Geestelijke verzorging in de krijgsmacht en de imams in het leger - Hoofdinhoud
Met collega’s van de Radboud Universiteit en de Universiteit voor Humanistiek deed ik vorig jaar onderzoek naar de benodigde omvang van geestelijke verzorging binnen de krijgsmacht en de verdeling daarvan over de verschillende levensbeschouwelijke stromingen. Het hele onderzoek is hier te lezen. De belangrijkste uitkomst is dat geestelijke verzorging in een behoefte voorziet en dat veel militairen en leidinggevenden veel waardering hebben voor de geestelijk verzorgers. Dat heeft er vooral mee te maken dat ze “er zijn” en dat ze beschikbaar zijn voor gesprekken die net anders zijn dan met je meerdere, met andere militairen of met hulpverleners.
Een onderdeel van het rapport betreft het aantal Islamitische Geestelijk Verzorgers (IGV). Nu gaat het om 2fte en er wordt door sommigen voor gepleit dat te verdubbelen. Het rapport zegt daarover: “In het onderzoek onder de militairen is geen directe aanwijzing gevonden voor extra IGV. Ook vanuit de Hoofden Defensie-onderdelen wordt een eventuele toename van het aantal moslim-militairen niet herkend. Op basis van informatie vanuit enkele HvD’s (Hoofden van Dienst) en het Hoofd van de IGV zelf zijn wel enkele andere argumenten voor eventuele uitbreiding van de IGV aan te dragen dan de toename van het aantal moslim militairen. In de eerste plaats de problematische situatie van moslims in onze samenleving (discriminatie, laag maatschappelijk aanzien, mogelijke radicalisering, e.d.), die extra zorg en begeleiding voor deze militairen vergt en tevens advisering en voorlichting naar derden. In de tweede plaats voorlichting in het kader van uitzending die veelal in moslimgebieden plaatsvindt. In de derde plaats de sterke culturele en religieuze diversiteit binnen de ‘groep’, die groter is dan bij de andere twee kleine denominaties.”
In de Telegraaf van vandaag wordt daarvan gemaakt dat “moslimmilitairen in gewetensnood” zijn. Dat is veel te alarmistisch geformuleerd. Loyaliteitsproblemen kunnen zeker voorkomen door de maatschappelijke polarisatie, maar we hebben geen aanwijzingen gevonden dat dat een grootschalig probleem is. Dat neemt overigens niet weg dat er goede redenen kunnen zijn voor uitbreiding van de IGV, zoals ook in het rapport staat.