Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg over de rol van het onderwijs in de aanpak van radicalisering

Met dank overgenomen van J.S. (Joël) Voordewind i, gepubliceerd op dinsdag 7 juli 2015.

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind als lid van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan een algemeen overleg met Bussemaker, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap staatssecretaris Dekker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Onderwerp:   De rol van het onderwijs in de aanpak van radicalisering

Kamerstuk:    29 754

Datum:           3 juni 2015

De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. Het is goed dat we weer over dit onderwerp spreken. In maart hebben we dat ook gedaan, maar toen konden we het helaas niet afmaken. Het is belangrijk om in te zoomen op het onderwijs, op educatie. Holocaustoverlevende Elie Wiesel zei dat educatie het enige middel tegen antisemitisme is. Een derde van de docenten maakt antisemitisme in de klas mee. Tegelijkertijd durven sommige docenten de Holocaust niet meer te behandelen vanwege de negatieve reacties daarop. In maart heeft de ChristenUnie een rondetafelgesprek met leraren georganiseerd om te horen wat precies de knelpunten zijn. Daarin vertelde mevrouw Evers, een overlevende van Auschwitz, dat zij zich het liefst zou terugtrekken in de joodse gemeenschap omdat zij zich daar veilig voelt. Zij zei dat zij niet daarvoor kiest, maar voor het aangaan van het gesprek met de moslimgemeenschap over de manier om voorlichting te geven en te strijden tegen de vooroordelen tegen het joods zijn. Dat is zeer te prijzen.

Het kabinet schreef in april over zijn plannen. Het zijn goede voorstellen die veel over veiligheid gaan en waarin een prominente rol voor de Stichting School & Veiligheid is weggelegd. Ik vraag aandacht voor de bredere context. In het rondetafelgesprek werd duidelijk dat de media een enorme invloed op jongeren, met name op de moslimjongeren, hebben. Ze worden vergiftigd door Arabische zenders waar de rassenhaat van Hamas, Hezbollah en Islamitische Staat (IS) wordt gepredikt. Op het internet circuleren filmpjes van de tv-zender van de Palestijnse Autoriteit, die wij sponsoren met 60 miljoen euro per jaar, waarin men de joden evil and filth noemt. Docenten worden hiermee geconfronteerd. Ik weet dat het verder reikt dan de portefeuilles van de ministers die hier zitten, maar wat kan het kabinet in de breedte doen om haat zaaien door de Palestijnse Autoriteit met het geld dat wij geven, tegen te gaan?

In sommige klassen worden de terroristen die de aanslagen in Parijs pleegden, als helden gezien. Sommige docenten gaan het gesprek uit de weg. Wij hebben de kwestie met de poster gehad, waarin de directeur de leraar tot de orde heeft geroepen. Dat is toch de omgekeerde wereld? De leraren die deze zaak aan de orde willen stellen, moeten toch juist door hun schoolleiding ondersteund worden? Natuurlijk kan men over de vorm praten, maar het kan niet zo zijn dat er excuses aangeboden moeten worden en dat de discussie dan stilvalt. Is de minister bereid om tot een specifieke stichting te komen waarin moslims en joden voorlichting geven? Er is de Anne Frank Stichting en het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) stelt lespakketten ter beschikking, maar er is ook een stichting in oprichting die specifiek joodse mensen vraagt om voorlichting op met name vmbo-scholen te geven. Is het kabinet bereid om naar dit initiatief te kijken?

Collega Beertema heeft vragen gesteld over Noordhoff, de uitgever van lesmateriaal waarin Begin als terrorist wordt bestempeld. Dat helpt niet om het antisemitisme te bestrijden. Een moeder vertelde mij dat haar zoon op het vmbo les krijgt uit een boekje dat feitelijke onjuistheden bevat. Er staat in dat het opdelingsplan van de VN uit 1947 niet geaccepteerd werd door Israël, maar wel door de Palestijnen. Dat was precies andersom. Dit soort fouten mag toch niet in aardrijkskunde- en geschiedenisboeken staan? Die fouten moeten eruit gehaald worden. Is de minister of de staatssecretaris bereid om het gesprek met de uitgeverijen ThiemeMeulenhoff en Noordhoff aan te gaan? Dit moet echt anders.

Ik dank de ministers en de staatssecretaris voor de brief van april. Ik had verwacht dat daarin een opsomming van de knelpunten van docenten opgenomen zou worden. Kunnen wij die in lijn met de motie-Slob alsnog krijgen?

Wordt er in de lerarenopleiding aandacht besteed aan het vroegtijdig signaleren van radicalisering? Wordt er lesmateriaal gedeeld om dat aan de kaak te stellen?

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk): Ik heb viereneenhalve minuut aandachtig geluisterd naar de bijdrage van de ChristenUnie, die antisemitisme wil bestrijden. Dat vind ik een goede zaak, maar beperkt de aanpak van de radicalisering in het onderwijs zich sec tot het antisemitisme?

De heer Voordewind (ChristenUnie): Zeker niet. In mijn vierenhalve minuut spreektijd heb ik ingezoomd op het antisemitisme. Zoals gisteren in de Kamer is besproken, constateren verschillende organisaties dat het antisemitisme toeneemt en dat het vooral een zaak van het onderwijs, de ouders en de media is om dat aan de kaak te stellen. Daarom heb ik mij in mijn spreektijd tot het antisemitisme beperkt.

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk): Dat is erg zwak en slap. In vierenhalve minuut kun je heel veel zeggen. Dat er aandacht op het antisemitisme wordt gevestigd, vind ik een goede zaak. Ik had echter van de ChristenUnie verwacht dat zij de problematiek met betrekking tot radicalisering in het onderwijs wat breder had aangepakt, al was het maar met één woordje. Waarom gebeurt dat niet? Is het antisemitisme het enige probleem van dit moment? Kan de ChristenUnie echt geen enkel woord wijden aan andere misstanden met betrekking tot de radicalisering in het onderwijs?

De heer Voordewind (ChristenUnie): Als ik nog een aantal minuten krijg, ga ik daar graag op in. Ik vrees echter dat ik dan door de voorzitter wordt afgehamerd. Als de heer Kuzu het wil hebben over de grondoorzaken van radicalisering, wil ik daar best een en ander over zeggen. We bespreken de brief over burgerschap en het tegengaan van het antisemitisme en radicalisering. Ik heb de vinger op het antisemitisme gelegd. De heer Kuzu mag het accent ergens anders op leggen.

De heer Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk): De heer Voordewind heeft nog een tweede termijn. Ik reken daarop.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.