Valse keuzes en solidariteit in het vluchtelingendebat

Met dank overgenomen van L.F. (Lodewijk) Asscher i, gepubliceerd op vrijdag 16 juni 2017.

Vluchtelingen verdienen een veilig bestaan en de Nederlandse bevolking mag verwachten dat wij onze samenleving beschermen en zorgen dat nieuwkomers integreren en meedoen in de samenleving.

Bommen. Schoten. In puin geschoten steden. Op iedere honderd wereldbewoners is er één op de vlucht. 65 miljoen mensen wereldwijd. En voorlopig worden dat er niet minder. Hoe gaan wij om met deze medemensen? Als Nederland, maar ook als Europa? Als wereld. Pakken we de grondoorzaken van hun ellende aan? Zou het niet mooi zijn als vluchtelingenkampen, ondanks hun treurige noodzaak, ook plaatsen zijn waar een menswaardig bestaan mogelijk is?

We hebben een nieuwe aanpak nodig.

In de noodopvang in de sporthal van de Erasmusuniversiteit.

De realiteit is nu anders. Het leven in een vluchtelingenkamp is vaak erbarmelijk. Er is te weinig te eten, geen onderwijs en ondermaatse medische hulp. VN Vluchtelingenorganisatie UNHCR zit structureel verlegen om geld. Ik snap wel dat mensen na twee jaar in zo’n situatie een mensensmokkelaar betalen en in een gammel bootje de zee oversteken. Op naar het perspectiefrijke Europa.

Op dit punt ging het deze week in de formatie ook mis. Beide kampen willen hun eigen stokpaardjes niet loslaten. Rechts miskent dat mensen vluchten vanwege vervolging en conflicten. Alsof vluchtelingen al die bommen hebben verzonnen. Tegelijk wil de VVD bezuinigen op ontwikkelingssamenwerking en trekt te weinig uit voor betere kwaliteit van de bescherming in de buurlanden. GroenLinks en SP willen niet bijdragen aan vredesmissies. En links blijft volhouden dat er geen enkele regie kan zijn over de vluchtelingenstroom. Alsof ongecontroleerde migratie een onvermijdelijke uitkomst is van onze humanitaire verplichtingen. Dat is een onbegaanbare weg. In Zweden zag de regering - nota bene bestaande uit sociaaldemocraten en Groenen - na een jaar de gevolgen van deze keuze en gooide het roer om. Bij solidariteit horen duidelijke grenzen.

De tegenstelling tussen iedereen altijd opvangen en grenzen en ogen dicht moet stoppen.

We hebben een nieuwe aanpak nodig. Het Vluchtelingenverdrag garandeert vluchtelingen het recht op bescherming. Maar hoe we die bescherming organiseren moet heruitgevonden worden.

De nieuwe aanpak moet bestaan uit drie onderdelen.

  • 1. 
    Stabiliteit

Ten eerste de solidariteit met andere landen. Door veel meer te investeren in ontwikkelingssamenwerking, het tegengaan van de opwarming van de aarde, defensie en vredesmissies kunnen we voorkomen dat mensen op de vlucht slaan. Europa moet stabiliteit exporteren, in plaats van instabiliteit importeren.

  • 2. 
    Regie

Ten tweede moeten we zorgen voor regie. De situatie dat mensen een levensgevaarlijke reis hierheen moeten maken om bescherming te krijgen is onwenselijk. En dat wij niet weten of er hier volgend jaar tienduizend of honderdduizend vluchtelingen aankomen is dat ook. Want we moeten rekening houden met draagvlak, met de beschikbaarheid van woningen, banen en onze sociale zekerheid. Bovendien komen sommige vluchtelingen uit patriarchale, onvrije en conservatief religieuze culturen. Dat zorgt voor spanning. Nederland kan en zal altijd ons eerlijke deel van de vluchtelingen die daadwerkelijk recht hebben op bescherming opvangen. Maar het is niet oneindig.

De vluchtelingen die we op basis van de Europese verdeling opvangen moeten ook volwaardig meedoen.

Dat kan als Europa afspraken maakt met veilige derde landen. We weten: de uitvoering van, en de controle op de Turkije deal is verre van perfect. Maar als we het lokale asielsysteem en de bescherming daar willen verbeteren kunnen we niet afwachten. Dan moeten we daar ook wat aan dóén. Door af te spreken dat Afrikaanse landen migranten en vluchtelingen terugnemen, zodat de overtocht niet langer loont. Natuurlijk nadat een rechter individueel heeft getoetst of het daar veilig is en met de mogelijkheid van beroep.

Ook moet Europa bijdragen aan goede opvanglocaties en asielprocedures in deze landen en substantiële aantallen vluchtelingen overnemen via een veilige route. Natuurlijk kunnen dergelijke afspraken niet met alle landen, bijvoorbeeld Libië is momenteel uitgesloten. Maar dat is iets anders dan afspraken categorisch afwijzen ook wanneer het wel veilige derde landen betreft.

  • 3. 
    Volwaardig meedoen

Bij de Refugee Company in Amsterdam.

Ten derde moeten de vluchtelingen die we op basis van de Europese verdeling opvangen ook volwaardig meedoen. Vluchtelingen krijgen alle rechten en plichten die een Nederlander ook heeft. We investeren in taalonderwijs, zodat ze zo snel mogelijk mee kunnen draaien in de samenleving. Daarbij verwachten wij van nieuwkomers hetzelfde als wat we van alle Nederlanders verwachten: je best doen, je gedragen en opkomen voor de vrijheid van anderen.

Deze drie ankers hangen samen. Volwaardig meedoen kan alleen als migratie gereguleerd wordt. Regie over het aantal vluchtelingen is alleen mogelijk als er wordt geïnvesteerd in aanpak van de oorzaken en in goede opvangomstandigheden daar.

Volwaardig meedoen kan alleen als migratie beheersbaar is.

De tegenstelling tussen iedereen altijd opvangen en grenzen en ogen dicht moet stoppen. Vluchtelingen verdienen een bescherming en een veilig bestaan en de Nederlandse bevolking mag verwachten dat wij onze samenleving beschermen en zorgen dat nieuwkomers integreren en meedoen in de samenleving.

Lodewijk Asscher is leider van de PvdA.

Mark Elchardus is hoogleraar sociologie aan de Vrije Universiteit Brussel.

Han Entzinger emeritus hoogleraar migratie- en integratiestudies aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

René Cuperus senior wetenschappelijk medewerker van de Wiardi Beckman Stichting.

Cyrille Fijnaut is criminoloog en hoogleraar rechtsvergelijking aan de Universiteit van Tilburg.

(Elchardus, Entzinger, Cuperus en Fijnout schreven alle vier mee aan de WBS-studie ‘Over de Grens - de vluchtelingencrisis als reality-test‘.)