Debat Associatieovereenkomst met Oekraïne - Hoofdinhoud
Plenair debat: Wetsvoorstel inzake de inwerkingtreding van de wet houdende goedkeuring van de Associatieovereenkomst tussen de EU en Oekraïne
Debat terugkijken en -lezen
Verslag (stenogram)
Media
AD.nl
Kamer steunt oplossing Oekraïneverdrag
NU.nl
VVD en D66 botsen met CDA over Oekraïneverdrag
Spreektekst Han ten Broeke (VVD)
(Alleen het gesproken woord geldt)
Voorzitter. Iedereen doet zo vermoeid de hele avond. Ik vind het een eer om met acht andere collega's in het voorprogramma te staan van de heer Omtzigt, mijn streekgenoot. Daarna mag de heer Voordewind er dan zijn zegen aan geven. De premier heeft zijn geitenpaadje en zijn muizengaatje gevonden. Je zou toch hopen dat de Partij voor de Dieren daar enige waardering voor kan opbrengen, maar dat is niet het geval. We praten hier al heel lang over en de verschillen waren groot, maar we hebben met zijn allen één ding gemeen: ons geduld is behoorlijk op de proef gesteld.
Het resultaat is toch het wachten waard. Zowel tijdens de campagne als daarna heb ik geprobeerd mijn oor te luisteren te leggen. Ik ben het debat met velen aangegaan, met voor- en tegenstanders van het verdrag. Vanavond nog sprak ik met een aantal tegenstanders, die wij hadden uitgenodigd. Zij zitten nu gelukkig op de publieke tribune. Met het onderhandelingsresultaat van premier Rutte is dan nu een juridisch bindend besluit genomen door de Europese Unie. Daarmee doen we naar de overtuiging van de VVD recht aan de belangrijkste zorgen van de tegenstanders, maar wel op een manier waarmee we de veiligheid en de geopolitieke belangen van ons land en de EU beschermen.
Het besluit maakt klip-en-klaar dat dit verdrag niet leidt tot toetreding van Oekraïne tot de EU. Oekraïne krijgt als gevolg van dit verdrag ook niet een grote zak met geld. Het verdrag leidt niet tot militaire bijstand aan Oekraïne, ook niet in het conflict met Rusland. Het leidt niet tot de instroom van goedkope Oekraïense arbeidskrachten en met de bestrijding van corruptie is het ons menens. Als die niet opschiet, krijgt het ook consequenties. Die eerste drie punten — geen lidmaatschap, geen zak met geld en geen militaire bijstand — waren ook de drie eisen die wij, als enige partij, de dag na het referendum in deze Kamer hebben gesteld en in een motie hebben verwoord.
De heer Van Bommel (SP):
De heer Ten Broeke herhaalt nu wat door sommigen eerder gezegd is en wat ook door de minister-president gezegd is: dit verdrag leidt niet tot toetreding van Oekraïne tot de Europese Unie. Verhindert dit verdrag toetreding van Oekraïne tot de Europese Unie? Het is namelijk de uitgesproken wens van Oekraïne om lid te worden van de Europese Unie. Verhindert dit verdrag in de toekomst toetreding tot de Europese Unie?
De heer Ten Broeke (VVD):
Dat wordt een interessante vorm, als we verdragen moeten gaan beoordelen op wat ze gaan verhinderen in plaats van wat ze proberen mogelijk te maken. Die juridische vorm laat ik maar even aan de internationaalrechtspecialist. Ik vind het een heel interessante invalshoek. Eén ding is zeker. In het verdrag stond al niets wat een lidmaatschap kon rechtvaardigen. Maar voor zover er wantrouwen was — tot op zekere hoogte begreep ik dat wel — dat er misschien ooit een lidmaatschap zou komen, bijvoorbeeld omdat de president niet alleen recentelijk maar ook tijdens de campagne en niet lang na het sluiten van het verdrag heeft aangegeven een lidmaatschap van de Europese Unie te ambiëren, dan nog gaf dit verdrag daar geen aanleiding toe en geen haakje voor. De deur is nu ook dichtgeslagen, want nu zijn 28 landen, inclusief een land als Polen, dat aanvankelijk iets anders wilde zeggen, door het Nederlandse "nee" gedwongen om deze interpretatie te omarmen. Met deze interpretatie is die deur dichtgeslagen die wellicht nog op een kier stond, niet zozeer vanwege het verdrag maar vanwege het wantrouwen dat er nou eenmaal bestaat rond dit soort verdragen.
