CDA: EU-bovengrens voor ‘foute vetten’ - Hoofdinhoud
Het Europees Parlement wil een limiet invoeren op industrieel geproduceerde transvetzuren, zoals in verschillende snacks gebruikt wordt. Het parlement stemt daar woensdagmiddag mee in.
Prima voorstel, aldus Annie Schreijer-Pierik (CDA Europarlement). “Industriële transvetten worden - verborgen in talloze producten - nog steeds te veel gegeten door consumenten. Die vetten maken veel Europeanen te dik, met diabetes en hart- en vaatziekten tot gevolg. De Europese Commissie én de levensmiddelenindustrie moeten daarom aan de slag“.
De wettelijke bovengrens voor transvetten in voedingsproducten kan bijvoorbeeld 2 % per product zijn. Denemarken heeft al zo’n regel.
“Aparte vet-etiketten werken niet en veroorzaken te veel rompslomp; een limiet is veel effectiever voor de volksgezondheid én de voedingsmiddelensector“, zegt Schreijer-Pierik.
De Europarlementariër waarschuwt om het verschil tussen natuurlijke en industriële vetten niet uit het oog verliezen: “Het is prima om industriële transvetten (‘foute vetten’) aan te pakken, maar sommige politici schieten door. Ze hebben een andere agenda. Ze willen eigenlijk ook alle natuurlijke dierlijke vetten zoals gevonden in melk, boter en vlees, aan banden leggen. Onzinnig. Van natuurlijke dierlijke producten als roomboter en stoofvlees moet de Europese politiek afblijven“.
Schreijer wijst erop dat bepaalde natuurlijke dierlijke transvetzuren in zuivel en vlees - net zoals in menselijke moedermelk - juist positieve medische eigenschappen hebben. “Natuurlijk alles met mate en in natuurlijke verhoudingen, ook onze gezonde Europese melk, kazen en authentieke vleesproducten. Gezonde voeding in een passend dieet, met de kennis van nu en de ervaring van vroeger“.