Weg met kleding die door kinderslaven gemaakt is - Hoofdinhoud
Ik wil geen kleding kopen die door kinderen gemaakt is. Al helemaal niet door kinderen die gruwelijk uitgebuit worden. Uit een rapport van de Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen (SOMO) en de Landelijke India Werkgroep (LIW) blijkt dat kinderslavernij op grote schaal voorkomt in Zuid-India en dat de textiel die zij maken, in Nederland verkocht wordt. Een Kamermeerderheid steunt mijn verzoek voor een debat met minister Ploumen over het uitbannen van kinderarbeid in Nederlandse kleding.
Het label 'made in Bangladesh' in het shirtje dat je vandaag aan hebt, kan betekenen dat dit shirtje deels is gemaakt door een uitgebuit meisje van 15 in India. Ik vind het onacceptabel dat er in Nederland nog steeds producten met kinderarbeid verkocht worden. Daarom ben ik met een initiatief gekomen om de verkoop van producten van kinderarbeid te verbieden. Kledingmerken moeten echter nu al hun verantwoordelijkheid nemen. Vorig jaar al hebben zij zich voorgenomen om kinderarbeid in 2016 uit te bannen, maar nog steeds is er geen convenant en nog steeds zijn er geen concrete stappen gezet.
Uit het maandag verschenen rapport ‘Flawed Fabrics’ van SOMO en ICN blijkt dat er in de Indiase textielindustrie veel mis is. Handelaren struinen dorpjes af op zoek naar jonge meisjes. Die worden geronseld om te lange dagen voor te weinig geld in textiel fabrieken te werken. Ze worden opgesloten op de fabrieksterreinen en werken meer dan 60 uur per week. ‘Bijna een gevangenis’, zegt een van deze meisjes. Sommige meisjes maken uit pure wanhoop een einde aan hun leven. Tienduizenden, misschien wel een kwart miljoen meisjes, zit gevangen in dit soort fabrieken.
De producten die deze meisjes maken worden gekocht door bedrijven die geen oog hebben voor de omstandigheden waaronder deze meisjes leven en hun werk moeten doen. Ik vind dat onbestaanbaar. Deze bedrijven zijn verantwoordelijk voor de kinderen die de producten maken die zij kopen. Zij moeten ervoor zorgen dat er geen kinderarbeid in hun producten zit.
Ik wil dat het kabinet met de textielsector gaat overleggen hoe zij kinderarbeid uitbannen uit de productieketen. Het kabinet moet hen maximaal aansporen om dat zo snel mogelijk te doen. Nederlandse bedrijven kunnen dat doen door bijvoorbeeld volledige transparantie van leveranciers te eisen. Leveranciers moeten dan niet alleen laten zien wie de kleding in elkaar zet, maar ook wie de pailletjes erop naait en de garen spint. Daarover dus binnenkort een debat.