De heer Van Bommel (SP):
Welke deur is dichtgeslagen? Is de deur van het lidmaatschap voor Oekraïne dichtgeslagen?
De heer Ten Broeke (VVD):
Nee, wacht even. Nou zegt u iets anders, mijnheer Van Bommel. Even precies zijn.
De heer Van Bommel (SP):
Maar dat was mijn vraag! Dit ging over …
De heer Ten Broeke (VVD):
Net zat u nog op het verdrag …
De heer Van Bommel (SP):
Voorzitter, kunt u even voorzitten, want het is wat lastig als de heer Ten Broeke … Ik snap wel dat dit …
De voorzitter:
Hij probeert even iets toe te lichten. Gaat u verder.
De heer Van Bommel (SP):
De heer Ten Broeke gebruikt nu de woorden "de deur is dichtgeslagen" in de discussie over een mogelijk lidmaatschap. Feit één: Oekraïne wil lid worden. De president geeft het aan en zo is de campagne gevoerd in Oekraïne. We zijn er samen geweest. Twee: in dit verdrag staat enorm veel om Oekraïne nu al gelijk te schakelen met de Europese Unie. Dat geldt voor tal van terreinen. Ook dat feit maakt dus dat je dit verdrag kunt zien als een opstapje naar het lidmaatschap. Drie: Oekraïne ligt in een gebied waarin landen gewoon het lidmaatschap kunnen aanvragen. Als je die drie feiten bij elkaar optelt, dan is er geen enkele deur dichtgeslagen. Mijnheer Ten Broeke, welke deur is dichtgeslagen? Niet die van het lidmaatschap. Die van de VVD wellicht, maar niet die van Oekraïne.
De heer Ten Broeke (VVD):
De deur met dit verdrag is dichtgeslagen. Kijk even hoe de heer Van Bommel dit doet. We krijgen het vanavond nog één keer te zien en het is mooi om dat hier mee te maken. Het is de dialectiek van de hogere kaderschool van de SP. Aanvankelijk vraagt hij mij om aan te geven wat niet in het verdrag staat, maar dat moet dan wel worden uitgesloten in het verdrag. Nu geeft hij aan dat het verdrag er niet meer toedoet, omdat Oekraïne immers altijd wel een lidmaatschap kan aanvragen. De heer Van Bommel weet heel goed dat alle landen die grenzen aan de Europese Unie een lidmaatschap kunnen aanvragen. De heer Van Bommel zou misschien nog wel een lidmaatschap kunnen aanvragen. Eén ding is echter zeker. Niet alleen gaf het verdrag al geen mogelijkheden om een lidmaatschap aan te vragen, maar nu is de interpretatie weggenomen waar men zo bang voor was. Die interpretatie heb ik in zo veel zaaltjes met de heer Van Bommel ontmoet. Er bestaat daar wantrouwen. De Europese Unie heeft in het verleden ook wel aanleiding tot dat wantrouwen gegeven, dat durf ik hier best te zeggen. Dat wantrouwen is nu weggenomen. Er ligt nu namelijk een juridisch bindende tekst voor 28 landen, waarmee zij alleen deze interpretatie kunnen geven en geen enkele andere. Landen als Polen mogen er iets anders van vinden. Deze tekst geeft hun echter niet meer de mogelijkheid om er iets anders uit te halen.
De heer Van Bommel (SP):
Het is tekenend. Oekraïne is niet aan deze juridische verklaring gebonden. Oekraïne houdt gewoon alle rechten van landen in de periferie van de Europese Unie. De heer Ten Broeke spreekt hier over een deur die is dichtgeslagen, maar ik zie alleen maar open deuren. Ik zie alleen maar open deuren, ook die van de VVD. Ook de heer Ten Broeke zegt hier vanavond niet: Oekraïne kan nooit lid worden van de Europese Unie. Dat staat niet in de verklaring, het staat niet in het verdrag. Er worden woorden gesproken die geruststellend moeten zijn, maar het is allerminst geruststellend.
