdatum 1 januari 2022 wordt. Een deel van de beschikbare middelen komt niet dit jaar tot uitputting en wordt middels een kaschuif meegenomen naar 2021.
Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) ontvangt een bijdrage voor TNO. TNO verzorgt het kader van de implementatie van de Wet Basisregistratie Ondergrond (BRO) voor de realisatie van de Landelijke Voorziening inclusief BRO-loket.
Bijdrage IPO voor beheer DSO-LV
Op 18 december 2018 hebben de Unie van Waterschappen (UvW), de Vereninging Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO) en het Rijk de beheeroverkomst Digitaal Stelsel Omgevingswet -Landelijke Voorziening (DSO-LV) ondertekend. De overeenkomst regelt onder andere de inhoud en de uitvoering van de beheertaak, de financiering en de samenwerkingsafspraken voor een optimale werking van het DSO-LV. Op grond van de beheerovereenkomst DSO-LV draagt het IPO vanaf 1 januari 2020 jaarlijks circa € 1,6 mln. bij aan de kosten van het basisniveau DSO-LV en het informatiepunt Omgevingswet.
Dit betreft de toedeling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2020.
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020
5.1 Ruimtelijke ordening Subsidies (regelingen)
Programma Ruimtelijk Ontwerp
Er wordt circa € 0,4 mln. gerealloceerd naar het juiste instrument voor een onderzoek van het CBS voor het bestand Bodemgebruik 2017 en overige ruimtelijke statistieken 2020.
Basisregistraties Ondergrond
Over het structurele beheer van de Landelijke Voorziening Bekendmaken en Beschikbaar stellen/Standaard Officiële Publicaties (LVBB/STOP) moet nog besloten worden. Als tijdelijke oplossing wordt het beheer van de LVBB/ STOP binnen de Omgevingswet incidenteel van dekking voorzien, hiervoor wordt € 0,4 mln. naar artikel 5.2 gerealloceerd.
Geo-informatie
Voor de financiering voor het grootgebruik voor diensten via Publieke Dienstverlening Op de Kaart (PDOK) wordt € 0,4 mln. gerealloceerd naar de juiste regeling.
Kadaster (Basisregistraties)
Voor de financiering voor het grootgebruik voor diensten via Publieke Dienstverlening Op de Kaart (PDOK) wordt € 0,4 mln. gerealloceerd naar de juiste regeling.
Diverse projecten ruimtelijke kwaliteit
Over het structurele beheer van de Landelijke Voorziening Bekendmaken en Beschikbaar stellen/Standaard Officiële Publicaties (LVBB/STOP) moet nog besloten worden. Als tijdelijke oplossing wordt het beheer van de LVBB/ STOP binnen de Omgevingswet incidenteel van dekking voorzien, hiervoor wordt circa € 1,6 mln. naar artikel 5.2 gerealloceerd.
RVB
Het College van Rijksadviseurs (Cra) ontvangt een bijdrage van circa € 0,5 mln. voor het werkbudget en de ondersteuning van de Rijksadviseurs. De bijdrage aan het werkbudget is overeengekomen in de Actieagenda Ruimtelijk Ontwerp 2017-2020.
Eenvoudig Beter
Om de afrekening met betrekking tot de stimuleringssubsidie Omgevingswet aan de Unie van Waterschappen (UvW) op het juiste instrument te kunnen verantwoorden, wordt circa € 0,9 mln. gerealloceerd.
Aan de Slag
De activiteiten voor de diverse ondersteuningswerkzaamheden worden uitgevoerd door koepelpartners zoals Kadaster en Geonovum. Om deze uitgaven op het juiste instrument te verantwoorden, wordt circa € 1,1 mln. gerealloceerd.
Om de afrekening met betrekking tot de stimuleringssubsidie Omgevingswet aan de UvW op het juiste instrument te kunnen verantwoorden, wordt circa € 0,6 mln. gerealloceerd.
Kadaster
Het Kadaster heeft als tactisch beheer organisatie een aantal werkzaamheden met betrekking tot het digitaal stelsel omgevingswet (DSO) overgenomen. Hiervoor werd dit gedaan door extern ingehuurd personeel. Voor de bijdrage aan het Kadaster wordt € 4,5 mln. gerealloceerd vanaf artikel 11 Centraal apparaat.
De activiteiten voor de diverse ondersteuningswerkzaamheden worden uitgevoerd door diverse koepelpartners zoals Kadaster en Geonovum. Om deze uitgaven op het juiste instrument te verantwoorden, wordt circa € 0,8 mln. gerealloceerd.
Geonovum
Op grond van de beheerovereenkomst Digitaal stelsel Omgevingswet landelijke voorziening (DSO-LV) gaat het Rijk vanaf 1 januari 2020 jaarlijks € 5 miljoen (excl. Indexering) bijdragen aan de kosten van het basisniveau DSO-LV en het informatiepunt Omgevingswet. In de Stuurgroep Omgevingswet van 26 april 2019 is besloten deze beheerskosten van het DSO-LV te verdelen, in een beperkt aantal categorieën over de beleidsverantwoordelijke departementen. Hiervoor wordt in 2020 door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) circa € 1,2 mln. overgeheveld en door het Ministerie van Defensie circa € 0,2 mln.
De activiteiten voor de diverse ondersteuningswerkzaamheden worden uitgevoerd door koepelpartners zoals Kadaster en Geonovum. Om deze uitgaven op het juiste instrument te verantwoorden, wordt circa € 0,4 mln. gerealloceerd.
Aan de Slag
In 2019 is vertraging opgelopen waardoor een deel van de ontwikkel- en beheerkosten voor de omgevingswet in 2020 zijn gemaakt door Rijkswaterstaat (RWS). De afrekening 2019 met RWS van circa € 4,2 mln. wordt ingezet ter dekking van deze vertraagde kosten.
Over het structurele beheer van de Landelijke Voorziening Bekendmaken en Beschikbaar stellen/Standaard Officiële Publicaties (LVBB/STOP) moet nog besloten worden. Als tijdelijke oplossing wordt het beheer van de LVBB/ STOP binnen de Omgevingswet incidenteel van dekking voorzien. Hiervoor wordt een afrekening 2018 en 2019 met RWS (circa € 1 mln.) ingezet en wordt circa € 2 mln. vanuit artikel 5.1 gerealloceerd.
Op grond van de beheerovereenkomst Digitaal Stelsel Omgevingswet landelijke voorziening (DSO-LV) gaat het Rijk vanaf 1 januari 2020 jaarlijks € 5 mln. (excl. indexering) bijdragen aan de kosten van het basisniveau DSO-LV en het informatiepunt Omgevingswet. In de Stuurgroep Omgevingswet van 26 april 2019 is besloten deze beheerskosten van het DSO-LV te verdelen, in een beperkt aantal categorieën over de beleidsverantwoordelijke departementen. Hiervoor wordt in 2020 door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) circa € 1,1 mln. overgeheveld naar de BZK-begroting.
In 2019 is vertraging opgelopen, daardoor zijn een deel van de ontwikkelen beheerkosten voor de omgevingswet in 2020 zijn gemaakt door RWS. De afrekening 2019 van circa € 4,3 mln. met RWS wordt ingezet ter dekking van deze vertraagde kosten. Daarnaast betreft het een afrekening 2018 en 2019 met RWS (circa € 1 mln.) voor beleidsondersteund advies. Deze wordt ingezet voor de LVBB/STOP.
