Besluit 2017/1346 - Standpunt EU tijdens de zesde zitting van de vergadering van de partijen bij het Verdrag van Aarhus met betrekking tot naleving in het kader van de zaak ACCC/C/2008/32 - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
Besluit (EU) 2017/1346 van de Raad van 17 juli 2017 inzake het namens de Europese Unie tijdens de zesde zitting van de vergadering van de partijen bij het Verdrag van Aarhus in te nemen standpunt met betrekking tot naleving in het kader van de zaak ACCC/C/2008/32officiële Engelstalige titel
Council Decision (EU) 2017/1346 of 17 July 2017 on the position to be adopted, on behalf of the European Union, at the sixth session of the Meeting of the Parties to the Aarhus Convention as regards compliance case ACCC/C/2008/32Rechtsinstrument | Besluit |
---|---|
Wetgevingsnummer | Besluit 2017/1346 |
Origineel voorstel | COM(2017)366 |
Celex-nummer i | 32017D1346 |
Document | 17-07-2017; Datum goedkeuring |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 19-07-2017; PB L 186 p. 15-16 |
Inwerkingtreding | 17-07-2017; in werking datum document zie art 2 |
Einde geldigheid | 31-12-9999 |
19.7.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 186/15 |
BESLUIT (EU) 2017/1346 VAN DE RAAD
van 17 juli 2017
inzake het namens de Europese Unie tijdens de zesde zitting van de vergadering van de partijen bij het Verdrag van Aarhus in te nemen standpunt met betrekking tot naleving in het kader van de zaak ACCC/C/2008/32
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 192, lid 1, in samenhang met artikel 218, lid 9,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op 17 februari 2005 is bij Besluit 2005/370/EG van de Raad (1) het Verdrag van Aarhus betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden (2) („het Verdrag van Aarhus”) namens de Europese Gemeenschap goedgekeurd. |
(2) |
Wat de instellingen en organen van de Unie betreft, zijn de verplichtingen uit hoofde van het Verdrag van Aarhus uitgevoerd, met name bij Verordening (EG) nr. 1367/2006 van het Europees Parlement en de Raad (3). |
(3) |
Krachtens artikel 15 van het Verdrag van Aarhus is het comité van toezicht op de naleving van het Verdrag van Aarhus („het comité”) opgericht dat bevoegd is voor het toezicht op de naleving van de bepalingen van het Verdrag van Aarhus door de partijen. |
(4) |
Op 17 maart 2017 heeft de Unie bevindingen ontvangen in het kader van de zaak ACCC/C/2008/32 inzake toegang tot de rechter op Unie-niveau („de bevindingen”). In punt 123 van de bevindingen kwam het comité tot het oordeel dat „de betrokken partij niet voldoet aan artikel 9, leden 3 en 4, van het Verdrag van Aarhus met betrekking tot toegang tot de rechter voor het publiek aangezien noch in de Aarhus-verordening, noch in de rechtspraak van het HvJ-EU de verplichtingen die voortvloeien uit die leden worden uitgevoerd of nagekomen.”. |
(5) |
Middels hetgeen de Unie heeft verklaard bij de ondertekening van het verdrag en zoals zij heeft herhaald bij de goedkeuring ervan, zijn de organen van het Verdrag van Aarhus erop gewezen dat „de communautaire instellingen, binnen de institutionele en juridische context van de Gemeenschap, het Verdrag van Aarhus zullen toepassen in het kader van hun bestaande en toekomstige regelgeving inzake toegang tot documenten en andere relevante voorschriften van het Gemeenschapsrecht op het door dat verdrag bestreken gebied.”. |
(6) |
Een van de bevindingen in zaak ACCC/C/2008/32, namelijk dat de Unie niet voldoet aan artikel 9, leden 3 en 4, van het Verdrag van Aarhus, is opgenomen in ontwerpbesluit VI/8f, dat zal worden voorgelegd tijdens de zesde zitting van de vergadering van de partijen bij het Verdrag van Aarhus, die zal plaatsvinden in september 2017 in Budva, Montenegro. |
(7) |
De Unie moet op zoek gaan naar manieren en middelen om aan het Verdrag van Aarhus te voldoen op een wijze die verenigbaar is met de grondbeginselen van de rechtsorde van de Unie en met haar stelsel van rechterlijke toetsing. |
(8) |
In het licht van de scheiding der machten in de Unie kan de Raad het Hof van Justitie van de Europese Unie ( „het Hof van Justitie”) geen instructies geven of aanbevelingen doen met betrekking tot zijn justitiële activiteiten. De aanbevelingen in ontwerpbesluit VI/8f met betrekking tot het Hof van Justitie en zijn jurisprudentie kunnen derhalve niet worden aanvaard. |
(9) |
De Unie blijft de belangrijke doelstellingen van het Verdrag van Aarhus ten volle ondersteunen. |
(10) |
De Unie dient het standpunt te bepalen dat moet worden ingenomen tijdens de zesde zitting van de vergadering van de partijen bij het Verdrag van Aarhus met betrekking tot ontwerpbesluit VI/8f, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT...
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.