Beleid cultuureducatie moet minder vrijblijvend worden - Hoofdinhoud
(Bron: Joop.nl)
De Kamer is aan zet, nu de minister nalaat om cultuureducatie en talentontwikkeling goed te verankeren
Woensdag bespreekt de Tweede Kamer Ruimte voor Cultuur - Uitgangspunten cultuurbeleid 2017-2020 van minister Bussemaker. In haar nota staan cultuureducatie en talentontwikkeling letterlijk bovenaan. Maar haar beleid is te vrijblijvend.
De minister gokt op de bereidwillige inzet van het onderwijs en cultuurinstellingen. Terwijl lagere overheden steeds minder doen om de lokale infrastructuur voor burgers overeind te houden. Dat moet anders.
Cultuureducatie en talentontwikkeling zijn belangrijk; daarover lijkt iedereen het zo langzamerhand eens. Van links tot rechts: je kunt geen beleidsdocument of partijprogramma openslaan of het straalt je tegemoet: cultuureducatie moet! Voor creatief burgerschap, verbinding, participatie, emancipatie, het opbouwen van nieuwe publieksgroepen, het overbruggen van sociale en culturele verschillen, voor het overdragen van onze ‘canon’…. Zelfs de kwaliteit en de intrinsieke waarde van de kunsten mogen weer worden genoemd. Dat was drie jaar geleden wel anders. Ook de WRR wijst op het vitale belang van onze creatieve ontwikkeling als onderscheidende kwaliteit in een globaliserende wereld.
Cultuurontwikkeling en talentontwikkeling
Het is aan deze minister te danken dat het cultuurdebat een meer inhoudelijke en minder kaal-utilitaire toon heeft gekregen. Dat doet de sector goed. En het schept verwachtingen ten aanzien van het beleid van haar eigen educatieve speerpunten. Het beleid kan na veertig jaar experimenteren met ‘stimuleringsmaatregelen’ en ‘flankerend beleid’ niet tandeloos blijven. Maar er ontbreken nog steeds twee essentiële beleidsbouwstenen bij cultuureducatie en talentontwikkeling: er is geen concreet inhoudelijk referentiekader en er is geen verankering van de verantwoordelijkheden voor de uitvoering.
In ons omringende landen is dat beter geregeld. De gevolgen? Gemeenten en provincies trekken zich steeds verder terug, mede onder druk van bezuinigingen. Er ontstaat een gevaarlijke kloof tussen de ambities van het rijk en de werkelijke situatie voor veel burgers. In het land ontstaan witte vlekken, waar gemeenten geen verantwoordelijkheid voor cultuureducatie nemen. De Raad voor Cultuur heeft hiervoor onlangs krachtig aandacht gevraagd. Met meer vrijblijvend kennismakingsaanbod in het onderwijs - hoe sympathiek dat ook is - is dit gat niet te dichten.
Bouwstenen
De minister toont niet het voornemen om het beleid integraal vorm te geven, ondanks herhaalde, krachtige oproepen uit haar eigen partij, de Raad voor Cultuur, de VNG, de kennisinstituten en uit het veld. Het is tijd dat er een Kamerbreed initiatief komt om deze leemte te vullen. Daarom deze oproep aan de Kamer als geheel. De toegang tot het verwerven van culturele competenties moet in onze samenleving zijn geborgd voor alle kinderen en jongeren, niet alleen voor bevoorrechte groepen. Daarom moet de vrijblijvendheid die het beleid en de uitvoering daarvan kenmerkt worden verkleind. Er zijn drie bouwstenen nodig om dat te bereiken:
(1) Een inspirerend en ambitieus algemeen kader dat als referentie kan dienen voor iedereen die zich met cultuureducatie bezig houdt, binnen de scholen én daarbuiten; (2) Concrete lange termijn-doelen voor de educatie en participatie van kinderen en jongeren;
(3) Stevig beleggen van de taakverdeling tussen onderwijs en cultuur én tussen de verschillende overheden.
Opdat niet alleen rijke Randstadbewoners, maar alle kinderen en jongeren, op school en in hun zélfgekozen ambities, hun talenten en culturele competenties kunnen ontwikkelen. Kamer, geef de minister opdracht om met een voorstel te komen om dit te regelen als onderdeel van haar agenda 2017-2020. Het is nodig.
Jacques Monasch is woordvoerder cultuur van de PvdA Geert Drion is beleids- en organisatieadviseur
(Bron: http://www.joop.nl/opinies/detail/artikel/32764_beleid_cultuureducatie_moet_minder_vrijblijvend_worden/)