3.6 Artikel 6. Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 10 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 6. Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting (1)
Stand 1e suppletoire begroting (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Mutaties Miljoenennota
Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3)
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
Verplichtingen |
169.975 |
181.069 |
4.534 |
11.243 |
196.846 |
Uitgaven |
169.975 |
181.069 |
4.534 |
11.243 |
196.846 |
Waarvan juridisch verplicht |
74% |
74% |
|||
6.2 Overheidsdienstverlening, informatiebeleid en informatiesamenleving |
74.280 |
77.100 |
2.546 |
10.075 |
89.721 |
Subsidies(regelingen) |
205 |
2.736 |
263 |
1.051 |
4.050 |
Overheidsdienstverlening |
205 |
2.736 |
263 |
1.051 |
4.050 |
Opdrachten |
18.915 |
15.230 |
6 |
|
8.958 |
Informatiebeleid |
6.687 |
4.807 |
|
|
2.363 |
Informatiesamenleving |
4.920 |
1.891 |
|
|
1.275 |
Overheidsdienstverlening |
7.308 |
8.532 |
660 |
|
5.320 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
13.738 |
16.601 |
1.958 |
1.894 |
20.453 |
CBS |
0 |
775 |
145 |
0 |
920 |
ICTU |
5.659 |
8.220 |
100 |
1.033 |
9.353 |
RDW |
0 |
1.339 |
1.180 |
0 |
2.519 |
Diverse bijdragen |
0 |
1.416 |
301 |
|
1.247 |
KvK |
8.079 |
4.851 |
232 |
1.331 |
6.414 |
Bijdrage aan medeoverheden |
720 |
436 |
|
0 |
370 |
Gemeenten |
720 |
436 |
|
0 |
370 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
0 |
326 |
428 |
73 |
827 |
Digitale dienstverlening |
0 |
326 |
428 |
73 |
827 |
Bijdrage aan agentschappen |
40.652 |
41.591 |
|
13.309 |
54.857 |
Agentschap Telecom |
1.639 |
1.510 |
0 |
68 |
1.578 |
Logius |
20.514 |
21.031 |
|
4.682 |
23.701 |
RvIG |
2.000 |
466 |
378 |
5.113 |
5.957 |
RVO.nl |
8.311 |
7.105 |
460 |
2.041 |
9.606 |
UBR |
8.188 |
11.299 |
0 |
1.116 |
12.415 |
Diverse bijdragen |
0 |
180 |
1.131 |
289 |
1.600 |
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken |
50 |
180 |
0 |
26 |
206 |
Ministerie van Buitenlandse Zaken (H5) |
50 |
50 |
0 |
0 |
50 |
Diverse bijdragen |
0 |
130 |
0 |
26 |
156 |
6.5 Identiteitsstelsel |
38.735 |
38.935 |
934 |
3.257 |
43.126 |
Opdrachten |
4.251 |
2.648 |
574 |
|
756 |
Identiteitsstelsel |
4.251 |
2.648 |
574 |
|
756 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
0 |
741 |
0 |
712 |
1.453 |
ICTU |
0 |
541 |
0 |
0 |
541 |
Diverse bijdragen |
0 |
200 |
0 |
712 |
912 |
Bijdrage aan medeoverheden |
75 |
220 |
0 |
23 |
243 |
Gemeenten |
75 |
220 |
0 |
23 |
243 |
Bijdrage aan agentschappen |
34.409 |
35.326 |
360 |
4.988 |
40.674 |
RvIG |
34.409 |
35.326 |
360 |
4.988 |
40.674 |
6.6 Investeringspost digitale overheid |
56.960 |
65.034 |
1.054 |
|
63.999 |
Vastgestelde i . i suppletoire begroting (1) begroting ( |
Mutaties 2e |
1 suppletoire begroting (3) Stand 2e |
|||
Mutaties Miljoe-2) nennota |
Overige mutaties suppletoire 2e suppletoire begroting begroting (4)=(2+3) |
||||
Subsidies(regelingen) |
3.228 |
6.246 |
0 |
1.980 |
8.226 |
Doorontwikkeling en innovatie digitale overheid |
3.228 |
6.246 |
0 |
1.980 |
8.226 |
Opdrachten |
28.743 |
15.393 |
2.404 |
|
2.957 |
Doorontwikkeling en innovatie digitale overheid |
28.743 |
15.393 |
2.404 |
|
2.957 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
2.800 |
5.843 |
|
2.155 |
7.940 |
KvK |
0 |
662 |
0 |
0 |
662 |
ICTU |
250 |
1.200 |
0 |
866 |
2.066 |
Diverse bijdragen |
2.550 |
3.981 |
|
870 |
1.574 |
RDW |
0 |
0 |
3.219 |
419 |
3.638 |
Bijdrage aan medeoverheden |
0 |
0 |
0 |
2.659 |
2.659 |
Gemeenten |
0 |
0 |
0 |
2.257 |
2.257 |
Provincies |
0 |
0 |
0 |
402 |
402 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
0 |
0 |
0 |
96 |
96 |
Diverse bijdragen |
0 |
0 |
0 |
96 |
96 |
Bijdrage aan agentschappen |
21.389 |
37.552 |
|
5.817 |
41.619 |
RVO.nl |
0 |
2.767 |
0 |
|
2.580 |
RvIG |
2.900 |
3.099 |
0 |
1.433 |
4.532 |
Logius |
15.250 |
28.302 |
|
4.263 |
30.815 |
UBR |
1.589 |
1.192 |
0 |
0 |
1.192 |
Diverse bijdragen |
1.650 |
2.192 |
|
268 |
677 |
AZ-DPC |
0 |
0 |
1.783 |
40 |
1.823 |
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken |
800 |
0 |
458 |
44 |
502 |
Diverse bijdragen |
800 |
0 |
458 |
44 |
502 |
Ontvangsten |
423 |
1.246 |
25 |
8.758 |
10.029 |
Mutaties Miljoenennota Compensatie eHerkenning
Het Ministerie van Financiën en het Ministerie van BZK hebben de afspraak om de compensatieregeling e-Herkenning 50/50 te verdelen. De eerste tranche van deze compensatieregeling wordt door het Ministerie van Financiën overgeboekt.
Dit betreft de toedeling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2020.
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020
6.2 Overheidsdienstverlening, informatiebeleid en informatiesamenleving Subsidies (regelingen)
Overheidsdienstverlening
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Unie van Waterschappen (UvW) krijgen een subsidie (circa € 0,4 mln.) voor de Uitvoeringstoetsen Wet Digitale Overheid.
Stichting Internet Domeinregistratie Nederland (SIDN) Fonds, Stichting Electronic Commerce Platform Nederland (ECP) en Stichting PublicSpaces ontvangen een subsidie (circa € 0,3 mln.) voor datagedreven werken in de projecten Call tegen Corona en de Dutch Blockchain Coalition.
Ten slotte ontvangen RvIG en de VNG een bijdrage (circa € 0,2 mln.) voor de uitvoering van Eenduidige Normatiek Single Information Audit (ENSIA). Binnen ENSIA werken met name gemeenten aan informatieveiligheid.
Informatiebeleid
Voor apparaatsuitgaven in het kader van onder andere digitale inclusie, regeldruk en innovatie wordt circa € 0,6 mln. gerealloceerd naar artikel 11 Centraal apparaat.
Voor electronische publicaties ontvangt UBR|KOOP een bijdrage van € 0,4 mln. Om de middelen op het juiste instrument te verantwoorden worden deze gerealloceerd naar Bijdrage aan agentschappen.
Informatiesamenleving
RVO ontvangt een bijdrage van circa € 0,4 mln. voor Digitale Overheid voor Ondernemers.
Overheidsdienstverlening
Voor het Digitaal Ondernemersplein ontvangt de Kamer van Koophandel (KvK) een bijdrage van circa € 1,1 mln.
ICTU ontvangt een bijdrage van circa € 1,1 mln. voor Gebruiker Centraal, de Direct Duidelijk Brigade en het Bureau Nationale Coördinator Single Digital Gateway (bNC-SDG).
Logius ontvangt een bijdrage van circa € 0,7 mln. voor het beheer van het eID stelsel.
Ten slotte ontvangt PBLQ een bijdrage van circa € 0,4 mln. voor onderzoek en communicatie over transparantie in data en algoritmen, en het Transpa-rantielab. Hiervoor worden middelen op het juiste instrument gezet.
