Handelsverdrag met Canada mogelijk op ‘slinkse wijze’ ingevoerd - Hoofdinhoud

Het gevaar dreigt dat het omstreden handelsverdrag CETA met Canada in werking treedt zónder parlementaire goedkeuring. Het zou gaan om een ‘voorlopige’ toepassing op het moment dat Canada en de EU-landen het verdrag hebben ondertekend. Het Europees Parlement en de nationale parlementen worden op die manier buiten spel gezet.

Agnes Jongerius (PvdA), lid van de EP-commissie Internationale Handel, heeft hierover vragen gesteld aan de Europese Commissie. CETA wordt gezien als een bepalende voorloper van het megaverdrag TTIP, waarover de EU en de VS nu onderhandelen.

Mogelijk nog voor de zomer zetten de deelnemende EU-landen, waaronder Nederland, en Canada hun handtekening onder het verdrag. Daarna zou de ratificatieprocedure moeten beginnen. Maar Nederland, als voorzitter van de EU, heeft aangegeven, dat daarop niet wordt gewacht en dat het CETA-verdrag al direct na de ondertekening ‘voorlopig’ van kracht wordt.

“Dit is buitengewoon verwarrende en onwenselijk situatie. Vorige week nog deed Eurocommissaris Malmström de belofte, dat er geen sprake kan zijn van ‘voorlopige’ toepassing van CETA zonder goedkeuring van het Europees Parlement. Maar in een brief van minister Ploumen, waarover de Tweede Kamer vandaag debatteert, staat dat het verdrag ‘voorlopig’ van toepassing wordt, zodra het is ondertekend. Ik wil nu weten wat de belofte van Malmström waard is”, aldus Jongerius.

Die ‘voorlopige’ toepassing van het CETA verdrag kan grote gevolgen hebben. Zo is in het verdrag vastgelegd, dat de toch al controversiële afspraken rond investeringsbescherming nog drie jaar blijven gelden, ook al wordt het verdrag weggestemd door de volksvertegenwoordigers.

Jongerius: ´Het kan niet zo zijn dat CETA op slinkse wijze wordt ingevoerd. Iedereen weet dat de steun voor megaverdragen zoals CETA en TTIP geen uitgemaakte zaak is. Er leeft veel kritiek in de samenleving. Als we één les kunnen trekken uit het Oekraïne-referendum, is wel, dat we meer draagvlak nodig hebben voor de verdragen die Europa sluit. Dit soort methodes werkt zeker averechts.”

(persbericht 26 april 2016)