'Toenadering tot Iran is een goede zaak' - Hoofdinhoud
In de RTL Z-rubriek 'Versus' elke week een briefuitwisseling tussen twee opiniemakers die recht tegenover elkaar staan. Deze week debatteren Han ten Broeke en Peyman Jafari over de vraag 'Is toenadering to Iran verstandig, of juist niet?'
Na het kernakkoord dat deze zomer werd gesloten met Iran is president Rouhani dit weekend op bezoek in Europa. Een historisch bezoek, dat het directe gevolg is van de hernieuwde banden die het Westen met Iran is aangegaan na het kernoverleg.
Volgens VVD-Kamerlid Han ten Broeke zijn de aangehaalde banden met Teheren uiteindelijk een goede ontwikkeling: er is nu meer helderheid en weten landen die bedreigd worden door Iran beter waar ze aan toe zijn. Maar volgens universitair docent Peyman Jafari is het akkoord geen oplossing voor de instabiliteit in de regio, daar is een herziening van de Nederlandse Midden-Oostenpolitiek voor nodig.
Beste Peyman,
Op 14 juli jl. bereikten de P5+1, de Europese Unie en Iran een Joint Comprehensive Plan of Action (JCPOA), teneinde te garanderen dat het Iraanse nucleaire programma vreedzaam van aard wordt. De VVD is sinds de aanvang van het onderhandelingsproces, dat dit akkoord mogelijk heeft gemaakt, realistisch geweest maar bovenal bezorgd. Je hebt zelf misschien ook de opiniestukken gelezen van mijn fractieleider, over dat het akkoord een historische fout kan blijken, en mijzelf, dat geen deal beter is dan een slechte deal en dat de weg naar een kernbom nog steeds open ligt.
Nu het akkoord een feit is, is de VVD niet direct positief. De vrijgekomen gelden en de grote concessies die de internationale gemeenschap heeft gedaan op het gebied van sancties leiden tot een geopolitieke aardbeving in het Midden-Oosten. Terreursponsor Iran heeft het voor het zeggen in vijf Midden-Oosterse hoofdsteden (Teheran, Beiroet, Damascus, Bagdad en Sana’a) en zal de komende tijd alleen maar invloedrijker worden. Al is het alleen maar omdat de internationale coalitie tegen ISIS, waaraan Nederland ook meedoet, in feite opereert als sji’itische luchtmacht (en dus ten gunste van Iran).
Op datzelfde geopolitieke vlak kan het akkoord echter ook positieve gevolgen hebben. Toegegeven, het is verre van zeker. Maar de Amerikaanse ‘terugtrekking’ uit het Midden-Oosten vergt van de islamitische wereld zelf zorg te dragen voor stabiliteit in de regio. Dat vereist een balans tussen soennitische en sji’itische mogendheden. Voor een lange tijd is het de soennitische as geweest die de dominante factor was in de regio. Zolang het Westen zijn strategische partners in het Midden-Oosten voldoende blijft accommoderen, kan deze deal ervoor zorgen dat de soennitisch-sji’itische verhoudingen misschien niet stabiliseren, maar wel in balans raken. In realpolitieke termen is dat in ons belang.
Maar nog belangrijker is dat dit akkoord een aantal goede elementen bevat: weliswaar ligt de weg naar een kernbom in theorie nog open, maar de verificatie-afspraken zijn dermate ingrijpend dat de kans op de productie van een kernwapen on our watch aanzienlijk kleiner is geworden dan vóór ondertekening van het akkoord. De IAEA krijgt voldoende ruimte om het Iraanse nucleaire programma nauwlettend in de gaten te houden en het tijdskader is ruim genoeg om de komende tijd enige rust op dit gebied te mogen verwachten. Waar het slagen van deze deal nu van afhangt, zijn niet de technische details van het akkoord maar de politieke wil van de landen die met Iran een akkoord hebben gesloten. Om een automatische terugkeer van sancties bij schending van het akkoord door Iran mogelijk te maken, heeft de VN-Veiligheidsraad een creatieve automatische snap-back van sancties ontworpen. Op verzoek van de VVD heeft de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken zich ook in de EU hard gemaakt voor een snap-back van de Europese sancties. Die afspraken en marge van dit akkoord hebben het een stuk robuuster gemaakt.
Hoewel er geen reden is om gerust achterover te leunen en euforisch de wereldvrede te vieren, heeft een sterke mate van onzekerheid plaatsgemaakt voor meer helderheid over een verdacht kernprogramma. Landen die werden en worden bedreigd door Iran weten nu beter waar ze aan toe zijn, dan zonder een dergelijk akkoord. En ondanks alle twijfels die ik heb geuit in mijn 52 feitelijke vragen aan de minister en de vele twijfels die ik nog heb en nog in mijn inbreng voor het debat op 16 december zal verwerken, denk ik concluderend, zij het met veel reserves, dat de toenadering tot Iran een goede zaak kan blijken voor de veiligheid en stabiliteit in het Midden-Oosten. Let wel, mits de internationale gemeenschap de bereidheid heeft en houdt om, als dat nodig is, sancties opnieuw in te stellen en in te grijpen.