ICTU
ICTU ontvangt een bijdrage van circa € 1,4 mln. voor Gebruiker Centraal, de Direkt Duidelijk Brigade, het Bureau Nationale Coördinator Single Digital Gateway (bNC-SDG) en het opdrachtgeverschap van het Single Digital Gateway (SDG).
RVO en de Dienst Publiek en Communicatie (DPC) ontvangen een bijdrage voor respectievelijk Digitale Overheid voor Ondernemers en het programma Regie op Gegevens. Beide bijdragen bedragen circa € 0,2 mln, deze middelen worden op het juiste instrument gezet.
Diverse bijdragen
PBLQ ontvangt een bijdrage van circa € 0,4 mln. voor onderzoek en communicatie over transparantie in data en algoritmen, en het Transparantielab. Om de middelen op het juiste instrument te verantwoorden worden deze gerealloceerd naar opdrachten.
KvK
De KvK ontvangt een bijdrage van circa € 1,3 mln. voor het Digitaal Onder-nemersplein.
Logius
VNG en BZK hebben afgesproken dat tot en met 2021 de doorbelasting van DigiD en MijnOverheid via een algemene uitkering uit het Gemeentefonds verloopt. Logius heeft de facturen 2020 voor de gemeenten verstuurd. In overleg met de VNG wordt hiervoor circa € 3,1 mln. overgeboekt naar de begroting van BZK. In dit bedrag is ook de eindafrekening 2019 en 2018 opgenomen.
De afspraken uit het Bestuurlijk Overleg Financiële verhoudingen (Bofv) van mei 2018 tussen VNG, IPO en BZK zijn verlengd, zodat de doorbelasting van de niet-transactie gerichte voorzieningen van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) via een uitname uit de algemene uitkering van het Gemeentefonds respectievelijk het Provinciefonds verloopt. Hiervoor wordt circa € 2,5 mln. vanuit het Gemeentefonds en circa € 0,5 mln. vanuit het Provinciefonds aan de begroting van BZK toegevoegd.
De Wet Digitale Overheid (WDO) zou aanvankelijk in 2020 in werking treden. Echter door vertraging in het proces zal deze in 2021 van kracht worden.
De ontwikkeling van de eID voorzieningen kan daarom ook pas medio 2021 worden afgerond. De bijbehorende middelen (circa € 2,2 mln.) zijn dan ook deels in 2021 benodigd in plaats van 2020.
RvIG
Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) draagt circa € 5 mln. bij aan het Burgerservicenummer (BSN) in de zorg. Deze middelen worden aan de begroting van BZK toegevoegd.
RVO.nl
RVO ontvangt een bijdrage van circa € 2 mln. voor het voorschot 2021 voor Digitale Overheid voor Ondernemers. Hiervoor worden middelen gereallo-ceerd vanuit opdrachten, bijdrage aan ZBO’s/RWT's en binnen het instrument.
De Wet Digitale Overheid (WDO) zou aanvankelijk in 2020 in werking treden. Echter door vertraging in het proces zal deze in 2021 van kracht worden.
De ontwikkeling van de eID voorzieningen kan daarom ook pas medio 2021 worden afgerond. De bijbehorende middelen (circa € 0,7 mln.) zijn dan ook deels in 2021 benodigd in plaats van 2020.
UBR
UBR|KOOP ontvangt een bijdrage van circa € 1,1 mln. voor elektronische publicaties. Dit jaar zijn er meer elektronische publicaties geweest in verband met extra aanbestedingen ten behoeve van Corona.
Identiteitsstelsel
RvIG ontvangt een bijdrage van circa € 1,2 mln. voor het voorschot 2021 voor de uitvoering en transitie van de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit. Om de middelen op het juiste instrument te verantwoorden worden deze gereal-loceerd naar bijdrage aan agentschappen.
Het CBG Centrum voor familiegeschiedenis ontvangt een bijdrage van circa € 0,7 mln. voor de digitalisering van het persoonskaartenarchief dat CBG voor het Ministerie van BZK beheert. Hiervoor worden middelen gereallo-ceerd naar bijdrage aan ZBO's/RWT's.
Diverse bijdragen
Het CBG Centrum voor familiegeschiedenis ontvangt een bijdrage van circa € 0,7 mln. voor de digitalisering van het persoonskaartenarchief dat zij voor BZK beheert. Hiervoor worden middelen gerealloceerd vanaf opdrachten.
Gemeenten
Het convenant waarin de gemeente Haarlemmermeer, het Ministerie van Buitenlandse Zaken en het Ministerie van BZK afspraken hebben gemaakt over de Gemeentebalie Schiphol is verlengd tot 31 december 2022. Hierin is vastgelegd dat het Ministerie van BZK de helft van het exploitatietekort van de gemeentebalie Schiphol dekt. De gemeente Haarlemmermeer ontvangt hiermee een bijdrage van maximaal € 117.000 ten behoeve van de uitgifte van Nederlandse reisdocumenten en DigiD's op de Gemeentebalie Schiphol.
RvIG
Door verschillende departementen wordt gezamenlijk circa € 6,1 mln. gerealloceerd naar de begroting van BZK ten behoeve van de budgetfinanciering van de Basisregistratie Personen (BRP).
De VNG draagt circa € 4,5 mln. bij aan de BRP, waarvan € 1,7 mln. als naheffing over 2019.
RvIG ontvangt een bijdrage (circa € 2,5 mln.) voor de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit (LAA). De LAA kent een transitie van ICTU naar RvIG. In dat kader wordt de afrekening met ICTU van circa € 1 mln. ingezet voor deze bijdrage aan RvIG. Daarnaast worden hiervoor midelen op het juiste instrument gezet.
Ten slotte zijn er middelen voor de LAA (€ 2,5 mln.) en de Health Check BRP (€ 5,5 mln.) die pas in 2021 tot besteding zullen komen, onder andere door vertraging in de wet- en regelgeving. De bijbehorende middelen zijn dan ook deels in 2021 benodigd in plaats van 2020.
6.6 Investeringspost digitale overheid
Dóórontwikkeling en innovatie digitale overheid
De VNG ontvangt een subsidie van circa € 1,9 mln. voor de projecten Totaal Driedimensionaal en Datagedreven beleid.
Dóórontwikkeling en innovatie digitale overheid
Er wordt circa € 5,7 mln. gerealloceerd voor bijdragen aan Logius voor de doorontwikkeling van het Federatief Berichten Stelsel, de Platform Services en doorontwikkeling van MijnOverheid.
Het Innovatiebudget Digitale Overheid wordt verstrekt aan de winnaars van de innovatiecompetitie waarvoor alle Nederlandse overheidsorganisaties projecten konden indienen. Hiervoor wordt circa € 3,6 mln. gerealloceerd naar de juiste instrumenten.
De VNG ontvangt een subsidie van circa € 1,9 mln. voor de projecten Totaal Driedimensionaal en Datagedreven beleid. Hiervoor wordt dit budget gerealloceerd naar het juiste instrument.
ICTU
Voor ontsluiting en integraal gebruik van basisregistraties ontvangt ICTU een bijdrage van circa € 0,7 mln. Vanwege uitloop worden voor de programma's Gebruiker Centraal en de Direct Duidelijk Brigade meer kosten gemaakt.
Diverse bijdragen
De Raad voor de Rechtspraak ontvangt een bijdrage van circa € 0,6 mln. voor de doorontwikkeling van machtigingsvoorzieningen.
RDW
Dit betreft een reallocatie ten behoeve van het voorschot 2021 voor De Blauwe Knop en voor Ondersteuning kwetsbare burgers (InformatiePunt Digitale Overheid in bibliotheken).
Gemeenten
Het Innovatiebudget Digitale Overheid wordt verstrekt aan de winnaars van de innovatiecompetitie waarvoor alle Nederlandse overheidsorganisaties projecten konden indienen. Hiervoor wordt circa € 2,3 mln. gerealloceerd naar het juiste instrument.
