Antwoord op vragen over uitspraken van de Turkse zaakgelastigde, de heer Aykan

Met dank overgenomen van J.H. (Han) ten Broeke i, gepubliceerd op woensdag 24 augustus 2016.

Vragen van het lid Ten Broeke (VVD) aan de minister van Buitenlandse Zaken over uitspraken van de Turkse zaakgelastigde, de heer Aykan (ingediend 9 augustus 2016).

Vraag 1

Heeft u kennis genomen van het interview met de Turkse zaakgelastigde in ons land, de heer Kurtulus Aykan? 1)

Antwoord

Ja.

Vraag 2


Kunt u bevestigen dat de Turkse zaakgelastigde vijf ‘hooggeplaatste stafmedewerkers’ heeft ontslagen? Klopt het dat hun banden met de ‘Gülen’-beweging daartoe de aanleiding zijn geweest?

Antwoord op vraag 2

Het kabinet kan bevestigen dat het Ministerie van Buitenlandse Zaken een diplomatieke nota heeft ontvangen van de Turkse ambassade in Den Haag waarin 6 stafmedewerkers van de ambassade zijn afgemeld. Als gevolg daarvan is hun diplomatieke accreditatie in Nederland komen te vervallen. Het kabinet draagt geen verantwoordelijkheid voor interne personeelsaangelegenheden van een buitenlandse ambassade.

Vraag 3


Bent u bekend met de uitspraak die de heer Aykan in het interview doet als antwoord op de vraag wat hij ervan vindt dat er namen van Turkse Nederlanders op sociale media worden genoemd als Gülen-aanhangers: "Wie veertig jaar heeft geïnfiltreerd, wordt vroeg of laat door onze diensten opgespoord"? Bent u van mening dat uit deze uitspraak valt op te maken dat er sprake is van bemoeienis door Turkse veiligheidsdiensten met in Nederland woonachtige burgers, die via sociale media te maken hebben gekregen met intimidatie en bedreigingen waarvan ook aangiften zijn gedaan? Is deze verregaande bewering van een vertegenwoordiger van de Turkse overheid aanleiding voor u om nadere uitleg van de Turkse regering te vragen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 4


Heeft u kennis genomen van de uitspraak van de heer Aykan dat in Nederland woonachtige burgers die zich organiseren of geld inzamelen op een wijze die binnen de Nederlandse wet is toegestaan, toch steun hebben gegeven aan de mislukte militaire coup in Turkije en dus als "terrorist" bestempeld kunnen worden, simpelweg omdat zij Gülen-aanhangers zijn? Wat vindt u van deze uitspraak van de heer Aykan? Is dit, indien hij juist is geciteerd, aanleiding voor u om nadere uitleg te vragen aan de Turkse regering? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 5

Heeft u kennis genomen van de uitspraak van de heer Aykan dat gewelddadige incidenten die in Nederland hebben plaatsgevonden - zoals de poging tot brandstichting in Deventer en het ingooien van ruiten bij een gebouw van een Turkse Stichting in Rotterdam - ofwel niet hebben plaatsgevonden, danwel door Gülen-aanhangers zijn geënsceneerd? Wat vindt u van deze uitspraak van de heer Aykan en is dit, indien een juist citaat, aanleiding voor u om nadere uitleg te vragen aan de Turkse regering en er bij de zaakgelastigde op aan te dringen zijn kennis over de gewelddadige incidenten te delen met het Openbaar Ministerie? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 6

Heeft u kennis genomen van de klacht van de Turkse zaakgelastigde over het vermeende gebrek aan begrip en steun vanuit Nederland voor het afwenden van de militaire coup en ons gebrek aan inzicht in de directe betrokkenheid van de Gülen-beweging daarbij? Bent u van plan nogmaals duidelijk te maken dat Nederland de militaire coup afwijst en verwerpt en wij de Turkse

democratie steunen, maar dat wij de reactie die op de coup volgde - inclusief systematische zuivering, grootschalige arrestaties en het uitschakelen van delen van de rechtspraak en media - op geen enkele manier kunnen billijken? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 7

Wat weet de Nederlandse regering inmiddels over de betrokkenheid van de Gülen-beweging bij de coup / de steun van de Gülen-beweging aan de coupplegers? En zijn er ook relaties bekend met Gülen-aanhangers in Nederland? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord op vragen 3 t/m 7

Zoals eerder gesteld in de brief aan uw Kamer van 21 juli over de situatie in Turkije heeft het kabinet van meet af aan de couppoging in krachtige termen veroordeeld. Daarnaast heeft het kabinet de Turkse autoriteiten meermaals de grote zorgen overgebracht over de effecten van de coup en de nasleep ervan in Turkije zelf en in Nederland. Het kabinet heeft er in deze contacten sterk op aangedrongen ervoor te zorgen dat spanningen uit Turkije niet in Nederland worden geïmporteerd. Dat is zowel aan de Turkse Tijdelijk Zaakgelastigde als bij de regering in Ankara expliciet en duidelijk aan de orde gesteld, zowel na de couppoging als na de berichten waaraan u refereert.

  • 1) 
    ‘Turkse zaakgelastigde in Den Haag ontslaat vijf ‘Gülen’-aanhangers. Zuivering op ambassade’, Algemeen Dagblad, 8 augustus 2016.