Dat ben je toch met me eens?
Groet,
Han ten Broeke
Beste Han,
In je brief benoem je een aantal ‘negatieve’ en ‘positieve’ aspecten van het nucleaire akkoord dat de zes wereldmachten (P5+1) en Iran op 14 juli 2015 tekenden. Ik ben blij dat je afweging uiteindelijk naar het positieve doorslaat, hetzij schoorvoetend, maar ik heb ook een aantal punten van kritiek.
Je schrijft dat door het akkoord de inspecties van Iraanse installaties ‘dermate ingrijpend zijn dat de kans op de productie van een kernwapen on our watch aanzienlijk kleiner is geworden.’ Dat ben ik met je eens, maar ik moet constateren dat de VVD helaas geen constructieve bijdrage heeft geleverd om dit resultaat mogelijk te maken.
In plaats van echte diplomatie benadrukte VVD-kamerlid Hans van Baalen de militaire optie tegen Iran in navolging van de toenmalige Amerikaanse president George W. Bush. Ook toen het tij in de VS gekeerd was, bleef de VVD in Nederland de lijn van de haviken in Washington en Tel Aviv verkondigen (zie hier mijn kritiek op die lijn). Zelfs begin dit jaar, toen het akkoord in zicht kwam, schreef je bijna teleurgesteld het volgende: ‘Obama en Kerry lijken koste wat kost deze deal te willen afronden. Ze laten zich niet in de weg zitten door het Amerikaanse Congres, dat juist dreigt met verdere sancties tegen Iran… Ze laten zich niet beïnvloeden door de oproep van de Israëlische premier Netanyahu.’
Het verleden is geweest, laten we naar het heden kijken. ‘Nu het akkoord een feit is, is de VVD niet direct positief,’ schrijf je. Dat ligt niet zo zeer aan de inhoud van het akkoord, maar aan zijn mogelijk destabiliserende rol. Ik deel die zorg, maar ik heb een andere kijk op de oorzaken en de oplossingen.
Ik sta zeer afkeurend tegenover de machthebbers in Teheran wegens hun autoritaire politiek, schending van mensenrechten, en buitenlandpolitiek (zie Syrië), maar ik vind dat je de rol van Iran in de regio overdrijft en verkeerd interpreteert.
Ten eerste schrijf je dat Iran het ‘voor het zeggen heeft in vijf Midden-Oosterse hoofdsteden (Teheran, Beiroet, Damascus, Bagdad en Sana’a).’ Aangezien Teheran de hoofdstad van Iran is, lijkt me dat geen schokkend nieuws. In Bagdad heeft Iran veel invloed, maar zeker geen volledige controle, en dat geldt nog minder in Beiroet waar ook Saoedi-Arabië een grote vingen in de pap heeft. In Yemen dat door Saoedi-Arabië al maanden gebombardeerd wordt, heeft Iran het al helemaal niet voor het zeggen en zelfs de relatie tussen Iran en de Houthi-rebellen zijn veel zwakker en recenter dan voorgesteld wordt.
Ten tweede ligt de oorzaak van de huidige instabiliteit van de regio niet bij het nucleaire akkoord maar bij de illegale oorlog tegen Irak in 2003, die destijds door de VVD gesteund werd. Enerzijds creëerden de tienduizenden onschuldige doden, de sociale desintegratie, de ontmanteling van het leger, en het toedelen van machtsposities aan sjiieten de voedingsbodem voor de opkomst van ISIS. Anderzijds nam de invloed van Iran de facto toe na het verdwijnen van de rivaal Saddam Hussein.
Dit ontstemde het autoritaire regime van Saoedi-Arabië dat zoals je schrijft voor een lange tijd ‘de dominante factor’ was dankzij het ‘strategische’ partnerschap met het Westen. Toen de revoluties in Tunesië en Egypte in 2011 ook nog eens de bevriende dictators ten val brachten, begon het Saoedisch koningshuis wild om zich heen te slaan. Het stuurde tanks om de vreedzame protesten in Bahrein neer te slaan, investeerde miljarden in de salafistische netwerken en het leger in Egypte, het stopte niet de geldstromen naar ISIS en het verhoogde zijn militaire uitgave tot 80 miljard dollar vorig jaar (vijf keer meer dan de Iraanse uitgave).
Het nucleaire akkoord kan deze problemen niet oplossen, maar het biedt een kans om de Nederlandse politiek richting het Midden-Oosten fundamenteel te herzien door een einde te maken aan dubbele standaarden en de selectieve steun aan dictators te stoppen.
Peyman Jafari
Foto: Peyman Jafari (l) en Han ten Broeke