Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg Partner- en gezinsmigratie - Hoofdinhoud
Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind op het onderdeel Immigratie en Asiel van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie aan een algemeen overleg met staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie
Onderwerp: Partner- en gezinsmigratie
Kamerstuk: 32 175
Datum: 14 januari 2015
De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. Ik begin met de constatering dat de staatssecretaris vier stoplichten die op rood staan genegeerd heeft in de afgelopen twee maanden. Je moet maar lef hebben als staatssecretaris van Justitie. Eerst de uitspraak van het Europees Comité voor Sociale Rechten; die is door de staatssecretaris naar achteren geschoven. Vervolgens heeft een tweetal VN-rapporteurs op 17 december kritiek geuit op het feit dat we hier geen uitgeprocedeerde asielzoekers opvangen. De Centrale Raad voor Beroep (CRvB) heeft op 17 december uitgesproken dat alle centrumgemeenten uitgeprocedeerde asielzoekers zouden moeten opvangen. Daarbovenop komt dan nog eens een gerechtelijke uitspraak van 23 december van de Haagse rechtbank. Alsof dat nog niet genoeg is, zien we dat de staatssecretaris zelfs bestuurlijk alleen staat. Afgelopen vrijdag heeft de VNG een brandbrief gestuurd naar deze staatssecretaris waarin zij, in nettere bewoordingen dan ik nu gebruik, eist van de staatssecretaris dat hij gaat meebetalen aan de financiering van de bed-bad-broodregeling. Ook dat heeft de staatssecretaris naast zich neergelegd. Inmiddels nemen 50 gemeenten, zoals wij hebben kunnen achterhalen, de gerechtelijke uitspraken wel serieus.
Wat is de reactie van de staatssecretaris hierop? Hij zegt: er deugt niets van die stoplichten en ik ga dus in hoger beroep. Tegelijkertijd geeft de staatssecretaris de gemeenten nog eens een keer een schop na door te zeggen dat zij mogelijk debet zijn aan het creëren van een situatie waarin een steeds groter wordende groep uitgeprocedeerde vreemdelingen geen eigen verantwoordelijkheid neemt voor het terugkeren. Dit is toch te bizar voor woorden? Hoe vaak moeten rechters deze staatssecretaris nog tot de orde roepen? Waarom gaat hij niet serieus met die gemeenten om de tafel zitten -- niet voor de bühne, niet omdat de Kamer dat wil -- om tot een oplossing te komen? De staatssecretaris heeft eerder gezegd dat hij nog eens een inventarisatie gaat maken, ook om de Partij van de Arbeid een beetje te paaien, om te zien welke gemeenten het goed doen. Gisteravond hebben we een brief gekregen van de staatssecretaris waarin inderdaad een inventarisatie staat maar waarin totaal geen conclusie wordt getrokken in de zin van: welke gemeenten doen het goed en welke gemeenten kunnen als voorbeeld dienen om dit probleem aan te pakken? De minister erkent in de brief dat het onmogelijk is om tot een sluitend asielbeleid te komen. Waarom gaat hij niet met de gemeenten om de tafel zitten? Laat hem met een brief naar de Kamer komen waarin hij een methode of systeem voorlegt waarmee mensen daadwerkelijk geholpen kunnen worden. Laat hem niet komen met het riedeltje dat we al jaren kennen: als zij echt terug willen, dan is er opvang. Die riedel kennen wij. We weten ook dat dat twaalf weken duurt en ze vervolgens op straat komen te staan. Ik vraag de staatssecretaris dan ook of hij bereid is om die regeling van die twaalf weken, die drie maanden, te verlengen tot minimaal twaalf maanden om met actieve betrokkenheid van de IND en de DT&V (Dienst Terugkeer & Vertrek) te kijken hoe wij deze mensen terug kunnen leiden naar het land van herkomst. Als dat niet lukt na die twaalf maanden, zoals eigenlijk de Adviescommissie Vreemdelingenzaken al eerder heeft gemeld en waarover zij geadviseerd heeft aan de staatssecretaris, wat hij genegeerd heeft, laat hem dan de conclusie trekken dat er een tijdelijk verblijf moet komen. Ik vraag de staatssecretaris alsnog om met gemeenten om tafel te gaan zitten en zich niet te isoleren van heel bestuurlijk Nederland.
De vraag zal vervolgens zijn: hebben we daar überhaupt geld voor? We hebben van de staatssecretaris verschillende keren allerlei spookbeelden geschetst gekregen. We zouden 65.000 vluchtelingen krijgen die we dan zouden moeten opvangen. Het zijn er echter een kleine 25.000 geworden. De staatssecretaris heeft in de aanloop naar de begroting van volgend jaar signalen daarover afgegeven. De ChristenUnie heeft zelfs geholpen om extra financiering te regelen: 375 miljoen. Heeft de staatssecretaris nu geld over? Die 65.000 vluchtelingen zijn er niet gekomen; er zijn 25.000 vluchtelingen gekomen, dus ik neem aan dat de financiering van bed, bad en brood voor die gemeentes snel geregeld kan worden.
De minister zegt in de Nieuwsuuruitzending van eergisteren dat in het kabinet en de coalitiepartijen onenigheid is over een reactie op die bed, bad en brood. Kan de staatssecretaris die uitspraak nog eens toelichten? Is hij ook bereid om nu eindelijk tot een eenlandenbeleid te komen in relatie tot de EU? Hij heeft daarover in eerste instantie positieve dingen gezegd.
Ik sluit af, want ik zie dat ik aan mijn spreektijd zit. Op het punt van de gezinshereniging ben ik blij met het standpunt van de PvdA. Hierin moet echt een doorbraak komen en die aanscherping moet eraf zodat de 18-plus dochters -- ik heb zelf een dochter van 19 jaar en ik moet er niet aan denken dat die nu verplicht van mij gescheiden zou worden -- niet meer gescheiden worden van het gezin.
Kan een einde gemaakt worden aan die driemaandentermijn? Het feit dat een gezin vlucht en de gezinsleden misschien in verschillende vluchtelingenkampen terechtkomen en vervolgens misschien een dag te laat zijn na de drie maanden, kan toch geen reden zijn om die gezinnen niet te herenigen hier in Nederland? Kunnen we af van die drie maanden? Ik overweeg om op dat punt een Kameruitspraak te vragen.
Kunnen de ambassades zich meer inleven bij de behandeling van kinderen als het gaat om de vragenstelling en de vragenlijsten over of zij behoren tot het kerngezin van de ouders die al in Nederland zitten?
Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.