Kabinet wist al op 7 juli van afwijzing fosfaatplan - Hoofdinhoud
Nederland wist al op 7 juli dat de Europese Commissie niet akkoord ging met het fosfaatrechtenplan voor de Nederlandse landbouw. Dat is veel vroeger dan wat staatssecretaris Martijn van Dam (EZ) beweerde in de Tweede Kamer. De staatssecretaris had donderdagnacht in de Tweede Kamer gezegd dat “medio september duidelijk werd dat de Europese Commissie het fosfaatrechtenstelsel niet als geoorloofde staatssteun wilde zien”.
De datum van 7 juli is door de Europese Commissie meegedeeld aan Annie Schreijer-Pierik. Het Europarlementslid van het CDA had schriftelijk gevraagd op welke datum de Europese Commissie de Nederlandse autoriteiten had geïnformeerd over de afwijzing.
“Nederland heeft veel kostbare tijd verloren. En bovendien informeerde Van Dam de Tweede Kamer verkeerd”, zegt Annie Schreijer-Pierik, die het Kamerdebat bijwoonde. “Het is onbegrijpelijk dat de VVD-PvdA-regering op deze manier de toekomst van duizenden melkveehouders op het spel zet.”
“De staatssecretaris had dus al veel eerder met een alternatief plan kunnen komen. Van Dam heeft de kans op tijdige invoering van het fosfaatrechtenstelsel fors verkleind. Daardoor heeft hij de nieuwe derogatie in gevaar gebracht.”
+++++++++
Zie bijgaand de vraag en het antwoord van de Europese Commissie, evenals de woorden van de staatssecretaris in de Handelingen van de Kamer (zie pagina 98).
vraag met verzoek tot schriftelijk antwoord fosfaatrechten
Woorden Staatssecretaris in de Handelingen van de Kamer