COM(2014)905 - Evaluatie van de economische governance - Verslag over de toepassing van de Verordeningen 1173/2011, 1174/2011, 1175/2011, 1176/2011, 1177/2011, 472/2013 en 473/2013

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de Parlementaire Monitor.

Inhoudsopgave

  1. Kerngegevens
  2. Key dates
  3. Gerelateerde informatie
  4. Uitgebreide versie
  5. EU Monitor

1.

Kerngegevens

officiële titel

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, DE EUROPESE CENTRALE BANK, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S Evaluatie van de economische governance Verslag over de toepassing van de Verordeningen 1173/2011, 1174/2011, 1175/2011, 1176/2011, 1177/2011, 472/2013 en 473/2013

officiële Engelstalige titel

COMMUNICATION FROM THE COMMISSION TO THE EUROPEAN PARLIAMENT, THE COUNCIL, THE EUROPEAN CENTRAL BANK, THE EUROPEAN ECONOMIC AND SOCIAL COMMITTEE AND THE COMMITTEE OF THE REGIONS Economic governance review Report on the application of Regulations (EU) n° 1173/2011, 1174/2011, 1175/2011, 1176/2011, 1177/2011, 472/2013 and 473/2013
 
Rechtsinstrument Mededeling
COM-nummer26 COM(2014)905 NLEN
Extra COM-nummers COM(2014)905
Celex-nummer29 52014DC0905

2.

Key dates

Document 28-11-2014
Online publicatie 28-11-2014

3.

Gerelateerde informatie

  • Toelichting
  • Juridische bepalingen
  • Bijlagen
 

4.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de stand van zaken van het dossier, de samenvatting van de European Parliament Legislative Observatory, de juridische context, een overzicht van verwante dossiers, de betrokken Europese organisaties (denk aan directoraten-generaal van de Europese Commissie, EP-commissies en Raadsformaties) en personen (denk aan eurocommissarissen en Europarlementariërs) en tot slot documenten van het Europees Parlement, de Raad van Ministers en de Europese Commissie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

5.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.


  • 1. 
    Verordening (EU) nr. 1173/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 inzake de effectieve handhaving van het begrotingstoezicht in het eurogebied; Verordening (EU) nr. 1174/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 betreffende handhavingsmaatregelen voor de correctie van buitensporige macro-economische onevenwichtigheden in het eurogebied; Verordening (EU) nr. 1175/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad over versterking van het toezicht op begrotingssituaties en het toezicht op en de coördinatie van het economisch beleid; Verordening (EU) nr. 1176/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 betreffende de preventie en correctie van macro-economische onevenwichtigheden; Verordening (EU) nr. 1177/2011 van de Raad van 8 november 2011 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1467/97 over de bespoediging en verduidelijking van de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten; Verordening (EU) nr. 472/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende de versterking van het economische en budgettaire toezicht op lidstaten in de eurozone die ernstige moeilijkheden ondervinden of dreigen te ondervinden ten aanzien van hun financiële stabiliteit; Verordening (EU) nr. 473/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende gemeenschappelijke voorschriften voor het monitoren en beoordelen van ontwerpbegrotingsplannen en voor het garanderen van de correctie van buitensporige tekorten van de lidstaten van de
     
  • 2. 
    In de verschillende verordeningen is bepaald dat er tegen 14 december 2014 een evaluatie moet hebben plaatsgevonden.

     
  • 3. 
    Het stabiliteits- en groeipact werd in 1997 aanvankelijk ingevoerd om de coördinatie van het begrotingsbeleid tussen de lidstaten mogelijk te maken teneinde te voorkomen dat onhoudbaar begrotingsbeleid het gemeenschappelijke, op prijsstabiliteit gerichte monetair beleid ondermijnt. Het pact bestaat uit twee delen. Het preventieve deel heeft als doel het onderliggende vermogen van de overheidsfinanciën van de lidstaten tot het scheppen van macro-economische stabiliteit en de begrotingsruimte voor het opvangen van eventuele economische schokken te waarborgen Het voornaamste vereiste is dat de lidstaten een middellangetermijndoelstelling, een in structurele termen gedefinieerde landspecifieke begrotingsreferentiewaarde (dat wil zeggen conjunctuurgezuiverd en ongerekend eenmalige en tijdelijke maatregelen), blijvend verwezenlijken. Het corrigerende deel, de buitensporigtekortprocedure, heeft de correctie van grove fouten op het gebied van het begrotingsbeleid tot doel. Het is verankerd door middel van een plafond voor tekort en een plafond voor schuld van respectievelijk 3 % en 60 % van het bbp.

     
  • 4. 
    Bijlage 1.1. bevat een samenvatting van de door het sixpack/twopack ingevoerde wijzigingen in het stabiliteits- en groeipact.

     
  • 5. 
    De Commissie heeft twee verslagen gepubliceerd over het specifieke toezicht op beleidsimplementatie in Spanje en Slovenië in de herfst en winter 2013-2014.

