Besluit 2018/201 - Standpunt EU in het Gemengd Comité visumversoepeling opgericht bij de Overeenkomst met Azerbeidzjan inzake de versoepeling van de afgifte van visa, wat betreft de vaststelling van zijn reglement van orde - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
Besluit (EU) 2018/201 van de Raad van 23 januari 2018 inzake het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité visumversoepeling opgericht bij de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Azerbeidzjan inzake de versoepeling van de afgifte van visa, wat betreft de vaststelling van zijn reglement van ordeofficiële Engelstalige titel
Council Decision (EU) 2018/201 of 23 January 2018 on the position to be taken on behalf of the Union within the Joint Visa Facilitation Committee set up under the Agreement between the European Union and the Republic of Azerbaijan on the facilitation of the issuance of visas with regard to the adoption of its rules of procedureRechtsinstrument | Besluit |
---|---|
Wetgevingsnummer | Besluit 2018/201 |
Origineel voorstel | COM(2017)588 |
Celex-nummer i | 32018D0201 |
Document | 23-01-2018; Datum goedkeuring |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 10-02-2018; PB L 38 p. 13-18 |
Inwerkingtreding | 23-01-2018; in werking datum document zie art 2 |
Einde geldigheid | 31-12-9999 |
10.2.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 38/13 |
BESLUIT (EU) 2018/201 VAN DE RAAD
van 23 januari 2018
inzake het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité visumversoepeling opgericht bij de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Azerbeidzjan inzake de versoepeling van de afgifte van visa, wat betreft de vaststelling van zijn reglement van orde
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 77, lid 2, onder a), in samenhang met artikel 218, lid 9,
Gezien Besluit 2014/242/EU van de Raad van 14 april 2014 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Azerbeidzjan inzake de versoepeling van de afgifte van visa (1),
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Azerbeidzjan inzake de versoepeling van de afgifte van visa (2) („de overeenkomst”) is op 1 september 2014 in werking getreden. |
(2) |
De overeenkomst voorziet in de oprichting van een Gemengd Comité voor het beheer van de overeenkomst („het Gemengd Comité”). Het Gemengd Comité heeft onder meer tot taak toe te zien op de uitvoering van de overeenkomst. |
(3) |
De overeenkomst bepaalt dat het Gemengd Comité zijn reglement van orde moet vaststellen. |
(4) |
Daarom is het passend het standpunt vast te stellen dat in het Gemengd Comité namens de Unie moet worden ingenomen wat betreft de vaststelling van het reglement van orde van het Gemengd Comité. |
(5) |
Dit besluit houdt een ontwikkeling in van bepalingen van het Schengenacquis waaraan het Verenigd Koninkrijk niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2000/365/EG van de Raad (3). Het Verenigd Koninkrijk neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit en dit besluit is niet bindend voor noch van toepassing op deze lidstaat. |
(6) |
Dit besluit houdt een ontwikkeling in van bepalingen van het Schengenacquis waaraan Ierland niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2002/192/EG van de Raad (4). Ierland neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit en dit besluit is niet bindend voor noch van toepassing op deze lidstaat. |
(7) |
Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het Protocol nr. 22, betreffende de positie van Denemarken, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is gehecht, neemt Denemarken niet deel aan de vaststelling van dit besluit en dit besluit is niet bindend voor noch van toepassing op deze lidstaat, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité visumversoepeling opgericht bij de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Azerbeidzjan inzake de versoepeling van de afgifte van visa, wat betreft de vaststelling van zijn reglement van orde wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te Brussel, 23 januari 2018.
Voor de Raad
De voorzitter
-
V.GORANOV
-
Besluit 2000/365/EG van de Raad van 29 mei 2000 betreffende het verzoek van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland deel te mogen nemen aan enkele van de bepalingen van het Schengenacquis (PB L 131 van 1.6.2000, blz. 43).
-
Besluit 2002/192/EG van de Raad van 28 februari 2002 betreffende het verzoek van Ierland deel te mogen nemen aan bepalingen van het Schengenacquis (PB L 64 van 7.3.2002, blz. 20).
ONTWERP
BESLUIT Nr. …/2018 VAN...
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.