Geen Europa zonder samenwerking - Hoofdinhoud
Alleen een Europa, dat samenwerkt, werkt. Een Europa, waar de lidstaten als boekhouders alleen voor hun eigen kleine gewin bezig zijn, is gedoemd te mislukken.
Als Nederland de eerste helft van 2016 voorzitter van de EU is, is dat zijn eerste en grootste taak: Europa weer laten draaien, door samenwerking serieus te nemen. Of het nu gaat om vluchtelingen, de Euro, onze arbeidsmarkt, klimaat en energie, de winsten van multinationals; het is ‘wij’ en niet ‘ik’.
“De kracht van de Unie zit in de saamhorigheid en de wil om ook moeilijke beslissingen samen te nemen”, zei Marit Maij bij het debat in de Tweede Kamer over de ‘Staat van de Europese Unie’.
Paul Tang, delegatieleider van de PvdA-fractie in het Europees Parlement, viel Marit daar in bij: “Op de dag na de overwinning van Front National kan ik vaststellen, dat mensen zich willen terugtrekken achter grenzen van prikkeldraad, van onverdraagzaamheid. Angst regeert en verlamt. Door ons te begrenzen worden problemen groter, niet kleiner.”
Veel zorg is er over de aanpak van de migratiecrisis. Grenzen worden gesloten, opvang geweigerd. Slowakije stapt zelfs maar de Europese rechter om vluchtelingen buiten de deur te houden. Een korting op Europese subsidie voor die landen moet serieus onderzocht worden. Of landbouwgeld uit de Europese begroting naar de opvang van vluchtelingen. “Samenwerking is geen eenrichtingsverkeer en solidariteit betekent niet alleen ontvangen”, aldus Marit Maij.
Vrijblijvendheid en vrijwilligheid bieden ook geen oplossing als we multinationals willen overhalen een eerlijk deel aan belastingen te betalen. “Samenwerking zonder verplichtingen, zo leert de praktijk, betekent geen resultaat. Het is te weinig, te laat”, aldus Paul Tang, die de Nederlandse regering vraagt tijdens het EU-voorzitterschap wel concrete, tastbare stappen te zitten in de strijd tegen belastingontwijking.
Dat geldt ook voor de strijd om een rechtvaardige, Europese arbeidsmarkt. “De detacheringsrichtlijn biedt te veel mogelijkheden om werknemers uit de ene EU-lidstaat in te zetten in de andere EU-lidstaat en daarbij te concurreren op lonen onder het minimumloon en op sociale arbeidsvoorwaarden, aldus Marit Maij. Ook hier ligt een taak voor Nederland als EU-voorzitter.
Het is zaak dat Europa nu echt stappen vooruit zet. Marit Maij: ” Stilstand in de EU is achteruitgang van de EU op het wereld toneel. De kansen voor de Europese Unie op het wereldtoneel nemen toe als wij samenwerken en daarmee nemen de kansen voor Nederland, voor de inwoners van de Unie, toe.”
“Nederland moet zich niet achter de grenzen en dijken verschuilen in de vergeefse hoop dat problemen dan overwaaien. Juist Nederland, als een van zes stichters van de Unie, moet vooroplopen in de aanpak van Europese problemen. Door niet samenwerken te zéggen, maar samenwerking te doén. Het voorzitterschap is dan ook een uitgelezen kans daartoe,” voegt Paul Tang toe.