Jongens zakken door het ijs - Hoofdinhoud
Twee Osse jongens zijn door het ijs gezakt. Niets ergs aan de hand hoor. Alleen een nat pak. Ze konden op eigen kracht de kant wel bereiken. Toch waarschuwt de politie. “Niet op het ijs komen. Levensgevaarlijk.” En ook de gemeente geeft aan dat het ijs nergens dik genoeg is om op te staan of op te schaatsen. Ik las het bericht in het Brabants Dagblad. En ik moet er toch iets over kwijt.
Natuurlijk is het geen nieuws dat jongens door het ijs zakken. Jongens horen te testen of ijs stevig is. Het liefst in groepsverband. Eerst rustig. Dan stampen. En net zo lang tot er een doorheen zakt. Dat is geen nieuws. Dat hoort zo. Nee, ik roep niet op tot onverantwoord gedrag. Maar wel tot het opzoeken van grenzen. Een nat pak af en toe hoort er gewoon bij. Zo leren kinderen. Het is niet anders.
Heel af en toe verdrinkt iemand onder het ijs. Dat is meer dan verschrikkelijk. Om dat te voorkomen waarschuwen politie en gemeenten dat het gevaarlijk is om op het ijs te komen. Dat klinkt verstandig. Maar helpt het? Gaan kinderen en fanatieke schaatsers nu minder snel het ijs op? Ik waag het te betwijfelen. Maar mocht het toch verkeerd gaan, dan treft de gemeente en de politie in elk geval geen blaam.
Er zijn mensen die beweren dat al dat gewaarschuw zelfs averechts werkt. “We leren kinderen niet meer te vertrouwen op hun eigen verstand en waarnemingen. Alsof gevaar niet meer bestaat als de overheid ‘code groen’ af geeft.” Twee jongens halen een nat pak. Dat hoort erbij. En ook voor hen is het nu duidelijk. Nog even geduld. Het ijs is nog te dun. Woensdag kunnen we waarschijnlijk schaatsen.