Memorie van toelichting - Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht betreffende de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2018 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) - Hoofdinhoud

Deze memorie van toelichting i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 35095 III - Wijziging begroting Algemene Zaken, Kabinet van de Koning en Commissie van Toezicht Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten 2018 (Najaarsnota) i.

Officiële titel	Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht betreffende de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2018 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota); Memorie van toelichting; Memorie van toelichting
Document­datum	30-11-2018
Publicatie­datum	30-11-2018
Nummer	KST35095III2
Kenmerk	35095 III, nr. 2
Externe link	origineel bericht
Originele document in PDF

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2018-

2019

35 095 III

Nr. 2

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht betreffende de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2018 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

MEMORIE VAN TOELICHTING

• A. 

  ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL Wetsartikel 1 en 2

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2018 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC).

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister-President,

Minister van Algemene Zaken,

• M. 

  Rutte

kst-35095-III-2 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2018

• B. 

  TOELICHTING BIJ DE BEGROTINGSARTIKELEN

• 1. 

  Leeswijzer

In navolgende paragraaf 2 worden de voorgestelde mutaties toegelicht. In paragraaf 2.1 gebeurt dit op het niveau van de begrotingsstaat. Paragraaf 2.2 geeft een overzicht op artikelonderdeelniveau voor het artikel 1 «Eenheid van het algemeen regeringsbeleid».

• 2. 

  Ministerie van Algemene Zaken

2.1 Suppletoire mutaties

Overzicht suppletoire uitgavenmutaties voor 2018 (bedragen x € 1.000).

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 2018    61.308

Mutaties 1^e suppletoire begroting 2018    1.825

Stand 1^e suppletoire begroting 2018    63.133

Voorgestelde mutaties 2^e suppletoire begroting 2018    - 1.515

Stand 2^e suppletoire begroting 2018    61.618

Toelichting

Zie de toelichting onder de tabel budgettaire gevolgen van beleid.

Overzicht suppletoire ontvangstenmutaties voor 2018 (bedragen x € 1.000).

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 2018    4.402

Mutaties 1^e suppletoire begroting 2018    37

Stand 1^e suppletoire begroting 2018    4.439

Voorgestelde mutaties 2^e suppletoire begroting 2018    - 500

Stand 2^e suppletoire begroting 2018    3.939

Toelichting

De bijstelling betreft een verwachte tegenvaller van € 0,5 miljoen bij de ontvangsten.

2.2 Tabel budgettaire gevolgen van beleid, beleidsartikel «Eenheid van het algemeen regeringsbeleid» (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

Toelichting

De neerwaarste bijstelling van € 157.000 bij «Coördinatie van het algemeen communicatie- en regeringsbeleid» betreft met name bijdragen aan het agentschap Dienst Publiek en Communicatie voor projecten.

Als gevolg van de vertraging in een aantal studies bij de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) is er sprake van lagere dan verwachte uitgaven in 2018. De neerwaarste bijstelling betreft € 80.000.

Als gevolg van onder andere vacatureruimte, vertraging in ICT projecten, enkele andere diverse meevallers en overboekingen worden de apparaats-uitgaven neerwaarts bijgesteld met circa € 1,4 miljoen.

De bijstelling van € 105.000 voor de bijdrage aan het agentschap Dienst Publiek en Communicatie betreft met name bijdragen voor projecten vanuit «Coordinatie van het algemeen communicatie- en regeringsbeleid».

3 Kabinet van de Koning

3.1 Suppletoire mutaties

Overzicht suppletoire uitgavenmutaties voor 2018 (bedragen x € 1.000).

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 2018    2.431

Mutaties 1^e suppletoire begroting 2018    84

Stand 1^e suppletoire begroting 2018    2.515

Voorgestelde mutaties 2^e suppletoire begroting 2018    - 1

Stand 2^e suppletoire begroting 2018    2.514

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 2018    2.431

Mutaties 1^e suppletoire begroting 2018    84

Stand 1^e suppletoire begroting 2018    2.515

Voorgestelde mutaties 2^e suppletoire begroting 2018    - 1

Stand 2^e suppletoire begroting 2018    2.514

Toelichting

De neerwaartse bijstelling betreft een doorbelasting van de kosten voor het leveren van digitale content. Deze bijdrage werkt door naar het Kabinet van de Koning, artikel 3, van de begroting van de Koning.

4 Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten

4.1 Suppletoire mutaties

Overzicht suppletoire uitgavenmutaties voor 2018 (bedragen x € 1.000).

Uitgaven

Stand ontwerpbegroting 2018    2.494

Mutaties 1^e suppletoire begroting 2018    57

Stand 1^e suppletoire begroting 2018    2.551

Voorgestelde mutaties 2^e suppletoire begroting 2018    - 300

Stand 2^e suppletoire begroting 2018    2.251

Toelichting

In de ontwikkeling van de organisatie van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten, die voortvloeit uit de nieuwe Wet op de Inlichtingen- en veiligheidsdiensten (WIV) 2017, is enige vertraging ontstaan bij het invullen van de personele capaciteit omdat de WIV per 1 mei 2018 in werking is getreden en niet zoals eerder verwacht in 2017. Hierdoor is sprake van lagere uitgaven dan begroot voor het jaar 2018. Het betreft een neerwaartse bijstelling van € 300.000.

Tweede Kamer, vergaderjaar 2018-2019, 35 095 III, nr. 2 4