Krijgsmacht eet zichzelf op

Met dank overgenomen van H. (Harry) van Bommel i, gepubliceerd op maandag 25 mei 2015, 7:38.

Vrijdag bracht ik een bezoek aan de landmacht. Daar werden we weer eens met de neus op de feiten gedrukt: de Nederlandse krijgsmacht doet veel met weinig middelen. In personele zin is er een tekort aan technische mensen. Materieel is maar 40-50% inzetbaar; de rest wacht op onderdelen. Omdat het beschikbare materieel zo intensief wordt gebruikt, is er sprake van extra slijtage. Huiselijk gezegd: de krijgsmacht is zichzelf aan het opeten. Ofwel er moeten middelen bij, ofwel we gaan minder (omvangrijke) missies doen. Bekend zijn de grote uitzendingen naar Irak, Afghanistan en Mali. Veel minder bekend zijn de vele kleine missies naar bijvoorbeeld de Centraal Afrikaanse Republiek, Bahrein, de Verenigde Arabische Emiraten en Oeganda. Bij dit werkbezoek werd duidelijk dat bij die kleine missies misschien weinig personeel wordt uitgezonden maar dat alles meegerekend ze gezamenlijk toch een zware belasting vormen. Er zullen dus keuzes moeten worden gemaakt. Hoe dan ook: zo kan het niet langer.