Provincies
Het Innovatiebudget Digitale Overheid wordt verstrekt aan de winnaars van de innovatiecompetitie waarvoor alle Nederlandse overheidsorganisaties projecten konden indienen. Verschillende gemeenten en provincies ontvangen een Specifieke uitkering op basis van de hiervoor opgesteld AMvB. Hiervoor wordt circa € 0,4 mln. gerealloceerd naar het juiste instrument.
RvIG
RvIG ontvangt een bijdrage van € 1 mln. voor de projecten De Blauwe Knop, elDAS en het Federatief Berichten Stelsel.
RvIG ontvangt een bijdrage van circa € 0,4 mln. voor de Self Sovereign Identity.
Logius
Logius ontvangt een bijdrage van circa € 6,1 mln. voor de doorontwikkeling van het Federatief Berichten Stelsel, machtigingen en MijnOverheid.
Daarnaast vinden er diverse reallocaties plaats om middelen op het juiste instrument te verantwoorden. Dit betreft onder andere bijdragen voor machtigingen aan het Digitaal Stelsel Omgevingswet (circa € 0,6 mln.) en de Raad voor de Rechtspraak (circa € 0,5 mln.).
Het betreft diverse ontvangsten, waaronder bijdragen van andere departementen ten behoeve van de BRP, bijdragen van de UvW aan de Investe-ringspost en de afrekening met ICTU voor de LAA.
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 11 Budgettaire gevolgen van begroting) (bedragen x € 1.000) |
beleidsartikel 7. Werkgevers- en bedrijfsvo |
eringsbeleid (Tweede suppletoire |
||||
Vastgestelde i t - suppletoire begroting (1) begroting (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) Stand 2e Overige mutaties supp|etoire Mutatites Miljoe- 2e suppletoire begroting nennota begroting (4)=(2+3) |
|||||
Verplichtingen |
34.343 |
37.037 |
2.201 |
523 |
39.761 |
|
Uitgaven |
34.343 |
37.037 |
2.201 |
523 |
39.761 |
|
Waarvan juridisch verplicht |
67% |
83% |
||||
7.1 Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid |
26.481 |
29.175 |
1.965 |
523 |
31.663 |
|
Subsidies(regelingen) |
3.744 |
3.787 |
25 |
27 |
3.839 |
|
Bedrijfsvoeringsbeleid |
205 |
205 |
0 |
27 |
232 |
|
Overlegstelsel |
2.901 |
2.824 |
0 |
|
2.324 |
|
Diverse subsidies |
638 |
758 |
0 |
500 |
1.258 |
|
Kwaliteit management rijksdienst |
0 |
0 |
25 |
0 |
25 |
|
Opdrachten |
10.845 |
9.608 |
|
|
7.850 |
|
Bedrijfsvoeringsbeleid |
6.275 |
5.203 |
|
|
2.604 |
|
Werkgeversbeleid |
1.820 |
1.506 |
944 |
|
2.324 |
|
Kwaliteit Management Rijksdienst |
2.750 |
2.750 |
23 |
0 |
2.773 |
|
Doorontwikkeling Rijksbrede ICT voorziening |
0 |
149 |
0 |
0 |
149 |
|
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
2.100 |
2.246 |
29 |
316 |
2.591 |
|
Bedrijfsvoeringsbeleid |
0 |
218 |
0 |
216 |
434 |
|
Werkgeversbeleid |
2.100 |
2.028 |
29 |
100 |
2.157 |
|
Bijdrage aan medeoverheden |
0 |
0 |
100 |
|
0 |
|
Werkgeversbeleid |
0 |
0 |
100 |
|
0 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
0 |
86 |
|
25 |
75 |
|
Werkgeversbeleid |
0 |
86 |
|
25 |
75 |
|
Bijdrage aan agentschappen |
9.792 |
13.208 |
1.938 |
1.382 |
16.528 |
|
Kwaliteitsverbetering |
1.528 |
1.528 |
34 |
0 |
1.562 |
|
Werkgeversbeleid |
813 |
1.936 |
539 |
110 |
2.585 |
|
I-functie Rijk |
0 |
180 |
0 |
275 |
455 |
|
Bedrijfsvoeringsbeleid |
0 |
1.045 |
12 |
1.805 |
2.862 |
|
UBR (arbeidsmarkt communicatie) |
7.451 |
7.451 |
524 |
0 |
7.975 |
|
Doorontwikkeling Rijksbrede ICT voorziening |
0 |
1.068 |
829 |
|
1.089 |
|
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken |
0 |
240 |
0 |
540 |
780 |
|
Bedrijfsvoeringsbeleid |
0 |
240 |
0 |
540 |
780 |
7.2 Pensioenen en uitkeringen |
7.862 |
7.862 |
236 |
0 |
8.098 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
7.862 |
7.862 |
236 |
0 |
8.098 |
Stichting Administratie Indonesische Pensioenen |
7.862 |
7.862 |
236 |
0 |
8.098 |
Ontvangsten |
450 |
450 |
235 |
1.515 |
2.200 |
Mutaties Miljoenennota Programma versterking HR-ICT
Dit betreft bijdragen van andere departementen aan het programma Versterking HR ICT Rijk (totaal circa € 0,7 mln.). Het programma brengt en houdt ICT-kennis en -kunde binnen de Rijksdienst op peil.
Dit betreft de toedeling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2020.
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020
7.1 Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid Subsidies (regelingen)
Overlegstelsel
Er wordt binnen het instrument subsidies € 0,5 mln. gerealloceerd van overlegstelsel naar diverse subsidies voor subsidies op het terrein van inclusie, productiviteit- en doelmatigheidsonderzoeken bij de overheid en de subsidie voor de rijksbrede beweging onbeperkte denkers.
Diverse subsidies
Er wordt € 0,5 mln. gerealloceerd van overlegstelsel naar diverse subsidies voor diverse subsidies op het terrein van inclusie, productiviteit- en doelmatigheidsonderzoeken bij de overheid en de subsidie voor de rijksbrede beweging onbeperkte denkers.
Bedrijfsvoeringbeleid
Het Ministerie van BZK draagt € 1 mln. bij aan de uitbouw van het Nationaal Detectie Netwerk (NDN). Deze middelen worden overgeboekt naar de begroting van Justitie en Veiligheid (JenV).
Daarnaast wordt er € 0,2 mln. gerealloceerd naar artikel 2 Nationale Veiligheid voor de Nationale Cryptostrategie. De Nationale Cryptostrategie heeft als doel vertrouwde en veilige ICT-producten voor de meest gevoelige informatie van de Rijksoverheid te ontwikkelen.
Ten slotte wordt er circa € 0,3 mln. gerealloceerd van opdrachten naar bijdrage aan agentschappen en bijdrage aan ZBO's / RWT's voor opdrachten aan DICTU en ICTU betreffende het Rijks ICT Dashboard.
Bedrijfsvoeringsbeleid
De afrekening 2019 met betrekking tot DigiInkoop wordt ingezet voor de doorontwikkeling van DigiInkoop. Het betreft onder andere opdrachten aan UBR, marktconsultatie, werkconferenties en de inhuur van externe expertise. Tegenover de hogere uitgaven staan hogere ontvangsten.
De andere departementen dragen bij aan het programma HRM Inkoop (circa € 1,7 mln.). Met dit programma wordt een doorontwikkeling gerealiseerd van human resource management in het inkoopdomein. Circa € 0,8 mln.
wordt gerealloceerd naar bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken voor bijdragen aan de Ministeries van EZK en Financiën, eveneens voor het programma HRM Inkoop.
Dóórontwikkeling Rijksbrede ICT-voorziening
De belastingdienst ontvangt een bijdrage van circa € 0,5 mln. voor de uitbreiding en veiligheid van het rijksbreed videovergadering platform (RVCP). Door een toenemende behoefte van video vergaderen wordt onder andere de inrichting van videoconference in rijkskantoren de komende tijd fors uitgebreid, waardoor ook de capaciteit voor het aansluiten op de RVCP moet worden uitgebreid.
Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken
Bedrijfsvoeringsbeleid
Er wordt circa € 0,8 mln. gerealloceerd van bijdrage aan agentschappen om de uitgaven voor het programma HRM Inkoop op het juiste instrument te verantwoorden. Er worden opdrachten verstrekt aan de ministeries van EZK en Financien. Daarnaast wordt een opdracht aan de markt verstrekt voor de doorontwikkeling van HRM in het inkoopdomein.
In het kader van Rijksbreed Strategisch Leveranciersmanagement draagt het Ministerie van BZK circa € 0,2 mln. bij aan een onderzoek van het Ministerie van Justitie en Veiligheid naar privacy aspecten bij Google en Amazon.
De afrekening 2019 met betrekking tot DigiInkoop wordt, conform ICBR afspraken, ingezet voor de doorontwikkeling van DigiInkoop. Het betreft onder andere opdrachten aan UBR, marktconsultatie, werkconferenties en de inhuur van externe expertise. Tegenover de hogere ontvangsten staan hogere uitgaven.
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 12 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 9. Uitvoering Rijksvastgoedbeleid (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000) |
|||||
Mutaties 2e |
suppletoire begroting (3) Stand 2e |
||||
Vastgestelde begroting (1) |
suppletoire Mutaties Miljoe- begroting (2) nennota |
Overige mutaties suppletoire 2e suppletoire begroting begroting (4)=(2+3) |
|||
Verplichtingen |
128.168 |
121.757 |
1.978 |
5.928 |
129.663 |
Uitgaven |
128.168 |
121.757 |
1.978 |
5.928 |
129.663 |
Waarvan juridisch verplicht |
94% |
94% |
|||
9.1 Doelmatige Rijkshuisvesting |
64.606 |
53.595 |
840 |
3.914 |
58.349 |
Bijdrage aan agentschappen |
64.606 |
53.595 |
840 |
3.914 |
58.349 |
RVB (bijdrage voor huisvesting Koninklijk Huis) |
15.922 |
15.922 |
291 |
0 |
16.213 |
RVB (bijdrage voor huisvesting Hoge Colleges van Staat) |
35.724 |
24.713 |
675 |
2.640 |
28.028 |
RVB (bijdrage voor huisvesting ministerie van AZ) |
3.518 |
3.518 |
|
350 |
3.201 |
RVB (bijdrage voor monumenten) |
2.870 |
2.870 |
0 |
0 |
2.870 |
RVB (bijdrage voor rijkshuisvesting) |
6.572 |
6.572 |
541 |
924 |
8.037 |
9.2 Beheer materiële activa |
63.562 |
68.162 |
1.138 |
2.014 |
71.314 |
Bijdrage aan agentschappen |
63.562 |
68.162 |
1.138 |
2.014 |
71.314 |
RVB (onderhoud en beheerkosten) |
4.717 |
9.317 |
85 |
870 |
10.272 |
RVB (zakelijke lasten) |
47.038 |
47.038 |
700 |
0 |
47.738 |
RVB |
11.807 |
11.807 |
353 |
1.144 |
13.304 |
Ontvangsten |
121.690 |
113.090 |
0 |
56.641 |
169.731 |
Mutaties Miljoenennota Loon- en prijsbijstelling
Dit betreft de toedeling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2020.
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020
9.1 Doelmatige Rijkshuisvesting Bijdrage aan agentschappen
RVB (Bijdrage voor huisvesting Hoge Colleges van Staat)
Op artikel 9 wordt met een voorschotsystematiek gewerkt, waarbij volgens wet en regelgeving nabetalingen en terugbetalingen via de begroting moeten lopen. De ontvangsten uit de afrekening worden onder andere ingezet voor het hocostabudget (circa € 3,0 mln.). Hiervan is € 2,8 mln. ingezet voor de programmakosten gerelateerd aan het project renovatie Binnenhof. Dit betreft capaciteit die door het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) is ingezet voor activiteiten die gegeven hun aard bij het RVB apart gefinancierd worden, aangezien zij geen onderdeel vormen van het reguliere investeringsbudget bij huisvestingsprojecten.
RVB (Bijdrage voor rijkshuisvesting)
De ontvangsten uit de definitieve afrekening 2019 worden voornamelijk ingezet voor een eenmalige financiering van categoriemanagement vanuit het Rijkshuisvestingsbudget (€ 0,7 mln.)
RVB (onderhoud en beheerkosten)
De ontvangsten uit de definitieve afrekening 2019 worden onder andere ingezet voor een nabetaling op de onderhoud- en beheerskosten (€ 1,5 mln.). Verder worden er middelen van RVB (onderhoud en beheerkosten) overgeheveld naar bijdrage moederdepartement omdat het apparaatskosten betreft voor uitvoering van achterstallig onderhoud en asbestsane-ringswerkzaamheden ten behoeve van pachtboerderijen.
RVB
Naast inzet van de ontvangsten uit de afrekening 2019 voor een nabetaling moederdepartement worden er middelen van RVB (onderhoud en beheerkosten) overgeheveld naar bijdrage moederdepartement, omdat het apparaatskosten betreft voor uitvoering van achterstallig onderhoud en asbestsaneringswerkzaamheden ten behoeve van pachtboerderijen (€ 0,6 mln.).
Recent zijn een aantal locaties van benzinestations langs Rijkswegen geveild. Deze hebben meer opgebracht dan geraamd. Daarnaast omvatten de ontvangsten de definitieve afrekening 2019 van de bevoorschotting aan het RVB uit de begroting van BZK (VII).
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 13 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 10. Groningen versterken en perspectief (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Vastgestelde begroting (1)
Stand 1e suppletoire begroting (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Mutaties Miljoenennota
Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3)
Overige mutaties 2e suppletoire begroting
Verplichtingen |
98.304 |
177.189 |
46.249 |
186.801 |
410.239 |
Uitgaven |
98.704 |
177.589 |
46.249 |
176.460 |
400.298 |
Waarvan juridisch verplicht |
75% |
75% |
|||
Groningen versterken en perspectief |
98.704 |
177.589 |
46.249 |
176.460 |
400.298 |
Subsidies(regelingen) |
85.410 |
10.410 |
0 |
|
1.702 |
Energiebesparing woningen bouwkundig versterkingsprogramma |
10.410 |
10.410 |
0 |
|
12 |
Nationaal Programma Groningen |
75.000 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Woonbedrijf |
0 |
0 |
0 |
1.534 |
1.534 |
Diverse subsidies |
0 |
0 |
0 |
156 |
156 |
Opdrachten |
13.294 |
40.064 |
7.515 |
253.221 |
300.800 |
Werk- en onderzoeksbudget |
7.214 |
13.294 |
|
|
3.764 |
Uitvoeringsorganisatie |
6.080 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Versterkingsoperatie |
0 |
26.770 |
7.700 |
262.530 |
297.000 |
Woonbedrijf |
0 |
0 |
0 |
36 |
36 |
Inkomensoverdrachten |
0 |
0 |
0 |
100 |
100 |
Tegemoetkoming aan huurders |
0 |
0 |
0 |
100 |
100 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
0 |
0 |
0 |
302 |
302 |
Werk- en onderzoeksbudget |
0 |
0 |
0 |
302 |
302 |
Bijdrage aan medeoverheden |
0 |
127.115 |
38.734 |
|
97.105 |
Nationaal Programma Groningen |
0 |
117.115 |
8.734 |
|
56.181 |
Compensatie gemeenten en provincies |
0 |
10.000 |
30.000 |
|
39.246 |
Diverse bijdragen |
0 |
0 |
0 |
1.678 |
1.678 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
0 |
0 |
0 |
200 |
200 |
Diverse bijdragen |
0 |
0 |
0 |
200 |
200 |
Bijdrage aan agentschappen |
0 |
0 |
0 |
89 |
89 |
Werk- en onderzoeksbudget |
0 |
0 |
0 |
89 |
89 |
Ontvangsten |
75.000 |
75.000 |
0 |
140.000 |
215.000 |
Mutaties Miljoenennota Versterkingsoperatie
Voor de versterkingsoperatie Groningen worden middelen overgeheveld van de Aanvullende Post naar de begroting van BZK (€ 39,5 mln.). De middelen worden onder andere ingezet voor het scholenprogramma, de inpassingskosten voor gemeenten bij de versterkingswerkzaamheden en de rijksbijdrage voor het uitvoeren van sloop/nieuwbouw in de vergeten hoek van Appingedam en de Zandplaten Zuid in Delfzijl.