De heer Ten Broeke (VVD):
We hebben het vanavond over het verdrag. Voor slechte luisteraars als de heer Van Bommel noem ik dat er ook nog telkens bij. Het is opvallend dat hij in zijn interruptie een groot verschil maakt tussen de eerste termijn van zijn interruptie en zijn tweede termijn. Het juridisch bindend besluit heeft weliswaar tot vragen geleid, maar het is heel helder. De regering geeft het zelf ook aan in de memorie van toelichting: een formele erkenning is niet nodig, omdat de EU-28 gaat over de besluiten, die ze eenzijdig kunnen nemen. Ondertekening door Oekraïne is dan ook niet relevant, omdat Oekraïne er niet over gaat. Ze kunnen van alles willen! Ze vonden trouwens ook van alles. Ze vonden dat daarvoor ook. Toen wij stonden te debatteren, hebben we Porosjenko hetzelfde horen zeggen. Oekraïne heeft het ermee te doen. Over de interpretatie gaan we zelf. De interpretatie is dichtgeslagen.
De heer Beertema (PVV):
Ik begrijp dus van de heer Ten Broeke van de VVD dat we nu zitten met een inlegvel dat juridisch bindend is voor zaken die sowieso al niet in het verdrag stonden. Dat is dan al iets heel moois. Die ene opmerking die de heer Verhoeven hier achter mij net even tussendoor maakte, was heel veelbetekenend. Hij zei: met dít verdrag. Dít verdrag! Met dít verdrag zal het met dit juridische inlegvel niet zover komen. Maar is de heer Ten Broeke dan niet bang dat er andere geitenpaadjes en muizengaatjes gevonden worden of misschien allang gevonden zijn om Oekraïne wel te verwelkomen in de EU? Dat gaat natuurlijk gebeuren. Daarom stelde ik ook de vraag aan de minister-president of hij er in de toekomst alles aan zal doen om zich daartegen te verzetten, binnen of buiten dit verdrag. Gaat de heer Ten Broeke daar ook in mee?
De heer Ten Broeke (VVD):
Wat dat laatste betreft denk ik dat u op uw wenken wordt bediend. Om die reden zou u alleen al op dat punt deze juridisch bindende verklaring moeten omarmen. Wat betreft het eerste punt dat u noemde, zou ik wensen dat u de eerlijkheid die u vanavond aan de dag legt om te weten wat er wel en niet in het verdrag staat, ook tijdens de campagne had kunnen opbrengen. Maar toen heb ik u niet gezien. En voor zover ik uw voorman hoorde, waren dat alleen maar leugens.
De heer Beertema (PVV):
Ik concludeer voor het gemak dat de heer Ten Broeke hier vanavond uitspreekt dat hij in alle gevallen, ook buiten deze associatieovereenkomst om, in de toekomst ervoor zal gaan liggen dat Oekraïne lid wordt van de NAVO en de EU, dat er militaire bijstand en extra geld komt enzovoorts. Heb ik dat zo goed begrepen?
De heer Ten Broeke (VVD):
Het is nog sterker. In deze Kamer is er maar één partij die deed wat je volgens mij hier moet doen, namelijk de uitspraak van een referendum — een referendum waar wij op zichzelf niet voor waren — direct ter harte nemen, in een motie leggen en de regering op pad sturen met precies die opdrachten. Ik ben hier vandaag om een conclusie te trekken over het werk dat de afgelopen negen maanden door de regering is verricht. U komt nu pas kijken.
De heer Beertema (PVV):
De enige passende oplossing was geweest: een intrekkingswet op dag één na de uitslag van het referendum. U weet dat heel goed, wat u hier ook staat te praten en ondanks het feit dat u ons van van alles staat te beschuldigen. Dat was de enige democratische weg geweest, mijnheer Ten Broeke, en niets anders dan dat.
De heer Ten Broeke (VVD):
Van de partij van de heer Beertema laat ik mij helemaal geen lesjes over democratie aanleunen en al zeker niet over een wet die hier is aangenomen, zijnde de referendumwet, waarop met koeienletters stond: adviserend. Die term moet u maar eens op u laten inwerken.
