Eerste Kamer stelt Europees werkprogramma 2019 vast

woensdag 17 april 2019, 11:07

DEN HAAG (PDC) - Gisteren stelde de Eerste Kamer na afloop van de Algemene Europese Beschouwingen haar Europees werkprogramma voor 2019 vast. Het voorstel voor een prioritaire selectie uit het Werkprogramma 2019 van de Europese Commissie van de voorzitter van de commissie voor Europese Zaken is ongewijzigd aanvaard.

Brexit, migratie en klimaat

De Algemene Europese Beschouwingen vinden jaarlijks plaats naar aanleiding van de Staat van de Europese Unie (EU) van het kabinet. Hierbij gingen de Kamerleden in op diverse Europese onderwerpen. Brexit1, het Europees migratiebeleid (zowel binnen de EU2 als naar de EU) en het klimaatbeleid3. Ook werd gesproken over méér en minder Europa, het Meerjarig Financieel Kader4 (MFK), en de gevolgen van de interne markt.

Twee moties

Er werden twee moties ingediend. Senator Van Apeldoorn (SP) verzocht de regering om een verkennende analyse over aanpassing van de Europese marktordening, zodat belemmeringen voor het dienen van publieke belangen weggenomen kunnen worden. Over deze motie wordt 23 april gestemd. Minister Blok ontraadde de motie.

Senator Teunissen (Partij voor de Dieren5) verzocht in haar motie de regering ziich uit te spreken tegen de beperking van handelingsvrijheid voor ondernemers in plantaardige producten. Het gaat hier om benamingen voor vleesproducten die niet langer gebruikt mogen worden voor plantaardige producten. Deze motie werd op haar verzoek aangehouden.

Bron: website Eerste Kamer

Meer over ...

  • 35078 - Staat van de Europese Unie 2019
  • Nederland en Europa: achtergrond bij de betrekkingen

  • 1. 
    Het Verenigd Koninkrijk verliet op 31 januari 2020 de Europese Unie. Het is daarmee het eerste land ooit dat uit de Europese Unie stapte. Het vertrek van de Britten ('brexit') was de uitkomst van een referendum over het lidmaatschap van de EU in het Verenigd Koninkrijk in 2016. Nadien volgden lange onderhandelingen over de scheidingsvoorwaarden en de overgangsperiode na de brexit, die op 31 december 2020 afliep. Eind december 2020 bereikten de onderhandelaars van de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk een handels- en samenwerkingsovereenkomst. Die overeenkomst regelt vanaf 1 januari 2021 de relatie tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk.
     
  • 2. 
    Dankzij het vrij verkeer van personen kunnen bewoners van de EU zonder restricties reizen in andere EU-lidstaten. Dit geldt ook voor bewoners van de drie landen die geen lid zijn van de EU maar wel deel uitmaken van de Europese Economische Ruimte (EER): Liechtenstein, Noorwegen en IJsland.
     
  • 3. 
    De meeste wetenschappers zijn het er over eens dat de aarde door de uitstoot van broeikasgassen opwarmt en dat extreme weersomstandigheden vaker voorkomen. Deze klimaatverandering zet de leefbaarheid van veel gebieden op aarde onder druk en heeft grote gevolgen voor onder andere natuur en landbouw. Om de gevolgen te beperken is internationaal afgesproken de wereldwijde temperatuurstijging te beperken tot 2°C ten opzichte van het pre-industriële tijdperk. Ook de Europese Unie spant zich zowel op Europees niveau als op mondiaal niveau in om klimaatverandering tegen te gaan.
     
  • 4. 
    Het Meerjarig Financieel Kader 2021-2027 (MFK) is het akkoord waarin de begroting van de Europese Unie voor een periode van zeven jaar op hoofdlijnen wordt vastgesteld. De EU legt in deze meerjarenbegroting vast wat de hoogte van het budget van de EU is, waar het geld aan uitgegeven wordt en hoeveel iedere lidstaat moet bijdragen. Het MFK voor 2021-2027 komt uit op 1.074,3 miljard euro. Om de economische gevolgen van de coronacrisis op te vangen is afgesproken dat er boven op de normale begroting een coronaherstelfonds komt van 750 miljard euro. In juni 2023 heeft de Commissie de lidstaten gevraagd om 66 miljard euro extra aan de meerjarenbegroting bij te dragen. Dit bedrag zou vooral nodig zijn om Oekraïne de komende jaren financieel te blijven steunen. Daarnaast zou het geld gebruikt worden voor het asiel- en migratiebeleid en voor subsidies aan Europese industrieën en technologieën.
     
  • 5. 
    De Partij voor de Dieren (PvdD) beschouwt dieren als de allerzwaksten in de samenleving en wil dierenwelzijn terugbrengen op de politieke agenda. Politiek leider van de Partij voor de Dieren is Esther Ouwehand . De partij werd opgericht in 2002.