     
  • 6. 
    Eerder dit jaar vond al een formele evaluatie plaats. Zie COM(2014) 61 final.

     
  • 7. 
    Voor meer informatie zie de jaarlijkse groeianalyse 2015, COM(2014)906 .

     
  • 8. 
    Het stabiliteits- en groeipact werd in 1997 aanvankelijk ingevoerd om de coördinatie van het begrotingsbeleid tussen de lidstaten mogelijk te maken teneinde te voorkomen dat onhoudbaar begrotingsbeleid het gemeenschappelijke, op prijsstabiliteit gerichte monetair beleid ondermijnt. Het pact bestaat uit twee delen. Het preventieve deel heeft als doel het onderliggende vermogen van de overheidsfinanciën van de lidstaten tot het scheppen van macro-economische stabiliteit en de begrotingsruimte voor het opvangen van eventuele economische schokken te waarborgen Het voornaamste vereiste is dat de lidstaten een middellangetermijndoelstelling, een in structurele termen gedefinieerde landspecifieke begrotingsreferentiewaarde (dat wil zeggen conjunctuurgezuiverd en ongerekend eenmalige en tijdelijke maatregelen), blijvend verwezenlijken. Het corrigerende deel, de buitensporigtekortprocedure, heeft de correctie van grove fouten op het gebied van het begrotingsbeleid tot doel. Het is verankerd door middel van een plafond voor tekort en een plafond voor schuld van respectievelijk 3 % en 60 % van het bbp.

     
  • 9. 
    Bijlage 1.1. bevat een samenvatting van de door het sixpack/twopack ingevoerde wijzigingen in het stabiliteits- en groeipact.

     
  • 10. 
    Voor meer informatie zie de jaarlijkse groeianalyse 2015, COM(2014)906 .

     
  • 11. 
    Het stabiliteits- en groeipact werd in 1997 aanvankelijk ingevoerd om de coördinatie van het begrotingsbeleid tussen de lidstaten mogelijk te maken teneinde te voorkomen dat onhoudbaar begrotingsbeleid het gemeenschappelijke, op prijsstabiliteit gerichte monetair beleid ondermijnt. Het pact bestaat uit twee delen. Het preventieve deel heeft als doel het onderliggende vermogen van de overheidsfinanciën van de lidstaten tot het scheppen van macro-economische stabiliteit en de begrotingsruimte voor het opvangen van eventuele economische schokken te waarborgen Het voornaamste vereiste is dat de lidstaten een middellangetermijndoelstelling, een in structurele termen gedefinieerde landspecifieke begrotingsreferentiewaarde (dat wil zeggen conjunctuurgezuiverd en ongerekend eenmalige en tijdelijke maatregelen), blijvend verwezenlijken. Het corrigerende deel, de buitensporigtekortprocedure, heeft de correctie van grove fouten op het gebied van het begrotingsbeleid tot doel. Het is verankerd door middel van een plafond voor tekort en een plafond voor schuld van respectievelijk 3 % en 60 % van het bbp.

     
  • 12. 
    Zie COM(2013) 790.

     
  • 13. 
    Zie COM(2013) 790.

     
  • 14. 
    In de verschillende verordeningen is bepaald dat er tegen 14 december 2014 een evaluatie moet hebben plaatsgevonden.

     
  • 15. 
    Het stabiliteits- en groeipact werd in 1997 aanvankelijk ingevoerd om de coördinatie van het begrotingsbeleid tussen de lidstaten mogelijk te maken teneinde te voorkomen dat onhoudbaar begrotingsbeleid het gemeenschappelijke, op prijsstabiliteit gerichte monetair beleid ondermijnt. Het pact bestaat uit twee delen. Het preventieve deel heeft als doel het onderliggende vermogen van de overheidsfinanciën van de lidstaten tot het scheppen van macro-economische stabiliteit en de begrotingsruimte voor het opvangen van eventuele economische schokken te waarborgen Het voornaamste vereiste is dat de lidstaten een middellangetermijndoelstelling, een in structurele termen gedefinieerde landspecifieke begrotingsreferentiewaarde (dat wil zeggen conjunctuurgezuiverd en ongerekend eenmalige en tijdelijke maatregelen), blijvend verwezenlijken. Het corrigerende deel, de buitensporigtekortprocedure, heeft de correctie van grove fouten op het gebied van het begrotingsbeleid tot doel. Het is verankerd door middel van een plafond voor tekort en een plafond voor schuld van respectievelijk 3 % en 60 % van het bbp.

     
  • 16. 
    Bijlage 1.1. bevat een samenvatting van de door het sixpack/twopack ingevoerde wijzigingen in het stabiliteits- en groeipact.

     
  • 17. 
    De Commissie heeft twee verslagen gepubliceerd over het specifieke toezicht op beleidsimplementatie in Spanje en Slovenië in de herfst en winter 2013-2014.

