BLOG: Adem inhouden, tot tien tellen

Met dank overgenomen van S.H. (Sophie) in 't Veld i, gepubliceerd op vrijdag 10 juli 2015.

Het stof van het Griekse referendum is nog maar nauwelijks neergedaald, Minister Varoufakis is opgestapt, en zijn opvolger zit alweer aan de onderhandelingstafel met de Europese leiders. Overal in Europa worden de ontwikkelingen op de voet gevolgd. Nooit eerder werd er zo veel over Europa gesproken. Iedereen voelt aan dat het ergens om gaat. Dit is zonder overdrijven een beslissend punt in de geschiedenis van de Europese integratie.

Grieks premier Tsipras kwam naar het Europees Parlement voor het allereerste openbare, pan-Europese politieke debat over de crisis in de Eurozone. Tot nu toe werden de zaken vooral op ambtelijk niveau, en achter gesloten deuren besproken. Het zinderende debat met Tsipras maakt voor het eerst zichtbaar dat het een politieke zaak is. Niet een technisch probleem, maar een kwestie van politieke opvattingen.

Politieke crisis

In tegenstelling tot wat je uit de krantenkoppen zou opmaken, is het grootste probleem niet de Griekse schulden. De schulden van Griekenland (ca. 340 miljard) zijn weliswaar groot (ten opzichte van het krimpende BNP), maar met het totale BNP van de Europese Unie (ca. 15 triljoen) kunnen die wel worden opgevangen. Ook de gevraagde hervormingen zijn niet echt revolutionair te noemen. Objectief is het probleem dus zeer oplosbaar. Het obstakel voor de oplossing is niet het schuldbedrag, maar de onwil en het onvermogen van de EU om het probleem op te lossen.

De crisis is dan ook geen schuldencrisis, maar een politieke crisis. Ook in de Verenigde Staten bijvoorbeeld, gaan staten wel eens failliet, en krijgen ze financiële steun uit de federale kas. Dat gaat ook gepaard met veel discussie, maar niemand zou ooit op de gedachte komen om, pakweg, het failliete Californië uit de dollarzone te zetten. Het verschil zit 'm er in dat de VS federale structuren hebben waarmee problemen effectief kunnen worden aangepakt. De Europese Unie zit echter bij een relatief klein probleem met de handen in het haar, omdat bij het opzetten van de muntunie is verzuimd de nodige bestuursstructuren op te zetten. Het betoog van enkelen destijds, dat een muntunie zonder bijbehorende politieke unie, vroeg of laat in de problemen zou komen. De instrumenten om problemen in de eurozone aan te pakken ontbreken simpelweg.

In dat vacuüm zoekt Europa een weg uit de problemen met intergouvernementele instrumenten, die zijn ontworpen voor de simpele samenwerking tussen zes landen in de jaren vijftig. Die instrumenten zijn volstrekt ontoereikend voor de complexe wereld van de 21e eeuw, en het nemen van besluiten over politiek-ideologische verschillen. De oude, intergouvernementele structuren zijn er niet op berekend politieke verschuivingen in een van de lidstaten op te vangen. Er werd net gedaan alsof verkiezingen een puur binnenlandse aangelegenheid is, zonder gevolgen voor de EU als geheel. Nu blijkt dat we de illusie van een pure samenwerking tussen staten niet meer kunnen volhouden. Bovendien moet een oplossing worden uit onderhandeld in een klimaat van diep wantrouwen.

Denkfouten

Er wordt voortdurend geschermd met een Grexit. Voorstanders van een Grexit beweren dat de Grieken toch nooit zullen veranderen. "Dat is nu eenmaal hun cultuur". Dit is natuurlijk onzin, en een argument gebruikt door conservatieve lieden die zelf doorgaans niet veel van verandering moeten hebben. Cultuur is niet statisch (gelukkig maar), en er is geen enkele reden waarom mensen uitsluitend op grond van hun nationaliteit minder dan andere Europeanen in staat zouden zijn tot verandering. Het argument doet sterk denken aan de jaren negentig, toen tegenstanders van de hereniging van Europa na de Val van de Muur stelden dat het nooit iets zou worden met die Oost-Europeanen, want die konden nu eenmaal niet begrijpen wat democratie betekent. Gelukkig dat we daar niet aan hebben toegegeven, en dat we toen begrepen dat verandering tijd kost, en geduld, en dat het met vallen en opstaan gaat.

Diezelfde mensen begaan de denkfout dat Grieken eensgezind zijn in het verzet tegen hervormingen. Daarbij vergeten ze dat 40% afgelopen zondag voor hervormingen stemde. En dat andersom veel Europese politieke partijen juist de "Ochi" beweging steunden. Dus de scheidslijnen lopen niet langs nationale, maar langs partijpolitieke lijnen, zoals ook tijdens het debat in het Europees Parlement zichtbaar werd.