Het Ministerie van EZK boekt de overgebleven budgetten uit 2019 over aan het Ministerie van BZK voor de budgetten die bij Nota van Wijziging op de begroting van 2020 naar de begroting BZK zijn overgekomen.
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020
10.1 Groningen versterken en perspectief
Energiebesparing woningen bouwkundig versterkingsprogramma Middels de subsidieregeling 'energiebesparing woningen bouwkundig versterkingsprogramma Groningenveld' kan per woning € 7000,- subsidie aangevraagd worden om een woning, die versterkt wordt, gelijktijdig te verduurzamen. Om de middelen voor de subsidie op het juiste instrument te verantwoorden, wordt € 16,8 mln. gerealloceerd van opdrachten naar subsidies. De versterkingsoperatie heeft nog niet geleid tot grote aantallen versterkte woningen, waardoor er tot nu toe beperkt gebruik is gemaakt van de subsidieregeling. In 2020 zal circa € 27,2 mln. niet tot besteding komen. Nu de versterkingsoperatie op stoom komt en het aantal gerealiseerde versterkingen gaat toenemen, zal het beroep op de subsidie in 2021 toenemen. De middelen komen in 2021 weer beschikbaar op de begroting van BZK.
Woonbedrijf
Er is in 2016 een opkoopregeling ingesteld waarin de NAM voor € 10 mln. woningen opkoopt van bewoners die het aardbevingsgebied willen verlaten. Daarbij is afgesproken dat het Rijk de operationele kosten van € 10 mln. van het woonbedrijf zou dekken. Om de bijdrage op het juiste instrument te verantwoorden, worden middelen (€ 8,7 mln.) gerealloceerd van bijdrage aan medeoverheden naar subsidies. In 2019 en 2020 hebben de eerste operationele uitgaven aan het woonbedrijf plaatsgevonden. In 2020 zal € 7,2 mln. niet tot besteding komen. De middelen komen in 2021 weer beschikbaar op de begroting van BZK.
Werk- en onderzoeksbudget
Dit betreft diverse mutaties om het budget op het juiste instrument te verantwoorden, waaronder voor het Woonbedrijf, de specifieke uitkeringen voor maatschappelijke organisaties en de onafhankelijke Raadsman en diverse kleinere subsidies en bijdragen door de Nationaal Coördinator Groningen (NCG). Ten slotte komt op het werk- en onderzoeksbudget dit jaar € 3,4 mln. niet tot besteding.
Versterkingsoperatie
Dit betreft ten eerste de uitgaven (€ 140 mln.) die tot en met het derde kwartaal van 2020 gemaakt zijn in het kader van de versterkingsopgave in Groningen. Het gaat hier om de kosten direct gerelateerd aan de versterkingsopgave. Deze uitgaven zijn in rekening gebracht bij de NAM. De bijdragen van de NAM voor het eerste en tweede kwartaal zijn reeds ontvangen en de bijdrage van de NAM voor het derde kwartaal wordt voor eind 2020 verwacht.
Daarnaast betreft het de raming voor de kosten (€ 105 mln.) die in het vierde kwartaal 2020 gemaakt worden in het kader van de versterkingsopgave in Groningen. Deze raming bevat de kosten direct gerelateerd aan de versterkingsopgave. Deze uitgaven zullen in rekening gebracht worden bij de NAM na afloop van het vierde kwartaal. De ontvangst van de NAM zal naar verwachting in het eerste kwartaal van 2021 door BZK worden ontvangen.
Vervolgens betreft het de BTW-component van de uitgaven tot en met het derde kwartaal 2020 (€ 23 mln.) en de raming van de BTW-component voor de kosten in het vierde kwartaal 2020 (€ 29 mln.) die direct gerelateerd zijn aan de versterkingsopgave in Groningen. Op grond van het Akkoord op Hoofdlijnen (Kamerstukken II 2017/18, 33529, nr. 493) is de BTW-component voor rekening van de Staat, deze kosten kunnen dan ook niet worden doorbelast aan de NAM.
Ook worden er middelen gerealloceerd van opdrachten naar subsidies om de subsidieregeling «Energiebesparing woningen bouwkundig verster-kingsprogramma Groningenveld» (€ 16,7 mln.) op het juiste instrument te verantwoorden. Ten slotte betreft het de middelen voor de batch 1588 (€ 10 mln.) en de projecten in Appingedam (€ 7,7 mln.) die dit jaar niet meer tot besteding komen. In 2019 is er reeds € 84 mln. overgemaakt naar de betrokken partijen. Nieuwe aanvragen voor financiering worden niet langer in 2020, maar begin 2021 verwacht. In 2021 worden de middelen opnieuw beschikbaar gesteld.
Nationaal Programma Groningen
De uitvoering van het Nationaal programma Groningen (NPG) heeft onder andere door de coronacrisis vertraging opgelopen. Het betreft de projecten 'Toukomst' (door en voor de Groningers zelf) en de programmaplannen van de gemeenten en de provincie. De projecten en programmaplannen zijn reeds ingediend. De toekenning zal begin 2021 plaatsvinden. Van het NPG-budget zal € 59,8 mln. in 2020 niet meer tot betaling komen. In 2021 worden de middelen opnieuw beschikbaar gesteld.
Daarnaast worden middelen gerealloceerd van bijdrage aan medeoverheden naar subsidies voor het woonbedrijf (€ 8,7 mln.), zodat deze uitgaven op het juiste instrument verantwoord worden.
Ten slotte wordt er € 1,1 mln. overgeheveld naar het BTW-compensatie-fonds in het kader van de uitvoering van het Nationaal Programma Groningen.
Compensatie gemeenten en provincies
Dit betreft onder andere een mutatie om middelen (€ 2,1 mln.) voor de specifieke uitkeringen voor maatschappelijke organisaties en de onafhankelijke Raadsman op het juiste instrument te verantwoorden. Daarnaast betreft dit de middelen voor de pilot inpassingskosten. Het restant aan middelen voor deze pilot (€ 2,9 mln.) zal volgend jaar onderdeel zijn van het bestuursakkoord. In 2021 worden deze middelen opnieuw beschikbaar gesteld.
In 2020 worden specifieke uitkeringen voor de onderstaande doelen overgemaakt:
-
1.Scholenprogramma
-
2.Bijdrage aan aardbevingsgerelateerde kosten voor de gemeenten en provincie
-
3.Bijdrage maatschappelijke organisaties aan provincie Groningen
-
4.Onafhankelijke raadsman
Hieronder is een overzicht opgenomen waarin, conform artikel 17 lid 2 van de Financiële-verhoudingenwet, de maximaal te ontvangen bedragen per gemeente/provincie zijn opgenomen.
Scholenprogramma
In 2016 is afgesproken dat in het Groningse aardbevingsgebied 101 scholen aardbevingsbestendig en toekomstbestendig worden gemaakt. Dit houdt in dat een deel van de scholen bouwkundig wordt versterkt, terwijl voor overige scholen voor nieuwbouw is gekozen. Voor alle scholen geldt dat ze tevens toekomstbestendig worden gemaakt, door het duurzaam en nagenoeg energie neutraal maken van de schoolgebouwen en het realiseren van een gezond binnenklimaat.
Aan het scholenprogramma dragen, naast de NAM (€ 172,5 mln.), de gemeenten en schoolbesturen (€ 44,5 mln.), de Ministeries van Economische Zaken en Klimaat (€ 23,5 mln.) en Onderwijs Cultuur en Wetenschap (€ 50 mln.) bij. Door een forse bouwkostenstijging en om de voortgang van het scholenprogramma te waarborgen draagt het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties eenmalig € 20 mln. bij aan het Scholenprogramma.