     
  • 18. 
    Eerder dit jaar vond al een formele evaluatie plaats. Zie COM(2014) 61 final.

     
  • 19. 
    Voor meer informatie zie de jaarlijkse groeianalyse 2015, COM(2014)906 .

     
  • 20. 
    Het stabiliteits- en groeipact werd in 1997 aanvankelijk ingevoerd om de coördinatie van het begrotingsbeleid tussen de lidstaten mogelijk te maken teneinde te voorkomen dat onhoudbaar begrotingsbeleid het gemeenschappelijke, op prijsstabiliteit gerichte monetair beleid ondermijnt. Het pact bestaat uit twee delen. Het preventieve deel heeft als doel het onderliggende vermogen van de overheidsfinanciën van de lidstaten tot het scheppen van macro-economische stabiliteit en de begrotingsruimte voor het opvangen van eventuele economische schokken te waarborgen Het voornaamste vereiste is dat de lidstaten een middellangetermijndoelstelling, een in structurele termen gedefinieerde landspecifieke begrotingsreferentiewaarde (dat wil zeggen conjunctuurgezuiverd en ongerekend eenmalige en tijdelijke maatregelen), blijvend verwezenlijken. Het corrigerende deel, de buitensporigtekortprocedure, heeft de correctie van grove fouten op het gebied van het begrotingsbeleid tot doel. Het is verankerd door middel van een plafond voor tekort en een plafond voor schuld van respectievelijk 3 % en 60 % van het bbp.

     
  • 21. 
    Bijlage 1.1. bevat een samenvatting van de door het sixpack/twopack ingevoerde wijzigingen in het stabiliteits- en groeipact.

     
  • 22. 
    Voor meer informatie zie de jaarlijkse groeianalyse 2015, COM(2014)906 .

     
  • 23. 
    Het stabiliteits- en groeipact werd in 1997 aanvankelijk ingevoerd om de coördinatie van het begrotingsbeleid tussen de lidstaten mogelijk te maken teneinde te voorkomen dat onhoudbaar begrotingsbeleid het gemeenschappelijke, op prijsstabiliteit gerichte monetair beleid ondermijnt. Het pact bestaat uit twee delen. Het preventieve deel heeft als doel het onderliggende vermogen van de overheidsfinanciën van de lidstaten tot het scheppen van macro-economische stabiliteit en de begrotingsruimte voor het opvangen van eventuele economische schokken te waarborgen Het voornaamste vereiste is dat de lidstaten een middellangetermijndoelstelling, een in structurele termen gedefinieerde landspecifieke begrotingsreferentiewaarde (dat wil zeggen conjunctuurgezuiverd en ongerekend eenmalige en tijdelijke maatregelen), blijvend verwezenlijken. Het corrigerende deel, de buitensporigtekortprocedure, heeft de correctie van grove fouten op het gebied van het begrotingsbeleid tot doel. Het is verankerd door middel van een plafond voor tekort en een plafond voor schuld van respectievelijk 3 % en 60 % van het bbp.

     
  • 24. 
    Zie COM(2013) 790.

     
  • 25. 
    Zie COM(2013) 790.

     
  • 26. 
    De Europese Commissie kent nummers toe aan officiële documenten van de Europese Unie. De Commissie maakt onderscheid in een aantal typen documenten door middel van het toekennen van verschillende nummerseries. Het onderscheid is gebaseerd op het soort document en/of de instelling van de Unie van wie het document afkomstig is.
     
  • 27. 
    De Raad van de Europese Unie kent aan wetgevingsdossiers een uniek toe. Dit nummer bestaat uit een vijfcijferig volgnummer gevolgd door een schuine streep met de laatste twee cijfers van het jaartal, bijvoorbeeld 12345/00 - een document met nummer 12345 uit het jaar 2000.
     
  • 28. 
    Het interinstitutionele nummer is een nummerreeks die binnen de Europese Unie toegekend wordt aan voorstellen voor regelgeving van de Europese Commissie.
    Binnen de Europese Unie worden nog een aantal andere nummerseries gebruikt. Iedere instelling heeft één of meerdere sets documenten met ieder een eigen nummering. Die reeksen komen niet overeen met elkaar of het interinstitutioneel nummer.
     
  • 29. 
    Deze databank van de Europese Unie biedt de mogelijkheid de actuele werkzaamheden (workflow) van de Europese instellingen (Europees Parlement, Raad, ESC, Comité van de Regio's, Europese Centrale Bank, Hof van Justitie enz.) te volgen. EURlex volgt alle voorstellen (zoals wetgevende en begrotingsdossiers) en mededelingen van de Commissie, vanaf het moment dat ze aan de Raad of het Europees Parlement worden voorgelegd.
     
  • 30. 
    Als dag van bekendmaking van een Europees besluit geldt de dag waarop het besluit in het Publicatieblad wordt bekendgemaakt, en daardoor in alle officiële talen van de Europese Unie bij het Publicatiebureau beschikbaar is.