Geleidende brief - Voorstel van wet van de leden Van Raak, Fokke, Schouw, Segers, Ouwehand en Klein tot wijziging van de Wet Huis voor klokkenluiders

Deze geleidende brief1 is onder nr. 1 toegevoegd aan wetsvoorstel 34105 - Wet van de leden Van Raak, Fokke, Koşer Kaya, Segers, Thieme, Klein en Voortman tot wijziging van de Wet Huis voor klokkenluiders.

Inhoudsopgave

  1. Kerngegevens
  2. Tekst
  3. Meer informatie
  4. Parlementaire Monitor

1.

Kerngegevens

Officiële titel Voorstel van wet van de leden Van Raak, Fokke, Schouw, Segers, Ouwehand en Klein tot wijziging van de Wet Huis voor klokkenluiders; Geleidende brief; Geleidende brief
Document­datum 11-12-2014
Publicatie­datum 11-12-2014
Nummer KST341051
Kenmerk 34105, nr. 1
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

34 105 Voorstel van wet van de leden Van Raak, Fokke, Schouw, Segers, Ouwehand en Klein tot wijziging van de Wet Huis voor klokkenluiders

Nr. 1 GELEIDENDE BRIEF

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 11 december 2014

Hierbij doen wij u overeenkomstig het bepaalde in artikel 114 van het Reglement van Orde een voorstel van wet toekomen tot wijziging van de Wet Huis voor klokkenluiders.

De memorie van toelichting, die het wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden waarop het rust.

Van Raak

Fokke

Schouw

Segers

Ouwehand

Klein


  • origineel bericht: 'Voorstel van wet van de leden Van Raak, Fokke, Sch...'
 
 
 

3.

Meer informatie

  • 34105 - Wet van de leden Van Raak, Fokke, Koşer Kaya, Segers, Thieme, Klein en Voortman tot wijziging van de Wet Huis voor klokkenluiders
 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.


  • 1. 
    De geleidende brief is een document waarin een Kamerlid een wetsvoorstel of initiatiefwet aankondigt bij de voorzitter van de Tweede Kamer. In beide gevallen wordt er gesproken van een 'voorstel van wet'. De indiener van het voorstel geeft kort aan dat er een voorstel gedaan wordt en op welke wet dit voorstel betrekking heeft. Tevens beschrijft de indiener welke documenten er bij het voorstel van wet gevoegd zijn. In de regel is dit in ieder geval een memorie van toelichting.