Armoedegelden voor kinderen niet gebruikt - Hoofdinhoud
Geld dat bestemd is voor arme kinderen komt daar in lang niet alle gevallen terecht. Dat concludeert Nieuwsuur op basis van een rondgang langs twintig gemeenten. En daarom is dit debat aangevraagd. Gemeenten zouden het geld in natura geven. Bijvoorbeeld door het betalen van zwemlessen of het geven van een fiets of voetbalschoenen. Maar het wordt ook gebruikt om gaten in de begroting te dichten. Of om uitvoeringskosten te dekken. En dat kan de bedoeling toch niet zijn.
Bijdrage debat 8 februari 2018, over gelden voor de bestrijding van armoede bij kinderen die op de plank blijven liggen.
Voorzitter,
Ik hoor het voormalig staatssecretaris Klijnsma nog zeggen. “Het geld is bestemd voor kinderen. En als het daar niet terecht komt, dan bel ik de verantwoordelijk wethouder persoonlijk.” Het lijkt er op dat mevrouw Klijnsma nogal wat belafspraken had moeten maken, als ze nog in dienst zou zijn geweest. En dat is niet zo verrassend.
Gemeenten kregen altijd al geld om armoede te bestrijden. De meeste gemeenten doen ook echt hun best. Maar lang niet alle mensen die in armoede leven melden zich aan het gemeenteloket. En lang niet alle mensen worden door de gemeente gevonden. Niet zo vreemd dus dat niet alle gemeenten het geld dat bestemd was voor armoedebestrijding ook daarvoor gebruikten. Er bleef vaak nog het een en ander op de plank liggen.
Om de armoede onder kinderen te bestrijden maakte Klijnsma (vlak voor de verkiezingen) nog eens extra middelen vrij. En gaf die aan gemeenten. Dat is wel sociaal. Maar omdat gemeenten dus vaak al armoedegeld overhielden, misschien ook niet zo handig. Want wat gaat er dan met het geld gebeuren? Een extra subsidie aan de voedselbank dan maar? Of wat meer aan Stichting Leergeld? Of geven we het rechtstreeks aan het onderwijs. Dan kunnen ze er schoolreisjes voor kopen. Nemen we een ambtenaar aan die alles gaat coördineren? Of geven we, net als de gemeente Den Haag, duizend gratis mobiele telefoons weg? Je moet toch wat.
Ja u hoort het goed. ?
Den Haag verstrekt duizend smartphones aan duizend brugklassers. Maar De Haag heeft veel en veel meer kinderen die leven in relatieve armoede. De meeste kinderen krijgen dus niets. En dat is overal een heel groot probleem. Gemeenten bereiken veel te weinig kinderen die ondersteuning nodig hebben. Omdat ouders zich schamen bijvoorbeeld. Of omdat we alles zo enorm ingewikkeld hebben gemaakt. Het lijkt me beter daar iets aan te doen dan aan symboolpolitiek. Geld moet besteed worden om echte problemen aan te pakken. En niet aan duizend mobieltjes.
Kinderen horen niet op te groeien in armoede. Daarover geen misverstand. Maar het is zeer de vraag of het extra geld in de huidige vorm ook maar iets bijdraagt aan de oplossing van het armoedeprobleem. Als ze al ingezet worden voor het doel waarvoor ze verstrekt zijn. Begin 2018 wordt de regeling geëvalueerd. Nieuwsuur geeft de voorzet. Ik ben benieuwd naar de reactie van de nieuwe staatssecretaris. Gaat zij ook alle wethouders bellen?
Voorzitter,
veel kinderen worden niet ‘gevonden.’ Gemeenten houden dus geld voor kwetsbare kinderen over. En dat kan natuurlijk niet. Dus verzinnen ze iets wat stevig geld kost. En niet teveel moeite kost. En bovendien een leuk PR-plaatje oplevert. Een telefoon als cadeautje van de gemeente bijvoorbeeld. Ik vermoed dat er vandaag een motie gaat worden ingediend die gemeenten gaat verplichten het geld op te maken en het anders aan het Rijk te laten vervallen. Ik vind dat onverstandig. Meer gemeenten komen dan op het idee er maar mobieltjes van te kopen. Ik overweeg een motie met een andere strekking. “Geef gemeenten meer ruimte om het geld te besteden kinderen in armoede.” Ooit schreef ik een handleiding voor CDA- wethouders met armoede in hun portefeuille. Die stuur ik op verzoek rond.