Het gaat hier niet om "dwarse" Griekse kiezers, maar om een politieke opvatting volgens de klassieke links-rechts indeling. Syriza heeft veel bijval gekregen krijgt van linkse partijen, inclusief de sociaaldemocraten, maar ook van extreemrechtse partijen met zeer linkse opvattingen over de economie..

Hoe nu verder?

Een meerderheid van de Grieken heeft ‘nee’ gestemd, Tsipras heeft het referendum gewonnen. Maar welk mandaat geeft hem dat? Uit het "Nee" valt niet op te maken welke oplossingen dan wel aanvaard zouden worden.

In elk geval moeten op korte termijn humanitaire maatregelen getroffen worden. Een deel van de Griekse bevolking wordt keihard getroffen door deze crisis. Mensen hebben geen geld meer voor elementaire levensbehoeften, zoals voedsel en medicijnen. Europa moet hulp bieden om deze schrijnende situatie te verbeteren.

Ten tweede moet er zo snel mogelijk een akkoord komen waarmee de urgente financiële problemen van Griekenland worden opgelost. Schuldenverlichting mag daarbij geen taboe zijn. Een akkoord dat Griekenland uit de crisis trekt en de Griekse bevolking, jong tot oud, weer perspectief geeft op een toekomst in eigen land. Daarvoor zijn echte hervormingen nodig, niet slechts boekhoudtrucs en belastingverzwaring.

Leiderschap

De houding van de regering Tsipras mag irritatie en frustratie oproepen, maar politieke leiders hebben de plicht zich niet door impulsen te laten leiden, en het hoofd koel te houden. Er is bij veel leiders een neiging hun gelijk te willen halen, de Grieken de les te lezen, maar de prijs die we daarvoor betalen is te hoog. Het doel moet zijn een akkoord te bereiken. Dat is leiderschap.

Het is nu de grote vraag hoe Tsipras zich gaat opstellen richting de Europese partners. Hij wil niet uit de Eurozone, hij wil niet uit de EU. Maar hoe gaat hij dat waar maken? Hij kan niet blijven weglopen van zijn verantwoordelijkheid. Even heeft hij zich kunnen verschuilen achter het referendum maar nu moet hij doorpakken. Het is onzin dat de EU een ‘wurgbeleid’ voert. Kijk naar andere steunlanden zoals Portugal of Ierland, die zijn wel in staat gebleken hervormingen door te voeren. En ook EU landen die geen steun kregen hebben ook hard moeten saneren, en met resultaat. De meeste hervormingen zijn gewoon logisch. Daar tegenover staat dat schuldverlichting, inclusief de optie van kwijtschelding van schulden, geen taboe meer mag zijn. De Commissie en het Parlement stonden daar genuanceerder in dan de regeringsleiders. Het zijn vooral de regeringsleiders, zoals Rutte met zijn ‘geen cent meer naar de Grieken’, die de boel op scherp hebben gezet, met meer oog voor de eigen eurosceptische achterban dan voor de realiteit.

Maar met een akkoord over schuldenverlichting in ruil voor structurele hervormingen, zijn we er nog niet. Er moet er een veelomvattend stappenplan komen voor het opbouwen van functionerende overheidsstructuren, een maatschappelijk middenveld en een volwassen politiek partijenlandschap. Dat is een zeer lange termijn plan.

Bestuur EU op nieuwe leest schoeien

Ook de manier waarop de EU wordt bestuurd moet ingrijpend worden hervormd. De huidige situatie maakt duidelijk dat het intergouvernementele Europa tegen haar grenzen is aangelopen. D66 pleit niet voor niets al vele jaren voor een ingrijpende bestuurlijke hervorming van de EU. Het is onaanvaardbaar dat de Unie onbestuurbaar wordt bij elke onverwachte politieke wissel van de wacht. Europa moet niet uit balans raken zodra er een eigenzinnig leider aantreedt, een referendum wordt gehouden, of een partij aan de macht komt met andere politieke overtuigingen.

De EU is al een politieke unie, maar verkeert daarover nog in staat van ontkenning. De huidige crisis gaat niet over cijfertjes, maar over een Unie die voor een ingrijpende keuze staat: uitgroeien tot een volwaardige politieke unie met parlementaire democratie, of de EU ontbinden. Een middenweg, of voortgaan volgens de methode uit de vorige eeuw, is uitgesloten. Terwijl Europa vooral met haar eigen navel bezig is, draait de wereld in hoog tempo verder. De werkelijkheid past zich niet aan aan Europa, Europa moet zich aanpassen aan de werkelijkheid. Geopolitieke uitdagingen, een ICT revolutie die de wereld nog diepgaander verandert dan de industriële revolutie, vluchtelingenstromen, terroristen, klimaatverandering en een economische crisis kunnen niet meer effectief worden aangepakt door simpele samenwerking van nationale regeringen.

