Verordening 2016/1903 - Vaststelling, voor 2017, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de Oostzee van toepassing zijn - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
Verordening (EU) 2016/1903 van de Raad van 28 oktober 2016 tot vaststelling, voor 2017, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de Oostzee van toepassing zijn, en tot wijziging van Verordening (EU) 2016/72officiële Engelstalige titel
Council Regulation (EU) 2016/1903 of 28 October 2016 fixing for 2017 the fishing opportunities for certain fish stocks and groups of fish stocks applicable in the Baltic Sea and amending Regulation (EU) 2016/72Rechtsinstrument | Verordening |
---|---|
Wetgevingsnummer | Verordening 2016/1903 |
Origineel voorstel | COM(2016)545 |
Celex-nummer i | 32016R1903 |
Document | 28-10-2016; Datum goedkeuring |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 29-10-2016; PB L 295 p. 1-10 |
Inwerkingtreding | 29-10-2016; in werking datum document zie art 11 01-11-2016; Toepassing Gedeeltelijke toepassing zie art 11 01-01-2017; Toepassing zie art 11 |
Einde geldigheid | 31-12-9999 |
29.10.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 295/1 |
VERORDENING (EU) 2016/1903 VAN DE RAAD
van 28 oktober 2016
tot vaststelling, voor 2017, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de Oostzee van toepassing zijn, en tot wijziging van Verordening (EU) 2016/72
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 3,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In artikel 43, lid 3, van het Verdrag is bepaald dat de Raad op voorstel van de Commissie maatregelen voor de vaststelling en verdeling van de vangstmogelijkheden vaststelt. |
(2) |
Krachtens Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad (1) moeten instandhoudingsmaatregelen worden vastgesteld, rekening houdend met de beschikbare wetenschappelijke, technische en economische adviezen, met inbegrip van, waar relevant, verslagen van het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij en van andere adviesinstanties, alsmede in het licht van eventuele adviezen van adviesraden en gezamenlijke aanbevelingen van de lidstaten. |
(3) |
De Raad moet maatregelen voor de vaststelling en de verdeling van de vangstmogelijkheden vaststellen, inclusief, in voorkomend geval, bepaalde voorwaarden die daar functioneel verband mee houden. De vangstmogelijkheden moeten zo over de lidstaten worden verdeeld dat een relatieve stabiliteit van de visserijactiviteiten van elke lidstaat voor elk visbestand of elke visserij wordt gewaarborgd, mede met inachtneming van de in Verordening (EU) nr. 1380/2013 vastgestelde doelstellingen van het gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB). |
(4) |
Op grond van Verordening (EU) nr. 1380/2013 heeft het GVB onder meer tot doel het exploitatieniveau voor de maximale duurzame opbrengst indien mogelijk in 2015 en, door het geleidelijk te laten oplopen, uiterlijk in 2020 voor alle bestanden te verwezenlijken. |
(5) |
De totale toegestane vangsten (TAC's) dienen derhalve, overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1380/2013, te worden vastgesteld op basis van de beschikbare wetenschappelijke adviezen, rekening houdend met de biologische en sociaaleconomische aspecten, waarbij wordt gezorgd voor een gelijke behandeling van de visserijsectoren, en met inachtneming van de standpunten die tijdens de raadpleging van de belanghebbende partijen naar voren zijn gebracht. |
(6) |
Verordening (EU) 2016/1139 van het Europees Parlement en de Raad (2) stelt een meerjarenplan vast voor de kabeljauw-, haring- en sprotbestanden in de Oostzee en voor de visserijen die deze bestanden exploiteren („het plan”). Het plan beoogt ervoor te zorgen dat de mariene biologische rijkdommen zodanig worden geëxploiteerd dat de populaties van de beviste soorten worden hersteld en gehandhaafd op een peil dat hoger is dan datgene wat de maximale duurzame opbrengst kan opleveren. Daartoe worden de streefwaarden voor de visserijsterfte, uitgedrukt in bandbreedtes, zo snel mogelijk, en geleidelijk oplopend, uiterlijk in 2020 gerealiseerd. Het is passend dat de vangstmogelijkheden voor 2017 voor de kabeljauw-, haring- en sprotbestanden in de Oostzee worden vastgesteld met het oog op het verwezenlijken van de doelstellingen van het plan. |
(7) |
Volgens het plan moeten, indien uit het wetenschappelijk advies blijkt dat de paaibiomassa van een van de bestanden in kwestie beneden de in bijlage II bij Verordening (EU) 2016/1139 vastgestelde referentiepunten voor de paaibiomassa ligt, alle passende corrigerende maatregelen worden genomen zodat het betrokken bestand snel opnieuw boven het niveau zit dat de maximale duurzame opbrengst kan opleveren. De Internationale Raad voor het onderzoek van de zee (ICES) heeft aangegeven dat de biomassa van... |
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.