De middelen worden als een specifieke uitkering overgemaakt naar de gemeente Loppersum ten behoeve van de nieuwbouw en verduurzaming van schoolgebouwen in het aardbevingsgebied. De gemeente Loppersum zorgt voor de verdeling van de middelen via de betrokken gemeenten. De gemeente Loppersum coördineert en rapporteert samen met de Nationaal Coördinator Groningen over de voortgang van het scholenprogramma.
Tabel 14 Specifieke uitkering scholenprogramma (bedragen in €) |
|
Gemeente |
Bedrag |
Appingedam |
6.970.000 |
Groningen |
373.000 |
Delfzijl |
4.705.000 |
Het Hogeland |
1.655.000 |
Loppersum |
47.000 |
Midden Groningen |
6.250.000 |
Totaal |
20.000.000 |
Bijdrage aan aardbevingsgerelateerde kosten voor de gemeenten |
en |
provincie. In 2016 is afgesproken dat de gemeenten en de provincie in het aardbe- |
vingsgebied gecompenseerd worden voor de extra werkzaamheden. De gemeenten en provincie hebben aangeven dat de piek van deze werkzaamheden ligt in 2020 en 2021. De uitgaven aan aardbevingsgerelateerde inzet in 2020 bedragen € 17,1 mln. Deze middelen worden voor 2020 aan de onderstaande provincie en gemeenten overgemaakt met name ten behoeve van arbeidskosten op het aardbevingsdossier en aanpalend beleid.
Tabel 15 Specifieke uitkering bijdrage aan aardbevingsgerelateerde kosten voor de gemeenten en provincie (bedragen in €) |
|
Provincie - gemeenten |
Bedrag |
Provincie Groningen |
2.881.011 |
Eemsdelta |
7.690.000 |
Midden Groningen |
1.850.000 |
Groningen |
2.520.000 |
Het Hogeland |
1.560.000 |
Oldambt |
580.000 |
Totaal |
17.071.011 |
Bijdrage maatschappelijke organisaties aan provincie Groningen
De maatschappelijke organisaties (MO) die deel uit maakten van de maatschappelijke stuurgroep werden ondersteund vanuit het werkbudget van de Nationaal Coördinator Groningen op de begroting van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Met het opheffen van de maatschappelijke stuurgroep is eveneens besloten om de ondersteuning van deze organisaties vanaf 2020 te beleggen bij de provincie Groningen en de resterende middelen over te maken. Deze specifieke uitkering van € 1,6 mln. is bedoeld om door middel van subsidieverlening de maatschappelijke organisaties te ondersteunen.
De provincie draagt zorg voor de verdere subsidieverlening en de verantwoording hierover.
Onafhankelijke Raadsman
Bewoners in het aardbevingsgebied kunnen een beroep doen op de onafhankelijke Raadsman. De onafhankelijke Raadsman is ondergebracht bij de gemeente Loppersum. Om de kosten van de Raadsman en zijn ondersteuning te dekken wordt € 0,5 mln. als specifieke uitkering overgemaakt aan de gemeente Loppersum.
Diverse bijdragen
Om diverse bijdragen van de NCG op het juiste instrument te verantwoorden worden middelen gerealloceerd van opdrachten naar bijdrage aan medeoverheden.
Dit betreft de ontvangsten voor uitgaven die in rekening zijn gebracht bij de NAM. Het gaat om uitgaven (€ 140 mln.) die tot en met het derde kwartaal van 2020 gemaakt zijn in het kader van de versterkingsopgave in Groningen. Het gaat hier om de kosten direct gerelateerd aan de versterkingsopgave. De bijdragen van de NAM voor het eerste en tweede kwartaal zijn reeds ontvangen en de bijdrage van de NAM voor het derde kwartaal wordt voor eind 2020 verwacht.
4.1 Artikel 11. Centraal apparaatBudgettaire gevolgen van beleid
Tabel 16 Budgettaire gevolgen van (bedragen x € 1.000) |
niet-beleidsartikel 11. Centraal apparaat (Tweede suppletoire begroting) |
||||
Vastgestelde begroting (1) |
Stand 1e suppletoire begroting (2)1 |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) Stand 2e Overige mutaties suppletoire Mutatites Miljoe- 2e suppletoire begroting nennota begroting (4)=(2+3) |
|||
Verplichtingen |
414.206 |
4772982 |
15.412 |
99.381 |
592.091 |
Uitgaven |
414.206 |
477.298 |
15.412 |
99.381 |
592.091 |
11.1 Apparaat (excl. AIVD) |
414.206 |
477.298 |
15.412 |
99.381 |
592.091 |
Personele uitgaven |
210.592 |
255.089 |
11.177 |
40.570 |
306.836 |
waarvan eigen personeel |
181.324 |
205.466 |
13.921 |
22.104 |
241.449 |
waarvan inhuur externen |
15.290 |
27.094 |
|
37.436 |
61.813 |
waarvan overige personele uitgaven |
13.978 |
22.529 |
32 |
|
3.574 |
Materiële uitgaven |
203.614 |
222.209 |
4.235 |
58.257 |
284.701 |
waarvan Bijdrage aan SSO's |
190.896 |
199.609 |
5.118 |
48.657 |
253.384 |
waarvan ICT |
42 |
847 |
0 |
394 |
1.242 |
waarvan overige materiële uitgaven |
12.676 |
21.753 |
|
9.206 |
30.075 |
Bijdrage aan agentschappen |
0 |
0 |
0 |
554 |
554 |
Diverse bijdragen |
0 |
0 |
0 |
554 |
554 |
Ontvangsten |
19.292 |
64.341 |
|
43.847 |
107.999 |
1 In deze cijfers zijn ook de mutaties uit derde incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2019/20, 35478, nr. 1) verwerkt.
2 Per abuis is per derde incidentele suppletoire begorting (Kamerstukken II, 2019/20, 35553 nr. 1) niet gecommuniceerd dat er circa € 0,5 mln. gerealloceerd is vanaf verplichtingen op artikel 11 terwijl dat wel gebeurd is. Vandaar dat de hier gecommuniceerde standen afwijken van de derde incidentele suppletoire begroting.
Mutaties Miljoenennota Kasschuif Omgevingswet 2020-2021
De combinatie van een stevige implementatieopgave en de maatregelen rond het coronavirus heeft grote impact op alle partijen die werken aan de Omgevingswet. Dit vraagt extra tijd, de Kamer is daarover in het voorjaar 2020 geïnformeerd (Kamerstukken II 2019/20, 33118, nr. 139). Het Rijk en de koepels van gemeenten, provincies en waterschappen hebben overeenstemming bereikt over een uitstelperiode van één jaar (Kamerstukken 2019/2020, 33118 nr. 145), wat inhoudt dat de nieuwe ingangsdatum 1 januari 2022 wordt. Een deel van de middelen komt dit jaar niet meer tot besteding en wordt middels een kasschuif meegenomen naar 2021.
Dit betreft de toedeling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2020.
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020
Waarvan eigen personeel
Dit betreft het deel eigen personeel (€ 6 mln.) van de uitvoeringskosten van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) tot en met het derde kwartaal 2020 die gerelateerd zijn aan de versterkingsopgave in Groningen. Deze uitgaven zijn in rekening gebracht bij de NAM. Ook betreft het de raming voor het deel eigen personeel (€ 1,5 mln.) van de uitvoeringskosten van de NCG in het vierde kwartaal die gerelateerd zijn aan de versterkingsopgave in Groningen. Deze uitgaven zullen eveneens in rekening gebracht worden bij de NAM. De ontvangst van de NAM zal naar verwachting in het eerste kwartaal 2021 binnenkomen.