Een ander punt dat naar voren werd gebracht, is dat van de raadsadvocaat van de Europese Raad. Die stelde dat het besluit niets wijzigt aan de inhoud van de overeenkomst. Dat klopt natuurlijk. Dat zeg ik ook tegen de heer Beertema. Het besluit verandert niets aan de tekst als zodanig, maar het maakt wel duidelijk hoe deze geïnterpreteerd dient te worden. Het maakt duidelijk wat de tekst wel en niet betekent en daarmee neemt het de vrees weg dat dit verdrag tot ongewenste gevolgen leidt op die punten waar veel tegenstemmers zich zorgen over maakten. De EU wordt gewantrouwd, Brussel wordt gewantrouwd en wij worden af en toe gewantrouwd. Maar nu binden wij ons aan een interpretatie van een verdragstekst waar zelfs veel tegenstanders al van zeiden: daar zit het probleem helemaal niet, wij vertrouwen alleen niet wat er later mee gebeurt. Het belang hiervan hebben wij ook nog eens kunnen zien toen president Porosjenko inderdaad zijn wens tot toetreding opnieuw uitsprak. De deur komt op een kier te staan. Maar als ook maar één van de Europese leiders aangeeft dat hij de associatieovereenkomst ziet als een opmaat naar de EU — de Polen hebben dat bijvoorbeeld gedaan — dan zitten ze nu met deze juridisch bindende verklaring.
Dan kom ik op de corruptiebestrijding in een functionerende rechtsstaat. Ik heb al aangegeven dat dat van groot belang is voor ondernemers die handel willen drijven. Buiten het handelsgedeelte is dat eigenlijk "de verzekeringspolis", zoals wij dat hebben genoemd. Het verdrag bevat al een stok. Het Raadsbesluit bevestigt dat wij ook bereid zijn om daarmee te slaan. Die duidelijkheid is er dus ook voor iedereen die meent of vreest dat dit verdrag ons verplicht om Oekraïne militair te hulp te schieten. Het besluit neemt iedere vorm van twijfel weg. Het verdrag bevat geen verplichting voor de EU of voor lidstaten om Oekraïne militaire steun of zelfs maar een veiligheidsgarantie te verstrekken. Dat zijn allemaal zaken die door tegenstanders, ook in deze Kamer, wel naar voren werden gebracht. Kennelijk hebben ze het verdrag ondertussen gelezen.
Dit geldt ook voor de zorgen die zijn geuit over extra financiële steun, de zak met geld. Het besluit bevestigt duidelijk dat de overeenkomst geen verplichting inhoudt om extra financiële steun te bieden of een bail-outclausule, zoals sommigen dit ook wel hebben genoemd. De overeenkomst gaat dus niet over extra hulp aan Oekraïne. Ten slotte is ook nog eens duidelijk benadrukt dat de overeenkomst niet gaat over het openen van de arbeidsmarkt voor goedkope Oekraïense arbeiders. Het verdrag leidt er niet toe dat Oekraïners vrij naar de EU kunnen reizen om er te wonen of te werken.
Naast al deze inhoudelijke overwegingen die wij al eens hebben behandeld, speelt er iets anders. En dat is de vraag of deze wijze van omgang met een uitslag van een referendum wel deugt. De manier waarop het kabinet met dit referendum is omgegaan, past in de Nederlandse politieke traditie. In die traditie wordt van oudsher rekening gehouden met minderheden. Hier geldt de traditie van samenwerking, van het steeds weer opnieuw proberen om verschillen te overbruggen en het zoeken naar overeenkomsten tussen ieders belang. Sinds de vroege waterschappen is het in de Nederlandse politiek normaal dat wij altijd proberen om met zo veel mogelijk mensen rekening te houden. Want als je wint, krijg je niet alles. Compromissen zijn geen landsverraad, zoals je tegenwoordig weleens hoort. Nee, ze zijn landsbehoud. De politiek van de gedeelde belangen is soms doodvermoeiend, maar door de eeuwen heen heeft die wel geleid tot een land dat bestuurbaar is. Als een premier leiderschap toont, geldt dat hij binnen- en buitenlandse belangen moet zien te verdedigen. Bovendien moet de uitspraak van Tweede Kamer en de senaat worden verzoend met de uitspraak van het referendum op een manier die vertrouwen geeft aan exporterende ondernemers die de basis onder onze welvaart vormen, al eeuwenlang. Dat vertrouwen zal gecombineerd moeten worden met het terugwinnen van het vertrouwen van afhakende kiezers. Ik realiseer mij heel goed dat dat vandaag nog niet is gebeurd. Maar ik en mijn fractie vatten onze taak als volgt op: je moet altijd je oor te luister leggen. Maar dat is niet hetzelfde als je oren laten hangen.