Euroscepsis maakt compromissen onmogelijk

Objectief gezien is het probleem van Griekenland zeer goed op te lossen. Maar het politieke klimaat is zo verziekt, dat compromisbereidheid aan alle kanten minimaal is. Voor dat klimaat zijn heel veel partijen verantwoordelijk; van links tot rechts en van noord naar zuid. Het veelvuldig gebruik van karikaturen over en weer heeft de sfeer verder verpest. Zo bezien zijn de hardliners onder de geldschieters net zo schuldig aan de ontstane situatie als Tsipras.

De veelal populistische en nationalistische partijen, zoals Syriza, Front National of PVV, hebben Europese politiek in de greep. Hoewel deze partijen nog niet in veel landen aan de macht zijn, hebben veel middenpartijen zichzelf onwrikbaar klem gezet, door te buigen naar de veelal extreme standpunten van hun populistische uitdagers.

Het fenomeen van de nationalistische, anti establishment, anti-immigratie, anti-EU en veelal ook anti-homo partij zien we overal. We vergissen ons deerlijk als we denken dat dit beperkt blijft tot Griekenland, of dat het een verschijnsel van voorbijgaande aard is. Veelal zien we op de achtergrond geldschieters en bondgenoten van buiten de EU, zoals Poetin, die uit eigen geopolitieke belangen het nationalisme aanwakkeren.

Anti-EU en anti-immigratie populisme is electoraal leuk voor sommige partijen, maar ze lijken zich niet te realiseren dat het geen spelletje is, maar daadwerkelijk leidt tot de afbraak van onze verworvenheden. Alleen in computergames kan je Europa vernietigen, en met een druk op de knop weer opbouwen. In de werkelijkheid heeft het afbreken van wat er is opgebouwd op de puinhopen van twee wereldoorlogen vergaande gevolgen.

Als wij nu niet opkomen voor de Europese Unie, staan we door onze passiviteit toe dat ze te gronde wordt gericht door nationalisten.

Desintegratie van EU op vele terreinen

Want de desintegratie is al gaande. De focus ligt nu op de Eurozone, maar intussen desintegreert de EU ook op vele andere terreinen. Schengen wordt feitelijk afgebroken nu de Denen weer grenscontroles invoeren en vele andere landen quasi-grenscontroles uitvoeren. Orban heeft het Handvest van de Grondrechten tot de status van WC papier gedegradeerd. En Cameron beoogt het vrij verkeer om zeep te helpen. Op tal van dossiers slaagt de EU er niet meer in overeenstemming te vinden. In een tijdperk waarin ons welzijn meer dan ooit af hangt van een sterk Europa, zijn we bezig de boel in hoog tempo af te breken.

En niet alleen in Griekenland maar door de hele EU staat een hele generatie jongeren langs de zijlijn. Voorgaande generaties hebben van alles opgesoupeerd, economische welvaart, pensioenen, banen en grondstoffen. Die leunen nu achterover en weigeren te hervormen. Ze geven Europa de schuld van alle problemen. En een hele generatie jongeren groeit op met dat idee, en zal niet zomaar ineens tot andere inzichten komen.

Pakken we de handschoen op?

Dit is de grootste test voor de Europese Unie tot nu toe. De vraag is niet hoe we de schulden van Griekenland onder controle krijgen. De vraag is of we de EU zo kunnen herinrichten, dat ze in staat is democratisch, efficiënt en daadkrachtig de uitdagingen van de 21e eeuw aan te gaan, en in de wereld van nu het welzijn van haar burgers te garanderen.

De laatste weken horen we vaak dat de toelating van Griekenland tot de EU en tot de eurozone een politieke beslissing was. En dan wordt er een vies gezicht bij getrokken. Maar eigenlijk is dat vanzelfsprekend. De eurozone is geen rekenkundig geheel, en ook niet een club van rijke landen. Het besluit in de jaren vijftig tot Europese integratie was een politiek besluit. Het was vanaf het begin een politiek project. De politieke leiders van toen, en de politieke leiders van 1989 maakten geen optelsommetje met hun rekenmachientje, maar namen moedige politieke besluiten, hadden een politieke visie. Een eventuele Grexit zal dan ook niet de uitkomst van een rekensommetje zijn, maar een puur politiek besluit.

Laten we nuchter en kalm naar de zaken kijken, en onze verantwoordelijkheid nemen voor toekomstige generaties. Laten we nu politieke moed tonen.