Daarnaast worden middelen gerealloceerd van overige personele uitgaven naar eigen personeel om de uitgaven op de juiste regeling te verantwoorden, waaronder apparaatsbudget van de NCG (€ 9,9 mln.) dat bij de eerste suppletoire begroting is overgeboekt van de begroting van EZK.
Waarvan inhuur externen
Dit betreft het deel externe inhuur (€ 22 mln.) van de uitvoeringskosten van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) tot en met het derde kwartaal 2020 die gerelateerd zijn aan de versterkingsopgave in Groningen. Deze uitgaven zijn in rekening gebracht bij de NAM. Ook betreft het de raming voor het deel externe inhuur (€ 8 mln.) van de uitvoeringskosten van de NCG in het vierde kwartaal die gerelateerd zijn aan de versterkingsopgave in Groningen. Deze uitgaven zullen eveneens in rekening gebracht worden bij de NAM.
Daarnaast betreft het de BTW-component van de uitvoeringskosten die de NCG t/m het derde kwartaal heeft gemaakt (€ 5 mln.) evenals de raming voor de BTW-component van de uitvoeringskosten in het vierde kwartaal (€ 2 mln.). Op grond van het Akkoord op Hoofdlijnen (Kamerstukken II 2017/18, 33529, nr. 493) is de BTW-component voor rekening van de Staat, deze kosten kunnen dan ook niet worden doorbelast aan de NAM.
Verder vinden er diverse kleinere mutaties plaats om de uitgaven voor externe inhuur op de juiste regeling te verantwoorden. Dit betreft onder andere externe inhuur ten behoeve van de Basisregistratie Ondergrond, DigiInkoop, Stikstof en de NOVI.
Waarvan overige personele uitgaven
Dit betreft met name reallocaties van overige personele uitgaven naar eigen personeel om de uitgaven op de juiste regeling te verantwoorden.
Daarnaast worden er middelen gerealloceerd van overige personele uitgaven naar bijdrage aan SSO's, om de uitgaven voor de Dienstverle-ningsovereenkomsten (DVA's) op het juiste instrument te verantwoorden.
Waarvan bijdrage aan SSO's
Het zijn voornamelijk bijdragen van andere departementen aan BZK voor de dienstverlening van FMH. Daarnaast wordt de raming van de DVA's tussen de baten-lastenagentschappen bijgesteld, daar staan hogere ontvangsten tegenover. Er worden tevens middelen gerealloceerd van overige personele uitgaven om de uitgaven voor de DVA's op het juiste instrument te verantwoorden.
Verder betreft dit het deel bijdrage aan SSO's (€ 4 mln.) van de uitvoeringskosten van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) tot en met het derde kwartaal 2020 die gerelateerd zijn aan de versterkingsopgave in Groningen. Deze uitgaven zijn in rekening gebracht bij de NAM. Ook betreft dit de raming voor het deel bijdrage aan SSO's (€ 1,5 mln.) van de uitvoeringskosten van de NCG in het vierde kwartaal die gerelateerd zijn aan de versterkingsopgave in Groningen. Deze uitgaven zullen eveneens in rekening gebracht worden bij de NAM.
Waarvan overige materiële uitgaven
Dit betreft het deel overige materiële uitgaven (€ 7 mln.) van de uitvoeringskosten van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) tot en met het derde kwartaal 2020 die gerelateerd zijn aan de versterkingsopgave in Groningen. Deze uitgaven zijn in rekening gebracht bij de NAM. Ook betreft dit de raming voor het deel overige materiële uitgaven (€ 2 mln.) van de uitvoeringskosten van de NCG in het vierde kwartaal die gerelateerd zijn aan de versterkingsopgave in Groningen. Deze uitgaven zullen eveneens in rekening gebracht worden bij de NAM.
Diverse bijdragen
DICTU voert een opdracht uit voor de Toelatingsorganisatie Kwaliteitsborging Bouw. Om deze uitgaven op het juiste instrument te verantwoorden, worden de middelen gerealloceerd.
Dit betreft met name de ontvangsten voor uitgaven die in rekening zijn gebracht bij de NAM. Dit betreft de uitvoeringskosten van de NCG (€ 39 mln.) die tot en met het derde kwartaal van 2020 gemaakt zijn voor de versterkingsopgave in Groningen. De bijdragen van de NAM voor het eerste en tweede kwartaal zijn reeds ontvangen en de bijdrage van de NAM voor het derde kwartaal wordt voor eind 2020 verwacht.
Daarnaast wordt de raming van de DVA's tussen de baten-lastenagentschappen bijgesteld, daar staan hogere uitgaven tegenover. Ook konden door de coronamaatregelen sommige werkzaamheden van Doc-Direkt (beheer, bewerken, digitale informatiehuishouding) niet worden uitgevoerd (archiefwet), waardoor er minder inkomsten zijn ontvangen.
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 17 Budgettaire gevolgen van € 1.000) |
niet-beleidsartikel 12. Algemeen (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x |
||||
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) Stand 2e Vaststel de Mutaties Miljoe- °verige mutaties sbuPpletoire begroting (1) (2) , MilJ°e 2e suppletoire begroting
|
|||||
Verplichtingen |
21.235 |
34.614 |
7.743 |
392 |
42.749 |
Uitgaven |
21.235 |
34.614 |
7.743 |
392 |
42.749 |
Algemeen |
21.235 |
34.614 |
7.743 |
392 |
42.749 |
Subsidies(regelingen) |
865 |
893 |
65 |
199 |
1.157 |
Diverse subsidies |
814 |
842 |
64 |
199 |
1.105 |
Koninklijk Paleis Amsterdam |
51 |
51 |
1 |
0 |
52 |
Opdrachten |
759 |
559 |
163 |
|
660 |
Diverse opdrachten |
389 |
189 |
157 |
|
293 |
Internationale Samenwerking |
370 |
370 |
6 |
|
367 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
0 |
0 |
0 |
255 |
255 |
Diverse bijdragen |
0 |
0 |
0 |
255 |
255 |
Bijdrage aan agentschappen |
0 |
9.000 |
0 |
0 |
9.000 |
SSC-ICT (eigenaarsbijdrage) |
0 |
9.000 |
0 |
0 |
9.000 |
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken |
19.611 |
24.162 |
7.515 |
0 |
31.677 |
Financiën en Nationale Schuld (Belastingdienst) 19.611 |
24.162 |
7.515 |
0 |
31.677 |
|
Ontvangsten |
0 |
13.200 |
0 |
4.060 |
17.260 |
VPB locaties benzinestations en winning bodemmaterialen
Dit betreft een actualisatie van de in 2020 te betalen vennootschapsbelasting over de generale ontvangsten voor de veiling van locaties voor benzinestations langs Rijkswegen en bodemwinning.
Conform de Regeling Agentschappen wordt het surplus op het eigen vermogen van SSC-ICT en FMH afgeroomd.
4.3 Artikel 13. Nog onverdeeld
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 18 Budgettaire gevolgen van (bedragen x € 1.000) |
niet-beleidsartikel 13. Nog onverdeeld (Tweede suppletoire begroting) |
||||||
Stand 1e suppletoire begroting (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) |
Stand 2e |
|||||
Vastgestelde begroting (1) |
Mutaties Miljoenennota |
Overige mutaties 2e suppletoire begroting |
suppletoire begroting (4)=(2+3) |
||||
Verplichtingen |
0 |
54.904 |
|
0 |
0 |
||
Uitgaven |
0 |
54.904 |
|
0 |
0 |
||
13.1 Loonbijstelling |
0 |
22.712 |
|
0 |
0 |
||
13.2 Prijsbijstelling |
0 |
25.275 |
|
0 |
0 |
||
13.3 Onvoorzien |
0 |
6.917 |
|
0 |
0 |
Mutaties Miljoenennota
Loonbijstelling
Dit betreft de toedeling van de LPO tranche 2020.
Prijsbijstelling
Dit betreft de toedeling van de LPO tranche 2020.
Onvoorzien
Dit betreft de toedeling van de LPO tranche 2020.
Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 35 650 VII, nr. 2 48