'Kom met een alom­vattend aanvalsplan om virus­uit­braken te voorkomen'

Met dank overgenomen van Partij voor de Dieren (PvdD) i, gepubliceerd op vrijdag 17 april 2020.

17 april 2020

De Partij voor de Dieren vindt dat er een alomvattend aanvalsplan moet komen om virusuitbraken als corona te voorkomen. “De nietsontziende exploitatie van dieren en natuur door de mens heeft het risico op pandemieën aanzienlijk vergroot. De veehouderij moet op de schop, de ontbossing moet een halt toegeroepen worden en de handel in dieren moet worden aangepakt”, licht fractievoorzitter Esther Ouwehand de ruim 50 Kamervragen toe die ze met haar collega’s stelde aan de ministers van Landbouw, Buitenlandse Handel en Justitie.

Zo’n 75 procent van de infectieziekten van de afgelopen tien jaar zijn zoönosen, dat wil zeggen dat ze worden overgedragen van dieren op mensen. Denk aan SARS, MERS, Q-koorts, de Mexicaanse griep, HIV, ebola, zika en nu het coronavirus COVID-19. Wetenschappers, waaronder de meest vooraanstaande virologen, en de Wereldgezondheidsorganisatie waarschuwen al jaren dat epidemische uitbraken van zoönosen de afgelopen jaren zijn toegenomen, en zij gaven aan dat het wachten was op de volgende ontwrichtende pandemie.

De milieuorganisatie van de VN (UNEP) waarschuwt dat het risico op het overspringen van ziektes van dieren op mensen wordt vergroot wordt door de grootschalige en intensieve veehouderij, door ontbossing, door de toename van contact tussen mensen en wilde dieren, door de illegale handel in wilde dieren, het gebruik van antibiotica in de veehouderij en klimaatverandering.

Veehouderij

De intensieve veehouderij is een tikkende tijdbom. Door het fokken van dieren op specifieke eigenschappen (zoals snelle groei) is het afweersysteem tegen ziektes slechter geworden. Pluimveehouderijen bijvoorbeeld hebben regelmatig te maken met vogelgriepuitbraken. Zo’n vogelgriepvirus kan met enkele mutaties zo veranderen dat het gemakkelijk overdraagbaar is van mens op mens. Het is niet de vraag óf dat gebeurt, maar wannéér.

Varkens worden in dit proces ‘mixing vessels’ genoemd, een soort ‘mengvaten’. Ze kunnen besmet worden door varkensgriepvirussen, vogelgriepvirussen en humane virussen. Daardoor kunnen virussen in varkens gemakkelijk muteren en evolueren. “Dit is een zeer reële dreiging voor de volksgezondheid, zeker voor Nederland als meest vee-dichte land ter wereld met het hoogste aantal kippen en varkens per vierkante kilometer”, waarschuwt Ouwehand.

Ontbossing

De mens heeft tegenwoordig wereldwijd meer contact met wilde dieren dan vroeger, vanwege de toenemende economische activiteiten zoals landbouw, houtkap, mijnbouw en de aanleg van infrastructuur, dorpen en steden in natuurgebieden. Door de verkleining van het leefgebied van wilde dieren zullen mens en dier elkaar steeds gemakkelijker en vaker treffen. Dat maakt het risico op het overslaan van virussen op mensen veel groter.

Nederland is een van de grootste veroorzakers van wereldwijde ontbossing, omdat we de grootste importeur van veevoer (soja) en palmolie van de Europese Unie zijn. De productie hiervan leidt tot grootschalige ontbossing en het ontstaan van monoculturen in landen elders. Ouwehand: “Ons land heeft dus een extra grote verantwoordelijkheid om ontbossing een halt toe te roepen, zowel in eigen land als in het buitenland, en om zo het risico op het ontstaan van virusuitbraken te verkleinen.”

Illegale handel in wilde dieren

Nederland kan ook een belangrijke rol spelen in het voorkomen van een virusuitbraak door de legale en illegale handel in wilde dieren, zowel op internationaal als nationaal vlak, te bestrijden. “De Rotterdamse haven en Schiphol zijn belangrijke doorvoerhavens voor de handel in wilde dieren. Nederland is daarmee een schakel in de verspreiding van zoönosen. De minister zou zich daar met spoed voor in moeten zetten in Europees en internationaal verband”, stelt Ouwehand.

Zowel Nederland als Europa moeten daarnaast meer prioriteit geven aan het bestrijden van de handel in wilde dieren door te investeren in kennis en capaciteit. Ouwehand: “Interpol vraagt al geruime tijd aandacht voor het gebrek aan capaciteit voor het opsporen van de handel in wilde dieren. Daardoor is dat wat op dit moment onderschept wordt slechts het topje van de ijsberg.”

Ook op beurzen en markten in Nederland is het nog altijd toegestaan om wilde en exotische dieren te verhandelen. Deze markten moeten per direct verboden worden, vindt de Partij voor de Dieren. Daarnaast wil de PvdD dat de positieflijst voor zoogdieren, reptielen en vogels flink aangescherpt moet worden, omdat in ons land veel wilde, exotische dieren nog altijd als huisdier gehouden worden.